loden
A
N,
f3..
GRA¥IN DIANA.
Plieuwi- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Woensdag 12 Januari 1898.
Xo. 7476.
36ste Jaargang,
Bultenlandsch Overzicht.
uda.
FEUILLETON.
gbaat.
Bron.
ïclxt
11
Plaatselijke Directe Belasting.
van
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
Verspreide Berichten.
dn!i het
Toen
oud der resp.
aidóratlon ao
rs enz. enz.
(fTordt ervolgd.)
F5;
50;
De schade
dekt.
Engeland
is generaal Booth naar Amerika
Hy gaat een omvungryken toer
een
later
de fabricatie
arbruiker van
les;
eniie national
zoning
o o da
ers.
gids,
KPATRONEN
R.
nz. enz.
25; p. post 1.45
- l.»0
- 2.20
- SAO
te 's-Gravenhage
102-
(A'<urr het Franich.)
den krygsraad gedaagd onder de verdenking
van het onderhonden van betrekkingen en
machination met een buitenla idsche mogend
heid.
Zaterdag
vertrokken,
door Canada en de Staten ondernemen.
scheiden bekende
zyn. Heden komt
rechter.
1 ingerieht
TIENDE-
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
burgers van Londen onder
de zaak voor den politie*
ADVERTENTIEN worden geplaatst
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Frankrijk.
Gisteren heeft te Parge in de Grand Mon-
trouge de eers'e wedstryd tusechen elftallen op
atellen plaats gehad.
Het juiste getal ongelukken is nog niet
bekend.
WMIMJIE tOJBANT
Iu den nacht van Zaterdag op Zondag, over
tweeën, heeft de Londensche politie de later*
national Club in Gerrard-street, Soho een
speelhol, overvallen.
Zy nam een vyftig «leden» van de club
gevangen en voerde hen naar het politiebureau
waar de spelers na hun adres epgegeven te
hebben, werden vry gelaten. Er moeten ver-
141. Het
prachtige
on, Zojder,
iterleiding,
i prachtige
Transvaal.
De Trans vanlsche Volkstem
volgende mede
lOen December te 5 uur vertrok
van Pelgrimirust naar Lydenborg,
drie passagiers, twee koetsrjjders, een
een boy. Behalve de gewone post-
aan
Zaterdag is in het Hongaarsche Huis van
Afgevaardigden het wetsontwerp tot 'oorloopige
regeling van de oeconomischo verhouding tot
Oostenryk voor de derde maal gelezen eu aan
genomen, zoodat het nn bij de Magnaten kan
belanden. Tengevolge va,® de wyngingen die
Banffy by de tweede lezing in artikel 3 heeft
gebracht, luidt dat artikel thans als volgt
»De rcgeering wordt gelast om, iodien het
wetsontwerp aangaande de bovenvermelde
overeenkomsten (d.w.z. het wetsontwerp tot
va t telling van het Vergelyk) vóór den leu
Mei 1898 niet by de beide parlementen van
de monarchie kan worden ingediend, voorstellen
te doen roor de duurzame regeling ran de
aangelegenheid van de Oostenrykscb-Hongaar-
sche Bink, en van de overige, bij artikel 1 van
deze wet voorloopig geregelde vraagstukken,
in den geest van het recht tot zelfstandige
beschikking dat het land zich .beeft voorbe
houden by 68 van Wetsartikel Xlf (d. i,
art. 68 van de Hongaarscbe wet op het Ver
gelijk). Die voorstellen moeten gedaan w< rden
tydig genoeg om de regeling nog vóór den
31en December 1898 kracht van wet te late i
erlangen.
Bovendien is aan artikel 3 toegevoegd een
bepaling, waarbij de maatrege'en die het
mini-ter ie sedert 1 Januari in deze zaak he. ft
getroffen, krachtens deze wet geldig worden
verklaard.
als mijn voogd.
«Hoor eens Guillot," zei ik, terwijl ik mijn drift
bedwoag, «daar hoef je je niet over te bekommeren.
Als die’ twee duizend francs maar terstond worden
betaald, dan wordt het beslag opgeheven
«Ja maar ik heb het geld niet, mijnheer, en vóór
ik het kan leenen, zal het te laat zijn en zal mijn
inboedel al verkocht wezen."
«Ik zal je ’t geld geven, kom maar moe."
Ik ging hem voor naar ’t kasteel en naar mijn
kamer. Maar toen ik het bureau had geopend,
waarin ik myn geld bewaarde, herinnerde ik mij
plotseling dat ik een mijner vrienden te Heidelberg,
op diens verzoek, drie duizend francs had gestuurd
en dat ik nauwlyk» duizend francs ryks was Ik
bad de vorige week pas myn maandgeld van twee
duizend francs van mijn voogd ontvangen ik hield
my overtuigd dat hij mij een vooncho' zou weige
ren, maar toch wilde ik een poging bij hom wagen.
Ik zei aan Guillot, die volstrekt niet op zijn gemak
was, dat hij maar stil op mijn kamer blijven moest,
’t Was nu hot oogenblik niet om bij mijn voogd ie
gaan protcsteeren tegen afzetteryen, die iu mijn naam
werden geploegdhij had de wel voor zich, en ik
wist dat hij in staat zou zyn om den ongelukkige,
dien ik onvoorzichtig genoeg in mijn opstand be
trokken en tot mijn medestander gemaakt had, zon
der mededoogen aan armoe en gebrek prijs te geven.
Ik besloot dus eenvoudig te vragen om een voor
schot op myn maandgeld ik riep al mijn moed
bijeen en ging haastig naar beneden, maar daar
vemam ik dat de graaf met zijn intendant uit was
en niet voor den avond thuis werd verwacht. In-
tusschen was ar geen tyd te verliezen, en ik wiel
geen ander hulpmiddel te bedenken dan geld te gaan
leenen bij mijn notaris, die mij vroeger ook wel ceus
geholpen had om eenige schulden, die ik als student
maakte, te betalen. Guillot was schier wanhopend
ik trachtte hem gerust te stellen en zei hem dat hy
mij op den ryweg wachten moest. Toen liet ik myn
dogcar inspannen, nam Guillot onderweg op, on reed
met hem naar Monthermé, waar wij twee uren later
aankwamen.
Er scheen echter een vloek op te liggenmijn
notaris was ook niet thuis. Ik Zocht den deurwaarder
op en poogde hom te bewegen om oen uitstel te
verleunen maar hij antwoordde mij, dat hij bepaal
den last bal om met de vervolging door te gaan,
en dat hij niet verantwoord zo* zyn, wanneer hij de
borgspreking van een minderjarige aannam. Mijn
onvermogen om een rinde te maken aan den angst
van den armen Guillot, hinderde iny geweldig.
Toevallig kwam ik den smokkelaar Bastiaan tegen,
en toen ik hem mijn nood had geklaagd, ried by
mij aan naar vader Abraham te gaan. Die zou my
zeker helpen, meende hij.
Het scheen my een ingeving des hemels. In mijn
gejaagdheid had ik niet ene gedacht aan dien jood,
by wieu ik toch wel moer hulp had gevonden in
een tyd toen ik nog al dwaze verteringen gemaakt
en veel geld met spelen verloren had, en toen ik
mij noch tot myn voogd, noch tot myn notaris bad
durven wendou. Tien minuten later stond ik voor
de woning van den geldschieter.
Indien bet nog bewys behoefde, zou de
belangstelling, waarmede ieder het proces-
Esterhazy volgt, toonen, dat Enropa als van
oude met Parys en de Franscbeo meeleeft.
Wy laten daarom de berichten omtrent deze
zaak volgen, zooals zy bier aankwamen.
Voor den krygsraad is gisteren ochtend de
behandeling begonnen van bet geding tegen
Esterbazy, door Mathieu Dreyfus formeel be
schuldigd de samensteller te zyn van bet
borderel, dat de veroordeling van kapitein
Dreyfus ten gevolge had. De zitting werd
geopend om negen uur, onder voorzitterschap
van generaal de Luxer. Nadat Esterbazy was
binnengebraebt, liet de president het bevel van
verwyzing naar de terechtzitting van den
krygsraad voorlezen. Tegen Esterbazy, zoo
luidde bet daarin, had bet ingestelde onderzoek
niet genoeg aan het licht gebraoht, maar met
het oog op de opwinding, waarin de publieke
meening verkeerde, was een contradictoir debat
noolzakelyk geoordeeld.
De krygsraad gaat over tot de afroeping
van de namen der getuigen, onder wie Mathieu
Dreyfus, Scbenrer-Kestner en majoor dn Paty
du Clam. Na een uur in raadkamer beraad
slaagd te hebben, beslivt de krygsraad met 5
tegen 2 stemmen, dat de zaak met open denren
zal worden behandeld tot .het oogenblik,
waarop de openbaarheid gevaarlyk zou schynen
te worden voor 's lands verdediging.
Lezing wordt daarna gedaan van bet rapport
van majoor Ravary. De tekst der akte v n
inbeschuldigingstelling van Esterbazy bevat het
advies van dien rapporteur en de conclusion
van den regeeringscommissaris, strekkende tot
een niet-ontvankelyk-verklaring. Niettemin is,
daar de instructie niet voldoende licht verspreid
heeft om met volle kennis van zaken dj onschuld
van den beklaagde uit te spreken, deze voor
In Engeland verwacht men iu de aanstaande
parleraentszitting, die de volgende maand aan
vangt, een aanval der oppositie op de Ifcgeering.
Niet ten onrechte is de populariteit van bet
kabiuet-Salisbury zeer gedaald. Waar chynlyk
zal de hoofdaanval gericht zyn op den minister
van koloniën Chamberlain die het echec in
Indië op zyn kerfstok heeft en bij de liberalen
niet gezien is.
De financieele toestand van het ryk is by-
zonder goed, ondanks de groote werkstaking.
De staat van beleg te Praag is opgeheven.
De landdag is geopend. De (Tqechisch-ge
zinde) groote grondeigenaars stelden voor,een
commissie te benoemen om voorstellen in te
dienen betreffende het gebrnik «an de Iwee
landstalen in Bohemen. De Duitsche liberalen
stelden voor, de beide taalvorordeningen in te
trekken.
China.
Lloyd meldt dat negen Chi-
medeplichtig aan den moord op da
..—'..J zendelingen te Tsjan-tsjou-foe,
Naar de Norddeutsche Allgemeine Zeitungc
verseimt, is de pachtovereenkomst tusseben
het, Duitsche ryk en China ten aanzien van
Kiat-hjou, blyken* inmiddels ingekomen be
richten gesloten voor negen-en-negintig jaar.
Volgens waarschynlyke geruchten hebben
Engeland en Rushnd een schikking getroffen
ten aanzien van Korea. Het Engelsch smaldeel
komt te Houkong terug, met uitzondering van
den kruiser Powerful.»
Düïtschland.
Een zeer zware brand heeft van Vrydagavond
tot Zaterdagmorgen te Berlyn gewoed.
Iu den stoomkorenrnolen van Boraig in Moabit
aan de Spree brak tegen zeven uur des avonds
door een onbekende oorzaak brand uit in de
machinekamer. De meelstof en het meel dat
in de fabriek was opgeslagen begunstigde de
uitbreiding van het vuur, dat bovendien door
een flinke bries werd aangewakkerd. Hoewel
“iet minder dan vyf stoom-
en tien andere spuiten werkte, stonden binnen
een uur bet centrum en de rechtervleugel van
het groote gebouw in lichterlaaie. Het vuur
verspreidde zóó groote hitte, dat bet bin
nen een afslond van 20 meter van bet alleen
staande gebouw niet uit te houden was. Uit
22 slangen werden onophoudelyk stralen Spree-
water naar het gebouw geworpen maar voor
dat het bluschiniddel de vlammenzee bereikt
had was al het water verdamt. Zaterdagmorgen
vroeg brandden alleen nog de puinhopen.
Ongeveer 50,000 centenairs meel zyn verbrand.
De schade is geheel door verzekering ge-
1»
Ik schaamde mij over mijn rijkdom, toen ik zag
koe men, ten einde eenige (luizende franken te voe
gen bij de vijf maal honderd duizend, waarop da
jaarlijksche renten van mijn vaderlyk erfdeel neder-
kwamen, niet had geschroomd do contracten, vroeger
door mijn vader aangegaan, tor zijde te leggen sn
io mijn naam arme lieden, die myn weelde moesten
voeden, uit te persen.
Ik keerd» terug, terwijl ik in myn opgewondenheid
allerlei edelmoedige plannen vormde. Ik had oen
afstand van twaalf uren in galop afgolegd, uit vroes
Diana te zullen verontrusten, wanneer ik te laat
thuis kwam. Toen ik het salon binnentrad, vroeg
Magdalena my waar ik geweest was en hoe vrouw
Simon het maakte.
«Ik heb haar niet gezien," antwoordde ik, «on
derweg bon ik van plan veranderd."
«En ben je den heelen dag in bet boseb geble
ven hernam zy.
«Och ja, ik heb Ralph laten loopen zooals bij
wou."
«Het schynt das dat hy lust had om heel ver te
10.pM,< viel Diana in, «want hy was wit van schuim
en erg moe."
Zy had myn terugkomst bespied, en nu betrapte
De Ostasiatiscbe
neezen, mede|
twee Duitsche
gevangen genomen zijnmen vond een aantal
zaken die aan de zendeling toebehoord hebben
io hun bezit.
Op den
de koets
met c’
blanke en
zakken bevatte de koet» nog 11,500
good, dat in kisten was gepakt.
Op den berg die met een dikke med be
dekt was, ongeveer een uur van Pelgrimaruat,
kwamen op eena twee blanke personen te voor
schijn, die geheel gemaskerd warende een
stopte de muilen, met een revolver op den
drijver gericht, met de woorden huod op; de
andere ging met zyn revolver in de band en
beval den passagiers uit te slappen, waaraan
ze voldeden want ze waren ongewapend.
De drie passagiers en de dry ver werden toen
met drie boeien aan elkaar geboeid, en den
boy werd gelast de kisten goud af te gooien.
Toen hy dit gedaan bad liep hy hard weg.
De roovers schoten op hem, maar hy ontsnapte
zonder eenig letsel te bekomen. De kisten
goud werden toen aan stukken gegooid en het
goud daarna ingepakt.
Zoodra ze daarmee klaar waren reden ze met
een good bye, gentlemen hard weg.
Toen moesten de vier mannen geboeid laags
de koets een eind voortsukkelen tot den naasten
koetsstal, alwaar de boeien doorgekapt werden.
Daarop zond de heer Koeleman een der passa
giers, aan den myoeommissaris het volgende
briefjeCommissaris wy zyn hier op den
berg geboeid alle goud is uit de postkoets
gestolen kom dadelyk.
De myncommissaris vertrok toen onmiddel-
lyk met de politie en andere menseben daar
heen.
Op de plaats gekomen, vonden ze reeds vele
menachen daar, probeerende de roovers op te
sporen. Eerst scheen het dat de roovers in
noordelijke richting zyn gegaan, maar
is gebleken dat ze in do richting van
Mclsprnit was gereden en werkelyk was dit
ook zoo.
De twee paarden met zadels zyn gevonden
dicht by hot boveneinde van deSpekbooru- en
Do BURGEMEESTER van Gouda;
Brengt ingevolge Artikel 11 der bij Raadsbesluit
dd. 11 October 18rf5, no. II, vastgestelde en bij
Koninklijk Besluit dd. 28 December d. a. v. no. 8,
goedgekeurde verordening op de heffing eener Plaat-
selijke Directe Belasting naar het Inkomen in deze
Gemeente, ter algemeene kennis, dat met de be
schrijving voor deze belasting zal worden aange
vangen op 13 Januari 1898.
Gouda, 11 Januari 1898.
De Burgemeester voornoemd,
R. L. MARTENS.
zij mij op een onwaarheid I Ik wilde haar den vol
genden morgoa zeggen, wat ik werkelyk had gedaan,
en hoe het zoo laat was geworden maar zy ver
scheen niet in den tuin en liet mij met Magdalena
te vergeefs op haar wachten.
Niet lang daarna, toen ik op een morgen alleen
in ’t park was, kwam Guillot, dien ik in bescherming
had genomen tegenover den intendant naar mij toe.
Hij zag er bleek en ontdaan uit, en ik begreep dat
hem iets onaangenaams moest overkomen zijn.
«Wat schort er aan vroeg ik. «Spreek op."
Ik zal het u zeggen, mijnheer. Toen ik laatst
van u vandaan ging, moest ik nog naar Monthermc.
Ik kwam eerst ’s avonds thuis, heel bly over de
goedheid, die mijnheer voor mij gehad had maar
nu liet mijn vrouw my al huilende een stuk zien,
dat door een deurwaarder gebracht was. Ik werd
er in gesommeerd om binnen vier-en-twintig uren
de twee duizend franken te betalen, die ik aan buur
schuldig was. Ik stelde mijn vrouw gerust en zei
baar dat de deurwaarder er zeker geweest zou z^n,
terwijl ik naar mijnheer Placide toe was, maar dat
ik u daar gesproken en de quitantie in myn zak
had, zoodat we ons niet ongerust behoefden te ma
ken. Maar nu zijn ze van morgen toch met hun
vieren bij my gekomen eu hebben alles in beslag
genomen."
«Maar dat ’s ónmogelijk Je hebt een volledige
quitantie."
«Dit stuk hebben ze my overgegeven. Als myn
heer dat eens wil inzien."
Ik nam de acte aan en doorliep ze met veront
waardiging het wat de copie van een vonnis tot in
beslagneming, op verzoek van den heer de Maufert,
s