en
eep,
ft kennis
stuk
OAS,
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
Telefoon No. 8V
ADVERTENTIES worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Kiezers
BROWER, (Mr. D. N.)
VAN DER HOOG (P.)
KNLTFF Hzn. (A.)
iD,
No. 7606.
Donderdag 16 Juni 1898.
37ste Jaargang.
NKEL
FEUILLETON.
voor het
laid is op
I Juni
1 199-200,
ie MARKT.
Het Leven te Baden.
uur.
Buitenlandse!) Overzicht.
ur, zeer
teedere
op geen
I
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
met zekerheid, dat
Het is in het belang der stad,
is wel kans,
Vei
en pynlooze be-
Oooms en ran
of in de hoogt*
etter,
ie.
Telefoon No. M.
De Uitgave dezer Courant geschiedt
met uitzondering van Zon- en Fee*
De prijs per drie maanden is /125, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VUF CENTEN.
te Oudewater.
ter.
Een Russische Roman.
NEND AAL,
aatst
•At» te Woerden,
orzitter.
retaris,
ester.
arder.
ÜOUDSCHE UUR t VI
wr’ - 4 - - - -
d/a g e 1 ij k s
tdagen.
Verspreide Berichten.
Spanje en de Vereenigde Staten.
De Spaaneche minister van oorlog heeft van
r. Pédicure,
luis, Amsterdam,
JUNI zyne ge-
i te Cfofttttf-
in *t Hotel >de
Die zich met het volgend
kwartaal aanv'angende 1 JULI,
op deze courant wenschen te
abonneeren, tegen den prijs van
f 1.25 binnen- en f 1.70 buiten
de stad, ontvangen de vóór dien
tijd verschijnende nummers gratis
en franco.
en Omstreken s
n.
niter
'tarie.
neeeter.
en con-
Zoo zijn er in Beieren katho-
conservatieven, die samen tegen
en christelijk'democraten te velde
«Somtijds jaag ik een weinig. Ik zocht naar een
moorss, waarop ik oeus opmerkzaam gemaakt was
gewordea en waarin zich snippen moesten ophouden.
Ik loop op een kraam in het dorp toe en zie daar
voor een koopman, hij lachte waarom P weet ik
niet. Ik vroeg hemIs hier een moeras in de
nabijheid en kan ik daar snippen vinden? Ga
gerust maar je gang," zeide hij op zulk een vrien-
delijken toon, als had ik hem een roebel gegeven,
«zeker, gij zult een pracht van een moeras vinden
en wild gevogelte in overvloed.* Ik begaf mij op
weg, maar vond noch eenig wild noch het moeras
zelf. Nu verzoek ik u, mij te zeggen, waarom
eigenlyk de Kus zulk een vermaak schept in het
liegen Waarom loog die economist, waarom die
koopman P*
Litwinof antwoordde niet en zuchtte vol deelne
ming.
«Begin met dien economist maar eens een gesprek
over de moeielijkste vragen der staathuishoudkunde,
doch het moet in algemeene termen zijn, zonder
daadzaken hij zal even als een jonge adelaar naar
eene voor ons onbereikbare hoogte opstijgen. In-
tusechen is het mij eenmaal gelukt zulk een vogel
te vangenik had mij, zooals gij zien zult, van
eeue smakelijke lokspijs bediend Tusschen mij en
een onzer hedendaagsche jonge lieden kwam namelijk
het gesprek op het «vraagstuk* dit is eeue ge
liefkoosde uitdrukking van die hoeren omtrent
het goed recht van het huwelyk. De jongeling
bestreed dit natuurlijk met echt kinderlijken ijver.
Welke gronden ik ook tegen hem mocht aanvoeren
het hielp alles niets! Hy scheen volkomen on
vatbaar te zijn voor elk bewijs. Eensklaps kwam er
De herstemmingen voor de Provinciale Raden
in België zijn byna zonder onderscheid gunstig
geweest voor de liberalen.
In Brabant waar de stryd het zwaarst was
is ook de overwinning volkomen. Brussel, Ixelles
Laeken, Molenbeek-Saint-Jean, Saint Gilles,
Saint Josse ten Noode zijn geheel en al aan
de liberalen gekomen, te Leuven zyn de af
tredende clericalen gekozen. Antwerpen is libe
raal gebleven Gent heeft een meerderheid van
vier liberalen op veertien leden, in Henegouwen
hebben de liberalen de overwinning behaald
op de socia'isten. Te Luik werden acht socia
listen en zeven clericalen gekozen, maar in
Namen behnalden de liberalen weer een schit
terende overwinning. De Raad van deze pro
vincie, die tot nog bestond uit dertien clericalen,
telt thans slechts vier clericalen en 9 liberalen
en radicalen.
Het tnmult is onbeschryfelyk.
Te 9.15 wordt de zitting opgeheven.
Donderdag hebben in Dnitscbland de Ryks-
dagverkiezingen plaats, doch men merkt met
eenige uitzonderingen niet, dat de stryd
heviger wordt.
Een ding verwacht men
de eociaal-democraten weer wat zullen winnen.
Het gevaar daarvan zien de meeste menseben
niet in. »Wat geeft het of de sociaal-demo-
craten in plaats van 49 nu eens 60 plaatsen
innemen Gevaarlijk worden zy daardoor nog
niet, en zij zijn toch maar de beste critici
van eiken aanval op de vrijheid.Zoo rede-
neeren velen, maar de uitwerking van de toe
neming der macht der sociaal-democratische
partyreactionnaire maatregelen, zien zy niet.
De pertyen hebben zich in de verschillende
districten zeer verschillend gegroepeerd. Zoo
maken de nationaal-liberalen te Berlyn gemeene
zaak met de progressisten, tegen da socialisten,
terwyl elders de progressisten met de socialisten
meegaan, tegen de nationaal-liberalen
servatieven.
lieken en
socialisten
trekken.
Wat de uitslag zal zyn, is dan ook zeer
moeilijk te voorspellen. Maar er i
dat de regeering niet versterkt nit den stryd
zal komen.
Het ministerie van buitenlandsche zaken te
Washington maakt bekend, dat noch de heer
Hay (Amerikaansch gezant te Londen) noch
een ander officieel persoon den val van Manila
gemeld heeft.
Een telegram uit San Francisco bevat het
bericht dat nog slechts 16,000 man beschikbaar
zyn voor de expeditie naar de Filippynen,
terwijl generaal Merritt verzekert, het met niet
minder dan 20,000 man te kunnen doen.
83)
Daarop zal ik antwoorden in de eerste plaats
ben ik geen schimpziek bediller en in de tweede
plaats, naar het schijnt ziet men niet alleen den
duivel niet gaarne in de oogen, maar ook zich zelf
niet, en zijn het niet enkel de kinderen, die gaarne
ia slaap gezongen worden. Onze oude uitvindingen
hebben wij van het Oosten, onze nieuwe van het
Westen en toch houden wij niet op van de Rus
sische kunst te spreken 1 Sommigen, die de ande
ren willen overtreffen, hebben zelfs een eigene Rus
sische wetenschap ontdekttoch is ook bij ons twee
maal twee vier, maar wy spreken het met meer
nadruk uit.*
„Halt, Sofon Iwsnowitch,* riep Litwinof uit,
*Halt! Wij senden toch ook op de wereldtentoon
stellingen in en Europa doet toch ook by ons in-
koopen.*
«Ja, van ruwe producten. En let wel oponze
ruwe stoffen zijn alleen daarom zoo goad, omdat
het andere des te slechter is en beide tot elkander
in zekere omgekeerde verhouding staanonze var
kensborstels bijv, zijn zoo lang en stevig, omdat onze
varkens slecht zijn, het leder is dik en stevig, omdat
da koeien mager zyn, het smeer hard, omdat het
er tegelijk met een deel van het vltesch wordt
In de Fraosche Kamer werd gisteren de be
handeling der interpellaties voortgezet. De
minister-president Méline, den heer Bourgeois
beantwoordend, verdedigde zich tegen de be
schuldiging een anti-democratische staatkunde
te hebben gevoerd. De regeering is geneigd
tot verzoening. De opkomst der socialisten zon
den ondergang der republiek tengevolge hebben
en Frankryk zyn plaats als wereldrijk doen
verliezen.
Méline en Bourgeois gaan voort hunne pro
gramma’s te bespreken. Drumont, die daarna
aan bet woord komt, zegt: »wij zyn antise
mieten omdat de groote fortuinen in handen
der joden zyn. Het jodendom is een gevaar.
Hy verwyt de regeering haar dubbelzinnige
houding in de Oosterscbe qnaestie en in de
saak-Dreyfus en valt op heftige wjjze deu
gouverneur van Algiers aan, wiens terugroeping
hij verlangt.
De heeren Méline, Trouiilot, Cassagnac, Bris
son en Ribot nemen deel aan de hierop ge
volgde beraadslaging, die zeer onstuimig wordt.
Ten slotte stelt Trouiilot, ten einde den afge
vaardigden gelegenheid te geven om de sterkte
der partyen te meten, een motie voor, om
de staatkunde gedurende de laatste twee jaren
gevolgd, goed te keuren.
Méline verwerpt deze motie.
Trouiilot vraagt voor zyn motie de priori
teit; deze wordt verworpen met 294 tegen
271 stemmen. De Kamar neemt daarna in
behandeling de mgtie van den heer Ribot,
dooi Méline namens de Regeering aangenomen.
Het eerste deel der motie, waarin de ver
klaringen der Regeering worden goedgekeurd,
wordt aangenomen met 295 tegen 272 stem-
stemmeo. Het tweede deel, waarin gezegd wordt
dat de Kamer besloten is zich te wyden aan
een democratische bervormingsstsatkunde, ge
grond op de vereeniging der republikeinsche
groepen, wordt aangenomen met 527 tegen
5 stemmen.
Ricard stelt voor, aan de motie-Ribot de
woorden toe te voegenwaarby zy steunt op
de uitsluitend republikeinsche meerderheid.
Méline verwerpt deze toevoeging,
Bij de stemming blijkt de toevoeging van
Picard aangenomen te zyn met 295 tegen
246 stemmen.
Er ontstond een ontzettend tumult. Er
wordt geroepen: >Rnk uit! gy zyt geslagen!
De deur uit 1<
Groepen vormen zich, die levendig discue-
sieeren over de beteekenis der stemming.
De geheele motie Ribot-Ricard, wordt door
Méline aangenomen, en vervolgens in zyn
geheel in stemming gebracht. De motie wordt
aangenomen met 284 tegen 272 stemmen.
uitgescheurd. Maar wat heb ik dat alles ook voor
u uiteen te zetten, daar gij als technicus het zeker
nog veel beter weet. Men praat altijd over het
uitvindingstalent van ons land, over het Russische
uitvindingstalent! Onze heeren landeigenaars klagen
echter en ly'den verliezen, omdat zy geene bruikbare
koorneesten bezitten en daarom al hun koorn in den
eest moeten brengen, zooals men dat reeds teu tijde
van Rurik gedaan heeft; deze eesten zijn echter
buitengewoon kostbaar en branden daarenboven nog
zeer dikwijls af. De landeigenaars klagenmaar
van koorneesten is geen sprake. En waarom zijn er
geen P omdat de Duitscher ze niet mist, daar hij zijn
koorn maalt zonder het te droogon, en dus natuur
lijk ook niets behoeft uit te vinden, maar wij daartoe
niet in staat zyn I Ik zegniet in staat en
daarmede basta! Voortaan beloof ik iederen Origineel-
Rus en autodidact, die my in den weg mocht komen,
dit voorbeeld onder den neus te wrijven waar is
de koorneest I Geef my I Ja, waar hem van dean
gehaald P Maar om zulk een ouden schoen van St.
Simon of Fourier, die sinds lang is versleten, op te
nemen, dien op zijn hoofd te zetten en by zich te
dragen als een heiligdom ja dat kunnen wij
toen ik echter eens zulk een schryver en economist,
op de manier van onzen Woroshilof, uitnoodigde
om mij twintig steden in ditzelfde Frankryk te
noemen, toen kwam er het vo'gende uit: de econo
mist noemde my in vertwijfeling zeer spoedig Mont-
formeil, dat hij zich waarschijnlijk uit deu roman
van Paul de Cock herinnerde. Daarbij schoot mij
onwillekeurig de volgende geschiedenis te binnen.
Ik doorkruiste een» met hond en geweer het boech.*
«Znt gij jager vroeg Litwinof.
A.8. Vrijdag wacht U de stembus voor
de Prov. Staten.
Zorgt, dat ge op het appèl zijt om
onzen uitnemenden vertegenwoordiger Mr.
D. N. Brouwer voor het district te be
houden.
dat de secretaris, welke geheel op de
hoogte is van onze zaken, zitting houde
in een college, waar zijn ijver en kunde
ojypgroote djensten heeft bewezen.
Richt uwe zaken zoo in, vrijzinnige
kiezers, dat ge Vrijdag thsschen 8 en 5
ure gelegenheid hebt te stemmen in het
lokaal, dat op Uwe kaart is aangewezen.
Vergeet niet, dat trouwe opkomst nood
zakelijk is om onze candidaten te doen
zegevieren.
Het zijn de heeren
KN
den commandant der Vicayes eilanden (Filip
pijnen) het volgende telegram ontvangen
Hoewel ik zeven stoombootjes naar Luzon
gezonden heb, blyf ik zonder berichten van
Manila, want de vyandelyke macht beeft de
telegrafische gemeenschap met Luzon afgesneden.
Volgen» berichten, den Isten Jani door een
Engelsche kanonneerboot gebracht, bad de
toestand te Manila zyn normaal aanzien her
nomen. Inlanders van Mindanao hebben de
militaire linie Turkaran-Dineo-Marahnitaange
vallen. Zy werden op twee punten terugge
slagen en lieten 36 dooden op het terrein,
wy azeveu dooden en 18 gekwetsten. In den
nacht van 6 dezer is eet) Amerikaansobe kruiser
met gedoofde vuren de haven binnengekomen,
heeft die verkend en ia in zuidelyku richting
vertrokken. Sedert hebben wy geen bericht
van het vyandelyke eskader. Ik neem maat
regelen om de troepen en de ingezetenen in
het leven te houden met da hulpbronnen van
het land. De geest der troepen is uitmuntend.
De minister van buitenlandsche zaken spreekt
volstrekt bet gerucht tegen dat eenige Ameri-
kaansche schepen den toegang tot de baai van
Santiago geforceerd zouden hebben.
In de Spaanacbe Kamer vraagt Uria, dat er
een enquête worde ingesteld naar het bestunr
der Filippynen onder Blanco, Polavièja en
Primo de Rivera, fly critiseert het beheer
van Blanco, dien hij verantwoordelyk stelt
voor bet fusilleeren der personen, als verdachten
te Manila gevangen genomen. Uria keurt voorts
het beleid van Rivera af, dien hy verantwoor
delijk stelt voor de op de Filippynen heer-
schende desorganisatie. De minister van koloniën
antwoordt dat de regeering niet verplicht is
het onder vorige ministeries gebeurde te ver
dedigen.
Aan de »Times< wordt uit Singapore ge
seind Volgens berichten van de Filippynen
worden er herhaaldelyk cpnferentiën gehouden
tusschen den Daitscben consul en den Spaan-
achen gouverneur. Dit 'geeft voedsel aan ge
ruchten, dat Duitschland plannen van inmen
ging en bet oog heeft op den So’oarohipel.
In de Spaanacbe Kamer verklaart de minister
van binnenlandsche zaken geen tijding ontvangen
te hebben nopens bet nemen van de Marianne-
eilanden (Ladrones) door de Amerikanen. De
minister van oorlog verklaart dat er ook geen
officieel telegram is over de ontscheping van
Amerikanen op Cuba.
De Amerikaanscbe luitenants Neville en
3haw, die de Amerikaanscbe voorposten by
Caimanera aanvoerden, zyn geheel uitgeput in
het kamp teruggekeerd. Zy hadden een man
verloren. De posten waren door een over
macht omsingeld, maar hielden, onophoudelijk
een gedachte bij mij op. «8ta mij toe op te mer
ken, myn waardste heer,'' wide ik met deze
jongelieden moet men namelyk zeer eerbiedig sp
ken «dat ik mij niet weinig over u verwond
gij houdt u net do natuurwetenschappen bezig
hebt u toch tot op dit oogenblik de daadzaak Ja
ontgaan, dat alle vleeschvretende en op buit jacht
makende dieren, viervoetige zoowel als vogels, voor
de voeding van zichzelf en van hunne jongen zorgen
moeten en gij rekent den menseh toch ongetwijfeld
tot deze diersoort P* «Natuurlijk, reken ik hom
daar onder,* zei ue jougeling met deftigheid, «de
mensch is immers over het algemeen niets anders
dau een vleeschvretend dier. "Eu een roofdier,
voegde ik er bij. «Voorzeker, ook een roofdier,*
bevestigde hij. «Voortreffelijk gezegd,* ging ik
voort. «Welnu, nu verwonder ik er mij juist over,
dat het u ontgaan is, hoe al die dieren in mono
gamie leven." De jongeling ontstelde. «Hoe zoo?»
,’t Is immers zeer eenvoudig. Denk maar aan den
leeuw, den wolf, den vos, den havik, den valken
hoe zou het ook anders mogeiyk zyn? Het valt
hun toch reeds met hun beiden moeielijk om hunne
jongen op te kweeken.* De jongeling werd naden
kend. «In dat geval,* zeide hij vervolgens, «mag hst
dier den mensch niet tot een voorbeeld strekken.*
Toen noemde ik hem een idealist, waarop gy den
jongeling ééns hadt mosten zien hij werd geheel on
troostbaar, tot schreiens toe ontroostbaar. Ik moest
hem gerust stellen en hem beloven, dat ik hem niet
bij zyn kameraden zou aanklagen, want deu bijnaam
van een idealiteit te verdienen houden onze heden
daagsche jongelieden niet voor zeer eervol.
>rj
on
\en