js ■F telling. ihieters. Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. Woensdag 25 Januari 1S99. No. 7796. 37ste Jaargang. Bultenlandscb Overzicht. turs i evrouw ÜELFABRIEK. Reparateurs >ok speciaal gaan i van G S, el. FEUILLETON. ANNIBAL DE VONDELING. tari 1899. I WIJUN. r Expeller. Expeller. -Expeller. 1 Inzending van Advertentiën tot l uur des nudrt. Verspreide Berichten. DU Frankrijk. In 1846 waren in Frankryk 188.000 amb tenaren niet een totaal inkomen van 245 mil- lioen francs. In 1896 waren er 416 met 627 millioen, d. 1. een zesde van de gehoele be groeting. .GEKS :r. iadels,enz. enz.) tonder ketting, n, onze uiterst wordt f 1000 olledige opgaat iwenscht. motto Hulp. ven. half 8 uur. n prflzen. Gedenkschriften van een Gelnkioeker Naar hel ïrantch. f f doo»; W. NUTTERS. ETER 1ENWERK, ala en Laarzen ma- lover de "Klei- anbevelend, miTs. 911 werk. Oprai- winterwerk en ie de etalage. Tnoneelisitw ELS. Gill INIII. COURANT Telefoon Mo. De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. tegen Jicht, gnankortom i wenden tegen Ier hoügesw ..25 de fle&'ih thoken en by am ER, Apothekö r Westhaven 199 merkzaam op, dat or 1899 tetany- y scherp con- Telefoon Ne. ADVERTENT! EN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen, i Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. •digd, worden 'N gevraagd, p onzer Acatènes, kan bekomen), rijzen 100) De maikiee naderde zijn grijzen vader, greep diene hand en bracht dezelve aan zijn lippen op een wijze die* meer aan een ceremonie van bet hof deed denken, dan aan de leederheid van een zoon en waaruit een onbekende eerder de verhonding van een hoveling tot zyn gebieder, dan die van oen kind tot zijn vader zou hebben opgemaakt. «Goeden dag, mijn zoon, goeden dag,* reide de hertog na deze begroeting. «Het doet me inderdaad genoegen u te ziea, en u zoo begeerig te vinden om mij te spreken. Maar wat beteekent, bid ik u, die uniform, welke ge daar draagt. Staat uw re giment bijgeval aan de poorten van ons kasteel, on geduldig om u weer aan zijn hoofd te zien?*> Deze laatste woorden gingen vergezeld van een fijn glimlachje. «Myn regiment is ver van hier, heer vader,' was het antwoord van den markies, «maar ik kom tot u met «ene uitent gewichtige en plechtige zaak en ik heb het noodig en gewenscht geoordeeld ook in mijn uiterlijk te doen uitkomen welk een eerbi-d ik u toedraag en wellicht nimmer uit het oog zal verliezen zoolang de hemel my het volle gebruik DRBYPUfih Esterhazy heeft op zyn verzoek aan den minister van oorlog om van het ambtsgeheim ontheven te worden, ten antwoord ontvangen «Gij spreekt duchtig in raadsels en meesterlijk onduidelyk, George, ik begryp volstrekt niet waar ge heen wilt.' «Dat kan ik u met een geheel woord ophelderen. Ik wil huwen?' «Wel ik verlang niets liever, George. Begeef u in den echt, zeker. Ik zal met meer gerustheid deze wereld voor de andere verlatoo, ais ik zekerheid heb van de bestendiging mijns geslachts. Trouw gerust I* «Gij keurt derhalve mijn besluit om te huwen goed P' ffZekw keur ik dat goed. Het komt er nu maar op aan oen keus te doen, uit de vele families, die er trotaoh op zyn zouden, hun geslacht aan het onze vermaagschapt 'te zien.' ,/Manr indien mijn keus eons niet naar uw zin uilviel Ónmogelijk. Mijn bloed stroomt door uw aderen, en ik verwerp de gedachte aan de mogelijkheid van mi voornemen uwenijda om beneden uw ztand....* «Beneden mijn stand o neon, dat nimmer,* viel de markies zijn vader haastig in de rede. «Dat nimmer. En toch sidder ik er yoor u den naam te noemen van haar, die ik liefhebi* «Gy zyt dan verliefd, ge hebt iete onder uw uniform dat men «Dat men liefde noemt, juiet, heer vader. Ik heb lief voor geheel mijn leven.' «Kinderpraatjes, dwaasheid I Hoe kunt ge spreu ken van uw volgend leven, torwyl een menseb nog niet één minuut zeker is van zijn gevoelens .Ofschoon ik u persoonlijke meaning eerbiedig en derhalve buiten botpftkïng laat, ben ik zoo vry Rusland. Luitenant Von Pekarewicz, die te War schau den majoor Zolinski vermoord heeft, is door den krijgsraad veroordeeld om doodge schoten te worden, na te zijn vervallen ver klaard van den officiersrang, adeldom en orde tekenen. De corpsco'inniandant veranderde de doodstraf in dwangarbeid in Siberië. Griekenland. Een hevige aardbeving heeft eergisteren de Peloponneses geteisterd. In FiliatrA zjjn alle muren gescheurd, en de inwoners kampeeren in de open lucht. In den omtrek van het plaatsje zijn tal van dorpen verwoest, er zijn gewonden maar geen dooden. In Kiparissia is geen huis heel ge bleven, en een dorp daarbij ligt tegen den grond. De schokken, die ook op Zante waar neembaar waren, kwamen telkens terug. mijner geestvermogens toe staat.* «Ik keur uw handelwijze good, myn zoon,* ant woordde de hertog met zichtbare zelfvoidoeninf^over de onderwerping zijns zoons, «het verheagt mij bo ven alle beschrijving te bemerken, dat gij n et tot de ondankbare kinderen behoort die er altijd naar streven het vaderlijk gezag van zich af te schudden als een lastig juk. Ik vrees dat er weinige vaders van mijn stand in den lande zijn, die het geluk hebben hunne zonen hen te zien eerbiedigen op uw leeftijd. Maar nu ter zake, wat is er.' «Het geluk van geheel mijn volgend leven, of myn ongeluk..." «Wel, is er iets ter wereld waarvan uw geluk of ongeluk kan afhangen P Gij zijt jong, welgemaakt van persoon, rfik, hebt invloedrijke vrienden aan bet hof, na mij ontvangt gij den rang van hertog de Latour du Pic en ik zie u in den geest nog een maal tot maarschalk van Frankrijk opklimmen is er op deze wereld een edelman met gunstiger vooruitzichten dan gij «In alles wat ge zeidet hebt ge volkomen recht, heer vader. En al dat gèluk kunt gij of volkomen maken, of vernietigen voor allyd.' «Ho» dat danP' «Ik ben dertig jaar oud begon de mirkiei, aarzelend en verlegen. «Dat is my parbleu uitermate goed bekend,* riep de hertog uit «Een mooie leeftijd, George, een leeftijd waarop ik my zeer gaarne teruggeplaatst zou zien.' «Ik wil het wel gelooven. Het ii ook niet mijn leeftijd die my tot u voert. Ik wil de genoegens, bet geluk van bet huwelijksleren «maken.' >ni geïllui- Hntereel- >en, dit te gratie m rijven alk tal 1.1. dat hij zich enkel te houden had aan de instructie, welke aan alje tot nog toe ge hoorde militairen opgelegd was, dat zij niets zouden onthullen wat do „nationale verdedi ging” raakt. De term is vaag; zeer ver schillende persoonlijke opvattingen ervan zjjn mogelyk. Zaterdagmiddag heeft ten huize van Zola weder een gerechtelijke verkoop plaats gehad tot dekking van do proceskosten tegen de schrift-experts, ten bedrage van 2500francs. Octave Mirbeau bood aan, dat bedrag te beta len, wat werd geweigerd. Het eerste voorwerp dat ten verkoop werd aangeboden, was een spiegel, waarvoor Zola’s uitgever, Fasquelle, 2500 francs bood. Onder een luid: „Bravo! bravo! en Leve Zola! werd het bod toege wezen en liep de verkooping af. De bewerking van generaal Mercier, dat de openbaarmaking van het geheime dossier inzake-Dreyfus de betrekkingen tusschen Frankrfjk en Italië opnieuw zou verkoelen, wordt te Rome tegengesproken, omdat men er aldaar verzekerd van, is dat het geheime dossier geen authentieke stukken met betrek king tot Italië bevat. Het Hof van Cassatie verhoorde gisteren Esterhazy. die niet te doelen." «Nog niets meer dsn eon kind, een klein kind l* herhaalde de hertog spottend. Het was een vreemde aanblik, den afgelecfden, kraohteloozen gryraard een blik vol mi each ting te zien toewerpen aan den forschen man voor hem, in zijn schitterende uniform en dezen laatste in toene mende verlegenheid te zien gebracht, terwyl het laatste gezegde dos hertog» juist niet bijzonder ge schikt bleek om de zaak te bespoedigen, weshalve hij op anderen toon voortging «Ga voort, George, gij beefdet er voor terug mij den naam uwer uitverkorene te noemen daar zijn we zoowat blijven steken en afgedwaald op die kwestie van geheel uw leven. Ga voort-* De ironie dezer woorden sloot de markies do lippen en maakte hem hot spreken onmogelijk. Hij voorzag reeds wat het gevolg zijn zou van het noe men van dien naam. «Is zij u onwaardig?* «O,* riep George uit, plotseling «Is buiten zich- zelve gebracht door dit vermoeden, half werktuige lijk geu t, meor uit begeerte om iets te zeggeel dan in de verwachting de naarheid te raden. «O, vader, wat hebt gij kunnen denken I De engelen iu den hemd zijn niet reiner dan zy is,* «Heel wel, ik geloof u gaarne, maar haar naam wacht ik nog steeds.' De markies verzamelde al zyn moed en antwoordde oogenschjjulijk kalm, welke voorgewende kalmte echter door geheel zyn houding maar vooral door het trillen van zijn stem werd gelogenstraft. (fferdt eerrolpd In de Fransche Kamer vroeg Destour- nelles inlichtingen over de Fasjoda-zaak, en over de betrekkingen met Engeland. De Kamer zeide hij, heeft eene vaderlandslie vende behoedzaamheid aan den dag gelegd, maar het land heeft er recht op den toe stand te kennen. De spreker nam vervol gens Engeland duchtig onderhanden, omdat dit geen recht heeft laten wedervaren aan eene continentale mogendheid. Hij erkende intusschen dat Frankrijk eene reeks van fouten heeft begaan, met name in het Egyptische vraagstuk en bij de expeditie van Marchand. Destournelles zeideWij moeten ons voorbereid houden op iedere gebeurlykheid. Hij verklaarde zich voor een eervol vergelijk of althans voor een toestand die grootere zekerheid aanbied voor de beide landen. Ook Ribot sprak ten gunste van een ver gelijk. Hy verzekerde dat Engeland niet de aanmatiging kan hebben een protectoraat over Egypte in te voeren zonder daartoe de toestemming te hebben van geheel Europa. De politiek van Frankrijk is eene politiek van vrede, maar, zeide Ribot, wij moeten sterk zijn en geëerbiedigd. Delcassé verklaarde dat zijne politiek ge leid was in de richting der behartiging van ftlgemeene Wangen van Fcamiiiyiii Sprekende over het vraagstuk der ontwape ning zeide Delcassé dat reeds bij voorbaat de sympathie van Frankrijk aan de voor stellen van den Tsaar verzekerd was. Frankrijk wist dat men het niets vragen zou, geschikt om het in eenigerlei opzicht te verkleinen. De minister heeft het Fasjoda- geval opgelost in een verzoeningsgezind en geest. Het was hem niet onbekend dat de Engelsche flotielje na de inneming van Char- toern den Njjl weer moest opvareq, maar by heeft eene botsing willen vermijden. Er was, verklaarde Delcassé verder, niets onvriend schappelijks gelegen in de expeditie van Marchand. Wjj hadden het recht, zeide hjj, ons bezit naar den Njjl toe uit te breiden, geljjk Engeland. Door het verlaten van Fasjoda is er aan de eer van Frankrijk volstrekt geen afbreuk gedaan, maar wél had de minister het ware gevoel van va derlandsliefde noodig, om zulk een besluit te kunnen nemen. In de wereld zjjn er te genwoordig ingrijpende veranderingen in staat van voorbereidingen daarom ein digde de minister is er behoefte aan eene wijze en wèloverlegde politiek, welke onze^krachten niet verspilt. Aan een feestmaal van de kamer van koophandel te Birmingham heeft de hertog, van Devonshire o. a. het volgende gesproken Door de flinke wijze waarop wij in denlaatsten tijd onze rechten gehandhaafd en onze macht getoond hebben, zyn wy in nadere betrek kingen gekomen met Duitschland, Italië, en zelfs Rusland. Ten aanzien van Frankrijk ben ik van meening dat de korte crisis, welke nu gelukkig geëindigd is, meer waarschijnlijk wél dan niet de lucht zal zuiveren. Chamberlain verklaarde met deze gevoelens van harte in te stemmen. De „Temps” wydt een hoofdartikel aan de „eenstemmigheid” waarmede thans de revisie als noodzakelijk en onvermijdelijk wordt er kend. Het blad haalt uit de redevoering van den heer Méline, in de Kamerzitting van Vrijdag de woorden aan: „Sedert de Ontdekking van Henry’s valsch- heid,is de toestand veranderd, dat er ken ik”. „Ik heb altijd gezegd Als er een onschul dig veroordeelde is, dan moet hy worden vrijgesproken; als er een rechterlijke dwaling begaan is, dan moet die worden hersteld”. Méline erkent dus thans, wat zjjn ambt- genooten Poincaré on Barthou reeds voor eenige maanden erkenden. Jules Lemaitre heeft, sprekende in naam 4er „Ligue de lw.Ea4fUrram}am!’, geiegd:. „Na de ontdekking van Henry’s valscfiheiu was de herziening onvermijdelijk” En de „Temps” vraagt: „waar zulk een roerende eenstemmigheid heerscht, waartoe dan nog de voortdurende, verbitterde, hef tige str§d?” Maar het blad vergeet, dat die stryd vooral gevoerd wordt, en met de schandelykste wa pens, door de tegenstanders der revisiedat de onwaarheden en verdachtmakingen van „Libre Parole”, Intransigeant”, „Petit Jour nal” et tutti quanti de gemoederen niet min der verbitteren dan de daden van generaal Zurlinden of de woorden van Quesnay de Beaurepaire. Wanneer de verdedigers van de „chose jugée” wat meer eerbied betoon den voor het ernstige en hoffelyke streven van het Hof van Cassatie, om ondanks de groote moeilijkheden waarmede dat gepaard gaat, de geheele waarheid te vinden, dan zouden de verbittering en de heftigheid reeds lang verdwenen zyn uit den stryd voor de waarheid. De Kamer heeft, evenals de Senaat, ge toond genoeg te hebben van de pogingen om de staatkunde te mengen in de zaak-Dreyfujs indien dit eindelijk ook eens wordt ingpzien door de politici buiten de vertegenwoordiging, dan kan de vreedzame en geleidelijke ont wikkeling der zaak met vertrouwen door allen worden te gemoet gezien. De hoeren De Smet de Nayer, president van den Belgischen ministerraad en minister van financiën, en Nyssens, minister van ny’ verheid en openbare werken, zonden bij don Koning hunne aanvrage om ontslag in, die zyn voornemen getoond heeft om door het kabinet bij de vertegenwoordiging te doen indienen een ontwerp-kieswet, waarin het enkelvoudige stemrecht wordt gehuldigd. De demisaionnaire ministers werden ontvangen door den Koning. Als hunne plaatsvervangers worden genoemd de heeren Helleputte en De Brocqueville; de minister Van den Peere- boom zou chef van het Kabinet worden. De Hongaarsche oppositie heeft, na de voorstellen van de regeering te hebben afge wezen, zelf nieuwe voorwaarden gesteld. Deze schynen er niet zqchter op te zyn ge worden. Alleen wat het Vergelijk met Oos tenrijk betreft, komen de partijen dichter by elkanderook de regeering is in dat opzicht inschikkelijker geworden. Men schijnt in de liberale party Banffy te overtuigen dat hy indertijd zelf door zyn verklaringen over het zelfstandig douane-gebied aanleiding heaft gegeven tot verwachtingen in die richting. In hot algemeen schjjnt de liberale party geenszins rustig te bljjven. De oppositie heeft nu bovendien den per soonlijken kant van de zaak meer naar buiten gekeerd, en vergt, naar men zegt, thans stelligontslag van Banffy, geen Tisza-man als opvolger, raadpleging van de oppositie over een opvolger. Uit Pretoria wordt geseind De Kaapsche ministers Schreiner on Sauer worden te Pretoria verwacht. Er zal een bijeenkomst worden gehouden van afgevaardigden van alle Zuid-Afrikaan- sche staten (behalve Rhodesië) om maatre gelen tegen de pest te nemen. Binnenkort komen afgevaardigden van de twee republieken bijeen om de wetten der twee landey met elkaar in overeenstemming te brengen.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1899 | | pagina 1