(I) .OOM. Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. 'ola, Zaterdag 4 Februari 1899. No. 7803. 37ste Jaargang. vei. 8 1 glijders '1 IBS ni«t >rd* van aan «r- t KU1LLK l O i\. AKNIBAL DEVONDELING. Bultenlaiidsch Overzicht. Haag. 11' Inzending van Advert entiën tot 1 uur des midd. hen niet raakt. com* traden van ükum, Ï5B. was (fFerdt vereoU/d.) I’ dat de lysten kt, gedurende lakken dezer m hunne be de vereischte van de Ver werpen, welke Haart omtrent islissen st Hoogheem* p 2 Februari werkelijke hulp 65 75 109) Maar alsof ontlastten dcr.e 1.01 IN II i: COURANT oor ff lui- in( r“ le- er- ks ide zijn 0 X reel met •de aad ei- Telefoon No. SS- De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k met uitzondering van Zon--en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. Gedeaksebrlflea vso een Gelukzoeker jN—r het Fratuch. doot W. NUTTERS. tricten ter Ge- ofdplaats van ie behoorencte en 50 o. ■’io 100 Gustave Zédé”, is ge^gn daar de gevraag- lynlyk reeds over- •n uit de provincie z|jn. briefkaart wordt egezonden door t bom me HEEMRADEN deze ter open- temgeiXhtigde raadschap voor i eersten Don- ednrende veer ing zullen lig- n dütricten ter djcen werkdag niddags 4 ure), taling Van 10 •aar zijn; n de Cruq^iu9;i1 in de Lynden; aan de Leegh- Peugniez, de bedrijver van den dubbelen moord te Saint-Maurice, waar hij een vrouw die zijn weldoenster was geweest, en haar zoontje doodsloeg om haar spaarpenningen te kunnen stelen; is Woensdagmorgen te Parijs onthoofd. Hij was tot het laatste kalm, schertste zelfs met den directeur van 'de gevangenis en zijn bewakers, en zeide tot het groote publiek dat rondom de guillotine stond: Mijne heeren! voor ik sterven ga, heb ik u wat te zeggen. Ik heb te zeggen dat de gerechtigheid der menschen niet wernood gedekt door aller ei onte'.baie maleu ver stelde kleertjes, mager on bleek en oogenuchynlijk uiterst zwak en teer, geleden had, hoe haar geest tot krankzinnigheid toe zich eindeloos had ingespan nen over de toekomst van het wicht daar. De hertog, door een nieuw denkbeeld eenigszins afgeleid, trad nader en nam het kind op. Hij bracht het bij het lijk van Bertha de Chau mont, haar moeder. En terwijl de kleine Mathilda de handjes naar de doode uitstrekte en er blijkbaar niets van be greep waarom moeder zoo stil lag en geen antwoord wilde geven, en de hand niet wilde uitstrekken om de hare te grijpen en de traantjes uit haar blau*e oogen te vagen deed de hertog een heilige gelofte. Hij beloofde dor doode moeder voor haar kind te zullen zorgen. De Fransche kamer heeft nu al twee en een halve zitting onafgebroken aan de be- grooting gewijd en het moet gezegd worden dat men vordert. Maar de ware aandacht is er natuurlijk niet, nu een commissie uit de volksvertegenwoordiging zich bezig houdt met een onderzoek over het onderzoek, dat werd ingesteld naar de wjjze waarop de strafkamer het onderzoek in de groote zaak heeft geleid. En eerst als dat gereed is zal de kamer het lesultaat van het onder zoek in de 3e macht, op haar beurt aan een onderzoek gaan onderwerpen. Maar in afwachting daarvan stellen de bladen het publiek schadeloos met allerlei verhalen over wat krachtens het besluit der commissie streng geheim moet blijven, tot zij haar rapport indient. De meeste dier mededeelingen, welke na tuurlijk niet zjjn na te gaan, komen kenne lijk uit den hoek der Dreyfus-vrienden, en stellen de geheele zaak in een bespottelyk licht. Zoo b.v. het verhaal dat een politie agent, die beweerd had dat een der raads- heeren tegelijk met Picquart in een retirade was geweest, in de gelegenheid werd ge steld door het sleutelgat in de raadkamer te kijken, om aan te wijzen, wie der raads- heeren zich aan dit misdrijf had Schuldig gemaakt. Wij geven dit verhaal, natuurlijk niet als waarheid, maar als een staaltje, hetzij van de dwaze praatjes welke men verspreidt, hetzij van de onwaardige middelen, aangewend om de strafkamer te bespionneeren. Al even verdacht is een andere mededeeling, dat president Loew, de aanwijzing van Bard als rapporteur het gevolg zou hebben genoemd van tegen de raadsheeren gerichte bedreigin gen met den dood, welke het wenschelijk deden achten een ongehuwd raadsheer tot rapporteur te benoemen. Al die praatjes worden door de bladen met gretigheid geplaatst, wel overtuigd als men is dat het publiek ze even graag verslindt. Een wel zoo nuttig werk zou het, dunkt ons zijn, als men den Franschen eens een spiegel voor oogjen hield, in den vorm van een overzicht van de buitenlandsche pers. Niet dat het volk daardoor bekeerd zou wor den tot beter inzicht, want het volk is ver blind en ziet in eiken vreemdeling een vijand des lands. Maar de kamerleden en ministers mochten toch wel eens weten, hoe algemeen in de we reld de veroordeeling is over wat geschiedt. Maar allen sluiten zich op in het bedompte kringetje, en doen alsof het oordeel der wereld RIEK. in Tea— Melk. jkgraaf. 8EKLEK0M, Secretaris. fflB En de kleine Mathilda groeide onder het oog ran den hertog op, omringd rnn woelde, on om ringd ran liefde. Arm en ellendig was haar moeder ges tor reu, maar zij had haar toch een schitterende erfenis nagelaten de liefde ran mynheer de Latour. Want de volle liefde die hij eens geroeide voor Bertha de Chaumont, had hij op haar dochter over gebracht. Hare opvoeding was even zorgvuldig, verstandig en feeder, alsof het moederoog dezelve naging on bestuurde. tot jubelen. Te midden van een barer aanvallen van radolooze wanhoop terwijl zij als stervend neerlag en door medelijdende buren,arm bijna als zij zelve, ran het hoognoodige moest worden voorzien, was haar eensklaps een hoonvol licht opgegaan. Zij dacht aan den brief van den markies de La tour, thans hertog van dien naam. »Myn kind is behouden* 1 riep zij uit, nadat zij met de snelheid van het licht een plan had ont worpen, welke mislukking niet bij haar opkwam. Den geestelijke, die haar twee malen per week een bezoek bracht, verzocht zy de woonplaats op te sporen ran den man, wiens naam sy hom noemde. En het was deze volstrekt niet moeilyk gevallen, den alom bekenden man te vinden. Een dag daarop was reeds een boodschap op weg met een schryven dat onze lezers bereids kennen, evenals de uitwerking en het aanvankelijk gevolg er van. En hiermede is h t verhaal van Bertha de Chau mont ten einde, kort maar treurig. Wy moeten er van afzien het tooneel dat volgde toen zij zweeg te beschrijven. Door aandoeningen van versohilllenden aard over stelpt, viel de hertog op een bank, de eenige zit plaats, nedsr, bedekte *t gelaat met de handen en weende. En hij begon thans op zijn beurt te spreken hy beschreef haar dag voor dag van zijn eenzaam leven, waarin haar beeld niet van voor het oog zyner ziel geweken was, hoe hij iedere gedachte aan een huwelijk steeds verworpen had, trouw wensebende te blijven aan zijn eerste liefde; hoe hij haar ge- Verspreide Berichten. HHIIYFUS. Quesnay de Beaurepaire en Jules Lemaitre eischen, elk —konderlijk, een nieuw streng onderzoek naar de handelingen van het „fameux trio” van de Strafkamer van het H. v. C., Loew, Bard en Maneau. De Strafkamer verhoorde gisteren mandant Hartmann. De „Éclair” deelt mede dat de opperrabbijn van Frankrijk, Zadoc Kahn, den luitenant Cahn van het 74e regiment infanterie ^eeft gevraagd, hem te zeggen of Esterhazy in 1894 aan de instructie-manoeuvres^heeft deelgenomen. Luitenant Cahn heeft de vraag van 'den rabbjjn niet beantwoord, maar zijn kolonel schriftelijk van ’t gebeurde verwittigd. De strafkamer van het Hof van cassatie heeft gisteren de experts Teyssonnières, Charavay, Gobert, Pelletier en Bertillon gehoord. De correspondent van „la Presse” te Cayenne meldt, dat met de laatste post een zeergroot aantal brieven voor Dreyfus zijn aange komen, die hem, na contröle, zyn ter hand gesteld. Dreyfus moet rgeweigerd hebben eenige sefcrifteliJke verklaring af te leggen; hij wil slechts mondeling te Parijs zyn zaak ver dedigen. De schrifkundige Charavay heeft, melden we, aan het Hof van cassatie belangrijke mededeelingen gedaan. Ze komen hierop neer, dat hy zyn vroegere verklaring ten aanzien van het borderel herroept. Dat is een zaak van belang, want Charavay was een van de drie experts die, in 1894, schrift van Dreyfus met het borderel moesten vergelijken. De twee anderen waren Pelletier en Teyssonnières. De geniale Berliton werd aan hen toegevoegd vermoedeljjk omdat het rapport van de schriftkundigen anders weinig overtuigingskracht gehad zou hebben. Want alleen Teyssonnières achtte de over eenkomst tusschen de twee schrifturen onbe twistbaar. Pelletier ontkende de identiteit van Dreyfus’ schrift en dat van het borderel. Charavay verklaarde dat er zekerefovereen- komst tusschen beide bestond, em dat het borderel geschreven was door Dreyfus of door diens dubbelganger. Dit laatste is niet heel duidelyk, maar de verklaring die Chara vay, na do later bekend geworden stukken onderzocht te hebben, thans openbaar maakt, is volkomen duidelyk. zocht had, gewacht had naar de minste tijding om trent haar en hoe bij, toen alle pogingen ijdel ble ken en hij haar dood moest gelooven, den rouw had aangenomen en haar als een afgestortene had betreurd. Het was een treffend, aandoénlijk schouwspel den forsohen edelman en de stervende door het lijden misvormde vrouw tot een geraamte, een ontvleescht skelet teruggebracht, als kinderen over hunne eerste liefde te hooren spreken, hen elkaar hun wederkee* rig lijden Ie hooren verbalen en hoe ze nog niet verzwakt was, hunne liefde Te midden hiervan slaakte de gravin eensklaps een kreet, en begon hevig te hoesteneen golf bloed.een krampaebtig ballen der vuisten.. Bertha de Chaumont was dood I Door deze plotselinge, onvoorziene ontknooping als verpletterd stond de hertog daar, onzeker of hij waakte dan wel een afgrijselyke nachtmerrie hem bedriegelyk het lyk der teederbemiude voor zijn oog plaatste. Maar het was wel werkelijkheid die hand, die hij aangreep, was koud, en viel lood zwaar terug toen hij dezelve vallen liet, en er was geen antwoord toen hy haar naam uitschreeuwde. Op dat oogenblik begon do kleine Mathilda, die tot nu toe stil in een hoek van het vertrek, onder da pannen, met een paar vodjes en iets als een pop gespeeld had, luide te weenen. De hertog keerde zich om en nam |iet kind voor de eerste maa' aandachtig op Hij zag, hoe zij reeds de trekken harer moeder, toen deze nog jong en schoon was kreeg. En op dat oogenblik herinnerde hij zich, wat de gestorvene ter wille van dit kleine meisje, ternau- Esterhazy’s vertrek uit Parys is het ge volg geweest van een bezoek dat de sous chef, van den veiligheidsdienst hem in het gesticht der broeders van den H. Johannes de Deo, waar de oud-majoor verblijf hield, heeft gebracht. Deze ambtenaar deelde hem idfcde dat de strafkamer het verhoor gesloten l»d, en dat hem vier-en-twintig uren tyd gelaten werd om te vertrekken. Anders z!ou de rechter van instructie Bertulus hem éérst dagvaarden en daarna een bevel tot inhechtenisneming tegen hem uitvaardigen. Toen hij deze boodschap ontvangen had, meldt de Temps” liet majoor EsterhaZy zich eenige vry heftige woorden ontvallen over zekere magistraatspersonen. Maar nog dien zelfden avond Dinsdag - heeft hy Frank rijk verlaten. een goede engel over haar waakte, onweersbuien van wanhoop zich telkenmale in een weldadigen tranenvloed. Hare omgeving was een der ergste kwellingen voor de fijn beschaafde vrouw. En toch meermalen benijdde zij hare geburen hunne gevoelloosheid voor alles wat bóven het eten gaat zy toch leefden in hunne ellende voort, onbewust van iets hoogers. Wat toch zyn de zwaarste kwellingen van den arme? Verstand en gevoelZoo bij het ongeluk heeft met een der gaven of met beiden bedeeld te rijn, en eenig^ins bijzondere mate, dan ware het hem beter nimmer geboren te zijn geweest. Want deze gaven verminderen zyn zedelijk draagvermogen. Ze maken zyn lijden eeuwigdurend. Ze doen hem lijden in het verleden, in het heden en voor de toekomst. Bij ieder oogenblikje geluk, bij elke oase in de woestijn des levens wijzen zy onverbiddelijk en onbarmhartig op de troostelooze sombere zand zee die daar achter weer onherroepelijk aanvangen moetze verscherpen het scherpste lyden ze doen ineenkrimpen waar de stompzinnigheid nog stof vindt Telefoon No. M ADVERTENTIES worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Uroote letters worden berekend naar plaatsruimte. De Oostenrjjksehe Rijksraad is plotseling verdaagd; de voorzitters der beide Huizen ontvingen de schriftelyke mededeeling, dat de Keizer daartoe bevel gegeven had. Dit bevel beeft de algemeene verbazing opge wekt; men had verwacht, dat ten minste eerst de oplossing der crisis in Hongarije zou zyn afgewacht. Daar deze niet zoo snel afloopt als de regeering verwachtte, besloot zy aan den onhoudbaren parlementairen toe stand in Oostenrijk voorloopig een einde te maken. Naar pien zegt kon graaf Thun aan de dagelijks sterker wordende eischen der rechterzijde niet meer voldoen. De parlemen taire commissie had thans weer van de re geering een bindende verklaring geëischt, betreffende haar houding tegenover de ver bonden partijen der meerderheid. De eischen van Jong-Czechen en Slaven ontstemden de clericalen, en vooral de Polen, die zich voortdurend inbeelden achtergesteld te wor den by de andere partijen der meerderheid. De afgevaardigden vernamen eerst des namiddags, toen zij naar de vergadering wilden gaan, het keizerlijk besluit. Waar schijnlijk zal de zitting tot den herfst gesloten blyven. Inmiddels zal graaf Thun pogen met de Duitschers tot een vergelijk te komen. Opmerkelijk is het, dat zelfs de leiders der rechterzijde niet vooraf met de voorgenomen sluiting in kennis waren gesteld, zoodat voor de volgende dagen een aantal commissiever gaderingen waren uitgeschreven. De Duitsche linkerzijde heeft beraadslaagd over de wensehelykheid, om een manifest over den toestand tot de kiezers te richten. De parlementaire verslaggever van de „Times” zegt, dat het nu vrywel vaststaat, dat de liberale leden van het Lagerhuis Maandag met algemeene stemmen Sir H. Campbell-Bannerman als leider hunner party zullen kiezen. Er was in sommige kringen eerst ernstig sprake van Asquith en in an dere van Sir Edward Grey, maar voor dezen was zyn jeugd een bezwaar, en Asquith schynt door zyn afgemetenheid en koelheid in den omgang met zyfl medeparlementsleden velen tegen zich ingenomen te hebben. Sir Campbell-Bannerman daarentegen is by zijn heele party zeer gezien en bemind. Aan vankelijk zag hy er tegen op de leiding van zjjn party op zich te nemen, maar toen hij overtuigd werd, dat hy algemeen gesteund zon worden o. a. vindt Asquith zelf Sir Henry den aangewezen man stemde hy toe. Aldus de parlementaire verslaggever van de „Times”. Duftschland. Paul Barzelaire, te Sedan geboren, een twaalfjarige cellist, maakt tegenwoordig te Berlyn grooten opgang. Hy heeft eenmaal op een soirée by vorst Kadziwill gespeeld, nadat hij te voren zich op concerten had doen hooren. De Duitsche keizerin, die hem by vorst Kadziwill hoorde, deed hem uitnoodigen in haar paleis te Potsdam te komen spelen. Ook nu weder was de keizerin zeer met zyn spel ingenomen en noodigde „den kleinen heer, die reeds zoo’n groot kunstenaar is”, naar zy zeide, nogmaals uit. De keizer en de keizerin hoorden, toen hij voor de tweede maal speelde, weder met zeer veel belangstelling toe en na afloop gaf de keizerin hem een groote gouden doekspeld met het monogram van den keizer en de keizerin in brillanten ten gescjwmke. Frankrijk. De inschrijving van „La Matin” voor een onderzeesch vaartuig^, volgens het type „Gueiavc zicuc j w de 300.000 francs wi schreden zyn, als da en Algerye zullen be 8

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1899 | | pagina 1