IT
d
h
26.
IALEU,
EN
iuwen.
Mo. 7831.
SCHOP.
ipeltjes,
Dinsdag 7 Maart 1899.
37s h* Jaarjriuig.
Buiienlandsch Overzicht.
I
ons.
FEIT
VORST,
I
i
Irani.
iONJEJ*.
PD
JSCll.
Ie prijzen.
vleesch
pieren,
i,
fttrages,
DOPERS,
lei*,eRZ.Mz.
r 5 On»
Gouda.
FKl'ILLKTüh.
ANNIBAL DE VONDELING.
'JVa«r het Fransch.
door W. NUTTERS.
Hl
w
i
Inzending van Advertentiën tot 1 uur de» midd.
De toestand der koningin van Belgis is
ernstiger geworden. Er fa weinig hoop haar
te redden. Zij heeft heden de laatste Sacra
menten ontvangen.
ongeduldig in de rede.
foorstellen te doen
•Misschien* zeide de
toon
•Nu wat wilt
„Mijnheer de
>»chhouu>erU-
Telefwi
De Uitgave deier Courant geschiedt <f a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prys per drie maanden is 1.25, franco p**r
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
aar
lAT K 116.
i f f e e r <1 e r.
/EG
Gedenkschriften van eeo Gelaktoeker
«34)
•Dit is aanlokkelijk ik zou voor zulk een
aanbod bijna zwichten. Maar ik herinner me juist
dat ik nog voor ongeveer twee duizend francs aan
schuldbekentenissen van u in handen heb
•Kom, wees niet hard voor mijn vriend. Wij
nemen alle voerwaarden aan.<
•Kom, mijnheer de graaf, gij althans kondt
weten dat wanneer ik neen zeg, het ook neen is
en neen blijft
•Gij weigert dus?«
•Besliste
•Ga dan maar mee, heer burggraaf. Die kerel
is koppiger dan een spaansche muilezel. Wij
krijgen niemendal los.*
•Bonsoir, heeren, «riep de woekeraar en strekte
zich wederom uit, en trok aan een koord, waardoor
het beschot van zeildoek zich weer sloot en ze
wederom het loketje voor zich had (jen. Zij zagen
thans, dat dit beschot, of liever dit gordijn hing
aan ringen, die over een aan den zolder bevestigde
roede liepen. Zij wierpen een blik op deze zon
derlinge en naar het hun voorkwam nuttelooze
afscheiding en keerden zich om.
||OI INIIi: COURANT.
en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Telefoon No.
ADVERTENTIES worden geplaatst van
1—5 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
De toestand van den Pans is zeer bevre
digend. De wond begint gewoon te genezen
en binnen tien dagen hoopt men dat Z. H.
weer zyn gewone bezigheden zal kunnen ver
richten. By wijlen is de Paus te opgewekt
en kan zich dan niet rustig houden, wat de
geneoing schaadt. Vrijdagavond was Z. H.
zoo opgewekt, dat hy nog een gedicht maakte,
waarin hy wees op de overeenkomst van zijn
geval met dat van Clemens XII.',
M
Verspreide Berichten.
-4---
Mill YFVM
Zooals men weet heeft de „Daily Chronicle”
onthullingen van Esterhazy beloofd. Ter in
leiding publiceert het blad de volgende ver
klaring
Ik, Ferdinand Esterhazy, bataljonschef van
de infanterie van het Franscbe leger, „en
rèfornie”, wonende te Londen, verklaar
hierbij plechtig en oprecht dat: lo. het ver
haal van mijn betrekkingen tot den gene
rale» staf van het Fransche leger2o. aan-
teekeningen betreffende wijlen overste Henry
3o. myn volledig getuigenis voor het Hof van
cassatie met bijvoegingen, in alle opzichten
waarachtig zyn en dat de fotografieën die
daarbij gevoegd zyn, ware fotografische af-
drnkken zyn van volstrekt echte brieven,
waarvan myn handschrift en de daarbij ge
voegde fotografieën, by deze verklaring zyn
gevoegd en ik leg deze plechtige verklaring
af, haar naar myn geweten waar achtende,
overeenkomstig de bepalingen van de parle-
mentsakte van 1835 nopens de gewaarborgde
verklaringen.
(get.) MAJOOR ESTERHAZY.
Plechtig verklaart en geteekend door ge
noemden Ferdinand Esterhazy, in White-
friars street 31, London City, 28 Februari
1899, ten overstaan van my, J. E. B. Craw
ley, è^inmissaris tot het atnemen van beëedjg-
de verklaringen by het hooge hof van judica-
tuur in Engeland.
Volgens de Engelsche wet stelt Esterhazy,
by gebleken onwaarheid van aldus beëedigde
verklaringen, zich bloot aan veroordeling
tot een straf van zeven jaren dwangarbeid.
De Temps geelt, over zes kolommen, het
verhaal dat Esterhazy Zaterdagochtend in
de Daily Chronicle deed en dat deel uit
maakt van het Zondag verschijnende vervolg
van het bbek „Les dessous de F Affaire
Dreyfus”. In dat vervolg komt ook het
verslag voor van het tweede en derde ver
hoor van Esterhazy voor de strafkamer, dat
de Chronicle voor heden belooft, dit is echter
minder belangrijk, üit oen briefje van den
kolonel-rapporteur voor den raad van on
derzoek, welke Esterhazy schuldig heeft
verklaard aan wangedrag, blykt dat toen
(Augustus vorige jaar) Esterhazy voor dien
hoofdofficier „myn waarde majoor" bleef.
De kolonel verzoekt overlegging van de
beweerde nota van du Paty de Clam, hetgeen
Esterhazy weigerde, zich bepalende tot de
voorlezing ervan en de vertooning van de
fotografie. Had ik, zoo heeft Esterhazy
volgens z|jn zeggen, voor de strafkamer ge-
De oud-minister Campbell-Bannerman be
sprak de voorstellen namens de oppositie.
Hy achtte de vraag of leger en vloot moeten
versterkt worden afhankelijk van de staat
kunde die de Regeering volgt. Als men in
de geheele wereld groote verplichtingen op
zich neemt, als men het Rijk alle jaren wil
vergrooten, dan zullen leger en vloot moeten
worden uitgebreid. De armée is thans niet
meer in staat de steeds aangroeiende ver
plichtingen na te komenin geen ander land
heeft het leger zulk een zwaren last op zyn
schouders zien Iaden.
Het Hongaarsche Huis van Vertegenwoor
digers werkt nu met stoom. De voorloopige
twaalfden werden aangenomen met alle stem
men behalve die van de onafhankelykheids-
party en de volkspartij. Tegen een toevoegsel
van den minister van financiën, waarby aan
de vorige regeering idemniteit werd verleend
voor de maatregelen die zy gedurende het
wetteloos tijdperk had genomen, stemden ook
de aanhangers van Apponyi.
Szell diende het nieuwe wetsontwerp tot
verlenging van het Vergelijk in; het komt
geheel overeen met dat van Banffy, behalve
dat er uitdrukkelijk in vermeld wordt dat
Hongarije op den grondslag van het zelf
standig douane-gebied staat, zoolang er geen
tol- en haudelsverdrag is gesloten.
Namens de Regeering antwoordde de heer
Balfour, dat naar zijn meening de voorge
stelde vermeerdering van het leger niet met
de staatkunde der Regeering samenhangt.
Hij stemde gaarne toe, dat de verantwoor
delijkheid van het Ryk toenam met de uit
breiding van grondgebied, doch dat is voor
andere landen even waar als voor Engeland.
Om tegen die verantwoordelijkheid opgewas
sen te zyn, moet Engeland een leger en een
vloot hebben, die sterk genoeg zyn om op
te treden tegen elk leger en elke vloot, die
Engelands belangen bedreigen. Dit is vooral
noodig met het oog op de uitbreiding van
den handel, doch tevens ook wyl andere
volken hunne legers en vloten voortdurend
uitbreiden. De Regeering moet een open
oog hebben voor de gevaren die haar be
dreigen. Daarom doet hy een beroep op
het Huis om de Regeering te steunen en de
gevraagde groote bedragen toe te staan.
De Regeering is overtuigd, dat de voor
stellen door het Huis zullen worden aange
nomen.
de Vicomte lief als een eigen zoon, niet waar
„Ja verder.*
„Ik heb in mijn leven vele voorbeelden gezien,
van zeer nabij helaasdat de vaders, niettegen
staande hunne liefde, mij hartelijk uitlachten, wan
neer ik mij bij hen vervoegde om betaling der
gelden door die zoons van mjj geleend, en ze acht
ten «ich volstrekt niet verplicht en rn het minst
niet gebonden om die schulden te voldoen, en
spuwden dikwijls nog bovendien vuur en vlam
tegen den gemeenen Van der Grijp, den schurk-
achtigen woekeraar, zooals ze mij wel eens noemen
men wierp my hoopen scheldwoorden naar 't hoofd
maar geld, kan men begrijpen. Dreigementen
met politie ja
fDat was verre van mooi I
•Dat stem Ik toe en velen met mij. Maar dat
is een zeer slechte troost, als men zijn geld weg
gegooid ziet. Meer dan tien keeren ben ik er op
die wijze ingeloopen, Welnu, hetzelfde kan mij
gebeuren met den heer baron.*
„Ik giloof het niet.*
„Ik eigenlijk gezegd ook niet,* zeide de jood,
„maar ik moet zekerheid hebben die op feiten en
daadzaken staat en mag niet afgaan op mee-
ningen."
„Wat te doen Gij schijnt iets te willen voor
stellen. Laat hooren
„Kijk, toen ik zoo dikwerf kwade zaken had
gedaan, heb ik gepeinsd of daar niets op te vin
den zou zijn en heb er iets op gevonden."
„En dat is
,0, tamelijk eenvoudig, -én als gij zeker zijt
van de toegenegenheid dergenen, waarop gij u
By de verkiezing van den Voorzitter van
den Franscben Senaat heeft in eerste stem
ming Fallières 96 stemmen gekregen; Con
stans 84; Franck-Chauveau 56; Peytral 25;
blanco 3. In de voorafgaande gezamenlijke
vergadering van de groepen der linkerzijde
waren de stemmen reeds sterk verdeeld ge
weest over de genoemde personenConstans
had echter toen nog 5 stemmen meer dan
Fallières. Hoogstwaarschijnlijk zou Constans
gekozen zijn, ware hy niet zoo kort geleden
als ambassadeur naar Konstantinopel ver
trokken. Zyn overkomst uit de Turksche
hoofdstad voor zyn vertrek verleende
de Sultan hem nog gauw het grootkruis van
de Medzjidié met briljanten heeft niet
mogen baten. By de tweede stemming ver
kreeg hy slechts een stem meer dan by de
eerste, 85; Fallières werd toen gekozen met
150 stemmen.
De nieuwe president van den Senaat, de
tweede persoon in de Republiek, is 58 jaar
oud. Zyn politieke loopbaan begon hy als
dépnté in 1876. .In 1880 werd hy staats
secretaris van binnenlandsche zaken in het
kabinet Ferry, in 1882 minister van binnen
landsche zaken in het kabinet Duclerec, en
was in 1883 een maand lang voorzitter van
den ministerraad. Daarna anderhalf jaar
minister van onderwys in het kabinet Ferry.
In |887 droeg Carnot hem na zyn verkie
zing tot President de kabinetsformatie op,
maar dit gelukte niet. Hy werd daarop
minister van binnenlandsche zaken in het
kabinet Rouvier 1887, minister van justitie
in het kabinet Tirard, 18871888, van
openbaar onderwys in het volgende kabinet
Tirard 1889—1890, en eindelyk in laatst
genoemd jaar weer minister van justitie on
der de Freycinet. Hy is dus vaak genoeg
regeerder geweest. Sinds 1890 was zyn
politiek leven wat stiller, maar zyn invloed
in den Senaat was vry groot. Hy behoort
tot de gematigde linkerzijde.
ie groote
in ruime
taan v e r-
anco met
mtiën on-
e n” Adv.
n BIRK-
beroept, geheel zonder gevaar. De minderjarige
persoon die uit zijn kas wenscht te putten, geeft
mij een kwitantie van het beleende bedrag door
hem zelven onderteekend, en tevens voorzien van
de handteekening van zijn vader of verantwoor
delijken voogd, en hij toone mij een brief of ander
stuk met die handteekening voorzien, opdat ik
kunne oordeelen over de wettelijke waarde.*
„Manr, mynheer Van der Grijp dat ia valsch-
heid in geschrifte."
•Parbleu, dat weet ik heel goedgeloof vrij,
dat ik dat weet.*
•En gij durft dat mij voorstellen
„Wat
De handteekening van mijn weldoener na te
maken en geld te kunnen leenen
•Ik stel niemendal voor, in 't geheel niet. Ik
vertel alleen maar wat dikwijls gebeurt Zoodanig
stuk met dubbele handteekening is meestal goed
en wordt door den vade/ of voogd geaccepteerd.
Hij betaalt dan liever, dan dat hij de zaak voor
de rechtbank gebrach} ziet.
Want, heeren? ik verzwijg het niet, de wet ver
volgt hardnekkig dergelijke overtredingen. Maar
ik kan u aan den anderen kant weer zeggen, dat
in vijf jaren tijd ik slechts eennuuH een géval heb
gehad, dat de vU(^r het zoover komen liet Ook
hier geldt het spreekwoordWie zijn neus schendt,
schepdt zijn aangezicht. »Ik behoef voorzeker niet
te zeggen dat dergelijke biljetten nimmer uit mijn
handen komen daF'het eén geheim blijft tus-
schen mij en den uitleener.
Wordt vervolgd).
tnigd aan bedoeld verzoek gevolg gege
ven, dan had ik my nu niet van die nota
kunnen bedienen om de strafkamer te be
wijzen dat de officieren van den generalen
staf en generaal de Bolsdeffre, die erin ge
noemd wordt, zich gehouden achtten my te
verdedigen. De vragen van Loew betreffende
het borderel ontweek de getuige. Ik heb
niets toe te voegen aan de vonnissen dor
krijgsraden van ’94 en ’98, zeide hij. Naar
aanleiding van een verzekering van Ester
hazy in de Daily Chronicle heeft de Temps
pok navraag gedaan by den daarin genoemden
Feuillant. Deze bevestigt dut inderdaad een
vrij heftige woordenstrijd is gevoerd tussëhen
Henry, ert hem over zyn vervanging als uit
dager van Picquart. Esterhazy was hiertoe
aangewezen door den generalen staf, welke
op het laatste oogenblik van meening ver
anderde en Henry bevel gaf met Picquart
te duelleeren.
Quesnay de Beaurepaire klaagt dat zijn
brieven hem Ie laat bezorgd worden en dat
hij gerdgpld achtervolgd wordt door geheime
politie-agenten.
Men’ zegt dat president Mazeau tot rap
porteur «Ver de Dreyfns-zaak voor de ver-
eenigde kamers van hot Hof van cassatie
niet het oudste lid in jaren (de leden die
reeds kennis van de zaak genomen hebben,
uitgesloten zijnde) zal uanwjjzcn: Georges
Lemaix, gewezen procureur-generaal te Ren
nes, en ook niet het op één nu oudste lid,
Lardenois, gewezen procureur-goneraal te
Toulouse, maar den gewezen voorzitter van
het gerechtshof te Beauvais, Cotello.
Fhankruk.
President Loubet heeft de wet tot ont
trekking van revisiezaken aan het Hof van
Cassatie geteekend.
Rusland.
Naar hetgeen uit Petersburg aan de „Ti
mes” gemeld wordt, duurt de werkstaking
der studenten nog steeds voort. Alle scholen
van booger onderwys in die stad z(jn gesloten,
als universiteit, technologisch instituut, mili
taire academie van geneeskunde, instituut
van ingenieurs, kunstacademie en de twee
scholen voor bosch- en mynbouw. De politie
hoeft de universiteit en het technologisch
instituut sedert een week bezet. Onophou
delijk doorkruisen patrouilles de stad, maar
de studenten gedragen zich zeer ordelijk.
In de universiteit was een biljet anngeplakt,
waarby de studenten, die deelgenomen had
den aan de betooging op 20 Februari, op
geroepen werden om voor den inspecteur to
J
Nog waren zij niet bij de deur, of zij hoorden
de ringen weer over de roede loopen, en dezelfde
opening vergunde hen nogmaals dezelfde verschij
ning te zien.
•Luister eensriep de jood.
•Is het bijgeval dat ge van gedachten zijt ver
anderd vroeg de Salluces.
•In het minst niet, heeren. M^ar toch u er
misschien een manier om het samen eens te
worden
Op dit oogenblik liep er iets als een huivering
over het lichaam van den jongen graaf. Een
oogenblik staarde hij Raphael aan, tweemaal strekte
hij de hand naar hem uit
•Laat hooren, zeg op riep de burggraaf on
geduldig en opgewonden. t
De jonge graat wendde zich af.
De heeren.'zullen het mij zeker wel ten goede
houden ditt ik,- hoe gaarne ik ook zaken doe, altijd
zorg de 'meest mogelijke zekerheid omtrent mijn
geld te «nfkrijgen
Verder
•Indfeen ik weiger met den vicomte, die ik het
genoegen heb hier thans naar ’k geloof, voor de
eerste maal hier te zien, zaken te doen, dan is
dat omdat ik de waarborgen, die hij kan bieden,
niet voldoende acht.»
Dan i* de zaak uit," viel de burggraaf hem
J ,Ik heb u geen andere
jood op geheimzinnigen
„Nooit te haastig zijn!*
ge dan
baron de Maubert heeft mijnheer