INT
SCHUTTERIJ.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Pzn.,
212.
38ste Jaargang.
No. 7878.
enz.
enz.
Buitenlandse^ Overzicht.
CHOP.
enz.
enz.
Dinsdag 2 Mei 1899.
I zan Nijverheid
i.
LDERINC
FEU1LLETO N.
ANNIBAL DE VONDELING.
Kleinhandel In sterken drank.
)Z.
CENTEN.
wordt gevn
»S
nd a.
in
Wordt vervo&d.}
AND,
3 ten uur in
Kleiweg.
i het ontwerp
tan patroons,
n.
Gedenkschriften van een Gelukzoeker
or
Noor het Fransch.
DOOR W. NUTTERS.
Telefoon No. 87.
De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers V IJ F
De werkstaking van de Belgische mijn
werkers breidt zich nog steeds uit. Tegen
over vermindering in het bekken van Luik,
staat een sterke vermeerdering van het
aantal stakers in Henegouwen. Tot dusver
werd de orde nergens gestoord. De troe
penzendingen naar de werkstakersgebieden
worden dan ook zelfs door vele tegenstan
ders van de staking als geheel onnoodig
afgekenrd.
In het Engelsche Lagerhuis heeft de Mi
nister van Koloniën, Chamberlain, meege
deeld, dat hy aanmerking had gemaakt op
de Transvaalsche dynamiet-concessie en
181)
Maar, hij was het gevaar van in de golven om
te komen niet ontsnapt, dan om in een ander
gevaar te vallen. Zware koortsen tastten zijn
verzwakt lichaam aandagen lang lag hij in be-
wusteloozen toestand, ijlende met schuim op zijn
lippen nu eens machteloos als een zieltogende,
dan weer als in waanzin alles verscheurende en
van een trekkende, knersetandende en in zijn ijlen
om den dood roepende, beurtelings biddend en
vloekend.
Twee maanden lang zweetde hij tusschen hemel
en aarde, tusschen leven en sterven
Toen nam de ziekte een wending hem ten goede
en trad de beterschap in Maar niet dan uiterst
langzaam en herhaaldelijk weer instortende kwam
hij de kwaal te boven. Na een verblijf van drie
maanden, kon hij eindelijk als hersteld het hospi
taal l’Hötel-Dieu verlaten.
Zijn eerste schreden waren naar zijn oude wo
ning op boulevard de Gand.
Hij vond het entre-sol waar hij zulke gelukkige,
oribezorgde dagen doorgebracht had, door anderen
gewoond. Hem ontbrak, den moed om inlichtin-
GUI IIM IIi: COURANT.
Telefoon No.
AD VERTENTIEN worden geplaatst van
1—5 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
Wolff’s Bureau verneemt, dat deDuitsche
keizer aan den president der Ver. Staten
het volgende telegram verzonden heeft
„De keizerlijke postmeester-generaal deelde
mij daareven mede, dat U. E. vriendelijke
toestemming heeft verleend tot het aan land
brengen van den Duitschen telegraafkabel aan
,de kust der Ver. Staten. Deze welkome
medèdeeling zal algemeene bevrediging en
vreugde teweegbrengen in het geheele Duit-
sche rijk, en ik dank U. E. daar hartelijk
voor. Moge de nieuwe kabel onze beide
groote volkeren nog enger verbinden en de
vrede, de welvaart, en de goede verstandhou
ding tusschen hen helpen bevorderen. Wil
helm II. R.”
Van president Mc. Kinley is hierop het
volgende antwoord ontvangen
„Aan Z. K. M. Wilhelm II, Potsdam,
Slot. Ik heb met genoegen het telegram van
Uwe Majesteit over de verbinding onzer beide
landen met een directen telegraafkabel ont
vangen. Het was voor mij een oprechte vol
doening, de toestemming voor het aan land
brengen van dezen nieuwen kabel aan de
kust der Ver. Staten te kunnen geven, te
meer omdat ik daarin een gelegenheid zag om
de grootsche' taak van het internationale
telegraphisch verkeer te kunnen bevorderen.
Daardoor toch worden landen, die door groote
afstanden van elkander gescheiden zijn,
nauwer verbonden en hunne bewoners in inni
ger betrekking tot elkander gebracht, in het
belang van de wederzydsche welvaart en van
de vriendschappelijke betrekkingen. Dat de
nieuwe kabel blijken moge een nieuwe band
te zijn tusschen beide landen is mijn warme
wenach en mjjn innige hoop. William Mc.
Kinley.”
De telegrammen werden in het Engelsch
gewisseld.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
GOUDA,
brengen ingevolge art 5 der Wet van 38 Juni
1881 (Staatsblad No. 97) ter openbare kennis
dat bij hen zijn ingekomen verzoekschriften van
de navolgende personen waarbij VERGUNNING
wordt gevraagd om in de bij ieders naam ver
melde localiteit sterken drank in het klein te mogen
verkoopen, als:
Namen der Aanduiding der
Verzoekerslocaliteit
Wed. J Seibert -Brasselaar, Raam O 515.
J. van Oije, Wilhelminastraat M 74.
id. id. M 63.
id. H. Schiel. Zeedijk P 1.
Gouda, den i Mei 1899.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
R. L MARTENS
De Secretaris,
BROUWER.
BEKEN DMAKTNG.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Gouda,
Gezien de Wet op de Schutterijen van den nn
April i8ar (Staatsblad no. 17), alsmede de Regle
mentaire tamalingen voorkomende in het Staats
blad van aSh 210 Maart 1828, no. 6;
Brengen ter algemeene kennis, dat de manne
lijke ingezetenen (ook de Milicien-Verlofgangers)
die het vorige jaar 24 jaren oud zijn geworden
en zij die zich sedert 1 Juni 1898 in deze gemeente
hebben gevestigd en tusschen 25 en 34 jarenoud
zijn, verplicht zijn zich voor den Dienst der
Schutterij te doen inschrijven
dat tot de inschrijving gelegenheid zal worden
gegeven ter Secretarie dezer Gemeente, van den
i5n tot den 3m Mei aanstaande, dagelijks (de
Zondagen uitgezonderd) van des voormiddags tien
tot des namiddags een ure
dat de bovengemelde Wet ten aanzien der yoor-
schrevene verplichting, de navolgende bepalingen
en voorschriften bevat:
Art. 1. Ieder ingezeten van het Rijk, die op
den xn Januari v^n elk jaar, zijn 25e jaar zal zijn
iAgetreden en zijn 34e jaar niet voleindigd zal
hebben, zal ingevolge de bepalingen dezer Wet
daartoe geroepen zijnde, verplicht wezen den
Schutterlijken dienst uit te oefenen.
Art. 2. Als ingezetenen worden met betrekking
tot de toepassing dezer Wet beschouwd
a. Alle Nederlanders binnen het Rijk hun gewoon
verblijf houdende
b. Alle vreemdelingen binnen het Rijk woonach
tig, welke hun voornemen om zich daar te
vestigen zullen hebben aan den dag gelegd,
hetzij door eene uitdrukkelijke verklaring, hetzij
door het werkelijk overbrengen van den zetel
van hun vermogen eh de hoofdmiddelen van
daarop een antwoord van President Kruger
was ontvangen. Binnenkort zou deze cor
respondentie worden overgelegd.
Men moet hierbjj weten, dat in de En
gelsche kranten, de „Times” voorop, in den
laatsten tjjd weer een schryfveldtocht tegen
Transvaal geopend is, waarvan het hoofd
thema is de grieven van de uitlanders, nog
al een afgezaagd onderwerp, ’t Is de moeite
niet waard den inhoud van deze artikelen
te geven; zy lyken allen op elkander.
Thefon, voorzitter van den Afrikaander
Bond, heeft te Upington in de Kaap een
rede gehouden, waarin hy iedereen tartte -
te bewyzen dat de Bond ontrouw was aan het
moederland. Het was schandelijk ondank
baar van Sir J. Gordon Sprigg, zeide by,
nadat de Bond hem 15 jaar gesteund had,
nu te gaan beweren dat Engeland’s over
wicht ui Zuid-Afrika in gevaar was. Afri-’
kaanders konden onmogelyk Engelschen
worden. Door geboorte, sympathie, taal en
godsdienst waren zij maar Afrikaanders, maar
overigens waren zy even trouw als de En
gelschen in het moederland. De groote quaes-
tie W’s overigens niet de trouw aan de Ko
ningin, maar deze of men wilde opgaan in
een grooter geheel, en dat wilde men niet.
Een correspondent van de „New York
Herald” te Manilla zegt, van generaal Otis
vernomen tfe hebben dat hij volstrekte over
gave van generaal Luna’s leger had geëiacht.
De vertegenwoordigers van Luna antwoord
den dat hun eer dat niet gedoogde. Het
Filippynsche Congres was tegen den eersten
Mei bijeengeroepen; daar zou de vraag of
men den oorlog moest voortzetten, worden
beslist. Otis zeide daarop’ dat hy geen re-
geering van de Filippijnen erkende.
De Transvaalsche ministerraad zal heden
zyn zitting hervatten. In zyn openingsrede
zal president Kruger inde eerste plaats
mededeelen dat de Republiek met alle bui-
tenlandsche mogendheden in vrede leeft en
dan verklaren dat de president hoopt ge
durende deze zitting de aandacht van den
Raad te zullen vragen voor zekere voor
stellen, die hij wenscht te doen met betrek
king tot het kiesrecht, de mijnrechten voor
onderaardsche mynen en de dynamietquaes-
tie. Verder zal worden medegedeeld dat
de N. Z. A. S. M. twee millioen van haar
schuld aan de republiek heeft afgelost ten
gevolge waarvan de Staatsleening voor het
oogenblik onnoodig is geworden.
In de openingsrede wordt nog dank ge
bracht aan dr. Leyds voor het goede werk
DERDEDEEL.
Hoofdstuk I.
Het was in den nacht van 15 op 16 December
van het jaar 1825.
Zooeven had het elf uur geslagen.
Het was alsof de vier winden, tegelijkertijd los
gelaten, tot een onstuimig feest bijeengekomen
waren, of voor een strijd op leven en dood om
den voorrang in het vernielen. Zij wierpen zich
huilende in hun hartstocht om te verscheuren, om
neer te werpen, over Parijs, schudden de huizen,
rukten de dakpannen af, dansten gierende om de
waggelende schoorsteenen, deden de ramen rinke
len, verblindden de voetgangers, en verhieven zich
weer /noog in het luchtruim, om daarna neer te
vallen op de sidderende stad der honderdduizen
den/ met sneeuw- en hagelbuien gewapend, die
ze vöpr zich uitjoegen.
Alles in de natuur was duisternis en opstand.
Geen verloren straal der maan brak door de dikke
wolkenmassa, geen ster fonkelde aan het aschgrauwe
firmament
Vooral op den weg van Parijs öaar Sceaux
over Montrouge spookten de elementen. Daar
drukten de winden de kruinen der boomen naar
den grond, en deden zij de sneeuw in verblin
dende wolken opstuiven van den grond, in dwar
relende, draaiende kolommen.
Deze weg was bijna geheel verlaten.
Wij zeggen bijna, want een eenzaam voetganger
volgde denzelve, den rug naar de barrière d’Enfer
toegekeerd, telkens stilstaande met de hand aan
zijn hoed, zich schrap zettende tegen den. storm,
H
gen in te winnen.
Hij klemde zich vast aan zijn wraakzucht, aan
zijn doodelijken haat en deed onderzoek paar den
baron de Maubert.
Deze was de laatste drie maanden niet in zijn
woning rue Meslay gezien. Men zeide hem, dat
de baron een buitenlandsche reis had onderno
men, die in geen geval minder x dan een jaar zou
duren.
Hij besloot zijn vriend, graaf Hektor de Sallu-
ces op te zoeken.
In diens woning werd hij op zijn vraag door
zijn vriend met wantrouwende blikken opgenomen,
en toen hij zich verklaarde, deelde men hem mede,
dat de jonge graaf zes weken geleden, ’s avonds
om elf uur ongeveer, op de boulevard de Capu-
cines door een dolksteek rermoord was geworden
en dat het der politie, in weerwil van haar ijverig
onderzoek, nog niet had mogen gelukken den
dader op te sporen
Derhalve bevond Raphael zich opnieuw zonder
vrienden, zonder middelen om zich zelfs het hoogst-
noodige te verschaffen, in het groote Parijs,
de groote wereld. Alleen en eenzaam te midden
van honderdduizenden. Geen enkelen vriend te
midden der millioenen.
Hopeloos, zonder moed om te leven, vol vrees
om te sterven, doolde hij dien dag rond, in op
stand tegen alles, zijn geboortedag verwenschende,
den hemel lasterende om de rampen die hij toe
liet over hem te komen.
hun bestaan.
De tijdelijke uitoefening van een bedrijf of hand
werk in eenige ondergeschikte betrekking, gelijk
die van leerling, knecht, enz kan op zichzelve
niet beschouwd worden als een bewijs van het
voornemen, om zich in dit Rijk te vestigen.
Art. 6 Elk jaar voor den eersten Juni, zullen
de ingezetenen, welke op den eersten Januari van
het jaar hun 25e jaar van ouderdoih zullen zijn
ingetreden, zonder onderscheid of zij vermeenen
mochten al of niet tot de vrijgestelden of uitge
slotenen te behooren, verplicht zijn zich bij het
Bestuur der Gemeente, in welke zij wonen, voor
de Schutterij te doen inschrijven
Art. 7. Zij die in meer dan eene Gemeente
hun gewoon verblijf houden, of den zetel van hun
vermogen hebben gevestigd, zullen tot de inschrij
ving verplicht zijn binnen die gemeente, alwaar
eene dienstdoende Schutterij aanwezig is.
Bijaldien in die verschillende gemeenten alleen
dienstdoende of 'alleen rustende Schutterijen be
staan, zullen zij zich doen inschrijven in de ge
meente alwaar zij voor dq personeele belasting
zijn aangeslagen en de anjbtenaren in die ge
meente, alwaar zij ambtshalve verplicht zijn hun
verblijf te houden.
Art. 8. Die van hunnen ouderdom geen vol
doend bewijs geven, zullen door het plaatselijk
bestuur worden ingeschreven naar deszelfs oordeel,
onverminderd de bevoegdheid van den ingeschre
vene om van zijn juisten ouderdom nader te doen
blijken.
Dientengevolge worden de ingezetenen, die in
de termen van gemelde Artikelen vallen, dat zijn
zij, die geboren zijn in den jare 1874, (daaronder
begrepen de Milicien-Verlofgangers der lichting
1894,) alsmede zij die sedert de vorige inschrijving
zich alhier hebben gevestigd en geboren zijn in de
jaren 1873 tot en met 1865, opgeroepen, om zich
op bovengemeldeh tijd en plaats aan te melden.
Zij, die nalatig mochten zijn zullen van wege het
Gemeentebestuur ambtshalve worden ingeschreven,
door den Schuttersraad worden veroordeeld tot
eene geldboete en ZONDER LOTING bij de
SCHUTTERIJ worden ingelijfd, indien het blijkt,
dat er tijdens de verzuimde inschrijving geene
reden tot uitsluiting of vrijstelling ten hunnen aan
zien bestond.
Voorts wordt den belanghebbenden medegedeeld,
dat zij bij de inschrijving moeten overleggen een
bewijs van Geboorte, hetwelk voor hen die niet
in deze Gemeente zijn geboren, zal worden aan
gevraagd indien zij voor 15 Mei a. s zich daartoe
ter Secretarie aanmelden en dat zij bij de aangifte
zullen moeten opgeven de straat, de wijk en het
nummer van hunne woning, hun beroep benevens
dat hunner ouders.
Gouda, den in Mei 1899.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
R. L. MARTENS.
De Secretaris,
BROUWER
die hem dreigde omver te werpen, die hem den
adem afsneed, en hem de sneeuw in het van de
koude purperkleurig gelaat blies.
Deze reiziger, waarvan het, ter oorzake der
duisternis, onmogelijk zou zijn geweest de gelaats
trekken te onderscheiden, scheen een man in de
kracht des levens.
Deze man was gehuld in een blouse van dikke,
zwartblauwe stof, terwijl zijn beenen bijna geheel
verdwenen in groote laarzen. Een lederen gordel
met koperen gesp was om zijn middel. In zijn
rechterhand hield hij een dikken stok geklemd,
die hem verscheiden malen als hij uitgleed goede
diensten bewees om op de been te blijven.
Slechts langzaam vorderde’ hij, telkens genood
zaakt stil te staan.
Enkele malen ontsnapte hem een kreet van
ontevredenheid over de huidige weersgesteldheid»
»Sacrebleuis dat weerMen waait weg. Men
wordt opgenomen
Dit personage, met wien we weldra kennis zul
len maken, of liever met wien we de kennismaking
zullen hernieuwen, was op dit oogenblik op onge
veer een mijl afstand van Parijs. Op die hoogte
verliet hij den weg en sloeg een voetpad dat door
de landerijen liep in.
Op een honderdtal passen van den grooten weg
bevond zich aan gemeld pad een woning, die zich,
uit een bouwkundig oogpunt beschouwd, in er-
barmelijken toestand verkeerde.
8