I rEEIJ, Q 1 Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda I n sr <s No. 7»J2. llulienlandsch Overzicht □ST. 2 S gbaar. I" FEUILLETON Meveranciers. Woensdag 14 Juni 1899. 38ste Jaargang. 17* 4 5 v - z izieht. van KE Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd. VERKIEZING VAN LEDEN met ■CLd-Sb- Ik rijt ge keninff rood* tors*.» duizend escadrd Bovena lerie vt man vt paard, dan f ten in W, Bos'cop. tdewa/rr. Waddinxveen. Bodegraven, erkerk a d.JJuel. 4, Haastrecht SN, Schoonhoven. na tot te- -Bron, irdam- L. Uetfenkschriften van een Gehikioeker OF annibal de vondeling Naar het Fransch. OOR W. NUTTER. llelianllie), nvan iggenomen. De dag van Zondag is in Parys kalm voorbijgegaan. Van ernstige manifestaties tegen de Republiek of baar regeering geen sprake! Loubet werd overal toegejuicht, en niet één ook maar schynt den moed te heb ben gehad om hem uittejouwen of na te schreeuwen met verboden koeten. De genomen voorzorgsmaatregelen hadden heeft de betrek - die dat pensionaat r heeft de zaken it en heeft mij Telefoon No. A9 ADVERTENTIËN worden geplaatst 1 5 regels a 50 Centen; iedere regel meer Centen Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. negen uur kunnen er 12 fless 12 12 flesch. VAN DEN ‘GEMEENTERAAD. De Burgemeester van GOUDA, Gezien art. y der Gemeentewet en art. 3 van het Koninklijk Besluit van den 8n Mei 1897 (Staatsblad no. 144) doet te weten dat in de drie Kiesdistricten waarin de gemeente GOUDA is verdeeld de periodieke verkiezing van twee Leden van den Gemeenteraad in elk district zal plaats hebben op 27 JUNI e. k. dat op dien dag, ran des voormiddags tot des namiddags vier uur, bij hem worden ingeleverd de bij art. 51 der Kieswet bedoelde opgaven van Candidaten, waarvan de voorgeschreven formulieren van heden af ter Secretarie kosteloos voor de kiezers verkrijgbaar zijn; en dat voor deze verkiezing de stemming, zoo die noodig mocht zijn, door Burgemeester en Wethouders is bepaald op Dinsdag den 40 Juli e. k. en de herstemming, zoo noodig, op Dinsdag den iin Juli d. a. v. GOUDA, den 130 Juni 1899. De Burgemeester voornoemd, R. L. MARTENS. De socialistische afgevaardigde Vaillant interpelleerde in de Parysche Kamerzitting van gisteren de Regeering over het ruw op treden der politie en stelde een motie voor waarin het Parijsche volk wordt geluk ge- wenscht met de welgeslaagde betooging van Zondag en tevens het optreden der politie wordt afgekeurd. Minister-president en minister van binnen- landsche zaken Dupuy constateerde in zyn antwoord, da£ de dag een triomf voor de Republiek is geweest en verklaarde verder, dat de politie enkel de opdracht had ge kregen de orde te handhaven. Maar in de Rue Mont-martre werden uit twee koffiehuizen glazen en uit een drukkerij clichés naar de agenten geworpen. Voor het paviljoen van Armenonville werden bovendien drie agenten gewond. De minister voegde er by, dat een onder zoek naar mogelijke schuldigen zal worden ingesteld maar kon niet nalaten hulde te brengen aan de politie, want het is niet mogelyk te regeeren, wanneer er geen orde is. Er werden tal van moties ingediend. De heer Dupuy vereenigde zich met de motie van den afgevaardigde Saumanda. De Kapiftr par den minister-president was aanvaard. De ministers verlieten daarop de verga derzaal. De motie-Ruau heeft deze strekking: De Kamer, vast voornemens geen Regeering haar steun te geven dan eene die besloten is de Republikeinsche instellingen krachtig te verdedigen en de orde te handhaven, gaat over tot de órde van den dag. In de Kamer heerschte buitengewone ont roering. De socialistische afgevaardigden riepen „Leve de Republiek Bij het verlaten van de zaal zeide de heer Dupuy tot een groep afgevaardigden: „WQ zullen het gezag overgeven in handen van gelukkiger magtfyiiet flinker mannen.” De ministertPpgaven zich naar het Elysée, waar zy president Loubet hun ontslag aan boden. afspraken over de bank dadelijk by het tot stand komen van het Vorgoljjk in werking zullen treden, en ten slotte 4o. dat de nieuwe handelsverdragen, afloop der tot 1903 bestaande, slechts 1907 gesloten zullen worden, zoodat die gelyk met het Vergelijk afloopen, en Hon garije dan vry is om al of niet het tolver bond met Oostenrijk te handhaven. Het geschil tusschen beide ryken is dus voorloopig bygelegd. Als overwinnaar keert dus Koloman Szell naar Budapest terug. In den langen, hardnekkigen stryd met Oostenrijk is Hongarije overwin naar gebleven. Oostonrjjk kan zich slechts troosten de gedachte, dat hot ministerie-Thun voor loopig nog behouden blijft. De strfid was daa ook te ongeluk. Aan de eene zijde een ministerie, steunend op allo partijen van het parlement, en sterk door zijn vasthouden aan do wetten. Daartegenover een kabinet, dat de sterkste, intellectueel en moreel hoogststaande party van den staat tot tegenstander had; een minister-president, die liever zjjn eigenwaarde dan zjjn portefeuille opoffert, en die hoog hartig en vasthoud end tegenover de Dnitschore, tuigen, dal do eischen 'van Hongarije te drukkend voor Oostenrijk waren, zjjn ontslag moeten nemen; dat zou waardig en vader landslievend zjjn geweest, en het zou voor zjjn opvolger de taak, de belangen van Oos tenrijk te verdedigen, hebben vergemakkelijkt. „Graaf Thun had, door een verzoenende houding aan te nemen tegenover de Dnit- sohers, wier eischen werkelijk zeer bescheiden z(jn, het Oostenrjjkscho parlement weer in staat kunnen stellen om te werken. Dat zou verstandig en vaderlandslievend zjjn geweest. „Maar graaf Thnn was noch waardig, noch verstandig, noch vaderlandslievend. Hij dacht slechts aan zich zelf, ep aan de wijze. wakrop hjj het best zjjn portefeuille zon kunnen be houden. „En daarom kapituleerde hjj voor Koloman Szell, en zal de „Ausgleich” naar de wenschen van Szell opgemaakt, aan Oostenrijk worden opgedrongen door een ministerie, dat zich de door geheel Europa beruchte 14 tot sym bool heeft verkozen.” Op deze wjjze wordt het optreden van graaf Thun in de „Voss. Ztg.” gekarakteri seerd. De beide voornaamste vereenigingen van Ik herinner me niet, dat ik neergevallen ben. Wel was ik gisterenavond geheel uitgeput en eenigszins licht in mijn hoofd, nu en dan dui zelig. Waarschijnlijk hebben mijn krachten mij onverwacht begeven en ben ik neergevallen Ik weet bepaald, dat ik niet ben gaan zitten, in dat geval zou ik ook niet midden op den weg gevon den zijn geworden, gelijk dat het geval geweest is. En nu weet ge evenveel als ik zelf.” •En, als het niet te vrijpostig is, waar van plan heen te gaan •Naar Parijs.” •Zeker naar familie „Ik ben wees en heb in ’t geheel geen familie, tenminste niet in Parijs.” •Vrienden of bekenden dan toch bepaald wel waarbij ge u vervoegen kunt?” •Ik ken njemand m Parijs." •Maar mijn jonge vriend, wat wilt ge dan doen daarginder •Probeeren mijn brood te verdienen.» •Waarmee, als ik zoo vrij mag zijn te vragen, ge neemt mijn nieuwsgierigheid toch niet kwalijk •Volstrekt niet. Ik kan zeer goed begrijpen, dat mijn heele geval u vreemd voor moet komen. En vooral als ik er nog bijvoeg als antwoord op uw laatste vraag, dat ik het niet weet.” •Ge verstaat toch zeker een of ander handwerk, beroep, vak, ambacht.” •Niets van dat alles.” •Maar waar hebt ge dan tot nog toe van ge leefd?” vroeg Potard. •Ik was hulponderwijzer in een pensionaat, on derwijzer zonder akte.” Er is in zake den Ausgleich een schik king tusschen Oostenryk en Hongarije tot stand gekomen, volgens welke: lo. het tolverbond in plaats van 1903 tot 1907 zal duren; 2o. de bankwet even lang zal duren als het tolverbond, dus ook tot 1907; 3o. de nieuwe voor Hongarije gunstige •En ge hebt die betrekking verlaten •Tegen mijn zin Eigenlijk king mij verlaten. Degene dis hield is gestorven en zijn opvolger op geheel anderen voet ingericht ontslagen.” •En waar was dat •In Rouaan.” •Maar hoe komt het dan dat ge als werkman gekleed gaat, terwijl ge niet als werkman u er gens kunt aanbieden •Ja, dat is l?en punt, dat mij nog het meeste zorg baart. Ik heb mijn kleeren gaandeweg moe ten verruilen en verkoopen, om te eten als het er op aankomt, dan gaat de maag toch boven alles •En hebt ge overigens goeden moed dat er zich te Parijs wel iets voor u zal opdoen 7 •Ik zou het u niot kunnen zeggen.* •Zou het niet beter zijn naar wat anders om te zien dan naar een postje als onderwijzer, iet» wat misschien eenigszins minder deftig is, maar waarvan ge toch zoudt kunnen leven •Ongetwijfeld, maar wat?* •Nu, daar zullen we straks wel eens over ^ra ten. Hoe heet ge toch?* •Louis •Louis wat?* •Louis Dubourg.* •Welnu, Louis, ik zal je eens wat zeggen Ik neem de dingen altijd maar van den besten kant op, en denk van de menschen liever het goede dan het kwade. Ik1 moet bekennen, dat het zeer wel mogelijk is dat ge me wat op den mouw afschriljtend gewerkt. De weg naar Long- champs, de renbaan en de „pesage” waren op last van minister Dupuy bezet door zes Politieagenten, versterkt met twintig is cavalerie en een brigade infanterie, en waren op het renterrein de cava- h de republikeinsche garde, met 1200 jetvolk en honderd gendarmen te Dan waren niet minder 0| commissarissen op aangewezen pun- in den omtrek van het terrein der wed rennen opgesteld tot het doen der noodige sommatiën en het verbaliseeren tegen over treders, en op verschillende punten celwagens gereed gezet voor het vervoer van eventueele arrestanten. Eindplyk was nog een gerechtolyke dienst georganiseerd op het terrein der wedrennen.' De procureur der republiek Feuilloley was aanwezig met 3 rechters van instructie en 3 substituten in het commissariaat van politie, zoodat het verhoor van arrestanten op staan- den voet plaats kon hebben. Toen de mannen, die Loubet zyn „grand prix” zonden bezorgen, hiervan de lucht kregen, zakte hun de moed in de schoenen. En van daar op het laatste oogenblik dan ook een aansporing aan de koningsgezinde, keizersgezinde en nationalistische getrouwen SBL’WT heeleniaal van Loiurchamns w h». Maar van den anderen kant was alle man opgekomen, en de revolutionaire hoop gaf nu aan bet „feest” van den „grand prix” het karakter eener demonstratie tegen de „Reac tionairen". Men kent het manifest, dat de socialisten hacjden uitgevaardigd. Doch er waren gCQp vijanden te verslaan! Zooals gezegd, werd President Loubet overal toege juicht, en tegen-betoogingen hadden niet plaats. De menigte riep: „Leve Loubet! Leve de Republiek! Leve Picquart! Leve Zola!” Na de wedrennen werden twee oploopjes voor het gebouw van de „Intransigeant” en voor het Café van Armenonville op nogal hardhandige wyze door de politie uiteenge dreven. Daarby vielen ook eenige slagen en werdeg enkele personen gearresteerd. Maar dat was èl! mu ini n:uiiiiivi en Omstreken. TelefMa Ho. M. De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. hebt gespeld, het is ook mogelijk van niet Ik kan dus niet anders doen dan u geiooven, want het is beter bedrogen te worden dan iemand te kwetsen door wantrouwen ik zeg maar precies wat ik denk Uw voorkomen bevalt me wel, ik geloof dat ge een goede eerlijke jongen zijt. Ik zal mijn best voor u doen zooveel te erger voor u als ge mij beetneemt •Wat bedoelt u, vader Potard •Ik bedoel dat ik in Parijs een broer heb, die meubelfabrikant is en met twintig knechts werkt zijn zaak loopt uitstekend Een paa( dagen ge leden hoorde ik hem zeggen dat hij eens rond zou zien naar iemand die zijn bo®ken bij kon houden. Het komt me voor dat gij we) iets voor hem zijn kondt Ah ge het goedvindt, dan zal ik u aan hem voorstellen. Ik zal voor u instaan en dan zal het wel in orde komen, daar twijfel ik niet aan Raphael kon zijn ooren nauwelijks geiooven. De eenvoudige ronde taal van den openharti- gen, gullen vrachtrijder had een onbeschrijfelijke bekoorlijkheid voor hem, die zijn gansche leven nog weinig anders had gehoord dan de grotheid van de onderste lagen der samenleving, en de leugenachtige hoffelijkheid der aristocratie En het voorstel dat hem gedaan werd lachte hem bijzonder toe. Het toeval gaf hem hier een gelegtóheid om nogmaals geheel van gedaante te verwisselenom weder een tijd ook van zijn leven af te sluiten een nieuw aan te vangen. LOTIKQ -v... A. oatiwmmnw.» afkondiging. Burgemeester en Wethouders van GOUDA, gezien Art. i.o der Wet van 11 April iSa, (Staatsblad no. >7) brengen ter kennis van de belanghebbenden, dat de LOTING ,V?.OI I SCHUTTERIJ zal plaats hebben,in het RAAD- HUIS dezer Gemeente op MAANDAG den 2on TUNI aanstaande, des voormiddags ten tien ure, voor de ingeschrevenen van dit jaar of geboren in 1874, en ten elf ure, voor de ingeschrevenen van vorige jaren of geboren in 1865 tot en met 187r ingesloten; wordende zij in hun belang aangemaand, om op de hierboven gemelde plaats en op den bepaalden tijd in persoon tegenwoordig te zon, of ingeval zij door ziekte of eemg ander wettig beletsel hierin verhinderd worden, een ander, met hunne belangen of omstandigheden bekend, in hunne plaats te doen verschijnen Voorts worden de ingeschrevenen verwittigd, dat de Alphabetische Naamlijst voor hen ter in zage ligt op de plaatselijke Secretarie, van Woens dag den tin tot en met Zaterdag den 240 Juni 1899, des voormiddags van tien tot een ure. GOUDA, den 13a Juni 1899 Burgemeester en Wethouders voornoemd, R. L. MARTENS. De Secretaris, BROUWER. 15 Fl. •’5) •Het is iets heel natuurlijks wat ik heb ge daan. Ik ben het zelfs verplicht. De wet gebiedt het en zou mij kunnen straffen, als ik het nage laten had, als ik u in de sneeuw, midden op den weg had laten liggen,. .Doe geen moeite om uw goede daad te ver kleinen, mijnheer Potard. .Goede daad, kom I Heel de wereld zou pre cies zoo gehandeld hebben in mijn plaats Laten we er niet meer over praten, en vertel mij maar liever eens ten minste als ge er zin in Hebt en het u -niet te moeilijk valt, hoe het gekomen is, dat ik u daar vinden moest.” •Och, dat is heel eenvoudig,” zeide Raphael, die inmiddels een sprookje had bedacht, vlk had een tangen marsch te voet afgelegd, zonder mij behoorlijk van het noodige te kunnen voorzien. •Arme jongen.” •Bovendien ben ik kort geleden zwaar nek ge veest, en nog lang niet de oude. Maar ik had eeen tijd te verhezen. Geld om me een onder komen te verschaffen had ik niet en was dus wel gedwongen altijd maar door te loopen. X o; fis

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1899 | | pagina 1