Iers.
iN.
MES,
i
I
•fi
I
ten
idel
tt
eurd.
H.
.omen.
16.
L7&,
BINNENLAND-
LS
5
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Woensdag 24 Mei 1899.
No. 7894.
38ste Jaargang.
I
Co.
Bultenlandscti Overzicht.
icol.
ilSOVI.
ii
1
i
JIS.
Loffen,
FEU ILLE ION.
ANNIBAL DE VONDELING.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
GEKTEN.
Verspreide Berichten.
,NTEN en
i. markt
i
mij
waar
spi
t«
per
aan
ARK
bekend en
itnemende
een
aste poederen,
itel Costumes).
en Concur-
i
GOTDSCHE COURANT
Telefoon No. SS.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers V IJ F
uit Den'Haag:
„De algemeene vergadering, betreurende
o. a. dat de toonzwakke open i totnochtoe
in alle woorden enkel, behalve aan ’t slot,
nu ie wordt in de algemeen gebruikte woor
den en dat auw en ieuw en de nederlandse
plaatsnamen zo blijven;
„gaat over tot benoeming van ’n Spelling-
Kommissie van 2 of 3 leden, om ’n spelling
te ontwerpen die de woordenlijst overbodig
maakt (behalve voor ongewone zuiver vreemde
woorden.)
„B.v. door o.h. (behalve in deze ongewone
zuiver vreemde woorden) altijd z, f, v, k,
en korte i b.v. Ëgipte) te spellenen zomo-
gelik door mindér de doffe en basteruitgangen
dan wel de te veranderen, behalve in heid
en telt b.v. in éigen, einde, eis en ei.”
zou de Filippynsche regeering hem afzetten,
want de meeste inboorlingen hadden genoeg
van den oorlog.”
Da Spaansche minister van buitenlandsche
■aken heeft nu ambtelijk verklaard dat, aan
gezien de onderhandelingen over de vrij
lating van de krijgsgevangenen mislukt zyn,
geen nieuwe stappen gedaan kunnen worden
voordat de rust in den Archipel hersteld is
De tweede algemeene vergadering van de
vredes-conferentio werd Zaterdag voormid
dag te 11 uur gehouden.
De heer Staal doet mededeeling van den
inhoud der telegrammen ontvangen van
H. M. de Koningin der Nederlanden en van
graaf Moerawjof, minister van buitenland
sche zaken, namens Z. M. den Keizer van
Rusland.
Het telegram van H. M. de Koningin was
gedagteckend uit Hausbaden, 19 Mei, en
luidde, uit het Fransch vertaald: „Uwe
Excellentie alsmede de leden der vredescon
ferentie dankende voor de gevoelens, uitge
drukt in uw telegram, grijp ik mot genoegen
deze gelegenheid aan om u mijn welkom in
mijn land te herhalen. Ik koester den op-
rechtsten wensch, dat met Gods hulp het
werk der conferentie de edelmoedige gedachte
van uw doorluchtigen vorst zal verwezenlij
ken.” GeteekendWilhelmina.
Het telegram van den Tsaar was gedag-
teekend uit St. Petersburg, 19 Mei, en luidde,
uit het Fransch vertaald„De Keizer ver
zoekt u, bij de conferentie wel de tolk te
willen zijn van zijn oprechten dank en zijne
hartelijkste wenschen. Myn doorluchtige
meester draagt my op, er Uwe Excellentie
niet onkundig van te laten, hoezeer Zijne
Majesteit gevoelig is voor het telegram, dat
gij tot hem gericht hebt.” Geteekendgraaf
Moerawjof.
De voorzitter stelt do conferentie in ken
nis met verschillende vraagstukken, verband
houdende met de regeling van hare werk
zaamheden en laat voorlezing doen van een
brief van den heer de Beaufort, houdende
bericht, dat de regeering van H. M. de Ko
ningin het voornemen heeft, de afgevaar
digden den 17en Juni een kunstavond aan
te bieden.
-■
Telefoon No.
ADVERTENTIEN worden geplaatst van
1—5 regels 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
De eerste offlcieele reis van president
Loubet, naar Dijon, ter onthulling van het
gedenkteeken voor wylen president Carnot,
is aangevangen. De ministers Dupuy, Krantz,
Delombre en Leygues, de ondersecretaris
sen Legrand en Mougeot, de directeur van
schoone kunsten Roujon, vergezelden den
President. Met groote staatsie werden de
offlcieele personen ontvangen. De regen
had bij de aankomst gelukkig opgehouden.
Loubet deelde een aantal ridderkruisen uit,
waaronder dat van groot-offleier van het
Legioen van eer aan generaal Darras.
Bij het monument hield Dupuy een lange
lofrede op president Gamot.
Merkwaardiger was echter het antwoord
dat Loubet gaf aan den kommandeerenden
generaal, die hem uit naam der officieren
kwam complimenteeren, Het hart» van het
leger zeide hij klopt gelijk met dat
van de natie. Het leger deelt de edelste
gevoelens van het volk en nu en dan helaas
zyn hartstochten, maar het bezit een innige
toewijding aan de Republiek. De regeering
zal het leger nooit aan zijn lot overlaten,
zij is innig aan het leger verbonden.
’t Is toch wat jammer dat de Finsch®
kwestie zoo zwarte schaduw werpt op het
land van den Czaar, want al weer worden
wij verrast door een nieuw blijk van ’s keizers
goede bedoelingen. Ja meer dan dat, ’t zijn
geen voornemens welke de Czaar Donderdag
(zijn jaardag) deed blijken.
Na een bespreking in den geheimen raad
heeft de Czaar het volgende besluit genomen
De verbanning van misdadigers naar Siberië,
die sedert de 17e eeuw werd toegepast, is
sedert de vrije kolonisatie daarheen bestaat,
niet alleen onnoodig, maar zelfs schadelijk
voor dat land, wegens de verbetering van
de middelen van gemeenschap en den voor
uitgang van den landbouw. Gaandeweg heeft
de deportatie het karakter van straf ver
loren, terwijl het onrecht, dat men dat land
door den invoer van misdadigers aandoet,
elk jaar grooter wordt.
De afschaffing van de slavernij en van den
gedwongen arbeid in Siberië heeft reeds
Zr Ms beide voorgangers bezig gehouden.
Dit denkbeeld aanvaardende als een testa
ment van zijn voorvaderen, en erkennende
dat de deportatie naar naar Siberië is een
hinderpaal voor de ontwikkeling van dat
land, heeft de keizer besloten een commissie
in te stellen, welke onder het voorzitterschap
van den minister van justitie zal vergaderen
Gedenkschriften van een Gelukzoeker
OF
Naar het Fransch.
door W. NUTTERS.
»Goed, goed. Jij bent dan Duitscher.”
„En ik heet
„Simon Schmitz.”
„Tiens, dat is goed, Simon Schmitz. Ik voel
in eens mijn hoofd vaster op mijn schouders staan
bij deze herdooping.”
„Wij stappen af aan het hötel Meurice,
ik kolossale weelde zal ten toon spreiden.”
„En moet ik ook behulpzaam zijn die weelde
ten toon te spreiden U kunt ook op dat punt,
volkomen staat op me maken, heer Staroste.”
„Natuurlijk. Maar, begin nu maar af te leeren
mij heer Staroste te noemen. Lieden van dien
rang spreekt men aan met Uwe Excellentie.”
„Ik zal het onthouden.”
„Je houd je in ons hötel afzijdig van alle an
dere bedienden en geeft nooit het minste antwoord
op vragen die mij betreffen, begrepen
„O, daarvoor behoeft u geen vrees te hebben.
Ik zal wel oppassen
„Waar het noodig ié met de andere bewoners
van het hotel te spreken, doe dan een beetje je
best om je uitspraak, wat te verdraaien en laat
degenen die je in ’t Fransch toespreken alles twee
of driemaal zeggen, en zet dan een gezicht of je
het nog maar half begrijpt enfin, je gezicht
staat doorgaans in die plooi, dat is dus het ge
makkelijkste punt van al wat je te doen hebt.”
De baron lachte, maar op Camisard’s gelaat
een ontevreden trek bespeurende, zeide hij
„Dat laatste zei ik maar om Je wat te plagen.
Ik houd er van de lieden die ik acht te plagen,
zulken die ik niet acht te sarren, die mij haten
te ergeren en die ik haat te tergen. Schenk mij
De Vereeniging tot Vereenvoudiging van
onze schrijftaal zal heden te halftwee in
Krasnapolsky te Amsterdam haar jaarlyk-
sche vergadering houden. Onder de agenda
verdienen opmerking
„7. Voorstel van dr. Hettema: Advies
aan de leden om de vreemde woorden meer
dan tot nu toe „vreemd” te blyven schrijven
terwille van spoediger algemeene aanneming
van onze Vereenvoudiging.
„8. Voorstel van den heer W. Rutgers
nog maar eens in de wijn, de rum, niets werk1
vanavond bijna. Het is alles als water in mijn
maag. Ik ben weer zoo frisch alsof ik twee da
gen had geslapen, en toch draaide een half uur
geleden alles voor mijn oogen.”
Camisard gehoorzaamde. De baron stond op
en opende een kast. Éen groote hoeveelheid klee-
dingstukken waren ïn deze kast aan spijkers op
gehangen, op en over elkaar wegens plaatsgebrek.
De baron lichtte van plke spijker alles tegelijk af
en wierp armen vol broeken en jassen op den
grond en op de stoelefi. Ten slotte zeide hij
„Laat ons nu maar eens zien welke liverij we
voor je hebben. Hier pak dit eens aan en dit en
dit. Verkleed je beneden maar even en kom dan
terug dat ik oordeelen kan
Camisard ging heen;
Toen hij terugkeerde en het vertrek binnentrad
stond de baron voorl den spiegel. De reus kon a
een kreet van verbazing niet onderdrukken. Zijn
meester had zich in het kwartier tijds dat hij
Camisrrd beneden geweest was, dermate ver
anderd, dat hij ten eeihemale onkenbaar was.
Bekend met alle kunstmiddelen der tooneelspe-
lers en der kappers, was hij er in geslaagd zijn
wenkbrauwen een amiere kleur te geven, de tint
van zijn aangezicht te veranderen. Hij scheen
langer en magerder vqn gestalte te zijn geworden.
De kleederen sloten hem nauw om het lichaam
De Maubert keerde zich om en bemerkte Ca
misard’s verbazing
.Juist,” zeide hij, „kijk nu eens goed in den
;el, onthoud het gezicht dat je daar zet, en
it het precies zoo te zetten als ze morgen
Spanje.
In een bankierskantoor te Madrid is een
brutale inbraak gepleegd. De dieven hebben
uit een der breede en hooge riolen die onder
de stad loopen op de juiste plek zich des
nachts toegang weten te verschaffen tot de
kamer waar de brandkast staat en hebben
die opengebroken en beroofd. Zy vonden er
echter slechts 2500 pesetas inde bankier
had den vorigen dag een som van 200,000
pesetas, waarop de dieven het blijkbaar ge
munt hadden, naar de Bank van Spanje
gebracht. Zy zyn handig te werk gegaan,
dat geen der electrische wekkers overging
en ook de wachthond niet aansloeg. Als
voorzorg hadden vermoedelyk zy de politie
door niet geteekende brieven gewaarschuwd
dat aan een ander uiteinde der stad een
inbraak zou plaats hebben, waar dan ook te
vergeefs de wacht werd gehouden
Naar men meldt heeft dr. Bredius
gemotiveerd adres ontslag gevraagd
H. M. de Koningin als directeur van het
Mauritshuis te ’s-Gravenhage. Zyn schilderijen
zal hij in bruikleen afstaan voor het Stedelyk
Museum te Amsterdam.
De Tweede Kamer is tot hervatting harcr
werkzaamheden opgeroepen tegen Dinsdag
6 Juni te 11 uren des voormiddags.
voor de eerste maal in ons hotel Fransch tegen
je spreken Maar hoe vindt je me zqo?”
„Onkenbaar”
„Zou je denken
„Ik sta zelf in twijfel, en ik verwachtte er mij
op. De duivel zelf zou in de war raken. Niet
alleen de kleeren, maar uw kleur is anders ge
worden, uw haar, die bakkebaarden geven uw
gezicht een heel anderen vorm Het is prachtig.*
„Laten we nu jou eens bekijken. Kom eens
wat dichterbij.*
Camisard gehoorzaamde
Ook hij was thans moeilijk te herkennen, vooral
voor degenen die hem de laatste dagen gezien
hadden.
„Uwe Excellentie schijnt maar matig over mij
tevreden te zijn.*
,Ja, ik vrees, dat je niet geheel onkenbaar
bent. Het is een geluk, dat je in de zaken die
we achter den rug hebben nooit zoo bijzonder op
den voorgrond zijt getreden, en dat dit ook het
geval niet zijn zal in de affaires die wp staan op
touw te zetten. Anders zou ik veel vrees hebben
voor herkenning. Je hebt oogen die men nooit
vergeet, je neus is ook van een vorm die onuit-
wischbaar in het geheugen blijft. We zullen moe
ten probeeren de kleur van je gezicht min of
meer te. wijzigen Maar ik vrees dat het niet veel
zal helpen, en ik weet zeker dat het nooit lang
zal helpen. Je zult je gezicht goed moeten on
derhouden met hetgeen ik je geven zal, ik moet
er notfi eens over denken wat het beste voor je
is y
(Wordt vervolgd.)
en het plan uitwerken om de deportatie door
andere straffen te vervangen.
Of het complot, te Johannesburg ontdekt,
iets is van beteekenis, of niet, doet op het
oogenblik weinig ter zake. Voor de betrek
kingen tusschen Engeland en de Z.-A. Repu
bliek beteekent het niets, ten minste naar
oordeel van Chamberlain.
En Kruger heeft onmiddellyk verklaard,
dat hij de conferentie met sir Alfred Milner
gaarne zal houden te Bloemfontein.
Chamberlain heeft thans aan sir Alfred
een lange dépêche gezonden, waarin alle
eischen van Engeland zyn opgesomd.
President Kruger heeft by den Volksraad
de wetsontwerpen ingediend, die naar zyn
meening voor een groot deel aan de grieven
der Uitlanders zullen te gemoet komen.
De „Voss. Ztg.” acht die voorstellen van
Kruger gunstiger voor de Uitlanders dan men
verwachten kon. Dat het burggerrecht den
uitlander na twee jaren verblyf in Zuid-
Afrika zou worden aangeboden, zooals in de
Vereenigde Staten geschiedt, is niet denkbaar.
Maar dat hy na vier jaren kiezer en ver
kiesbaar voor den Tweeden Volksraad en na
negen jaar kiezer en verkiesbaar voor den
Eersten Volksraad kan zyn, acht de „Voss.
Ztg.” een volkomen bevredigende oplossing.
Natuurlijk blyft Kruger staan op den eisch j
„geen politieke bigamie”, dus geen Engelsch-
man en Transvaler, geen monarchist en
republikein te gelyk. De eed van trouw aan
de staatsinstellingen der Republiek moet
verplicht blyven.
Het Duitsche blad betreurt het, dat de
Regeering te Pretoria voor de dynamiet-con-
cessie nog geen oplossing heeft gevonden.
Hoe het eigenlyk staat met de onderhan
delingen op de Filippijnen, of betermet de
pogingen om een schikking tot stand te
brengen tusschen de Amerikanen en de
Filipinos, is niet duidelijk. Wat de Ameri-
kaansche censuur doorlaat, is ontoereikend
om zich een oordeel te vormen over den
toestand. Otis seint dat Aguinaldo om den
vrede verzoekt, maar waarop berust die
verzekering? Wat de „Herald” uit Manila
verneemt, schynt dergelyke berichten niet
betrouwbaar te maken: „De leiders der
Filipinos zoo wordt aan dat blad geseind
hebben hun bereidwilligheid om den stryd
op te geven, laten bekendmaken door twee
gedelegeerden, die te San Isidro bleven toen
die stad ingenomen werd. Zy verklaarden
dat Aguinaldo zelf binnen twee dagen om
vrede zou smeken. Deed hy dat niet, dan
197)
•Ik ben een groot heer, een Hongaar meteen
hoogen titel Mijn naam is voortaan Staroste
Weneslaus Obresky.*
•Staroste
•Ja, dat is een hoogen rang, starosten zijn edel
lieden met hooge betrekkingen.*
•En verder, hee staroste?*
•Weneslaus Obresky.*
•Wat moeielijk om uit te spreken en om te
onthouden, vrees ik.»
•Je best maar doen.»
•Maar u moet het toch opschrijven voor me
op een stuk papier, dat ik het van buiten kan
leeren.
•Dat is goed.*
•En ik, heer baron, of heer staroste, wat maakt
ge van Camisard
•Mijn bediende.»
•Dat begrijp ik welmaar ben ik ook Hongaar
of Pool of Rus of Noor
•Je spreekt Duitsch, niet waar?»
•Natuurlijk pardieu, kom ik niet van Straats
burg, heer Staroste