ps JIS. olie. Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. I 38ste Jaargang. No. 7951 KEMV1SGEVUVG. PUBLICATIE. Bultenlandsch Overzicht. ex &Cie Paris LEN, Stoffeerder FEUILLETON. ANNIBAL DE VONDELING nat UNG. Zaterdag 29 Juli 1S99. - lijders ATER IJS VIJF CENTO. oornoeinu, MARTENS. Verspreide Berichten. dat voor de te bepeinzen wat <MAN Zn. ons geïllus- Zomersei- iben, dit te I gratis en iefkaart wordt gezonden door tommel. ■i I vrij van alle oging. il NB Ting leren, I ien, 8, 'aften, I 108. >u gaarne, al wa» het slecht» i Gedenkschrillen van een Gelukzoeker OF Naar het Frans ch. door W. NUTTER. ■8 der Zelf- ne uitopat- Telefoou No. ÉML De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers 8 afb. Prjj8 ▼erschrik- leugd Ijjdt leering, die id van een jjj hetVer- innarkt 34, aet bedrag, ken boek- Gisteren is in het Lagerhuis de artikels- gewyze’ behandeling begonnen van het wets ontwerp tot naasting van de Niger-Maat- schappy. Dillon stelde voor, de som van 865,000, die de maatschappij voor de over eenkomst zou krijgen, te verminderen tot 400,000. Hy beweerde, dat het gestorte kapitaal der vennootschap niet meer dan 160,000 was. Bovendien had zy, met schending van haar charter, dat een han- delsmonopolie uitsloot, al de jaren van haar bestaan een monopolie gedreven. En nu kreeg zy nog een zoo groote schadeloosstelling, dat de koers der aandeelen verdubbeld was. Dit laatste voerde Labouchere ab argument aan, en hy er aan toe dat mei 400,000 de maatschappij nog edelmoedig behandeld zou zyn. Een ander bezwaar van Dillon was, dat dit voorbeeld voor den staat slechte gevol gen kon hebben, als het tyd werd ook het charter van de Britsch Zuid-Afrikaanschc maatschappij in te trekken. Als deze haar verliezen, met’t bestuur van Rhodesië geleden, in rekening mocht brengen, dan zou zy naar rato wel 10,000,000 mogen hebben. I ««wt Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd. erkelyke hulp BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Gouda, brengen ter kennis /an de Ingezetenen, dat de Rekening van de Inkomsten en Uitgaven der Gemeente, over het dienstjaar 1898, gedu rende veertien dagen, de Zon- en feestdagen uitgezonderd, pp de Secretarie ter lezing van een ieder is nedergelegd, van des morgens ten tien tot des namiddags ten één ure, terwijl bovendien, tegen betaling der kosten, afschrift dier rekening kan worden verkregen. Gouda, den a8 Juli 1899. Burgemeester en Wethouders voornoerad, R. L. MARTENS. De Secretaris, BROUWER. Het Servische consulaat-genera»! te Am sterdam acht het noodig de Noderlandsche hoor liever van een half uur dan van een paar minuten, wees dus maar niet bevreesd »Een goed kwartier, mijnheer.” >Dan nebt ge bepaald mademoiselle Emilie de deur zien uitgaan Zeker, mijnheer.” •Wie was er bij haar >Een dame, zoowat even groot als mademoiselle, maar wat magerder.” •En waar zijn ze heengegaan •Ze zijn in een rijtuig gestapt, deur stond te wachten.’’ •Wat was dat voor een rijtuig •Een gewoon, zooals men op de pleinen overal staan ziet, mijnheer.” «Hebt ge er niet op gelet of dat rijtuig een nummer had, Alfred »Neen mijnheer. Het was een gewoon rijtuig met bruine paarden bespannen. De koetsier was een man met een langen baard.” •En welken kant zijn zij opgereden •Dien kant, mijnheer.” En de loopjongen wees met de uitgestrekte hand in de richting van het Bastille-plein. Langzaam of snel vroeg Raphael. »O, zoo gauw als men maar zelden een gewoon pjtuig rijden ziet.” Raphael deed nog enkele vragen, doch de knaap wist niets bijzonders meer Het verhaal van den loopjongen had weinig belartgrij s opgeleverd. Wat de richt ng betreft die het rijtuig genomen had, wist hij thans die van de" eerste vijf minuten, terwijl de fiacre hem thans twintig minuten vóór was. pers gelukkig te maken met de mededee- ling, dat sommige berichten die over de binnenlandsche aangelegenheden van Servië en over den aanslag op Milan Obrenovits, den opperbevelhebber van het leger, in om loop zyn, „onjuist en leugenachtig” zyn; dat die aanslag heelemaal geen door de politie opgezette vertooning was, maar het werk van „samenzweerders”; dat de vervolgingen tegen de „hoofdaanleggers” en hun „mede plichtigen” geen politieke vervolgingen zyn, dat er ook anderen dan radicalen gevangen zitten eh vele radicalen gevangen zitten en vele radicale leiders vry zyn, o. a. Grafts, Simits, Volts en Velimirovitsen eindelijk dat er in geheel Servië de meest volstrekte orde heerscht. Antwoordof de aanslag een door de politie opgezette vertooning was, en de ver volgingen van politieken aard zyn, zal de behandeling van do zaak voor het gerecht misschien uitmaken, maar vermoedelijk niet uitmaken; dat er ook niet-radicalen gevan gen zitten, is geen wonder, aangezien de onzinnigste aanleidingen voldoende zyn ge weest om menschen gevangen te nemendat er ook nog voorname radicalen op vryo voeten zyn, is waarschijnlijk, en wat Simits en Gruïts betreft niet vreemd, daar de eerste in Duitschland is en de tweede onder de bijzondere bescherming van den Tsaar staat; »Wt.eindelijk het heerschen van volstrekte orde in Servië betreft, niemand heeft, zoover we weten, het tegendeel beweerd. Aan Jiet luncheon van de conservatieve club te Londen sprak de minister Balfour gistermiddag over de Transvaalsche quaestie. Hy zeide dat deze aangelegenheid een bron van ongerustheid genoemd kon worden zoo wel voor de Regeering als voor haar vrien den. Het gaat niet aan de zaken van Trans vaal te beschouwen als dip van een afgezonderd gemeenebest. Engeland moet niet alleen den ken aan de grieven der Uitlanders. maar ook welken invloed deze grieven hebben op de koloniën. Spreker meende dat Gladstone en zyn me- deministers de onafhankelijkheid van Trans vaal nooit zouden hebben hersteld, wanneer zij niet geloofd hadden dat de republiek aan het Engelsche ras dezelfde voorrechten zou toekennen als aan hot Hollandsche. Maar de Transvaalsche regeering was afgeweken van de staatkunde, waartoe zy zich in 1880 had verplicht en daaruit waren alle tegen woordige moeilijkheden ontstaan. En als nu eindeloos gbduld en alle hulp middelen der diplomatie tot dusver zonder De BURGEMEESTER van GOUDA, Brengt ter algemeene kennis: dat de kermis dit jaar aanvangt 31 dezer en eindigt 6 Aug. d. a. v. eïi dat de tenten en kra men mogen geopend blijven op 31 dezer, 1, 2 en 4 Aug. a. s. tot ’s nachts 1 uur en op de overige dagen tot 's nachts 2 uur, Gouda, den a8n Juli 1899. De Burgemeester voornoemd, R. L. MARTENS. Als radeloos snelde Raphael naar het Bastille- plein. Hij zag rond, maar bemerkte niets en hij had ook niet verwacnt iets te zullen bemerken Hij wierp zich in een rijtuig en liet zich bren gen tot in de nabijheid van het hötel van den markies Hektor de Chateaudieu. Hier wendde hij zich tot een straatventer in vruchten en vroeg: •Mijn vriend, hebt ge kort geleden hiep geen rijtuig zien passeeren dat voor dat hötel daar stil heeft gehouden, of de koetspoort in is gereden De man liet zijn kar stilstaan, zag Raphael aan, schudde het hoofd en antwoordde Een rijtuig, mijnheer Neen, niets gezien.” I Herinner u eens goed •O, ik ben er zeker van Ik rijd hier al den geheelen morgen.” I! •Ik bedoel een fiacre met bruine paarden ,bc- I spannen en een koetsier •Honderden zulke fiacres gepasseerd, mijnheer, 1 maar ik kan u bezweren dat er geen enkele heeft stil gehouden voor het huis dat u aanwijst. Wel is er om een uur of tien een berline met vier paarden er voor de koetspoort uit komen rijden, met twee postillons, alsof men daar op reis ging.* Op deze tijding keek Raphael verrast op. Thans begreep hij er mets meer van Zou hij zich dan toch nog vergist hebben in Ij zijn vermoedens? Was de markies op reis gegaan?» Hij belde aan bij de woning van den markies. 11 Dezelfde bediende als vier dagen vroeger opende,; en vroeg wat hij begeerde. a54) Had zij misschien die belofte maar gedaan om hem tevreden te stellen, om van hem af te zijn, zonder zich gehouden te achten waarde te hechten aan wat ze beloofde De werkman, die hem zooeven had verlaten, had opgemerkt, dat zij er bekommerd en gejaagd uitzagvan welke list had men zich bediend om haar te overreden Raphael sprong overeind. •Het is nu de tijd niet om er geschied is er moet gehandeld worden,” zeide hij tot zichzelven. En hij nam zijn hoed en verliet het kantoor. Op straat gekomen zag hij een paar huisjes ver der een der loopjongens van de werkplaats, uit gezonden voor een of andere boodschap, maar thans aan het spelen met jongens van zijn leeftijd. Den boekhouder ziende, trachtte hij zich te verschuilen. Doch Raphael, hem ziende, wenkte den jongen naderbij te komen. •Alfred, zeide hij, kom eens hier, mijn jongen, en antwoord mij naar waarheid •Ja, mijnheer •Hoe lang ben je daar aan het spelen Ik GOIIISUIIE COURANT. Telefoon No. A D V ER TENTIEN worden geplaatst van 1—5 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. De minister van finantiën verdedigde, de voordracht. Een gevaarlijk voorbeeld zag hy in de overeenkomst niet; do eischenvan de Zuid-Afrikaanscbe maatschappij zonden op zichzelf beschouwd worden, als het daar toe kwam, een geruststelling, waarmede later Buxton, de ondersecretaris van kolo niën in het vorige ministerie, het niet vinden kon. Bovendien, vervolgde sir M. Hicks-Beach, ieder was het er over eens, dat de Niger- Maatschappy zich in hooge mate voor den staat verdienstelijk had gemaakt; haar doel was niet alleen geldbejag geweest, maar wel degelyk om de grenzen van het ryk uit te zetten. Nu moest men niet gaan af dingen maar royaal betalen. Dat vond Gibson Bowles ook, en verder liet de regee- ringsparty de liberalen nog wat praten, en verwierp het voorstel van Dillon met 171 tegen 78 stemmen. De vergadering van de commissie van vijf tienen heeft gisteren het geschil tusschen Woeste en andere clericalen ten aanzien van het kiesrecht zeer scherp in het licht gesteld. Woeste hield een redevoering die, volgens de woorden van het katholieke Journal de Bruxelles, wemelde van tegenbeschuldigingen en persoonlijke hatelijkheden. Hy kan blijk baar niet velen dat de evenredige vertegen woordiging in België steeds meer aanhan gers vindt, en trachtte daarom op de venij nigste manier de beteekenis van de uitingen voor de toepassing van dat beginsel te ver kleinen. Volgens hem was er een veldtocht van kuiperijen on kleingeestige'middelen on dernomen, om het ingang te verschaffen, maar dat nam niet weg dat de natie er niet vóór was. Daarop brak hy de evenredige vertegenwoordiging af en verdedigde zyn eigen stelsel: een district een man. en ging weer voort met te zeggen dat er iets broeide in het duister, maar dat hy op de hoogte was en die geheime plannen zou verijdelen. Hy gaf te verstaan dat zyn oude vijand Beernaert de ziel van die samenspanning was, en dat Beernaert weer minister wilde worden, hetgeen deze met een verwijzing naar zyn leeftijd (hy was gisteren keventig geworden) van zich wierp. De Lantsheere en de Smet de Naeyr laak ten beide het gedrag van Woeste en verde- digden buitendien de evenredige vertegen woordiging, en de Smet kwam op tegen de verkleineering, van de betoogingen ten gunste van het beginsel door Woeste. Duitschlind. Hot Fransche adviesjacht Ibis is, na acht dagen te Geestemünde gelegen te hebben, eergisteren weer in zee gegaan. Te Hamburg is een commissie van zeven leden van de Eransche Kamer aangekomen, die de vrijhavens in Europa bestudeert. Eergisteren hebben de hoeren, onder lei ding van de senatóren O’Swald en dr. Bur chard een boottocht gedaan langs de haven werken en handelsterreinen. Aan een lunch antwoordde de afgevaar digde Muzet op de begroeting van senator O’Swald met een toost op Hamburg, waarin lijj zyn bewondering uitsprak voor de Ham- burgsche haven. „Zou ik den markies de Chateaudieu een oogen. blik kunnen spreken „Niet aanwezig." „Ik zou hem zeer één minuut, willen zien „Dan zult ge terug moeten komen." „Wanneer „Als de markies van zijn reis teruggekeerd zal zijn,' antwoordde de bediende. „I« de markies dan op reis „Voor langen tijd „Dat weet ik niet. En wat is lang of kort voor den markies „Gij hebt gelijk,' antwoordde Raphael. „Maar, wanneer is de markies vertrokken „Heden morgem tien uur ongeveer," „En zoudt ge mij kunnen zegden waarheen „Naar Bourgogne, naar een kasteel met jacht terrein, dat hij daar heeft. „Ik dank u zeer vriendelijk voor uwe inlich tingen. Ik zal nu en dan maar eens komen hooren, of mijnheer de markies teruggekeerd is.» „Dat zal het beste zijn, goeden middag.» De zware deur werd gesloten Raphael kon er thans niet meer aan twijfelen de markies was vertrokken. Er kwam een kleine verlichting in zijn zwaar moedige angst. De hoop, dat hij zich vergist kon hebben, werd in hem levendig. „Misschien,” dacht hij, „is Emilie reeds lang weer thuis, en heeft haar onverwacht uitgaan tegen haar belofte in, geheel geen beteekenis” Wordt vervolfd.) uitwerking waren gebleven, dan moesten andere middelen worden gezocht. Spreker had echter vernomen dat de Transvaalsche regeering bereid was in een onmiddellyke vertegenwoordiging van de be langen der Uitlanders toe te stemmen. Wat zy wilde geven is evenwel onvoldoende naar don EngoJschen standaard, die inderdaad niet te ver gaat. Het is toch klaar en duidelyk dat het onmogelyk is vrijgeboren Engelschen voortdurend te behandelen als waren zo van een minder ras. Spreker ziet den toestand niet wanhopig in, maar verklaarde dat hot dwaasheid was den vrede af te kondigen, als er geen vrede was. Gister is weder oen Blauwboek over de Zuidafrikaansche quaestie verschenen. Hier uit doelen wy het volgende mede: Minister-president Schreiner liet den Kaap- schen gouverneur Sir Alfred Milner weten pdat met het oog op de loópende geruchten het Kaapsche ministerie wenschtedat minister Chamberlain zou weten, dat naar zyn mee- ning de toestand niet van dien aard was dat een krachtdadige inmenging in de bin nenlandsche aangelegenheden van do Znid- afrikaansche Republiek gerechtvaardigd kon worden geacht. Minister Chamberlain antwoordde daarop den löen Juni dat de Britschc Regeering niets liever wenscht dan inmenging in de binnenlandsche aangelegenheden van Trans vaal te vermijden en vertrouwt dat het Kaapsche ministerie al zyn invloed zal aan wenden om de Transvaalsche Regeering te bewegen zoodanig te handelen, dat het Brit- sche gouvernement worde ontheven van de noodzakelijkheid om te overwegen of tot zulk een inmenging moet worden overgegaan. (Mb** leeft. 8

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1899 | | pagina 1