UN,
;r,
ITO,
istoffen.
voor Gouda en Omstreken,
Nieuws- eU Advertentieblad
ïhe
os
Woensdag 13 September 1S99.
No. 7990.
38ste Jaargang.
Bultcnlandsch Overzicht
TER, - Gouda
H.L.
k ZONEN,
1TIJN.
rouda.
rwebrood
ELFABRIEK
t.
FEV1LLE1OX.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
I
KMAN &Zm.
tot 5 uur,
ZONDAGS
ran
dubbele fleach
gte, Zaltbommel.
sterdam
9.
tyn., Rotterdam.
i
WrtDSCHE COANT
hoesten,
adenrings-
bewezen.
n warme
ibevelens-
an.
25 cent
van
C.G.
nationale Ten
der^ en Kook
i diploma Ver-
vm den
l Hofrad
wn
IERS
Grouda.
Telefoon IN't».
ADVERTENTIES worden geplaatst van
1—5 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. (Sroote letters worden ‘berekend
naar plaatsruimte.
felefoon Mo. 82
De U itgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k
niet uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
wtrofteu
9 welbekend
T-BLIXSB,
’abriekstnerk).
radicale en
van alle, zelfs
kkige xenitw-
ontstaan door
ugdigcn leef tjjd
zwakte, Bleek
HooWpyn •-
- Maagpijn
nvermogen
mz. üit_
De omstandigheden van Dreyfus’ tweede
veroordeeling hebben een merkwaardige uit
werking gehad in Frankryk zelf. Het vonnis
draagt den stempel van moreele nietigheid,;
en wat Dreyfns zelf betreft, hy wordt be-,
trekkelyk licht getroffendat troost de Drey-
fusards en beurt hen op, want ze mogen deze
uitspraak als een eersten gewonnen stap
beschouwenin het verschiet zien ze herstel
van eer voor den onschuldige die door de
heele wereld reeds gerehabiliteerd wordt.
De anti-Dreyfusards daarentegen missen de
eenstemmigheid van het vonnis van ’94 en
de wreedheid ervandaarenboven kunnen zy
hun ooren niet sluiten voor den kreet van
afschuw die van den aardbol opstijgt; zy.
hebben een kwaad geweten, hun triomfge-
schreeuw klinkt valsch. Geen van beide
partyen heeft dus de overwinning. Het ge
volg is, zooals we nu al in een hodfdartikel
Van de „Figaro” lezen, dat men niet zoo
écherp méér tégenover elkaar staat. In
kringen waar tot dusver een boete op het
noemen van den naam Dreyfus was gesteld
een beter middel om ongenoegen te voor
komen had men niet gevonden redeneerde
men gisteren over do zaak vry kalmpjes.
En nergens is ook de orde ernstig verstoord.
Als er nog onlusten van belang komen dan
zyn ze geen rechtstreeksch gevolg van de
uitspraak van Rennes, maar van de politieke
beweegredenen die in de Dreyfus-zaak ge
mengd zyn.
heele rijen van rijtuigen voor den ingang stil.
De nieuwe bewoners schenen nimmer bezoeken
te ontvangen, schenen evenmin ooit hunne wo
ning te verlaten. Niemand weet den naam der
bewoners. Niemand zag de bedienden, die hem
vergezelden op den dag dat hij intrek nam. De
gordijnen voor de vensters aan de straatzijde ble
ven altijd gesloten, i Nooit drong, eenstraal van
lucht door de ramen. Het huis, ofschoon bewo
ners hebbende, scheen onbewoond
Men verwonderde zich in de buurt over het
vreemde dat het eertijds aan de vrolijkheid ge
wijde huis omgaf De verbeeldingskracht werd
in werking gebracht.
Men fluisterde van stille drama’s, die daar af
gespeeld werden, van verschrikkelijke misdaden,
daar bedreven, yan ongehoorde, geheimzinnige
misdrijven.
Dit gerucht verspreidde zich snel. Iedereen
wist van duistere tooneelen, die daar voorvielen,
ofschoon niemand recht wist, hoe hij het wist.
Wat deze gezien en. gene gehoord had werd
met elkaar in /erband gebracht en door de ver
beelding uitgewerkt.
Men durfde het huis ternauwernood naderen.
Men sloeg een kruis bij het passeeren. Men durfde
er ten laatste niet dan fluisterend over spreken.
De geruchten namen dusdanige verhoudingen
aan, en werden zoo beslist, dat de justitie zich ge
rechtigd gedwongen zag, zich in de zaak te mengen.
Op zekeren dag zagen de omwonenden een klei
nen stoet gerechtsdienaars post vatten voor het
huismen knikte elkander veelbedenkend toe.
(Wordt vervolgd.)
is het vonnis over Dreyfus zeker meer onder
de pressie van angst en corpsgeest dan van
haat uitgesproken, en men zal er niet op
gesteld zyn, een nieuwen kreet van afgryzen
aan de beschaafde wereld te ontlokken. Het
gerucht loopt ook al, dat de krijgsraad zelf
een adres tot het opheffen van dat gedeelte
der straf heeft ingediend.
Men late zich niet in de war brengen door
de „ondit” die geseind worden over de stap
pen die nu nog gedaan kunnen worden.
Dreyfus heeft beroep aangeteekend by den
Raad van revisie, uit militairen bestaande,
die te Pary's zetelt (en zich niet met fond
der zaak mag bezighouden). Hy blijft te
Rennes, in afwachting der beslissing van
dien Raad. Maar verder zou het initiatief
om de zaak weer voor het Hof van cassa
tie te brengen, van den minister van justitie
of den procureur-generaal moeten uitgaan.
De uitspraak is, zooals men weet, met 5
tegen 2 stemmen geschied. Sommige bladen
herinneren eraan dadelyk na den aanvang
van bet proces de krijgsraad ook met 5 tegen
2 stemmen heeft besloten, het geheime dos
sier in raadkamer te behandelen, en dat de
„Libre Parole” op den dag voor de uitspraak
wist te vertellen dat 5 leden van den krijgs
raad zich hadden beklaagd over pressie die
de regeering op den Raad uitoefende.
In de „Figaro” vinden wij het bericht dat
Paléologue vóór den aanvang der laatste
zitting van den krijgsraad officieus de be
kende verklaring van den Duitschen „Reichs-
Anzeiger” aan de leden van den krijgsraad
heeft medegedeeld.
HOOFDSTUK XII.
Het gevloekte Huis.
In 1823 bestond er in een der zijstraten van
Boulevard Bourdon een huis, dat in de omgeving
aangeduid werd als het gevloekte huis.
Dit huis, dat volgens den gedenksteen in dei^
gevel onder de regeering van Lodewijk XIV ge
bouwd was geworden, bestond uit twee verdie
pingen.
Aan de straatzijde had deze woning slechts één
ingang.
Achter het gebouw strekte zich een grooten
tuin uit Deze tuin was op dit ©ogenblik, nu de
woning jaren onbewoond was geweest, en gedu
rende dien tijd niet onderhouden was geworden,
niets dan een wildernis.
De lieden uit den omtrek ontweken deze wo
ning. Ze beefden indien ze het voorbij moesten.
Er liepen vreemde geruchten omtrent >het ge
vloekte huis.” Het werd den onbekenden aange
wezen als een verblijfplaats van onbekende schep
selen, als een spookhol, een plaats, waar de booze
geesten tezamen kwamen om plannen ter verdel
ging te smeden, om onheilen te beramen.
Volgens het zeggen der naaste buren schitterde
uit de vensters in donkere nachten menigmaal
licht, waarvan de herkomst onverklaarbaar was,
er speelden vlammen, die noch hitte gaven, noch
verteerden, rondom den gevelmen hoorde op
andere tijden gekletter als van wapens, gerinkel
van zwaarden als bij een tweegevechtmenigmaal
had men jammerkreten hooren opgaan uit den tuin,
gehuil van razenden, gesnik als van stervenden,
De consul-generaal van Transvaal te Lon
den, de heer Montagne White, heeft in een
interview gezegd, hoe Transvaal staat tegen
over de suzereiniteitsqnaestie die al zooveel
onnoodige verbitterende woorden van twee
kanten heeft doen vallen en wier inmenging
in de crisis deze zooveel scherper heeft ge
maakt. De consul noemt het misleidend te
zeggen dat, omdat de Transvaalsche regee
ring het bestaan van suzereiniteit ontkent,
dit een uitdaging is van Engeland. De Boeren
toch willen volstrekt niet tornen aan de
rechten, die Engeland ontleent aan de Lon-
densche Conventie (d. i. die van 1884), maar
zy zyn bang dat het woord suzereiniteit om
de beteekenis, die in den laatsten tyd aan
dat woord is gehecht, een voorwendsel kan
zyn om de onafhankelijkheid hun by de Con
ventie verzekerd, te kortwieken.
Dat is men zou haast kunnen zeggen
nalnq^k de positie van de Trans vaal-
sche regeering. En het is eenigszins te be
grijpen, dat zy op de quaestieds gekomen,
omdat het eischen van kiesrecht voor zyn
burgers in een anderen staat, het vragen van
hervormingen als die welke Engeland in.
Transvaal verlangt, als vanzelf doet vragen:
„Maar bestaat er dan tusschen die twee lan
den een verhouding die het eene het recht
geeft, zoo iets van het andere te vorderen?”
Vandaar dat daarop van den anderen kant
Engeland zjjn beweerde suzereiniteit, steu
nende zooals men weet op niets anders ian
de bevoegdheid om buitenlandsche tractaten
van Transvaal niet goed te keuren, is gaan
volhouden.
Vandaar dat president Kruger zelf deze
quaestie«is gaan bespreken in den Volksraad,
waar hy gezegd heeft„Wanneer de heer
Chamberlain voor Gods aangezicht stond,
dan zou zjjn eigen geweten moeten erkennen’
dat er geen suzereiniteit bestaat” en dat de
„Times” blyft volhouden dat hy hiermee
beweert dat Transvaal een „internationale
souveroine Staat” is, terwyl het blad blyft
spreken van Engeland’s suprematie.
Intusschen, niettegenstaande de troepen
zendingen, die vemoedelyk thans wel plaats»
zullen hebben, wordt aan het behoud van
*93)
«Welke, mijnheer
>Zeg mij toch den naam van myn vrouw, en
waar zjj woontgij antwoordt niet gij wilt
het mij niet zeggen Nu, dan zal ik haar zonder
uw hulp vinden. Dan ga ik naar Jacques Aubry
om het te vragen. Of naar den baron de Maubert,
die altijd bij hem is”
Raphael boog het hoofd Voorover, en scheen
diep na te denken. Zijn lippen bewogen zich
zenuwachtig, zonder geluid door tb laten.
Eensklaps richtte hij zich ophij stak zijn han
den recht vooruit.
•EmilieEmilie I” riep hij op wilden harts-
tqchtelijken toon.
De jonge vrouw stoof verschrikt achteruit, doo-
deljjk ontsteld door wat zij als een plotselinge
uitbarsting van razernij beschouwde.
Maar de ongelukkige jonkman draaide rond als
een toevallijder en stortte languit ter aarde en
bleef als dood liggen.
den vrede nog volstrekt niet gewanhoopt.
De „Westminster Gazette” meent, dat na de
vergadering van den ministerraad, een nieuwe
aanloop is genomen naar een vredelievende
oplossing. Het schijnt, organen van de mi-
nisterieele party hébben hét verklaard, dat
geen nieuwe eischen gedaan zyn. Engeland
blyft dus by zyn eisch om het kiesrecht te
geven aan de Uitlanders, dat „meest En-
gelsche middel tot verbetering van erkend
kwaad,” zooals de „Daily Telegraph” het
niet oneigenaardig noemt. Het is te hopen,
dat thans den Boeren geheel duidelijk zal
zyn, wat zy hebben te antwoorden. Want,
zooals de „Westm. Gaz.” erkent, het was
heel moeiljjk voor de Transvaalsche regeering
uit de laatste dépêche met haar verschillende
eischen van conferentie en gezamenlijk on
derzoek wys te worden, te weten of de eene
den andere vervangt of niet, wat in elk dier
bijeenkomsten zal worden besproken en wat
niet.
Wanneer de troepen, waarvan de uitzen
ding thans is bevolen, gedeeltelijk uit Indiê,
gedeeltelijk uit Engeland en de Middelland-
sche Zee-garnizoenen, in Zuid-Afrika zullen
zyn aangekomen, zullen de Engelsche daar
ongeveer 23,000 man by elkaar hebben. Dat
dit niet genoeg is, spreekt vanzelfmis
schien wel om te beletten, dat de Transva
lere geen aanvallende houding aanneinen,
niet om hen te overwinnen. Er zouden dus
in geval van oorlog nog veel meer manschap
pen naar Zuid-Afrika moeten worden ge
zonden.
De „Morning Leader,” die steeds tegen
de oorJogsvrienden opponeert, rekent uit wat
de oorlog Engeland kosten zou wanneer
daarvoor 60,000 man in Zuid-Afrika moesten
worden bijeengebracht zonder twijfel een
minimum en komt tot een taxatie van
75 millioen pond, d. w. z. 900 millioen gulden.
Het blad rekent dit uit door vergelijking
met andere oorlogen door Engeland in den
laatsten tjjd buiten Europa gevoerd, zooals
de Afghaansche oorlog,“e iets van 44 mil
lioen pond heeft gekost. Natuurlijk heeft
die schatting iets zeer willekeurigs, aange
zien niemand zal kunnen zeggen, hoe lang
de oorlog zou duren en hoeveel nieuwe
troepen zouden moeten worden aangevoerd.
Maar het noemen van zulke cijfers die
een vermeerdering van den dienst der nati
onale schuld aan rente en aflossing, met een
40 millioen gulden zou ten gevolge hebben
zal toch wel. dienen om Engelsche jingoes
een oogenblik te laten nadenken.
geschreeuw van woede, getier van bezetenen, doffe
geluiden als van vallende lichamen, gebrul als van
ondragelijk lijden
Wel is het waar, dat niemand gevonden kon
worden die dit alles persoonlijk gezien of ge
hoord had, maar even waar was het, dat nie
mand twijfelde.
De sléchte reputatie dezer woning Schrikte elkeen5
af hetzelve te huren of te koopen. Tien jaren
lang bleef het onbewoond.
Ziehier den oorsprong der geruchten, die aan
de woning bij Boulevard Bourdon den naam van
»het gevloekte huis” gaven.
In het begin van het regentschap werd het
hötel in kwestie bewoond door den markies De
Noce, een der gunstelingen van Philippe d’Orléans.
Toen was het hotel een en al pracht en luiste?
en weelde
Dagelijks bijna werden er feesten gegeven, die
tot diep in den nacht duurden.
Het hotel was eea tempel aller ondeugden, alle?
schandelijke vermaken. 1
Plotseling hield dat op.
Finantieele redenen dwongen den markies het
huis te verkoopen.
Er daagde een kooper op. Het huis ging in
handen van een nieuwen eigenaar over. Deze nam
van zijn nieuwe woning bezit, vergezeld van twee
dienstbaren van verschdlcnde sexe
Van dat oogenblik af veranderde alles in het
kleine hotel.
Er werden geen feesten meer gegeven. Men
hoorde geen vroolijke muziek meer van uit de
zalen. Er hielden niet meer als voorheen ge-
ichtende eene
rmen f 87.50
- 90-
- 110—
- 125—
- 145—
- 160—
- 155. -
- 180.-
JWIELEN op
Toen mr. Labori kapitein Dreyfus mede
deelde dat lip opnieuw veroordeeld was, bleef
deze kalm. „Zeg aan mijn vrouw”, zeide
bij, „dat zfl sterk moet zijn, dat ik ook sterk
zal zjjn en niets mij zal kunnen terneer
slaan. Ik zal niet ophouden met het uit
sproken van mijn onschuld, eindelijk zal men
die toch wel moeten erkennen en openlijk
afkondigen.”
Mevrouw Dreyfus had haar moeder en
eenige vriendinnen bij zich, o. a. mevrouw
Havet, toen de uitspraak haar medegedeeld
werd. Zjj was natuurlijk zeer terneerge
slagen, maar de crisis was spoedig voorbij;
zjj toonde zich weldra weer vol vertrouwen.
Te Rennes dacht men dat de tjjd, door
Dreyfns op het Duivels-eiland doorgebracht,
niet alleen van den straftjjd afgetrokken zou
worden, maar daarbij zelfs dubbel in reke
ning zou worden gebracht deze meening
werd ook in ons vorig overzicht uitgesproken.
Mr. Mornard heeft echter dadeljjk gezegd dat
naar zjjne meening de bepaling in de wet j
van ’95 op de cellulaire gevangenisstraf hier
niet toepasselijk was, en slechts 4 jaar en
8 maanden afgetrokken zonden worden. Dat
is ook de meening van de „Temps”, die
schrijft: „Dreyfns heeft reeds bijna vijf jaar
deportatie binnen een versterkte plaats on
dergaan, een straf die twee graden zwaar
der is dan die welke hem nn wordt opge
legd. Men kan de meerdere zwaarte van
de straf niet wegnemen, maar de tjjd, op
het Duivelseiland doorgebracht, komt in
mindering. De wet op de cellulaire gevan
genisstraf voorziet een vermindering met een;
vierde voor den veroordeelde die zjjn straftijd
cellulair doorbrengt. Ze is niet toepasselijk
op de detentie, en tenzij een administratieve
- maatregel, bjj analogie besluitend, tusschen-
beide treedt, zou Dreyfns nog vijf jaar op-
gesloten moeten worden.
Wat de degradatie betreft, deze vloeit
van rechtswege voort uit het vonnis (art.
189 Code Militaire), en bij het volgende
artikel is de barbaarsche plechtigheid, waar
aan Dreyfus reeds den 5en Januari 1895.
onderworpen is geweest, in bijzonderheden!
vastgesteld. Dreyfns zou dus voor de tweede
maal gedegradeerd worden? Hoe laag men
zijn rechters ook moge schatten, dit is toch
Ondenkbaar. In de eerste plaats oindat de
piilitaire degradatie ook als voornaamste
straf kpn uitgesproken worden, en dus triet
gelijkstaat bijvoorbeeld met onthouding van
burgerschapsrechtenin dit,geval zou de
- veroordeelde dus voor hetzelfde feit twee-
jnaaf dezelfde straf ondergaan. Daarenboven
Geilenksehrilten van een Gelukzoeker
aóibal WWéelM
Naar het jFransch.
dOor’W. NUTTER.