1I
Studio
EVER
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken
sche
ons
Vrijdag 15 September 1899.
38s(e Jaargang.
No. 7992.
Buitenlandse!! Overzicht
rtterdam,
K 30,
RST,
J
IT7EHVERIJ
sseberij
1EIMER
Rotterdam.
U. den Komne
a.
JDA de lieer
i. Az
men en verveu van
eroben, alsoolr «||s
het stoompa van
t ene.
worden naar de
geverfd,
istoomd of geverfd
gezondheid
AMTIBAL DE VOKDELING.
[Afaar het Fransch,
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
V erspreifle Berichten.
NRMAN &Zn.
Wordt vervolgd.}
v. d. WAALS
as voor
odnctiewerk.
Meeren voor
lekten.
12'/, u.
-3 u. en
i Vrjjdag,
iv.
nsdag, Donder-
I u. v.m.
IE OUDE
DAMMER
ter kt
ITO A P
1.01 INIIE COURANT
Telefoon No. 8*.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25,- franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers V IJ F C E N T E Ji.
gbaar bij
ITERS Jz.
rija van echtheid it
n kurk steeds voor
den num der Firma
PPE
t van den
hm. Hofrad
ebben
in
w hoesten,
r ademings-
m bewezen.
van warme
nanbevelens-
tiken.
k 25 cent
Telefoon No. R9
A DVERTENTIEN worden geplaatst van
1—5 regels 50 Centen; iedere regel meer
Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
vooral niet meer. En nu wordt een antwoord
verwacht binnen twee etmalen. Eergisteren
is het telegram de regeering der Republiek
ter hand gesteld. Heden moet zy dus ge
antwoord hebben. Indien dit geen ultimatum
is, dan verschilt het er toch alleen in den
vorm van. Op welke wyzc de Engelsche
regeering by een niet onvoorwaardelyk aan
nemen van al hare eischen de oplossing
meent te moeten vinden, is niet twyfelachtig.
Maar evenmin de vraag wie van een oorlog
de verantwoordelijkheid draagt.
Van het Britsche gouvernement is een
verdere mededeeling ontvangen, waarin ver
klaard wordt, dat, ofschoon Hr. Ms. regee
ring verlangend uitziet naar een spoedig
antwoord, zy niettemin met het oog op den
ernstigen aard van de quaestie, de Trans-
vaalsche regeering niet wil binden aan een
termyn van 48 uur.
De Belgische Kamer heeft de kiesrecht-
debatten hervat. Minister De Trooz heeft het
ontwerp-Schollaert weer opgevat (met enkele
wijzigingen) en verdedigd. Hy liet daarbij
niet na om herhaaldelijk te wijzen op de on-
eenigheid die in de oppositie is ontstaan
doordien een gedeelte daarvan de evenre
dige vertegenwoordiging zonder meer wil aan
vaarden terwijl een ander deel zulks niet wil
zonder het algemeen stemrecht. Dit had ten
gevolge dat van verschillende zijden de minis
ter telkens in de rede werd gevallen, waarbij
uitingen werden gehoord die niet bemoedigend
zyn voor den verderen loop der debatten.
Toen de president b.v. eens zeide: „Val den
spreker niet in de rede. Er zijn nog 39
anderen ingeschreven” toen riep de af
gevaardigde Smeets „En wat hebben er nog
30 tot uw beschikking 1” En wat later,
riep dezelfde afgevaardigde Val hem niet in
de redeHet duurt toch zeker drie maandenI”
Dat belooft wat
Merkwaardig was een verklaring uit de rede
van den heer De Brocqueville, een clericaal,
die tegen het voorstel sprak. Deze heer was
tegen het beginsel van evenredige vertegen
woordiging, onder anderen op dezen grond,
dat dit beginsel de vertegenwoordiging van
dwaalbegrippen wettelyk voorschreef. En
dat mag niet. „De dwaling” zei deze spre
ker, „mag niet vertegenwoordigd worden.
Dat is de oude katholieke theorie.”
Gelukkig wordt deze theorie lang niet door
alle Belgische katholieken gehuldigd, evenmin
als door de Nederlandsche katholieken die
voortdurend tegenover de liberalen mede
werken tot eene vertegenwoordiging der min
derheden en dus volgens den heer De Broc
queville medeplichtig zouden zjjn aan het
helpen vertegenwoordigen van de dwaling.
>Ik geloof dat u gelijk hebt,” antwoordde de
inspecteur. «Maar zouden we, alvorens dit lijk te
doen verwijderen, ons onderzoek niet nog voortzet
ten in andere gedeelten van dit huis. Misschien
is dit niet alles.
Natuurlijk zullen we dat. Intusschen kunnen
twee onzer mannen heengaan om iets te halen
waarmee dat daar te transporteeren ishet zal
moeilijk gaan maar het moet.”
De inspecteur gaf eenige bevelen en het on
derzoek Werd voortgezet.
Alles werd nagezien. Mendoorkruiste het gan-
sche gebouw. Iedere kamer, elke kast, de kelder,
de zolder, niets bleef ondoorzocht, de kleinste
bergplaats ontsnapte hun aandacht niet.
Men vond niets.
Alles was overal in de volmaakste orde. In
alle vertrekken stonden de meubelen op hun plaats,
niets was in wanorde. En had niet een dikke
laag stof alles bedekt, dan zou men gedacht heb
ben dat deze woning geen dag onbewoond was
gebleven
Geen enkele deur vonden zij afgesloten. Ner
gens evenmin sporen van dietstal Geen enkele
aanwijzing dat hier geweld was gepleegd ge
worden
De kasten waren nog vol huishoudelijke artike
len. Zilveren lepels en vorken, porseleinen eetser
viezen, kristallen Ijokalen waren in massa voor
handen in de keuken. De linnenkasten waren
met linnengoed overvuld.
Maar niets van dit alles droeg wapen ot merk-
teeken.
Niet de minste aanwijzing omtrent de identiteit
Frankruk.
Gisterennacht heeft de politie in een huis
vlak tegenover de „vesting” in do Rue de
Chabrol drie personen gearresteerd, die uit
een zolderkamertje de belegerden van levens
middelen voorzagen. Met behulp van een
sterken catapult hadden zy een ijzerdraad
op het dak van Guérin’s huis geschoten en
nu lieten zy van een ring voorziene pakjes
brood enz. langs den draad glydcn. Doordat
een pakje op de straat viel, ontdekte de po
litie hun bedryf. By de arrestatie boden de
drie mannen, die later leden der antisemiten-
liga bleken te zyn, verwoeden tegenstand,
zoodat drie agenten yry ernstig werden ge
wond. In het zolderkamertje vond men 200
K.G. proviandbrood, boonen, kooien, wor
telen, salade, chocolade, thee, vleesch en
verduurzaamde levensmiddelen. Ook de be
woonster van hot zolderkamertje, zekete
vrouw Forest, is gearresteerd. Zy en de drie
mannen zullen worden vervolgd wegens
medeplichtigheid aan gewapend verzet.
De papieren, welke by de huiszoekingen
in verband met het complot Déroulède c.s.
in beslag zyn genomen, vormen drie afzon
derlijke categorieën. De eerste heeft betrek
king op de overeenkomst tusschen de roya
listische party cn de nationalistische, antise
mitische en andere groepende tweede omvat
circulaires, dagbladartikelen en brieven, die
ten doel hebben een volksopstand te verwek
ken cn de derde heeft betrekking op de zaak
van de kazerne te Reuillly, waaromtrent
nieuwe feiten aan het licht zyn gekomen.
Duitbchlamd.
Het bericht, dat de czaar en de czarina
van Rusland op hun reis naar Darmstadt
Potsdam zullen aandoen, is onjuist. Wol
zullen zy vérmoedelyk prinses Heinrich van
Pruisen te Kiel bezoeken en eenige dagen
by haar blyven. De ontmoeting tusschen
keizer Wilhelm en czaar Nicolaas is voor
later in uitzicht gesteld.
De National Tidende van Kopenhagen weet
mede te deelen, dat de keizer te Kiel den
czaar zal ontmoeten. Na een verbljjf van 5
A, 6 weken te Darmstadt keeren de czaar en
zyn gemalin naar Rusland terug, om deel te
nemen aan de jachtpartijen te Belovezh. Het
heet, dat keizer Wilhelm tot deze jachten is
uitgenoodigd.
Van 1 Januari tot 1 September dezes jaars
zyn van Hamburg uit 46.246 landverhuizers
vertrokken tegen 26.641 in hetzelfde tijds
verloop in het vorig jaar.
der bewoners werd gevonden.
Nergens het minste spoor van een naam, zelfs
niet van initialen
Geen papieren werden gevonden, geen brieven,
niets wat den naam des bewoners zou hebben
kunnen verraden
«Nu rest ons nog slechts een kijkje in den tuin
te gaan nemen,” zeide de commissaris
«Waarlijk,” zeide de inspecteur, «ik ben niet
jong meer, evenmin onervaren, het heeft mij in
mijn loopbaan niet aan vreemdsoortige ontmoetin
gen ontbroken, maar ik moet erkennen dat Jit
geval de kroon spant in geheimzinnigheid.”
»Ja,” antwoordde de commissaris, «er is in
deze misdaad iets zonderlings.”
«En het vreemdste is nog het volksgerucht, dat
zoo afschuwelijke waarheid blijkt te zijntoch
kan ik niet aannemen dat iemand er van geweten
heelt. De berichten waren ook maar onbestemde
vermoedens.”
«Het zat in de lucht men verdwaalt er in
het is ot men een roman van de sombere, ge
heimzinnige schrijfster, mejuffrouw de Scudérie
leest.”
«Hetis me juist, alsof ik de misdaad, waarvan
die vrouw daarboven het slachtoffer is geworden,
bedrijven zie. Het is mij alsof ik de jonge vrouw
daar zitten zie met haar guitaar op het oogenblik
dat ze misschien een zwaarmoedig minn died zong,
en haar stem met haar instrument begeleidde,
moet de moordenaar binnengekomen zijn en zich
op haar hebben geworpen
Het gezantschap der Znid-Afrikaansche
Republiek heeft uit Pretoria het volgende
telegram ontvangen:
Do regeering heeft gister de volgende
missive van den Britschen agent ontvangen
„Ik heb de eer u in antwoord op nw
nota i van 2 dezer mede te deelen dat Hr.
Ms. regeering die nota zoo uitlegt, dat de.
voorstellen, welke de regeering der Repu
bliek in haar nota van 19 Augustus deed,
nn ingetrokken zijn, omdat ket antwoord
van Hr. Ms. regeering, vervat in mjjn nota
van 30 Augustus, ten opzichte van inter
ventie in de toekomst en snzereiniteit on
aannemelijk is. Hr. Ms. regeering verwerpt
ten eenen male de voorstelling van de poli
tieke positie der Republiek, door de regee
ring der Republiek aangenomen in haar nota
aan mö van 16 April 1898 en evenzoo in
haar nota van 9 Mei 1899, waarin zij voor
de Republiek aanspraak maakt op de po
sitie van een sonvereinen internationalen
staat. Hr. Ms. regeering kan daarom geen
voorstel in overweging nemen, dat afhan
kelijk wordt gemaakt van de voorwaarde,
dat Zij die voorsteilinng aanvaardt. Op dien
grond is Hr. Ms. regeering genoodzaakt, het
laatste voorstel van de regeering der Repu
bliek in den vorm, waarin het aangeboden
werd, als onaannemelijk te beschouwen.
„Hr. Ms. regeering kan nn niet toestem
men in een terugkeeren tot een voorstel,
waarvoor dat uit de nota van de regeering
der Republiek van 19 Augustus bestemd was
in de plaats te treden, vooral niet nn zjj de
overtuiging heeft, dat wet no. 31899, waarin
dat voorstel voorgoed belichaamd is, onvol
doende is om de onmiddellijke en wezenlijke
vertegenwoordiging te geven welke Hr. Ms.
regeering aldoor op het oog had en welke
ook de regeering der Z. A. Republiek, ge
lijk Hr. Ms. regeering nit derzelver an,woord
begrijpt, billijk vindt. Bovendien wjjst het
aanbieden van het voorstel van de nota van
19 Augustus er op, dat de regeering der
Z. A. Republiek zelf erkent, dat haar vorig
aanbod met voordeel uitgebreid kon worden,
en dat de onafhankelijkheid der Z. A. Re
publiek daardoor op geenerlei wijze in gevaar
zon komen. Hr. Ms. regeering is nog altijd
bereid, het aanbod, gedaan in paragraaf 1,
2 én 3 van de nota van 19 Augustus, op
zichzelf beschouwd, aan te nemen, onder
voorwaarde dat het onderzoek, dat Hr. Ms.
regeering heeft voorgesteld, hetzij gezamen
lijk, zooals Ér. Ms. regeering oorspronkelijk
opwierp, hetzjj van éene zjjde, aantoont, dat
het nieuwe stelsel van vertegenwoordiging
Gedenkschriften van een Gelukzoeker
OF
door W. NUTTER.
*95)
In de nabijheid eener tafel van rozenhout lag
een fauteuil onderstboven, er naast lag een ge
broken guitaar. Bij de omgeworpen fauteuil zag
men een groote bloedvlek. Meerdere bloedvlek
ken, hoewel kleiner, zag men door geheel het
vertrek op den vloer, op de tafel, tegen de
meubelen, hoog tegen het behangsel alsof hier
een bloedende als wanhopig rondgeloopen had,
alles besmettende,
>Zie,” zeide dè inspecteur, naar de groote bloed
vlek wijzende.
«Bloed, ik zie het,” zeide de commissaris op
gedempten toon.
De kamer toonde drie of vier deuren, waarvan
het onzeker was of ze toegang tot andere ver
trekken gaven of wel kasten en bergplaatsen af
sloten. Een voor een werden deze deuren geopend.
Van achter een| dier deuren moest het geheim
opgelost worden.
In een klein izijkamertje vond men een lijk.
Het lag op den grond uitgestrekt. Het was het
alt ontbonden overblijfsel eener vrouw De on
gelukkige lag op den rug, een der armen onder
niet hehinderd wordt door bepalingen, die
de strekking er van opheffen, en het aan
de uitlanders wezenlijke en onmiddéllyke
vertegenwoordiging geeft.
„In dit verband neemt Hr. Ms. regeering
aan, dat gelyk de Britsche agent verklaard
heeft, de nieuwe leden van den Volksraad
hun eigen taal zullen mogen spreken. Als
de regeering der Z. A. Republiek deze voor
waarden aanneemt zou de spanning tusschen
de twee regeeringen dadelyk verdwijnen, zou
verdere inmenging van Hr. Ms. regeering
naar alle waarschijnlijkheid onnoodig wezen
en zou het herstel verzekerd zyn van de
grieven, welke de uitlanders den zelf ter
kennisse van den Uitvoerenden Raad en den
Volksraad zouden kunnen brengen.
„Hr. Ms. regeering komt meer en meer
onder den indruk van het gevaar, om het
opheffen van de spanning, die reeds zooveel
het bela»?| van Zuid-Afrika geschaad heeft,
nog langer uit te stellen, en zy dringt dus
met ernst op een onmiddellyk afdoend ant
woord op het onderhavige voorstel aan.
Wordt dit aangenomen, dan is zy bereid
dadelyk schikkingen te treffen voor een na
dere conferentie tusschen den president en
den hoogen commissaris ter regeling van
alle bijzonderheden van het voorgestelde
scheidsgerecht en van de vraagstukken, ver
meld in myn nota van 30 Augustus, welke
geen uitlandergrieven noch kwesties van
uitlegging van de conventie zyn, maar die
gereedelyk door vriendschappelijke gedach
tenwisseling tusschen de vertegenwoordigers
van de twee regeeringen geschikt kunnen
worden.
„Indien echter, wat zy ten krachtigste
hoopt dat niet het geval zal wezen, het ant
woord van de regeering der Z. A. Republiek
ontkennend of onbeslipt mocht wezen, heb
ik te verklaren, dat Hr. Ms. regeering zich
het recht moet voorbehouden den toestand
van meet af aan te' overwegen en eigen
voorstellen te doen voor een finale regeling.”
Het buitensporige van al de eischen, die
in bovenstaand stuk staan, met een confe
rentie ten vervolge, die alleen of hoofdza-
kelyk bestemd schijnt om de noodige waar
borgen voor de uitvoering van die hervor
mingen te verkrijgen, spreekt voor zich zelf.
Alleen de opmerking, dat met de gelijkheid
van Hollandsch en Engelsch de Boeren weer
een nieuwe eisch gesteld wordt. Nauwelijks
heeft Pretoria toegegeven of Chamberlain
verlangt weer wat anders. Dat telkens toe
geven van de Transvaalsche regeering moge
een weinig verheffend schouwspel zyn, de
taktiek van de Engelsche regeering is het
het lichaam Het was onmogelijk gelaatstrekken
te onderscheiden. Het lijk lag in een gestolden
bloedplas.
De rechterarm was uitgestrekt, de vingers wa
ren tot een vuist gebald. Aan een der vingers
zag men een ring met een grooten diamant.
Een zonnestraal die door het geopende venster
drong, viel op het lijk, toonde het u» al zijn ver
schrikking. Het was alsof een stofwolk er omheen
zweelde, of die massa zich in stof oploste, in
vluchtige atomen wegvloeide.
De straal der zon deed den grooten diamant
in duizend kleuren schitteren
De commissaris en de inspecteur keken elkan
der aan. Een trek van afschuw, van medelijden
kwam op hun strak, effen aangezicht
«Arme vrouw,” zeide de inspecteur, «wat heeft
ze misschien geleden!”
«Liefdewraak moord uit jaloezie,” zeide de
commissaris.
«Gelooft ge
«Alles schijnt er op te wijzen.”
«Waarop berust uw veronderstelling
>Zie,’ hier is een moord gepleegd op een vrouw,
naar de Weeding te oordeelen op een jonge vrouw,
misschien een meisje. De dader heeft niets ont
vreemd mij dunkt redenen genoeg. En waar
schijnlijk is de misdaad gepleegd door den eige
naar dezer woning Het is niet mogeliik dat dit
lijk al dien tijd door niemand der huisgenooten
ontdekt is geworden. En bovendien, ofschoon er
bewoners zijn, schijnen ze voortdurend afwezig,
worden ze tenminste nooit gezien, volgens de om
wonenden.”
8