HET TESTAMENT. D/teuwS” en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. Woensdag 1 November 1899. 38ste Jaargang, F KEXMSdEIIMi. 1 Biillenlandscli Overzicht IVERVERIJ TER C. SMITS. isglijders IEIMER botterdam. No. 8032. Woensdag 1 November 1899. U - -- FEV1LLETO N. 4 van Inzending van Advertentiën tot 1 uur des inidd. batterij nummer 10 is met de lerscho fuse- OF en. sclierij r [{INKMAN Zn. Met circa (De vorige Rol stei Mal ruk stat in i des HOENWEKK als o Laarzenmagazijn de Kleiwegsteeg. eeren-, Dantes- AN TO FFELS. jmeten werk. er briefkaart wordt toegezonden door Saltbommel. in werkelyke hulp den Koning WIDSCHE UHlRANT De Schaapherder, lustreerde uitgave roeger f 1680. Het slot Loevestijn - Gertrude en nog ken met origineele Vrij naar het Engelsch DOOR W. NUTTERS. meenschap met de operatie-basis (Durban) afsnijden, als dit niet reeds geschied is, en dan moet de stelling van zelf worden ont ruimd. Vereldten- gratis 1 lot in de étui Aprèa Diner, rwijl wij bovendien rekfoón No. 82 De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk met uitzondering van Zon en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. telefoon No. N2 A D V E II 'I' ENTIEN worden geplaatst 1—5 regels a 50 Centtn; iedere regel meer l!> Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. de toewijzing van ie van de gratis DA de Heer jen en verven van iroben, alsook alle De wandelende In. Vroeg, t 17.90. I Martyn de Von- Troeger f 19 75. GO. De ellendige» iln. Vr. f 28 75. Napoleon. Gedicht Uit Parys wordt aan dc Duitsche bladen, gemeld, dat de voornaamste vastelands-mo- gendlieden aan de Engelsche Regeering ken nis hebben gegeven van hun voornemen, om als de oorlog in Zuid-Afrika een gunstig ver loop voor Engeland heeft, by het sluiten van den vrede een woordje mede te spreken. Want zy hebben groote financieele en han delsbelangen in de Zuidafrikaansche Repu bliek on in den Vrijstaat en zijn niet voor nemens die zoo maar op te offeren. Op dit punt zjjn de mogendheden, Duitschland in begrepen, volkomen eenstemmighun doel is van Engeland schadeloosstelling te eischen zoo het zjjn heerschappij Zuid-Afrika uitbreidt. Als gevolg van de Conferentie tusschen minister Delcassé en graaf Moerawief met de vertegenwoordigers van Spanje en de Ver- eenigde Staten wordt gemeld, dat Frankrijk, Rusland en Spanje aan president Mc. Kinley verzocht hebben, zijn goede diensten als be middelaar tusschen Engeland en Transvaal aan te bieden. De „Daily Chronicle” verneemt uit Was hington, dat de Regeering der V. S. officieel verklaard heeft aan geen bemiddeling in de Zuidafrikaansche quaestic te zullen deelnemen en geen houding 'te zullen aafrnemon, vijandig tegenover Engeland zou kunnen zynf En het „New-York Journal” voegt er zelfs bij,' dat de V. S. een tusschenbeiden-komen der Europoesche mogendheden zullen beschou wen als in stryd met het welzijn der natiën dus zich bereid verklaren, ingeval van nood aan de zpde van Engeland den strijd te zullen aanbinden voor wat beschouwd wordt als een krenking van Engelands rechten. En lord Beresford, die pas uit de V. S. in Engeland teruggekeerd is, hield te Glasgow een redevoering over de crisis in Zuid-Afrika waarin hy zeideEngeland kan en mag geen interventie in de Zuidafrikaansche quaestic dulden, al zou het zyn gebeele mannelijke bevolking in het veld moeten brengen. Dat kan nog lang duren. Want het meerei:- deel der Engelschen zyn het eens met de beide „tramps”, die in „Simplicissimus” tot elkaar zeggen „De oorlog in Zuid-Afrika, daar bemoeit geen gentleman zich mede, zoolang wy voor een paar shillings per dag menschen kunnen vinden, om voor ons te gaan vechten De Temps verneemt telegrafisch uit Londen, dat de Times in een tweede oplaag een tele gram heeft gepubliceerd uit Ladysmith van don volgenden inhoud: Het gerucht loopt opnieuw on houdt aan, dat alle convooien en versterkingen, uit Port Natal en Pieter maritzburg. naar Ladysmith gezonden, in handen van de Boeren zyn gevallen. Zelfs zegt men, dat Pietermaritzburg op het oogen- blik genomen, of dat thans het verkeer met Port Natal afgesneden is. De achterhoudend heid van het ministerie van Oorlog doet te Londen de meest zwaarmoedige geruchten ohtstaan. Men is nog altoos zonder tijding van de stoombooten Zibengula en Zayathla, die met materiaal voor de artillerie op weg zijn naar de Kaap. Naarmate de toestand om Ladysmith hachelijker wordt, verneemt men de bezwarendste berichten. Zoo wordt er zelfs te Londen beweerd, dat de kruisers Niobe en Djadem naar Las Palmas zyn gezonden om jacht te maken op schepen, onderweg door Franschen gewapend en voorzien van identitcitsbrieven, geteckend door Kruger en Leyds. Het is belachelijk. Europa maar eindd aan, juist slagfhi waren. e e. Het jaar des leden, Levenswijs- oorlezingen. leer van Boeddha, 1 door Subhadra ie druk. COB CATS’ Vol- ningen. o dln. e circa t 60). ‘bus, ontdekker van rde platen LE. Keur gedenk- Oost- en West- )laten nis der worsteling schap, bew. door ploertenboek. :s, .2 deelen, 2 deelen. van Filips, 1 dln. ais, 2 deelen. Lijnslager. Volle- i n g Aspasia, 3 ite roman. 1 s, met 96 gees- osde voordrachten, letten, gezelschaps- 2 dln. JNDIGE PLAAT- ei woningen, hui- jroot folio platen Inrichtingen welke gevaar, sen de HINDER KUNNEN VEROORZAKEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOUDA Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet Brengen ter algemeene kennis, dat op de Se cretarie ter visie is gelegd een verzoek met bijlagen van A. Altena om vergunning tot het oprichten eener bakkerij in het perceel gelegen aan de Korte Groenendaal Wijk I. No. 9, Kadastraal bekend Sectie B No 817. Dat op Dinsdag den 14 November 1899, des na middags ten 2 ure, op het Raadhuis gelegenheid is om bezwaren tegen de gevraagde vergunning in te brengen en dat gedurende «drie dagen" vóór dien dag op de Secretarie der Gemeente van de tgr zake ingekomen schrifturen kan wor den kennis genomen. Gouda, den 31 October 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, R. L. MARTENS. De Secretaris, BROUWER. Het volgende is dc inhoud van een tele gram van generaal White, gisteren om half vyf in den namiddag uit Ladysmith gezonden. Alle troepen zyn hier vandaag gebruikt, behalve het verplichte garnizoen. De berg- herstellen.” «Ik geloof, dat gij mij in dit geval wel hadt mogen waarschuwen,” antwoordde de ander op licht geraakten toon, «maar ik ben volkomen nauwkeurig geweest De kerel had een sleutel, en wat meer zegt, hij heeft dien nog, want het is nog geen week geleden, dat ik hem dien zag o gebruiken.” Mt. Utterson zuchtte diep, doch sprak geen woord, waarop Enfield ten slotte opmerkte «Dat is al weder een goede les voor mij om in het vervolg te zwijgen. Ik schaam mij wegens mijn «lange tong”. Laat ons elkander beloven hier nooit weder op terug te komen.” «Volgaarne,” antwoordde de advocaat, «hier hebt gij mijn hand daarop, Richard.” HOOFDSTUK II. ONDERZOEK NAAR Mr HYDE. Dien avond keerde Mr. Utterson somber stemd naar zijn kosthuis terug, en zette zich teloos aan den maaltijd. Hij was gewoon Zondags na zijn diné, bij het vuur plaats te ne men, met een godsdienstig boekwerk op zijn lees tafel, tot dat de naburige kerkklok het uur van middernacht aankondigde, waarop hij zich dan voldaan ter ruste begaf. Dien avond echter nam hij, zoodra de tafel afgeruimd was, een kandelaar, en begaf zich naar zijn studeer-vertrek. Daar opende hij een kast, nam uit een bizondere lade een document, waar buitenop de woorden»Dr. Jekyll’s Testament,4’ te lezen stonden, en zette zich neder om den inhoud ervan te bestudeeren Het testament was door den erflater eigenhandig geschreven, omdat Mr Utterson, hoewel hij zich nadat het gemaakt was, met de uitvoering ervan belast had, zijne medewerking bij het op maken ervan geweigerd had het bevatte immers niet alleen de bepaling, dat bij het overlijden van Henry Jekyll, Med. Dokter en lid van verschil lende geleerde Genootschappen, al zijne bezittin gen moesten overgaan op zijn «vriend en weldoe ner Edward Hyde,” maar tevens dat in geval van Dr. JekyH’s verdwijning of onopgehelderde afwe- «zigheid gedurende den tijd van drie maanden,” «genoemde Edward Hyde in elk opzicht in zijn «plaats zou treden, zonder eenig voorbehoud ot «uitstel en vrij van alle lasten of verplichtingen, «behalve de uitkeering van eenige kleine legaten «aan de leden van des dokter’s huishouding Dit document had reeds lang den advocaat ver. ontrust. Het stuitte hem als rechtsgeleerde en als een man van zuivere en eerlijke levensopvat ting tegen de borst Bovendien had zijne totale onbekendheid met dien Mr. Hyde zijn gevoel van atkeer nog doen toenementerwijl dit, door de heden zoo toeval lig verkregen inlichtingen, slechts versterkt werd. Het scheen hem reeds erg genoeg dat hij omtrent dien naam niets meer had mogen vernemen Maar nu de drager er van hem als een weerzin wek kend wezen was afgeschilderd, werd de zaak nog bedenkclijkeren uit den onbestemden nevel waarin het tot nu toe voor hem g huid was ge weest, verrees plotseling een bepaald voorgevoel van een of andere laagheid. II ordt vervolgd.} Lpitenant-kolonel C. de Wit schryft o. a. in „N. H. Ut”: De sterkte aan combattanten, die by Lady smith onder de bevelen van generaal White staan, schatten wy op grond van de Engel sche cjjfers op hoogstens 6500 infanteristen, 1400 cavaleristen en 42 vuurmonden bene vens misschien nog enkele vrijwillige korp sen en maximkanonnen. Koevele Transvalers en Oranje-Vrystaters staan nu hier tegenover? Wy hebben geene gegevens om hieromtrent iets met zekerheid te zeggen, maar het lydt geen twyfel, dat de vereenigde Boeren hier oen groote over macht bijeen kunnen hebben. Volgens de laatste berichten hebben de Engelschen een stelling bezet by Ladysmith, waarschijnlijk ten zuiden van deze plaats, die in een kom ligt, aan all&zyden, behalve naar het zuiden, door een heuvelry ingesloten. De berichtgever zegt verder, dat wie die heuvelry bezit, meester, is van de stad en dat het dus ondenkbaar’is, dat de Engel schen die hoogten onbezet zullen laten. Wanneer het er om te doen was Lady smith met alle geweld te behouden, dan zou ik het met den geachten schryver geheel eens zyn, maar ik denk niet dat de Boeren de stelling zullen aanvallen. Zy zullen de ge hot stoom n van enz. s. worden naar de geverfd. stoomd of geverfd de gezondheid 3) «En dat is een zeer goede stelregel,” zei de advocaat. «Ik heb echter de plaats zelve bestudeert,” ver volgde Mr. Enfield»het mag ter nauwernood den naam van huis dragen. Er is geen andere deur, en niemand gaat er ooit in of uit, dan van tijd tot tijd doch dit ook hoogst zelden, de man met wien ik dit avoqtuur had. Op de eerste verdieping zijn drie ramen die op den bin nenplaats uitzien, beneden geen enkelde ramen zijn altijd gesloten, doch zeer zindelijk. Vervol gens is er een schoorsteen die altijd rookt, bijge volg is het huis bewoond. En tóch is dit laatste zoo zeker niet, want dé gebouwen staan op die plaats zóo op elkander gepakt, dat het bezwaar lijk is te zeggen, waar het eene begint en het andere eindigt.” Wederom wandelden de beide heeren zwijgend voort, en toen zeide Mr. Utterson«Hoor eens, Enfield, ik herhaal, dat je stelregel zeer goed is.” „Ja, daar ben ik van overtuigd,” antwoordde Enfield. liers en het regiment van Gloucestershire uitgezonden om stelling te nemen op de heuvels, om den linkervleugel te ontlasten van de strijdmacht, gisterenavond om elf uur uitgetrokken. Gedurende den nacht heeft het vuren van een batterij muilezels doen schrik ken met enkele stukken geschut, die we hopen terug te krijgen. Twee bataljons zyn nog niet teruggekeerd, maar worden van avond verwacht. Twee brigade-divisies veld-artil- lerie en vyf bataljons infanterie, geholpen door cavalerie onder generaal French, zyn uitgezonden om de stelling aan te tasffeh, waarop de vijand gisteren geschut had ge plaatst. Deze stelling werd ontruimd be vonden, maar onze strijdmacht werd met aanzienlijke kracht aangevallen door wat ik geloof Joubert’s troep te zyn. Zij hadden vele stukken geschut en toonden zich zeer talryk. Onze troepen waren alle in actie en dreven den vyand verscheidene mijlen terug, maar slaagden er niet in de lagers van den vijand te bereiken. Onze verliezen worden geschat tusschen de tachtig en hon derd man. De verliezen van den vyand moeten veel grooter zyn geweest, daar het vuur van ons geschut zeer doeltreffend voor kwam. Na verscheidene uren in het vuur geweest te zyn, trok ik de troepen terug die ongehinderd tot de cantonnementen terug keerden. De vyand is in grooten getale en zyn ge schut draagt éérder dan ons veldgeschut. Ik heb nu enkele stukken zeegeschut, die tydelyk den vijand tot zwijgen brachten en naar ik hoop by voortduring de beste stukken van den vijand zullen beheerschen, met welke de stad gebombardeerd is op een afstand van meer Jan zesduizend yards. De „Daily Telegraph” ontvangt van zyn correspondent te Ladysmith het bericht, dat de Vrystaters en generaal Joubert’s troepen macht in de nabijheid van Ladysmith zyn. De vrouw van generaal Koek kwam te Ladysmith aan, om haren gewonden echt genoot te verplegen, wat door generaal White werd toegestaan. De „Standard” correspondent te Ladysmith seint, dat 18,000 Boeren Ladysmith in een h al ven cirkel insluiten. De stad is ontruimd door de menschen die er niet metterwoon gevestigd zyn. Er worden putten gegraven daar de Boeren de waterleiding hebben doorgesneden. Andere correspondenten zenden dezelfde berichten. Alle bladen hebben nu een vol ledige beschrijving van het gevecht by Dun dee en van de gevangenneming van het es- «En toch,” vervolgde de advocaat«er is éen vraag die ik wel zou willen doen, zoudt ge mij den naam willen noemen van den man, die op dat kind trapte Wel,” zei Mr. Enfield, «ik zie niet in, waarom ik u dien niet zóu mogen noemen, zijn naam was Hyde.” «Hm,” zei Mr. Utterson, «hoe ziet hij er uit?” «Hij is niet makkelijk te beschrijven. Zijn ge- heele verschijning is terugstootend, ja zelfs weer zinwekkend. Hoewel ik niet weet waarom, zag ik nooit een man, die mij zoozeer mishaagde. Hij moet op een ot andere wijze misvormd wijn, ofschoon ik niet weet waar of hoe. De man ziet er vreemdsoortig uit, en evenwel kan ik die vreemdsoortigheid niet onder woorden brengen Neen, mijnheerik kan hem onmogelijk beschrij ven. En dat ligt niet aan mijn geheugen, want het is mij alsof ik hem op ’t oogenblik nog voor mij zie.” Mr. Utterson liep weder zwijgend en klaarblij kelijk in diep gepeins verzonken, voort «Zijt gij er zeker van dat hij een sleutel gebruikte vroeg hij ten laatste «Maar mijn waarde heer begon Enfield verrast. «Ja, ik weet.” viel Utterson hem in de rede, «ik weet, dat het vreemd moet schijnen. Maar het feit is, dat ik u niet naar den naam van de andere partij vraag, omdat mij die reeds bekend is. Gij ziet Richard, dat gij het geval aan den rechten man verhaald hebt Indien gij in een of ander opzicht niet geheel nauwkeurig mocht ge weest zijn, zoudt gij er goed aan doen, dit te kadtfqn van het 18e regt. huzaren door de Boetten. Dte correspondent van „Daily News” te Kaapstad maakt melding van de ongeryst- hej^ die daar heerscht over het lot van 'r~ ting en van Kimberley en over de ont- ng van Dundee. Men vreest té Kaap- dat de Hollanders in de Kaapkolonie stand zullen komen. parlementsleden Stanhope en Bryn rts schryven aan de „Times” om hun in het Lagerhuis tegen de kredieten voor'den oorlog te motiveeren. E? is geen nieuws van de Westergrens. D0 „Echo de Paris” bevat een inter vieuw met jdr. Leyds, den gezant der Z.-A. Repu- blio® die verklaarde dat naar Zyn meening de beslissende slag zal geleverd worden by Ladtsmith. Hoewel Europa sympathie ge voelde voor de Boeren, zal het toch niet tussdhenbeiden komen, als zy overwonnen worden - ten minste niet op dit oogenblik. Er is geen sprake van de bemiddeling van Duitschland. DÏ Z.-Afr. Republiek had onderhandelingen aanjf&knoopt met Frankrijk en Duitschland over het leggen van een telegraafkabel naar de oorlog maakte er een toen zy op het punt van

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1899 | | pagina 1