i reis r Hixmra.
Zb.
NK,
g
I'
I
I
/Vieiiws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
No. 8079.
Bullenlandscb Overzicht
60a.
I'
3
K-
o
FEU1LLU t Oft.
w
cd
Donderdag 28 December 1899. 38ste Jaargang.
van
J.
Intending van Advertentiëntot 1 uur des midd.
a b(j
laten. Tweemaal trachtten de Engel-
IVA
de
meer
(ider
uit het hoofdkwar-
0.
gestort.
trillend van
in dat
f eliaolbe),
van
leveranciers
ES
g,
lie ii
of 1
of 1
Lord Roberts is scheep gegaan naar de
Kaap.
Volgens de bladen heeft de hertog van
Connaugt aan lord Roberts den wensch te
kennen gegeven om in diens staf te worden
opgenomen en heeft lord Roberts toegestemd
de regeering weigerde echter deze schikking
goed te keuren.
Dagelijks nei
bestaan van et
oproerigheid in
van het Kaaps
betrokken. De
Joubert -is na zijn ziekte hersteld op het
oorlogstooneel teruggekeerd.
heid door de schuld van de schandelijke
politiek van de Chamberlains, de Rhodes’ en
de Jamesons.”
HJW.
air verband
en tonder
ftbrieven
1 Juli.)
wda bij de
d.
ond.
w
•n
nde
en.
onze
ond-
I
8
ff
rtus-
>rgen
Buil
Vrij naar bet Engelech
oik-Ktp
Urr
ddinxveoi
tgraven.
ka d IJ tel
laattrecht
Schoonhoven
naar
hoiid'
kanonnen te reddende eerste maal slaagden
'j ir in om één stuk te bespannen, maar de
tweède maal vielen mannen en paarden onder
i kogels neer.
De Engelschen begonnen daarop den aftocht
hun kamp vanwaar zij een goed onder
jen granaatkartetsvuur op de Bulwerbrug
opejaden ten einde de Boeren te verhinderen
om. de kanonnen binnen te halen, maar de
Boeren slaagden er later toch in om negen
kanonnen buit te maken.
Volgens den Franschen kolonel Villebois
en den Duitschen kolonel Braun zonden geen
Europeesche legers zich beter hebben kunnen
gedragen. De commandanten Botha en Tri-
ch$rdt waren Steeds op de meest bedreigde
puften. Elf ambulances namen de dooden
en gewonden van de Engelschen op. Over
een oppervlakte van verscheidene mijten was
het veld bedekt met dooden en gewonden.
De nederlaag van de Engelschen was ver
pletterend.
Telefoon Mo. M*
ADVERTENTIES worden geplaatst
1—5 regels a 50 Centen; iedere regel meer
11 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Keizer zouden bepaald worden naar den
maatstaf, waarover de Delegatiën het onlangs
eens zijn geworden, d. w. z. 65.4 pet. voor
Oostenrijk en 34.6 pet. voor Hongarije. Het
wordt waarschijnlijk geacht, dat Szell zal
verlangen, dat do aldus vastgestelde verhou
ding slechts voor zes maanden van kracht
zal zijn, opdat Hongarije zjjn volle vrijheid
zal kunnen hernemen, indien de Oostenryksche
Rijksraad aan het Vergelijk niet voor afloop
van dien termijn zyn wettelijke bekrachtiging
schenkt.
S’
CT*
3.
S
P
De Londensche correspondent van de Petit
Bleu geeft verslag van de droevige Engelsche
Kerstmis van dit jaar. „De winkeliers in
speelgoed en Kerstgeschenken zeggen dat er
een ontzaglijke vermindering in hun omzet
is. De liefdadige vereenigingen die levens
middelen, kleederen enz., uitdeelen met Kerst
mis, ontvangen bijna niets, daar alles wordt
bestemd voor de gewonde soldaten en hun
weduwen en weezen. Het was voor de groote
winkels veel minder vol dan anders, en de
wandelaars keken bezorgd. Men heeft alle
dansfeestjes en groote diners afgelast, daar
tal van hooggeplaatste offleieren-families in
rouw zijn gedompeld. De kranten hebben
artikelen en pathetische verzen, in volkstaal
opgenomen, het publiek vermanende alle
vreugdebedrijf uit te stellen tot een volgende
Kerstmis.
,’tls een zwart donkere Kerstmis en de
mist helpt haar nog donkerder makenen
hoeveel warme sympathie men ook gevoelt
voor die bewonderenswaardige Boeren, men
voelt niet minder medelijden voor de Engel
sche natie, gedompeld in die zee van droef-
suMMi de bewijzen toe van het
jein wijdverspreiden geest van
ude Kaapkolonie. Drie leden
?s|che Parlement zijn daarbij
3 Ven werd gezien, terwijl hij
in tegenwoordigheid van tweehonderd per
sonen de Vrystaatsche vlag in ontvangst nam
van een predikant en daarna plechtig aan
bood aan een Bod^en-commandant, daarbij de
hoop uitsprekend, dat hij die vlag tot roem
en overwinning zou voeren. Van den ander
weet men, dat hy zich openlijk verklaarde
voor den vijand en nu opstandelingen aan
werft. De zoon en de dochter van den derden
zyn gezien met de kleuren van dén Vrijt laat/*
Gelijke aanwijzingen bestaan tegen ryke
boeren in de kolonie.
De nieuwe minister-president von Wittek
is te Boedapest aangekomen om met Koloman
Szell te beraadslagen over het Vergelijk en
de voor den geregelden loop van zaken noo-
dige wetten. Hy gaf den Hongaarschen pre
mier de verzekering, dat het Vergelijk met
1 Januari 1900 in werking zou treden, krach
tens artikel 14 en dat de Quoten door den
ca
c*-
3
CD
g-
CD
fiOÜDSIlHE Uil lil\T.
Telefoon So- M2
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is f 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Het „Journal” maakt een brief van presi
dent Kruger aan het Amerikaansche volk
opWbaar. Kruger biedt daar aan president
en volk der Vereenigde Staten zyn groet
hy verklaart dat hy altyd geneigd is geweest
zich te onderwerpen aan een scheidsrechter
lijke uitspraak, maar Engeland heeft altyd
geweigerd. Kruger eindigt aldusWy zijn
gedwongen om oorlog te voeren, doordat En
geland duizenden en duizenden soldaten
naar Zuid-Afrika bracht en zelfs tot aan
onze grenzen, met het niet weersproken doel
ons door geweld te dwingen alles te doen,
wat Engeland zou meenen het recht te heb
ben ons op te leggen. Het groote Ameri
kaansche volk, dat meer dan honderd jaar
geleden dezelfde natie te bestrijden heeft
gehad om de vrijheid te verwerven, zal zyn
sympathie weten te schenken aan de kleine
zy het ook verafgelegen zusterrepubliek', die
thans heeft te kampen met een groot ryk
om haar onafhankelijkheid te handhaven.
Aan de „Chronicle” wordt uit Chieveley
geseind, dat de Boeren hun verdedigingslijn
hebben gewijzigd, zoodat ze ook de heuvels
links hebben bezet, met het oogmerk om
het Britsche kamp te beschieten. Dientenge
volge verlegde Buller het kamp drie mijlen
naar ’t Zuiden, buiten het bereik van de
Boerenkanonnen. Andere correspondenten
schrijven Buller’s terugtrekken toe aan ge
brek aan water in zyn oude stelling.
De „Standard”-correspondent zegt, dat de
Boeren by Chieveley groote versterkingen
hebben gekregen, maar dat ze niet oprukken.
Eindelijk laat de Engelsche censuur en
kele berichten uit Pretoria door over de
laatste gevechten, zoodat wy min of
de boerenlezing der feiten krjjgen.
Een officieel bericht uit Pretoria zegt dat
de verliezen der Boeren in den slag aan
den Toegela 30 dooden en gewonden be
droegen.
Een officieel telegram
tier der Boeren bij (Tolenso, gedagteekend
van den 16e, zegt
,va(Mstefren bij het mmbreken van den dag is
het lang verwachte geschied. Pretorius, die
tot de artillerie behoort, kwam ons waar
schuwen dat de colonne van Buller Wptrok
naar de Boerenstellingen aan de Toegela. Zyn
centrum bestond uit een ontzaglijke massa
infanterie, terwijl elk van zyn vleugels was
samengesteld uit twee batterijen artillerie
sterke cavalerie-afdeelingen steunden deze
troepen. De artillerie der Boeren bewaarde
een volkomen stilzwijgen, ten einde de opstel
ling niet te verraden. Twee vyandelyke bat
terijen kwamen binnen het bereik van het
vuur van onze meest vooruitgeschoven stelling
waarop wy het vuur openden met een vernieti
gende uitwerkingvervolgens begon de artil
lerie te spreken en bracht den vijand blijkbaar
in verwarring, dien wy in den waan hadden
gelaten dat de brug hem was vrygebleven
om over de rivier te trekken.
Intusschen viel zyn rechtervleugel de meest
zuidelijke stelling der Boeren aan maar het
geweervuur der Mausers was zoo vreeselyk
dat de aanval terugrolde als een golf die geen
kracht meer heeft; ry na ry van doodenen
stervenden bleef achter. Opnieuw trokken de
Engelschen op, maar wederom waren Ay ge
noodzaakt om terug te trekken en dus de
massa lijken te vermeerderen. De bereden
artillerie deed een aanval tot aan de oevers
20)
Spoedig daarop voelde ik mij erg onwel en ik
smeekte mijn metgezel of metgezellen (want de
Marigolds namen verbazend toe in aantal en al
len in mosterdgeel flanel) om mij naar huis te
brengen.
Iemand gromde
„Ja Coleman, breng den armen vent thuis.”
Daarna hosten wij in de strooachtige benauwd-
Iheid van een gebrekkigen vier-wieler en de Ma
rigolds dampten zóó zwaar dat beide raampjes
moesten opengezet worden. Toen werden wij on
verwachts van de zitbank afgeworpen en onder
het kraken van hout hoorde ik de stem van Ma
rigold (die nu weer een eenheid was geworden),
mij toeschreeuwende
„Loop, Underside, het geldt je leven,” en door
dit voorval geheel van streek gebracht, vond ik
mezelt en mijn gelen metgezel in het binnenst
van een bodemloos rijtuig in gestrekten draf loo
pend door de hoofdstraat van een oude kathedra
lenstad, zonder gereede hoop om den koetsier te
doen weten dat er iets ongewoons had plaats ge*
grepen.
Wat hebben we geloopen I krampachtig klem
den wij ons aan de voorbank vast en beseften
dat loslaten gelijk stond met ons prijs geven aan
een folterdood; wij liepen zooals alleen menschen
in zulk nijpend gevaar kunnen loopen.
Men zou irieenen dat een zoo ongewoon schouw
spel als de twee gele beenen van Marigold die
onder een rijtuig uit kwamen, eenige aandacht
zou getrokken hebben, maar ach neen, onverhin
derd holden wij voort en een wanhopig gebrul,
waarvoor Marigold op de eene of andere wijze
nog voldoenden adem vond, ging geheel verloren
voor den ouden koetsier die, naar wij later ont
dekten, zoo doof was als een pot, ja, ik geloot
nog doover.
Die wedloop staat diep in mijn geheugen ge
grift. Ik ken nu de methode’s waarnaar de ge
meentebesturen van Chatham en Rochester te
werk gaan. In de eerste stad worden de straten
niet overdadig besproeid, in de andere wel, zoo
dat groote plassen meren zou juister zijn
in de straten te zamen stroomen en dengeen die
er door loopt om de ooren spatten
„Het is verschrikkelijk I” hijgde ik,
inspanning om gang te houden.
„Het kon nog erger,” stamelde Ma
rigold ademloos, verbeeld je dat het ons in een
expres trein was overkomen.”
„Many trap’s patent accumulator beteekende
niets hierbij vergeleken I” snikte ik en in dat
zeltde oogenblik kwam er uitkomst
Een agent merkte iets vreemdsoortigs op in
verband met het rijtuig en liet den koetsier stil
houden.
In den Franschen Senaat ontwikkelde de
senator Guérin zyn vraag nopens den duur
van het mandaat der senatoren, die 4 Januari
1891 gekozen zyn, een derde van het aantal
leden. Zyn stelling was dat dit mandaat den
4den Januari 1900 eindigt, zoodat de Senaat
tot 28 Januari datum der verkiezingen
slechts twee derden van zyn leden zou tellen.
En hoe moest het in dat geval gaan met de
bevoegdheden van den Senaat als hoogge
rechtshof? Thérenet betoogde, dat het man
daat van kracht bleef tot de vernieuwing.
Waldeck-Rousseau was dezelfde meening toe
gedaan, maar liet wyselyk de beslissing
geheel aan den Senaat zelf over. Wat de
functiën als hooggerechtshof aanging, ook als
zoodanig zou het Hof zelf over zyn bevoegd
heid hebben te beslissen, maar zyn meening
was, dat de rechters zitting hadden, totdat
het proces was afgeloopen.
Er was geen motie voorgesteld en de
quaestie bleef dus onbeslist. Er bestaat
evenwel eenige kans, dat het proces voor
4 Januari zal zyn afgeloopen, want de lyst
der getuigen was, dank zy de medewerking
der beklaagden die verscheidene verhooren
lieten vervallen, uitgeput.
Nadat de Senaat de twee voorloopige
twaalfden had goedgekeurd, werd de parle-
mentszitting gesloten verklaard. Dinsdag
vergaderde echter de Senaat weer als hoog
gerechtshof.
In die zitting verkrygt de procureur-gene-
raal Bernard het woord tot het houden van
zyn requisitoir. Hy toont aan dat de be
klaagden, ondanks hun onderlinge meenings-
verschillen, samen konden stemmen in haat
tegen de Republiek. Hy staat stil by
de schandelijke houding der getuigen voor
den Senaat, die de rechters, de regeering,
den President der Republiek beleedigden en
betoogt, dat het komplot veel geduchter is
dan het boulangisme was. Hy zegt echter,
dat hy zyn werk tot verdediging der Repu
bliek zonder haat wil vervullen en laat de
aanklacht vervallen tegen de Chevilly, de
Fréchencourt, de Bourmont, Brunet, Cailly
Ier, toen ze ons het eerste kopje thee aanbood
Marigold zag mij aan, ik zag Marigold aan.
Daarop zeide hij
„Wij hadden een klein ongeval met een rijtuig.
Anders niet. Het hield ons lang op, maar het
was niet van belang.”
„Hoe kwam dat zoo?” vroeg Flora met veel
belangstelling, maar Marigold was er tegen be
stand. Hij en ik beseften dat het een van die
ongevallen was die het prestige van den ongeval
lenaar (als ik dat woord mag te zamen stellen)
benadeelen. Er zijn ongevallen die den betref
fende verheerlijken maar dit was juist het tegen
deel
„Na de inspanning van gisteren," zei de eer
waarde Samuel, >komt het mij voor dat wij wel
eens een rustigen dag mogen hebben.”
Toen wij dus aan het ontbijt alle recht hadden
laten wedervaren en toen de dames haar hoeden
hadden opgezet, gingen wij te zamen uit op onzen
rustigen dag.
Het was een heldere zonnige dag met een heer
lijk briesje en de plassende wateren van de Med
way schenen bal te spelen met de peilers van de
Rochester brugzij wierpen er saamgerolde massa’s
zeerwier tegen aan en kregen het terstond weer
terug geworpen. Wij stonden op de Parade, over
de leuning gebogen en keken naar dit onschuldig
spel terwijl niets ons stoorde dan het ongeduld
van Sprinkler om de kathedraal te zien. Hij had
voor niets anders zin Een kind met nieuw speel
goed was niets vergeleken bij Sprinkler met zijn
kathedraal.
(Wordt vervolgd)
„Wat doe jelui daar vroeg hij ons streng toen
hij het portier open deed.
„Sterven,” zuchtte Marigold totaal uitgeput en
in een modderpoel inéén zakkend.
De agent schreef ongeroerd het nummer van
het rijtuig op.
„Wat beteekent dit vroeg agent No. 2 die er
nu bij kwam.
„De bodem éruit gevallen,” antwoordde No 1
„en ik ga de namen der heeren opschrijven om
dat ze hun leven in gevaar hebben gebracht.”
Meer hoorde, ik niet. Overstelpt door de ge
dragslijn der politie in het landelijk Engeland,
viel ik boven ojp den roerloozen’Marigold,
HOOFDSTUK VIII.
ROMANTISCH.
Er heerschte onmiskenbaar eenige koelheid^
schen ons vijven toen wij den volgenden moi
aan de groote tafel van de koffiekamer in den
te zamen zaten. X
De eerwaarde Samuel zag er uit als een jgeest,
tengevolge der vermoeienissen en opwindingen
van den vorigen dag. Maar welke pen kan recht
doen wedervaren aan de dageraadfrischheid van
juffrouw Seldon. Ik zag Marigold «haar'gestadig
aanstaren en toen mevrouw Sprinkler zeiLieve
Flora, nog een kopje thee of liéve Flora, giet
nog wat water op den trekpot,” en als Flora dan’
haar lippen bewoog en haar paarltanden liet zien
dan was dat verrukkelijker dan iets ter wereld.
„Ik ben bang dat de heeren van nacht heel
laat zijn tehuis gekomen,” begon mevrouw Sprink-
vande rivier waar het commando uit Ermelo
zull< een moorddadig vuur opende dat de En-
gelihen twee batterijen in den steek moes-
tenj’
schèn paarden aan te voeren ten einde de