HU."
telllnc-
UUK EN HAAT.
1VEB
No. 8374.
39ste Jaargang.
EEREH
ven.
acht uur.
Aïei/trs- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
Dinsdag 11 December 1900.
[EN
Buiteulauilsch Overzicht.
UT,
wires voor
edel,
loten wagens
1 287.
iber 1900,
[GEZELSCHAP
IJSDEN.
TC AP
FEUILLETON.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
Verspreide Berichtfen.
xix
prezen.
GonistiiE lonim
K OüDr
LAMME li
riet
De nacht scheen mevrouw Desvarennes lang toe.
Zij was gejaagd en koortsigte midden der groote
stilte, die haar omgaf, luisterde zjj en verwachtte
elk ©ogenblik het bericht van eene ontzettende
tijding
Uren aan Wen verliepengeen gèluid verstoorde
Telefoon No.
ADVERTENTIEN worden geplaatst van
15 regels A 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
De groote Mogendheden beginnen te Pe
king wat water in hun wyn te doen, wat
ook wel noodig te, wanneer zy tot een eind
willen komen met de Chineezen. Volgens
den correspondent van de „Times” zijn de
gezanten overeen gekomen, de volgende wij
zigingen te brengen in haar gemeenschappe
lijke notain plaats van aan de voornaam
ste schuldigen de doodstraf op te leggen,
wordt nu geëischt de uiterste straffen die bjj
hun misdaden passenin plaats van te zeg
gen dat de opgesomde voorwaarden onher
roepelijk zijn, zegt de nota nu, dat zij on*
misbaar zijn voor het herstel van den vrede.
De namen van de schuldigen blijven onge
noemd en de bepaling van den aard van hun
straf wordt foitelyk aan do Keizerin overge
laten. De Chineezen schrijven deze conces-
siön toe aan Kusland’s invloed.
Reuter seint uit Durban
De Boeren hebben bij Vlaklaagte, het sta
tion voorbij Standerton, een trein aangehou
den waarmede 130 remonte-paarden werden
getransporteerd, en zijn er in geslaagd die
paarden weg te voeren.
Een andere troep maakte een hoeveelheid
vee en schapen buit bjj Vlaklaagte op hoe
ven van Boeren die de wapens hadden neder-
gelegdv
Kitchener seint uit Bloemfontein dd. 8
December: Generaal Knox meldt uit Roux-
ville, dat, toen het aan de strijdmacht van
de Wet mislukt was de Comassiebrug te
forceeren, die hij (Knöx) bezet hield, zy naar
het Noord Oosten is getrokken, met achter
lating van 500 paarden, en verscheidene
kaarten van de Kaapkolonie, De poging van
de Wet om in de kolonie te vallen; is dus
mislukt. Hy wordt van alle kanten in de
benauwdheid gebracht.
Telefoon No.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen,
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Jïommers VTJF CENTEN.
Twéé Portugeesche bladen, O Seculo en
O Jornal de Commercio van 5 December
bevatten over de quaestie-Pott hoofdartike
len. Het eerstgenoemde blad, een veelgele
zen, zeer geavanceerd orgaan, geeft onder
den titel „Wij en Nederland” een overzicht
van het verloop der quaestie. Het blad be
weert dat consul Pott, toen hy nog consul
was van de beide republieken en van Neder
land, op groote schaal oorlogscontrabande
in Transvaal invoerde, misbruik makende van
zyn consulsexequatur. De Portugeesche re-
geering, die weliswaar gevoel had voor den
toestand waarin de Boeren zich bevonden,
welke met veel moed hun onafhankelijkheid
verdedigden, maar die zich niet doof kon
houden voor de dringende vertoogen van
Engeland, waarschuwde den heer Pott. Deze
echter deed, „om wèl te doen uitkomen hoe
weinig waarde hy hechtte aan Portugal’s
souvereiniteit als vrjje staat”, precies alsof
hy thuis was en bekreunde zich niets om de
vertoogen van Portugal.
Toen werd hem het exequatur als consul
van de Transvaal en van den Vrijstaat ont
nomen.
Maar de heer Pott bleef consul van Neder
land en ontzag zich niet om, gedekt door zijn
exequatur in die functie, nog steeds munitie
voor de Boeren te blijven smokkelen.
Aanhoudend gedrongen door Engeland,
wendde de Portugeesche regeering zich tot die
van Nederland, om er op te wyzen dat de
Nederlandsche consul te Lourenqo-Marques
voortdurend handelde in stryd met de souve-
reine rechten van Portugal.
Maar de Hollandsche regeering antwoordde
ontwijkend en de heer Pott ging goedsmoeds
voort met zyn manoeuvres. Wat de Portugee-
sche regeering ook betoogde, het hielp niets,
uit den Haag kwam óf geen, óf een raadsel
achtig antwoord.
„De antwoorden van Holland”, zegt het
Portugeesche blad, „geleken nota’s van Cbi-
neesche diplomaten”. Uit de houding van
Nederland scheen te blijken dat men Portugal
niet als zyns gelijke beschouwde. Men kreeg
op ’t laatst geen antwoord meer.
De Portugeesche regeering, die noch met
de Boeren, noch met Engeland, noch met
Nederland een conflict wenschte, zag zich
nu wel genoodzaakt om een beslissenden stap
te doen: zy ontnam aan den heer Pott het
exequatur als consul van Nederland. Holland,
zegt het Portugeesche blad, „weet dus nu dat
Portugal op zyn gebrék aan hoffelijkheid heeft
geantwoord op een waardige wy'ze, gelijk zijn
(Portugals) plicht was”. Portugal laat zich
niet behandelen als een klein Afrikaansch
neger-konink je
Het andere blad, O Jornal de Commercio,
geeft hoofdzakelyk bijzonderheden over den
persoon van den heer Pott. Het zegt van hem
dat hy te Lorenqo-Marquos buitengewone
rijkdommen had verkregen, voornamelijk door
grondspeculaties.
Wy laten al deze beweringen voor rekening
der Portugeesche bladen. Indien de consul
Pót’t inderdaad van zyn ambt misbruik heeft
gemaakt, wat wy nog volstrekt niet aanne-
jnen, zal onze Regeering hem niet in bescher
ming nemen.
Het verdient nog opmerking dat het laatst
genoemd blad naar aanleiding van het ont
nemen van het exequatur als consul der
Nederlanden, zegt dat dit nu heel goed is,
maar dat men van den Engelschen consul te
Lonrenqo Marques dergelyke machinaties heelt
geduld, hoewel Portugal zich volstrekt niet
met Engeland had verbonden maar tegenover
de Transvaal zich neutraal had verklaard.
„Waarheen de afhankelijkheid van het
buitenland ons voert, hebben de gebeurte
nissen van den laatsten tyd getoond. Een
diepgevoelde smart ging door de ziel van ons
volk, wyl het hoofd van een voor zyn vrij
heid strijdenden Staat voor de deur van het
Duitsche Ryk moest omkeeren. Ik kan den
Rijldjcanselier niet het verwyt besparen, dat
hij er niet in geslaagd is den Keizer in te
lichten over de ware gevoelens van het Duit-
sche- volk, anders zou zulk een afwijzing} die
van groote beteekenis is, niet hebben plaats
gegrwpen”.
De staatssecretaris Von Posadowsky vroeg
onmiddellyk hierop het woord
„De afgevaardigde dr. Rösicke heeft zyn
redeyoering.... besloten met een uitstapje op
het gebied van de buitenlandsche politiek.
Ik bftreur het zeer dat hy my niet tenmin
ste een aanwijzing heeft gegeven van dit plan
Dan xou ik niet hebben nagelaten den Ryks-
kauselier te verzoeken hier aanwezig te zijn
en zelf te antwoorden. Ik heb echter aange
nomen dat het in ‘alle parlementen der we-
reld-igewoonte is, de gloeiend-heete vragen
der Jmitenlandsche politiek, ook formeel, an
ders te behandelen, dan die der binnenland-
sche staatkunde die niet tot zulke gevaar
lijke consequenties kunnen leiden. Voor een
onverantwoordelijk afgevaardigde in den
Rijksdag is het tamelijk gemakkelyk uit
drukking te geven aan zekere populaire
stroojningenmaar voor een man die op zulk
eert TOrantwoordeltfke plaats staat als de fcatf-
selier van het Duitsche Ryk, die de verant
woordelijkheid draagt niet {alleen voor den
vrede van Duitschland, maar onder omstan
digheden zelfs voor den vrede der geheele
wereld, voor hem kunnen populaire en sen
timenteels stroomingen onder geen omstan
digheid den doorslag geven. Voor hem is er
slechts één koersde rust, de welvaart, de
veiligheid en het belang van het eigen va
derland.”
verklaart den verdrukten zwakke niet te
kunnen helpen, is dit onaangenaam voor
den zwakke, die niet gemakkelyk de grens
lijn weet te trekken tusschen wenschen en
kunnen en nog onaangenamer voor den ster
ke, die daarmede de grens van zijn macht
moet erkennen men noemt dit een beken
tenis van zwakheid, maar juister ware het
te zeggen een bekentenis van niet almachtig
heid. De regeerders die dit zeggen, doen
slechts hun plicht, zy zijn verantwoordelijk,
maar zy niet alleen. Er is een verantwoorde
lijkheid van de massa’s en zoo gering mag
zich niemand achten, dat hy daarvan ook
niet zyn deel draagt. Waar wy niet helpen
kunnen, willen wy ook den schijn vermijden,
dat wij bereid zyn te helpen; waar wyniet
slaan willen, willen wy ook niet misleiden en
opruien. Daarom zouden zich, wanneer pre
sident Kruger in onze stad (Berlijn) was ge
komen, vele en zeer oprechte vrienden der
Boeren, onthouden hebben van eenige betoo-
ging”.
De hoogleeraar Theodor Mommsen heeft
in de „Nation” eenige beschouwingen gege
ven omtrent de weigering van keizer Wil
helm om president Kruger te ontvangen. Hy
zegt daarin dat het roepen om een scheids
gerecht een phrase is zonder inhoud of een
oorlogsverklaring aan Engeland. „En tot dit
laatste wil Duitschland niet overgaan. De
wereldpolitiek leert, dat vooral een groote
mogendheid op een zoo smartelijk voelbare
wjjze gebonden is door het bewustzijn, dat
by eiken oorlog het bestaan van den eigen
staat de inzet is, dat de opheffing van het
„wereldonrecht” van alle hersenschimmen
wel de grootste waan is. Wanneer de sterke
>aar by i
"ERS Jz.
van echtheid ia
kurk steeds voor
in naam der Firma
'PE
In den Duitschen Rijksdag brqcht de af
gevaardigde dr. Rösicke, van den Bond
van Landwirthe, de houding van de Duit
sche regeering tegenover president Kruger
ter sprake. Het was by het debat over den
steenkolennood. De heer Rösicke betoogde,
dat Duitschland door de handels verdragen,
en door deelneming aan suiker- en andere
conferenties zyn economische onafhankelijk
heid op het spel zet.
En toen ging hy voort:
Jeanne, die vlugger was dan hij, sprong vóór
haar minnaar. Zij strekte hare armen uit en zeide
tot Serge op schorren toon, met het uitzicht van
©ene wolvin, die haar jong beschermt
Blijf achter mijhij heeft mij liet, hij durft
niet slaan
Cayrol hiéld op Bij deze woorden stootte hij
een woesten kreet uit
Ach, ellendige vrouw Dan gij maar eerst.
Hij hief zijn wapen op en zou het doen neer
komen, toen zijne oogen die van Jeanne ontmoetten.
De jonge vrouw glimlachte, verblijd om voor haar
minnaar te sterven. Haar gelaat, welks bleekheid
te sterker uitkwam door hare zwarte haarvlechten
schittèr^ door eene bijzondere schoonheid. Cayrol
huiverde Zijn strak gespannen arm werd slap Het
groote ijzeren voorwerp ontviel» aan zijne hand en
kwam met een zwaren slag op het tapijt neer. De
arme man viel op de canapé. Hij snikte, was buiten
zich zelven en schaamde zich over zijne zwakheid.
Hij riep den dood in, maar kon dien niet toe
brengen.
Jeanne sprak geen woord Door een teeken wees
zij Serge, dat de doorgang vrij was en de prins
snelde heen.
Frankrijk.
De rapporteur van de commissie uit den
gemeenteraad van Parys, bedoelende terug
gave van gebouwen en terreinen van de
Tentoonstellings-enceinte aan de stad, stelt
voor het amouveeren onmiddellyk van alle
gebouwen op de esplanade des Invalides
en van de paleizen voor leger en marine,
voor scheepvaart, boschwezen en congressen,
terwijl de serres in stand moeten bl{jven.
Later eerst zal een besluit worden genomen
ten aanzien van den aanleg van een park
jas toe aan dea half ingeslapen knecht, die opge
staan was toen hij naderkwam, en ging de speel
zaal binnen. Het baccarat natn juist een einde.
Het was drie uren in den morgen De spelers
hadden geen geld meer en de bankier bood te
vergeefs aan om in te zetten zoo weinig men
maar wilde De komst van den prins gaf weer
eenige. levendigheid aan het spel. Serge weerde
zich met een ijver, alsof het een gevecht gold. De
kans was hem gunstig. In enkele slagen won hij
den ganschen inzet: duizend louis. Eén voor één
gingen alle spelers weg. Panine bleef alleen, strekte
zich op de canapé uit en sliep eenige uren met
zijne kleederen aan en gekweld door zijne bottines.
Zyn slaap was onrustig en vermoeide hem in plaats
van hem te verkwikken.
De bedienden, die binnenkwamen om de zalen
te vegen en te luchten, hinderden hem. Hij ging
naar de kleedkamer en daar verfrischte hij zijn
gezicht met water. Dit deed hem goed. Vervolgens
schreef hij aan Jeanne met een enkel woord oin
haar te zeggen, dat hij nagedacht had, dat zijn
vertrek met haar onmogelijk was en hij haar smeekte
alles te doen om hem te vergeten. Hij gaf zijn
brief aan den besteller van den Cercle met uit
drukkelijk bevel dien aan niemand anders dan aan
de kamenier van mevrouw Cayrol af te geven
De zorg voor eene weg te voeren vrouw, de
drukte van een ongeregeld huishouden schenen hem
thans onuitstaanbaar toe. Hij gevoelde het levendig,
dat de eenige hoop op behoud, die hem overbleef,
in de onveranderlijke liefde van zijne vrouw voor
hem gelege
de stilte. De prins kwam niet thuis. Mevrouw Des
varennes kon niet te bed blijven en stond op. Om
den tijd te verdrijven, ging zij bij tusschenpoozen
langzaam en op hare teenen tot aan de kamer harer
dochter Micheline, uitgeput van vermoeidheid en
ontroering was ten laatste op haar van tranen door
weekt hoofdkussen in slaap gevallen.
De patroon boog zich over haar heen en be
schouwde bij het nachtlicht het bleeke gelaat van
Micheline. Zij loosde een smartelijken zucht.
Zij is nog zeer jong, dacht zij, en kan haar
leven op nieuw beginnen Deze treurige dagen
zullen langzamerhand uit haar geheugen gewischt
worden en na eenigen tijd zal ik haar weder zien
opleven en glimlachen.
Mevrouw Desvarennes schelde en liet vragen, of
Maréchal bij haar wilde komen. De secretaris trad
aanstonds binnen. Evenals de patroon was ook
hij ongerust en ontroerd en daardoor vóór dag en
dauw opgestaan. Mevrouw Desvarennes ontving
hem met een dankbaren glimlach. Zij verzocht
hem, zonder in nadere bijzonderheden te komen,
om bij Cayrol bericht te gaan inwinnen en bleet
in afwachting, terwijl zij om hare onrust te doen
bedaren met groote stappen heen en weer liep.
Toen Serge het huis van Cayrol verliet, was hij
geheel ontdaan. Hij bevond zich niet in staat om
na te denken en durfde niet naar huis gaan, al
gevoelde hij wel dat hij spoedig tot een besluit zou
moeten komen. Hij begaf zich te voet naar den
Cercle. Het loopen deed hem goed en bracht hem
tot zich zelven. Hij verheugde zich, dat hij van
die gevaarlijke ontmoeting zoo goed afgekomen was
Bijna vroolijk klom hij de trap op, wierp zyn over-
53)
De echtgenoot spande zijn krachten geweldig in-
Door de drukking van zijn sterken schouder brak
het slot en sprong de grendel los. Met één sprong
was hy midden in de kamer Jeanne plaatste zich
in eens vóór hem. Zy beefde niet meer. Cayrol
deed nog een schredehij vestigde zijne met bloed
beloopen oogen op den man, dien hij zocht, stiet
een afgrijselijken vloek uit en riep uit
Serge I Hy is het dus I Ik had dit moeten
gissen Gij steelt dus niet alleen geld, ellendeling I
Panine werd akelig bleek. Hij kwam op Cayrol
af, ondanks Jeanne, die zich aan hem vasthield,
en zeide
Beleedig mij niet,.dat dient nergens toe. Mijn
leven behoort u toe, gij kunt het nemen. Ik zal
tot uwe beschikking zijn, wanneer gij het verlangt.
Cayrol barstte in een akelig lachen uit en sprak
Zoo, een duell Loop heenl Ben ik dan van
adel Ik ben een boer, een ossenhoeder, een lom-
pert, zooals gij weet 1 Ik Iaat u niet losIk zal
u verpletteren!”
Hij zag in het rond om een wapen te zoeken.
Zijn oog viel op de zware staven van geciseleerd
ijzer aan den haardhij greep met een zegevie
renden kreet er een van, en ze als een knots
zwaaiende, viel hij op Serge aan.
(JFordt vervolgd.)