H f I nr cao 1W grafeeren in de Inrichting ZO” VAALS, GT, elsch A'tewws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. i i Zaterdag 23 Februari 1901. No. 8435. 4g. Buitenlandse!) Overzicht. I FEU1LLE1OM. I WILSKRACHT. t STER 39ste Jaargang. ’BROOD. indirbalsim Vondsrnlf j I Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd. OH Verspreide Berichten. y 8 stelt een !3 WATERVBIJ.I KAPTOJX I ESHE» I iitnletf I Roütdnii innen, Graaf 4 |ii I aaat 103. d« Echte )n, tesamen- ngen in den num des vervaardigd öt wereldbe- Bbl* Stoll- fiOUDSCHE courant I0ENWEKK dan ;ii Laarzenmagazijn de Kleiwegsteeg alle Winier-Arti- OENWEEK. C. SMITS, smeten werk. Zn Gouda. 1-1 andere kamer i te i dat men in den /vf overtollig is vroeg Angelica met de/i die alleen eene plaats vindt in een zich zeer teleurgesteld echt. Verschrikt sloeg Marie den arm-om Angelica’s schouders en riep droevigAngelica, wij begrijpen Bhlgib. Niet den veertienden, zooals gemeld, doch den vierden Maart zal de Belgische depu tatie president Kruger te Utrecht het album ter hand stellen, bevattende de wenschen van 370 Belgische gemeenteraden en de moties der Kamers ten gunste van arbitrage. Van Brussel uit zal de reis in den namid dag van Zondag den derden Maart aanvaard worden, terwyl in den voormiddag een feestelijke samenkomst zal plaats vinden te Brussel. De kosten voor belangstellende deelnemers zullen bedragen 18.80 of 12.10 francs naar de klasse. SINGEL, 661. K.G. De Vlamingen hebben een nieuwen stap gedaan om de Nederlandsche taal in België te handhaven. Reeds heeft de wet, die naar De Nriendt heet, het Fransch en het Neder- landsch op één lyn gesteld. Thans hebben eenige leden der Kamer een voorstel inge diend, volgens hetwelk in de Vlaamscbe gewesten elke wet voortaan allereerst in het Nederlandsch zal worden afgekondigd en bij de behandeling van wetsontwerpen, die in het bijzonder voor die gewesten van belang zyn, diezelfde taal den voorrang zal hebben. Telefoon 5o. 82. De Uitg-ave dezer Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. naar Sin gan foe. Een gesprek met den Japanschen attaché had het afzenden van een derde bericht aan de keizerin ten gevolge. En zoo hebben de Chineezen dan de voor waarden der mogendheden byna ongewijzigd aangenomen. Of de expeditie nu niet vertrekken zal? De Times verneemt, dat de expeditie op 1 Maart zal uitrukken, onder leiding van Waldersee zelf, en dat de Fransche generaal Voyron onder zyn commando zal staan. De expe.litie zou bestaan uit zes afdeelingen, die uit Peking, Tiensin en Pao-ting foe zullen oprukken. Maar daarnaast staat, dat de Vereenigde Staten, Rusland en waarschijnlijk ook Japan volgens de Times zullen protesteeren tegen de expeditieen dat blijkens Temps en Figaro ook in Frankrijk niet veel sym pathie yoor Waldersee’s plan bestaat. De Figaro zegt zelfs dat de plannen van den generalissimus in Europa met verbazing en ongerustheid vernomen zyn, en dat het mili tair en staatkundig prestige van mogend heden er onder moet lyden, zoo de expeditie doorgaat. Rusland en Frankrijk zyn voorne mens tegenover China niet overdreven streng op te treden, en zullen dat volhouden... prcafeuije» 0.35 *MT Neder- Marie, die op verlangen van den Graai ditmaal bij uitzondering langer dan gewoonlijk op het kasteel vertoefde, en Justina kwamen den volgen den morgen in den tuin samen om te overleggen, in hoe verre zij Angelica met hetgeen besproken was, in kennis moesten stellen en om te beraad slagen oi de beleefdheid ook eischte dat zij tot een langer verblijf- op het slot werd uitgenoodigd. Te midden harer overwegingen voegde de Gravin zich bij haar; zij vroeg, op schijnbaar onverschil ligen toon, naar den afloop van het gesprek den vorigen avond, en deed alsof zij de verlegenheid ueUt gakookt ink toot da- heeloptb van icolate) Alt geval van gebruiken. inatoB. wereld bekend en roffen middel tegen i oug-, Lever- 511, enz. Inwendig uitwendig in bijna i met goed aevolg - Prijs per flacon f 1.15. geneeskraoh t eestal elke pijnlijke orerbodig. Met voor ongeneeslijk lanas een byna 22 Brengt genezing en n, ontstekingen enz. r post f 160. öderland Kokin 8 Amsterdam udie Schutzenapotheke ohitach, Oeaterreich Centraal-Depót banden pellatiën, die in een andere taal dan het Duitsch waren opgesteld, in het Duitsch ver taald en ingeschreven zouden worden, maar zoo de steller dit verlangde, ook een af schrift in de oorspronkelijke taal zouden ont vangen. Nu was het lieve leven gaande. De Jong Tsjech Klofac liep met gebalde vuist naar de banken der regeering en begon in zyn moedertaal tegen haar een reeks van bedreigingen te uiten. Toen dit nog geen indruk genoeg maakte, verscheurde by het reglement van de Kamer, verfrommelde het tot proppen en bombardeerde er de regee ring mede. Zyn landslieden volgden met spoed zyn voorbeeld. Onderwijl regende het scheldwoorden tusschen Duitsch radicalen en antisemieten. Het was, hier volstrekt niet te plat gezegd, een echte pan. Dit begon den Roemeenschen baron Wassilko te ver drieten. Met zyn reuzengestalte wierp deze zich op don nog altoos dóórkryschenden Klorac, en het zou den schreeuwer kwalyk vergaan zyn, waren hem niet zes van zyn landslui te hulp gesneld. De vechtende hoop hotste en botste dan hier dan daar, en kwam eindelijk te land vóór de verbijsterde regee ring, die hy in letterlijken zin dreigde om te werpen. Nu sloot Vetter de plechtige vergadering en verliet hy met de ministers de zaal. De Tsjechen deden hun uitgeleide met een laatste salvo proppen, zij grepen zelfs de papieren van Vetters schrijftafel, toen hun eerste voorraad werpgeschut ver bruikt was. 54) «Graat von Felsburg,” antwoordde Egon, «ik neem uw voorstel aan Morgenavond komen wij hier weder bij elkander." In zijne oogen lag eene uitnoodijiing tot elk atzonderlijk gericht; «maar met u wilde ik vooraf nog een onderhoud hebben.” »Ik blijf den geheelen voormiddag op mijne kamer,” antwoordde Graaf Waldemar, groette vriendelijk, legde zijn arm in dien van den pre dikant en verliet de kamer. Zonder een woord meer te spreken volgden hem de overigen. ZESTIENDE HOOFDSTUK. Een telegram uit Peking aan de Engelsche bladen doet plotseling licht opgaan over de plannen van Waldersee en over de gevolgen er van. De Duitsche gezant, baron Mumm von Schwarzenstein, bezocht Zaterdag Li en Tsjing, de Chineesehe gevolmachtigden, en deelde hun mede dat Waldersee voornemens was op 23 Februari een groote expeditie uit te zenden naar Sin gan foe, indien de Qhi- neesche Regeering niet vóór dien datum de eischen der mogendheden volkomen had in gewilligd. De Chineesehe gevolmachtigden vroegen Hoeveel soldaten afgezonden zouden worden? De gezant weigerde een aantal aan te geven, doch verklaarde wel, dat de expeditie groot genoeg wezen zou om het doel te bereiken. Li en Tsjing zonden dadelyk een dringende dépêche naar de keizerin-weduwe. En toen later de Eugelsche gezant den gevolmachtig den zoo ter loops mededeelde dat de Britten wachtensmoede waren en vol geestdrift voor de groote expeditie die Zaterdag zou vertrek ken zonden Li en Tsjing een tweede telegram elkander niet I Laat ons uwe vriendinnen mogen zijn Spreek met ons in ons hart, dat liefdevol u tegen klopt zal alles wat gij ons zegt trouw bewaard blijven.” Eén oogenblik werd Angelica’s gemoed zachter gestemdmet tranen in de oogen omarmde zij Justina en Marie en zou misschien door te spreken zich zelve van een zwaren last hebben bevrijd, als niet op eenigen afstand Egon von Bernsdorf te zien ware geweest. Eene doodelijke bleekheid overtoog haar gelaatfier richtte zij zich op, alle gevoel was uit haar oog verdwenen; koud als marmer, met een somberen blik sloeg zij den jongen man gade en sprak«Vervoegt u bij Hem hij komt u, zijne vertrouwde vriendinnen, zeker afhalen, om bij het onderhoud met Waldemar tegenwoordig te zijn Haastig wilde Angelica zich verwijderen; met waardigheid en ernst hield Justina haar tegen. „Ga niet zoo heen, Angelica,” zeide zij>eer dit misverstand uit den weg is geruimd moogt gij ous niet verlaten, Door argwaan te koesteren misdoet gij jegens ons en jegens den heer von Bernsdorf Gij hebt hem gisteren gekrenkt, be- leedigd moet gij het zelve niet erkennen vroeg zij teeder, bijna smeekend. Marie was Egon tegemoet geloopen zij hield hem met opzet door hare vragen staande en ver zocht hem ten slotte, wel denkende dat Justina’» onderhoud met Angelica niet zoo spoedig zou zijn afgeloopen, met haar een bezoek te brengen aan de ka, el. Het was reeds meer dan eens het geval geweest, doch dimaal kon hij de gedachte niet van zich zettenzij wil u niet met Angelica in aanraking brengen, omdat zij, de trouwe vriendin, nieuwe beleedigingen voor u vreest. Zonder den schijn van onrust te verraden zag hij de dames, die hare wandeling voortzetten, na en zeide toen «Zoudt gij zoo goed willen zijn, Marie, Gravin Angelica uit mijn naam uit te noodigen om aan ons onderhoud heden avond deel te nemen. Al stelt zij geen belang in myne toekomst, toch ben ik haar deze beleefdheid schuldig, daar wij eiken avond met elkander hebben doorgebracht en Graaf Waldemar op dit punt niet van veranderingen houdt. Als gij het de moeite^waard acht, kunt gij haar den inhoud van de brieW) mededeelen.” >Is dat uw wensch, Egon >Mijn wensch hernam hij door de vraag ver rast Neen, ik wilde de Gravin daardoor alleen het recht toekennen, tot den kleinen kring van ’s Graven vertrouwden gerekend te worden.” >Zou hij ons gesprek gehoord hebben l” dacht Marie, en ietwat verlegen antwoordde zijMis schien spreekt Justina reeds met haar daarover «Dat geloot ik niet. Justina denkt veel te edel, is te fijngevoelig dat zij over de omstandigheden van anderen al waren het de meest onverschil lige personen spreken zou Marie zag met deernis en deelneming den ziele- strijd en de aandoening op Egoïi’s fraai gevormd gelaat; van genegenheid voor den vriend van Hermann vervuld, zou zij gaarne met hem over Angelica gesproken hebben, doch al wilde zij het toch bekroop haar de twijfel of zij wél deed als zij over dat onderwerp begoneene inwendige stem waarschuwde haar daarvoor. (Wordt vervolgd.) der beide dames niet bemerkte. «Justina,” zeide zij een oogenblik later tot deze, »wij hebben plan ainstonds naar huis te rijden mama heeft hoofd pijn* en ik moet een paar brieven schrijven. Zoudt gij denken, dat ik Graaf Waldemar stoor, als ik thans afscheid ging nemen Zeker niet, Angelica; hij ontvangt gaarne be zoek op zijne kamer. Maar heden morgen....” «Wat is er heden morgen vroeg het meisje, reeds door deze bedenking beleedigd. Met schroom antwoordde JustinaMijnheer von Bernsdotf zou een onderhoud met den Graaf hebben, doch ik weet niet hoe laat.” «Het ligt natuurlijk niet in mijn plan, de heeren te storen,” hernam Angelica gekrenkt. >De reden van mijn bezoek is bovendien zoo erg gewichtig niet. ^Misschien wilt gij, Justina, wel zoo vrien delijk'zijn, namens mijne moeder, u allen uit te noodigen morgen den geheelen dag bij ons te komen doorbrengen Wij nemen geen weige rend antwoord aan, daar wij onze reis misschien vroeger vast stellen dan eerst het plan was Justina bemerkte dat Angelica zeer opgewonden was en kreeg medelijden met haar. Zoudt gij van daag nog niet bij ons blijven vroeg zij hartelijk. «Om, als er straks belangrijke dingen verhandeld worden, naar eene andere kamer? te mogen gaan met de zekerheid dat men in den /vlïeiidenkring ®l>itterheid, .gemoed dat Telefoon No. 82 ADVERT,EN TIEN worden geplaatst van 1—5 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Een proclamatie van Steyn en de Wet van den veertienden Januari gedateerd, is gevonden op een velleden week gevangen genomen Boer. De proclamatie beschuldigt de Engelschen, dat zy met terzijdestelling van de beschaafde oorlogsgebruiken en de conventiën van Génève en Den Haag neu tralen gevangen nemen, den bizonderen eigen dom der burgers plunderen, verbranden en vernielen, en kleurlingen tegen de Boeren wapenen. De proclamatie verklaart verder dat de soldaten eerbare vrouwen beleedigen op bevel van hunne officieren, en dat daar enboven moeders en vrouwen zyn onteert, en dat byna alle huizen in de beide repu blieken vernield zyn. De proclamatie komt op tegen de beschuldiging, dat de Boeren misbruik van de witte vlag hebben gemaakt en noemt dat gestadig terugkeerende laster en zegt dat het niet waar is, dat de repu blieken reeds zyn veroverd of dat de oorlog is geëindigd. De strijdmacht der burgers van de twee republieken wordt nog door verantwoordelijke leiders aangevoerd. De proclamatie waarschuwt de Engelschen, dat, tenzij zy ophouden den eigendom te vernielen, de Boeren den eigendom der Engelschen zullen vernielen, maar zy zullen vrouwen en kinderen ongemoeid latenverder doet zy een beroep op de broeders in de Kaapko lonie en de wereld hen by te staan, om in naam van beschaving en Christelijkheid een einde te maken aan de barbaarsche wyze van oorlogvoeren der Engelschen. Natuurlijk groote teleurstelling in Enge land, want noch tegenover De Wet, noch tegenover Botha ’is de „groite slag” ge vallen. Waar De Wet nu eigenlijk is, weten de Engelschen niet precies. Zy zoeken hem ten W. van Hopetown, maar zy zien dat de Morning Post” onze verwachting deelt, dat hy naar Prieska en Kenhardt trekt en de vrees koestert dat een opstand hem geluk ken zal. De spoorweg van De Aar werkt ten N. van Beaufort-West niet meer. Maandag hebben de Boeren ten W. van De Aar een kolentrein aangevallen, zooals Reuter ge seind heeft. Ook uit andere deelen der Kaapkolonie zyn de berichten niet gunstig voor de Brit ten. In het district Prince Albert (Z. der ko lonie) namen zy al wat van hun gading was. Daar, evenals by Steynburg en in de Zuurbergen, hebben vele kolonisten zich by hen gevoegd. Nu en dan wordt, als by Steynburg Zaterdag, (een Britsche patrouille uitgekleed. Ook zamelen de Boeren paarden op in het uiterst» N.-W., by de Duitsohe bezittingen. F Wat de toestaifft in Transvaal aangaat, de Boeren zyn nog in vry groot getal vlak by Pretoria. Een commando van 600 stak Zondag den spoorweg over by Olifantsfon- tein en trok naar Zwartkop, ten N. van Krugersdorp. Eindelijk blijkt Zeerust nog steeds omsingeldeen telegram van 11 dezer zegt, dat de Boeren niet opnieuw aan vielen. Wat het Oosten aangaat, de zeven kolon- nes kunnen nog niet op veel succes bogen. Uit Standerton wordt aan Central News geseindBotha volgt den Zuidelijken oever van de Pongola ten Zuiden van Piet Retief, oogenschynlyk naar Zoeloeland oprukkend, maar velen golooven, dat Botha zyn plan om in Natal te vallen nog niet heeft opge geven. Van een omsingeling is dus geen sprake. De colonne Colville is met de kous op den kop te Standerton teruggekeerd. En Smith-Dorrien schijnt duchtig in het nauw te zitten, want sedert den 6 Febr., toen hy by Bothwell 1 oil. en 23 man aan dooden ver loor, heeft men niets van hem vernomen. De eerste opgaven van de verliezen door generaal French geleden op zyn tocht tegen Botha vermelden een gesneuvelde, 42 ge wonden, waarvan 21 zwaar of levensgevaar lijk. Verder worden vermeld 2 man gesneu veld en 4 gewond. Ten slotte vermeldt de verliezenlyst 25 zieken die overleden zyn en een lange ry van zware zieken. De Oostenryksche Rijksraad had tot Woe& dag een week rust gehouden. Van die wH/idif stilte hadden het ministerie, de presidem a£i J sommige partyaanvoerders gebruik gemffl®t/ om gezamenlijk te overleggen, hoe er meffde niet in het Duitsch gestelde interpellation zou moeten worden worden gehandeld. Maar tot overeenstemming in deze moeielyke kwestie was men niet geraakt, zoodat de president, graaf Vetter, aan zich zelf was over^elaten om te (jordeelen, wat hij doen moest. Gisteren nu kwam de eerwaardige Rijks raad weder byeen. By de opening van de debatten zyde Vetter, dat hy van zyn recht om de aanneembaarheid van de interpella tion te beoordeelen op de meest vrijgevige wyze zou gebruik maken. Deze woorden brachten groote opschudding teweeg onder de Duitsch radicalen. Wolf stelde voor de\ zitting op te heffen. Vetter ging voort en zeide, dat de inter.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1901 | | pagina 1