&r.,
ofleveranciers).
181
Borst-
t
I’
ienza
WILSKRACHT.
huizen
iXieuirS’ en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
ïouda.
BINNENLAND-
Woensdag 27 Maart 1901.
39ste Jaargang.
No. 8462.
HST
uur
FEUILLETON.
- J
sg
8
fluenza,
ening,
1 E”,
e Koop
in twee naast
>n“
eE*=:
Buitenlandse!» Overzicht.
Z
■o
ai
s
8
sr
n
9
Inzending vau Advertentiën tot 1 uur des midd.
Zn. Gouda
als een
it alles
van
gestaan,
De
A
C
CD
CD
Sr
rfsingel.
Bweg D 29.
(.01HMH E (MANT
doen genezen,
i van oud»
ld beroemde
NINGBLOEM”
id gratis.
het Ryks Inter-
m abonnemen-
n verkrijgbaar
DE VISCH-
In de Fransche Kamer verdedigde de heer
Bourgeois uitvoerig artikel 14 van de ver-
eenigingswet, waarby aan niet goedgekeurde
congregaties verboden wordt onderwys te
geven. De Kamer besloot met 293 tegen 220
stemmen dexe redevoering te dpen aan
plakken.
Ook minister Leygnes verdedigde breed
voerig artikel 14 en de neutrale school.
In antwoord op een redevoering van den
heer Ribot, viel minister-president Waldeck-
Rousseau de Jeznïten en hun onderwys aan
en vroeg hg der Kamer artikel 14 aan te
nemen. De president stelde daarbü de quaestie
van vertrouwen.
De Kamer verwierp met 297 tegen 248
stemmen dé disjunctie van het artikel, voor
gesteld door den heer Cazolles. Eveneens
werd verworpen het amendement van den
heer Denis, om in art. 14 te schrappen de
woorden „noch om onderwijs te geven”.
en te veel onttrekt bij zich aan de
schefc,
is de Keizer „zijn eigen kanselier”.
vraagt dan ook terecht:
keizers antwoord aan baron
n Z
[genomen.
ct. bij
lei weg E, 100
’recht PINKSE,
f, Boskwp B.
■echt P. W v
Moercapellc, D
over de verwerping van het verdrag
door het Chineesche hof te Si-ngan-foe. Ook
van andere zijde is hot bericht niet beves
tigd. De „North China Daily News” beweert
zelfs dat het verdrag heden onderteekend
zal worden, en voegt er bij dat geen wijzi
gingen gebracht zyn in .het oorspronkelijke
ontwerp. Dit laatste valt sterk te betwijfe
len, tegenover de uitvoerige mededeelingen
van den gewoonlyk goed ingelichten corres
pondent der „Times’ te Peking, maar voors
hands schijnt ’t aannemelijk dat de beslis
sing over het verdrag nog niet gevallen is.
Minister Chamberlain verklaarde in het
Lagerhuis, dat de vredesonderhandelingen
gesloten zijn. De Britsche Regeering blijft
op haar vroeger aangegeven standpunt staan
en is niet voornemens de onderhandelingen
te heropenen.
Sir Robert Reid legde een verzoek van
de heeren Merriman en Sauer over, die vra
gen door het Huis gehoord te wjarden in zake
de voorwaarden voor de regeling van dCn
toestand in Zuid-Afrika.
Kolonel de Wit zegt in de „N. R. Ct.”
naar aanleiding der vredesonderhandelin
gen o. a.
Het genomen besluit van Botha olh de
onderhandelingen af te breken kan dus niet
anders dan toegejuicht worden door allen,
die niet wanhopen aan de zaak der Boeren,
en het blijkt hoe langer hoe meer uit par
ticuliere berichten, dat die zaak waarlijk
«niet sleeht staat. Menige overwinning der
republieken wordt óf verzwegen, óf ver
kleind tei kennis van het publiek gebracht,
en het is nu zeker, dat de onderhandelingen
van Kitchener en niet van Botha zijn nit-
gegaan.
Men mag dus aannemen dat eerstgenoemde
afdoende redenen heeft om te trachten een
einde aan de vijandelijkheden te maken, en
wij kunnen den heldhaftigen Boerenaanvoer
der gelukwenschen, dat hem klaarblijkelijk
het gezegde in het hoofd heeft gezeten
„Als de vos de passie preekt, boer pas op
je kippen.”
jaar voor per
il K. M. 1, I
Voor den verjaardag 19 April .van
Z. K. H. Prins Hendrik zullen, wat de vie
ring betreft, voor land en zeemacht dezelfde
gebruiken gelden als voor den geboortedag
van H. M. de Koningin-Moeder gevolgd
worden.
Over de vraag of de Russisch-Chineesche
overeenkomst ter zake van Mantsjoerye af
gesprongen is of niet, loopen de borichten
uiteen. Te Washington heeft nóch de regee
ring noch de Chineesche gezant Woe-ting-
fang bevestiging van het telegram dat,
terloops gezegd, niet van den New-Yorkschen
correspondent der Londeniche „Times”, maar
jan de „New. York Times” afkomstig was
zaak van gemeenschappelijke vreugde en de be
zoeken der geliefden verschaften hun zooveel
blijdschap en zaligheid dat zij met dankbaarheid
aan God, door de herinnering daaraan gelukkig
bleven.
Verspreide Berichten.
Frankrijk
Do gedenkschriften van Alfred Dreyfus,
welke eerlang zullen verschijnen, zullen
ook reproduction bevatten van teekeningen
van zijn hand, gemaakt op het Duivels-
1 eiland en betrekking hebbende op zjjn be*
handeling aldaar, terwijl het boek, dat, zoo
als bekend, zal heeten „Cinq ans do ma
vie”, door hem wordt opgedragen aan zijn
kinderen.
Met den hootdrodacteur der „Figaro”,
den hoer De Rodays, gaat ’t opperbestde
in zyn rechterdij geschoten kogel, is ver
wijderd, zonder eenige moeite.
Personen, die olie en alcohol fraudu
leus hadden ingevoerd in Parijs, zonder
betaling van stedelyke rechten (octrooi),
zyn veroordeeld tot betaling van een boe
te vantwee honderd duizend francs I
De gemeenteraad van Roubaix heeft
besloten driehonderd francs by to dragen
aan het monument, te Fourmies op te
richten voor de slachtoffers van den* eer
sten Mei 1890.
Duitschland.
Keizer Wilhelm heeft zich nu ook doen
kennen als....' taalkundige, door een de
creet '.aangaande het schrjjven van den
stadsnaam Köln met oen K, in dien zin te
wijzigen, dat hot voortqan zal wezen Cöln,
in strijd met de opvatting van taalmannen,
van don gemeenteraad der stad en van het
gebruik. De Romeinsche afkomst moet blij
ken, aldus wil het de keizer en diens wil
moet de wil des volks wezen.
Do burgemeester van Kiel hoeft tot
do burgers do uitnoodiging gericht, dat ze
hoofd voor hoofd zullen deelnemen aan do
bescherming des keizers by zyn aanstaande
komst in de stad waarbjj zo dan ook moe
ten toekjjkeu op verdachten.^-
maakte over de indomniteits-quaestie, be
sprak de heer Von Forckenbeck die eerst
met den minister-presidenten de heer Von
Bismarck was tiet volmaakt eens met Forc
kenbeck opvatting, dat die woorden slechts
aan het Huis konden worden medegedeeld,
zoo de minister-president ze contrasigneerde,
door er de verantwoordelijkheid voor te
aanvaarden. En daar Von Bismarck redenen
had om voor ’s Konings woorden niet ver
antwoordelijk te willen zijn, deelde de heer
Von Forckenbeck ze ook niet in het Huis
mede.
Dat was in overeenstemming met de con-
stitutioneele begrippende houding van den
Iheer Von Kröcher is het niet, zooals de afge
vaardigde Richter Zaterdag in het Huis dui
delijk heeft doen uitkomen.
Het scherpst is wellicht de Frankf. Z.
„Men wordt wellicht daardoor getroffen, dat
de keizer zelf gevoelt dat het gezag van de
kroon heeft gelegen sedert den dood van
keizer Wilhelm I. Aan de kroon zijn geen
machtsmiddelen of eenig recht ontnomen. En
de keizer heeft naar den maatstaf van zyn
krachtige persoonlijkheid er zeker naar ge
streefd het gezag der kroon te bewaren en
te versterken. Reeds n roeg heqft hy gezegd
zijn eigen kanselier te zullen zijn, en nooit
hoeft hy nagelaten te toonen, dat hy op zijn
ministers en de leiding der zaken een grooten
invloed oefent. Dat b. v. het gezag van den
Rjjkskanselier daardoor niet gestegen is, dat
beeft iedereen bemerkt, ook deRjjkskanselier.
En nu klaagt dezelfde Keizer, die zyn per
soon met zulk een macht heef.t omgeven,
over de vermindering van het gezag ran de
kroon. Dit is niet alleen m^nscheljjk, maar
ook uit een politiek oogpunt van belang.
Het ligt voor do hand, de oorzaak daar
van te zoeken in den drager van de kroon;
en voor deze opvatting is zeker veel aan te
voeren, daar Keizer Wilhelm, op eene wjjze
als geer, ander vórst, zich zelf in denstryd
en de tweespalt van den dag mengt.
Dit alles moet op de kroon teiugwerken,
omdat de burgerij nu gewoon wordt, het voor
stellen of het tegengaan van politieke maat
regelen, waarvan zjj-schade of nut heeft, aan
de kroon te wyten.
80)
Angelica’s moeder was de eerste die hen stoorde,
hare toestemming behoefde nift gevraagd te wor
den, daar zij die uit zich zelve gaf; hare vraag:
„Zijt gij dan nog' niet getrouwd, Egon gaf tot
groote vroolijkheid aanleiding en deed hem den
ken aan Magdalena en hare oude vriendin, die
hij in het hotel had achtergelaten. Alle drie reden
daarheen, om de gasten, die hartelijk welkom wa
ren, af te halen; 't was van beide zijden eene
blijde ontmoeting, alsof men elkander al jaren
gekend had. Nog dienzelfden avond sprak Egon
met zijn meisje, dat hij reeds zoo Ihng had be
mind en eindelijk de zijne mocht noemen, over
de rei* naar den Felsenburg en het aanstaande
huwelijk. E^gon liet alles aan hare beslissing over’,
»Dat niet,” antwqprdde zij, »ik heb eene zware
straf verdiend voor mijn onaardig gedragvoort
aan moet uw wil beslissen. Egon, zooals gij het
met Hermann gaarne wenscht, zoo zal het ge-
»Dat kan niet, Angelica. Dat is onmogelijk I”
antwoordde Egon.
.Ónmogelijk, Egon? Mij «chijnt niet, mee’r
ónmogelijk,sedert ik van uwe liefde zeker ben.
Zeg mij, wat gij hadt afgesproken, liefste, ik^bid
het u. Wat hebt gij bepaald
Telefoon Jo. 69.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon-) en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Bjj de gisteren te Amsterdam gehouden
herstemming tnsschen de heeren C. H. den
Hertog (liberaal) en Henri Polak (Sociaal
democraat) lijn uitgebracht 3469 geldige
Stemmen, waarvan op den b»er Uw Hertog
1876 en op den heer Polak 1583, zoodat
gekomen is do heer Uen Hertpg.
De Minister van Binnenlandsche Zaken
is gister met zjjn beid'e ambtgenooten van
Justitie en Koloniën, die hun gewon, audiëntie
hadden, naar Het Loo vertrokken. Men
vermoedt, dat de heer Borgesius door H. M.
naar Het Loo waS ontboden met het oog
op de beslissing t'er zake van de ontslag
aanvraag van don Min. van Oorlog.
In do pers heeft over' de gezondheid
prof. Tiele te Leiden een bericht ges;
d#t een bedenkelyken indrnk maakt.
Telefoon No. Si»
ADVERTENTIEN worden geplaatst van
1—5 regels 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
r 12 floss. O
12 -
12 T
flesch. O
Vervolgens werd par. 1 van art. 14 aan
genomen.
Een amendement van den heer Bondot op
paragraaf 2, strekkende tot vermindering
der strafbepalingen, werd verworpen.
Het voorstel van den heer Laujucinais om
de discussie te verdagen tot morgen, viel met
338 tegen 218 stemmen en ten slotte werd
onder langdurige toejuichingen der linker
zijde, het geheele artikel 14 met 318 tegen
239 stemmen aangenomen.
Te 9.55 Werd de zitting opgeheven.
De zonderlinge redevoering, door keizer
Wilhelm gehouden tot den heer Vdh Kröcher,
den vice-president van het Pruisische Huis
van Afgevaardigden, in antwoord op den ge-
lukwensch met ’s Keizers herstel, heeft in
Duitschland heel wat opzien gebaard.
De „Voss. Ztg.” oordeelt zacht, wanneer
het blad,zegt:.
„Met het gebeurde te Bremen heeft dit
aBes niets te doen. De Keizer heeft het
daarmede dan ook niet in verband kunnen
brengen. Hy heeft gezegd wat hem op het
hart lag, afgescheiden van de redevoering
Van den heer Von Kröcher”.
Wat dan den Keizer op het Fart kan ge
legen hebben?
„De critiek op maatregelen van Regee
ring en Kroon wordt vaak in den meest
kwetsenden vorm geuit”. Dat moet zinspelen
op hetgeen de dagbladen hebben gezegd over
’s Keizers optreden tegenover president Kru
ger, zyn reis naar Engeland, het verleenen
van den Zwarten Adelaar aan lord Roberts,
zjjn toespraken tot koning Eduard, en zyn
woorden over het Engelsche leger' bij zjjn
benoeming tot veldmaarschalk.
Wanneer het gezag van de Kroon daar
door geleden heeft> geeft de „Voss. Ztg.”
te verstaan, is dit ’s Keizers eigen schuld.
Niet de critieken er over, fhaar de hande
lingen zelf droegen daartoe by. Te gaarne
jci ujuucikt uy z>iuu aun uö „millis-
eie verantwoordelijkheid”, die de Duit-
grondwet den kanselier oplegt; te gaarne
TTaizAr afin ai’iron Irnnsfilifir”
De „Voss. Ztg,”
In hoeverre ’s Kei
Von Krö ;her door den kanselier is gekend
en goedgekeurd Zonder die ministerieële
verantwoordelijkheid hebben ’s Keizers woor
den geen sfaatsrechterlyke beteekenis. En
het is zelfs de vraag, of de heer Von Kröcher
ze, als uitingen van den Keizer, in den Land
dag had mogen mededeelen.
Toen koning Wilhelm I, in 1866 tot den
heer Von Forckenbeck, den president van
het Huis van Afgevaardigden, opmerkingen
Hij sloeg teederlijk zijn arm om het schoone
meisje en fluisterde haar in ’t oor „Dat wij op
denzelfden dag zouden trouwen I”
Dit antwoord had Angelica niet verwacht. Zij
keken elkander een oogenblik sprakeloos aan
Eindelijk zeide zij fluisterend ;t „Zooals gij wilt,
Egbn 1”
Een grooter bewijs barer liefde kon zij niet
geven, maar ook geen grooter blijk van Egon’s
liefde eischen dan hij haar nu schonk.
Angelica’s moeder kwam deze beslissinga
droom voor; zij begon pas te gelooven dat
werkelijkheid waa, toen zij in het rijtuig en op
den Felsenburg bij elkander waren
De eerste gang der verloofden jvas naar de
kapel, hier deed Angelica belijdenis van haar on
waardig gedrjfc waardoor beiden zooveel smart was
bereid
Eene vröolijke, dubbele bruiloft waarbij ieder
vol liefde aan de henengegane dacht, was het
einde van veler zielestrijd
De jonge paren verlieten met elkander den Fel
sen bu»gafwisselend brachten zij hunne dagen
door in de residentie, op Egon’s goederen en op
'dén Felsenburg,
De oude Graven von Arnheim, Graaf Walde-
mar, Justina, en in, dien vriendelijken kring de
gelukkige Magdalena, die blijdschap oip zich heen
verspreidde, bleven op den Felsen burg'Ills hunne
eigenlijke woonplaats. Hunne dagen doorbren
gende in trouwe vriendschap met het gezin van
den predikant misten zij de jongelui vaak, maar
de wtederkeerige liefde deed hen hunne opgeruimd
heid bewaren. Elke tijding uit de verte was oor-