kbank. HET BEELD DES KEIZER ’ERIJ. rULDEN. en loterij Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. 40ste Jaargang. Buitenlandse!) Overzicht. jbaar. •Bron, rdam- No. 8654. Donderdag 21 November 1901. VERKIEZING van Leden van den Gemeenteraad FEUILLETON. <C Co. NEMAN Zn. idheelkunde, van Parijs aters die tot snz. i en prospectus. Effectenbank te litbetaald tegen lier loterijen en ier. lil F DA. en worden. De rELDDOTERIJ. Ie 7 deelnemers yondernemingen 'oocte '.ers. fiOUDSCHE Uil Hi\T iloterij. ents per lot. n 2 1‘remiên Uit ’t Duitse* van H'. HAIW. 'STER /waarnd.) PRIJZEN. Telefoon Ho. A* TIEN* worden geplaatst van Telefoon Ao. 82. De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. De BURGEMEESTER van Gouda, Gezien de artt. 5, 8, 9 en 25 der Gemeen tewet, benevens art. 3 van het Koninklijk Besluit van den Ben Mei 1897 (Staatsblad no. 144), doet te weten: dat op Dinsdag 3 December e.k. in het eerste kiesdistrict dezer gemeente, ter voor ziening in de vacature, ontstaan door het vertrek van den heer H. JAGER, en in het derde kiesdistrict ter voorziening in de vacature, ontstaan door het overlijden van den heer P. DE RAADT, eene verkiezing zal plaats hebben van een lid van den Ge meenteraad in ieder van die districten dat op dien dag van des namiddags negen uur tot des namiddags vier uur, by hem kun nen worden ingeleverd de by art. 51 der Kieswet bedoelde opgaven van Candidaten, waarvoor de voorgeschreven formulieren van af heden ter Secretarie kosteloos voor de kiezers verkrijgbaar zijn en dat voor deze verkiezing de stemming, zoo die noodig mocht zyn, door Burgemees ter en Wethouders is bepaald op Dinsdag den lOen December e.k. en de herstemming, zoo noodig, op Dinsdag den 17en December d.a.v. Gouda, den 19en November 1901. De Burgemeester voornoemd, R. L. MARTENS. G. BOSMAN, L. F. KNAPP Jr., M. 0. OBREEN, 1TEIN PFISTER tengevolge heeft. Op de zg. Nothstands Konferenz te Halle heeft de voorzitter, Von Bötticher, wol ver klaard, dat het aantal van do ontslagen ar beiders niet zoo groot is, en dat or geon eigenlijke Northstand bestaat, maar hoe hy dat met de bovenstaande cyfers rymt, is ons niet duidelijk. ’t Was trouwens met die door de regeering bijeengeroepen conferentie zonderling gesteld. Geen enkele arbeider was erin opgenomen. Natuurlijk, wat zou een arbeider ook van werkeloosheid wetenBovendien was de conferentie „vertrouwelyk”, om, volgens de woorden van von Bötticher, „de arbeiders niet te groote verwachtingen te doen koesteren over de hulp die hun zul geschonken worden.” Maar toch is er van 't besprokene een en ander bekend geworden en daaruit blijkt dat er door sommige deelnemers zeer pessimis tisch is gesproken. Dr. Riedel van de groote machinefabriek te Halle deelde volgens de Vorwarts mee, dat, in de fabriek in vorige jaren gemiddeld lö tot 17000 mark per week aan loon werd uitbetaald, en thans niet meer dan 7000 mark. De handelsraad Klaus van Thaile kwam met degelijke oyfers. Alleen de zoogenaamde Spacial-fabriken hadden nog werk; in alle anderd metaalfabrieken heerscht gebrek aan bestellingen. Als het nieuwe tariefontwerp aangenomen en de beurswet niet wordt veranderd, dan gaat Duitschland moeilijke tijden tegemoet, was zijn oordeel. ien tegen billyke ibrieven uit tegen bepaling van art. De winter begint zyn nypende kracht te doen voelen, en in Duitschland wordt de ongerustheid met den dag grootor over de enorme werkloosheid, tengevolge van de economische crisis die de Duitsche industrie doorleeft. In Berlyn alleen waren den len November 93.000 personen (ruim 72.000 mannen en byna 21.000 vrouwen) df zonder werk, óf met en kele uren werk per dag, tegen lage loonen. Deze cijfers zyn ’t resultaat van een enquête, ingesteld van wege den Berlynschen stads raad. ’t Zwaarst worden de arbeiders van de bouw- en metaalvakken getroffen, nl. 40.000. Dit is echter slechts één voorbeeld. De toe stand is over ’t geheele rijk ernstig. Aan de openbare arbeidskantoren in het geheele ryk waren gemiddeld op iedere 100 open plaatsen 198 aanvragen tegen 135 in October van het vorige jaar. Bovendien zyn de loonen van hen die nog werk hebben steeds dalend, wat met de werk loosheid natuurlijk nadeelig werkt op de i koopkracht van de binnenlandsche markt, en dus weer verderen achteruitgang van de in-1 dustrie en vermeerderd ontslag van arbeiders gevallen waren, kon niets storender werken, dan dit bezoek. De vader scheen berouw te hebben, dat hij in zulke duidelijke termen tot zijn neef gesproken had, en Anna had met hem sedert eeni- ge dagen niet meer over Willi gesproken, hetzij i op verbod haars vaders, hetzij uit argwaan, want] ze vreesde daardoor flen ouden het geheim te ver raden. Sedert dien avond, toen men Robert's te rugkeer kwam melden, heerschte er oene spanning op Thierberg, die zich eer ver verergerde dan verbeterde, daar het heele gezelschap slechts uit drie personen bestond, maar die allen in mee- ningen verschilden. Anna sprak weinig en sloot zich meest in hare kamer op, waar Albert nooit gevraagd werd. De oude was knorrig, driftiger dan anders tegen zijne bedienden, voor zijn gast was hij even hartelijk als te voren, maar ernstiger en korter in zijn sprekentegen zijne dochter was hij koel en onverschillig. Niettegenstaande den smeekenden blik, dien Anna nu en dan hem toe wierp, dronk hij meer wijn dan gewoonlijk, vloek te op de heele wereld, bracht den namiddag met slapen door en liet ’s avonds den schout bij zich komen, om een spel met hem te doen. Dan zette Anna zich met haar arbeid aan het venster, en liet zich door haar neef iets voorlezenmaar de tranen, die nu en dan op hare hand neervielen, bewezen d- n jongen man, hoe weinig zij met hare gedachte kij het gelezene was. De jicht-aanval, die den ouden kwam kwellen, maakte de zaak nog erger. Men zag, hoe hij alle moeite deed, om zijne pijnen te onderdruk ken, alleen om de hulp van zijne dochter te kun nen' missen, en wanneer het geval zich voordeed, De Turkscbo Sultan heeft den oud-groot- visier Said-pasja tot opvolger van wylen Halil-Rifaat-pasja benoemd. Hiermede is een vacature vervuld, die naar het schijnt zeer moeilyk was voor de Portewant het moet niet gemakkelyk zyn geweest iemand te vinden, die niet alleen genegen waren het hooge ambt van groot vizier aan te nemen, maar er ook geschtkt voor was. Uit Konstantinopel wordt tenminste aan het „Berl. Tageblatt” gemeld „De ministers en valis, wien men het ainbt aanbood, weigerden het aan te nemen, of stelden voorwaarden waarop de Sultan niet kon ingaan. Een der candidaten eischte de verwijdering van den beruchten gansteling Izzetbey, een ander het ontslag van den minister van marine-Hnssan-pasja, en van den minister van binnenlandsche zaken Mem- duh-pasja, die beiden bekend zyn als groote „baksjis-jagers.” Een derde eischte, dat allo iradès en firmans, die regeeringszaken betref fen, door de handen van don grootvizier moeten gaan. Kort voor de benoeming van dat deze hulp onvermijdelijk was, wanneer het schoone kind bleek en met tranen in de oogen voor hem neergeknield lag, om zijne beenen in warme doeken to zwachtelen, dan keek hij een anderen kant uit, floot het een of ander wijsje, noemde zich een man, die spoedig ten grave zou dalen en vond het schoon, wanneer een kleinzoon der Thierbergen den laatsten van dien naam nog de laatste eer kon bewijzen. Niettegenstaande Rantow zeer goed begreep, dat zijn oom de gastvrijheid tegenover zijne bu ren met schenden zou, was hij dezen keer toch wel ongerust, toen hij de gasten de trappen op geleidde en hij zag wel in, dat de beide Willi's zeker niet het hunne er toe bij zouden dragen om de onaangename stemming te doen verdwijnen. De ontvangst was toch hartelijker, dan hij ver wacht had. Er bestaat eene zekere hoffelijke vriendelijkheid, die men zich kan aanwennen, zonder er veel van te meenen. Bijzonder opval lend vooral is deze eigenschap, wanneer mannen elkaar begroeten, van wie we weten, dat ze tot huichelarij niet in staat zijn en d e toch, hetzij door hunne meeningen, hetzij door andere om standigheden vijandelijk tegenover elkaar staan. Zoo scheen het ook, dat de oude Thierberg het niet over zijn hart kon krijgen zijn gewoneAh I mooi zoo I mooi zoo I Het verheugd me I neem plaats I dezen keer in een kouderen en meer vor- melijken groet te veranderen en de gastvrijheid, die sedert vijf honderd jaren in deze burcht heerschte, scheen ook nu de onwelkome bezoekers in hare, beschermende armen te sluiten (Wordt vervolgd.) De correspondent der „Times” te Weenen zegt een gesprek te hebben gehouden met iemand, die goed op de hoogte is van de zaken in Zuid-Afrika. Het verslag omtrent dit gesprek bevat merkwaardige dingen, die wel eenige aandacht waard zyn. Onder de voornaamste oorzaken van den langen duur van den oorlog moet nog steeds het gebrek aan bereden troepen genoemd worden. Wel heeten er op het papier heel veel te zyn, maar in officieele opgaven wordt ieder manschap meegeteld, die maar soldij geniet. In het oog moet gehouden worden dat circa 20 pCt. gebruikt wordt voor het commis sariaat, het transport, het hospitaal enz. Dan is er een groot percentage van zieken en gewonden. Van de overblyvenden moet een groot aantal worden afgezonderd voor de bewaking van een 2000 myl langen spoor weg, terwyl ook verscheiden steden en forten »9) De generaal lachte, toen Robert hem zijne ver houding tot Anna blootlegde en de wensch waagde te uiten haar voor altijd zijne geliefde te mogen noemen. Hij lachte en zeide tot hem, dat hij onlangs deze’ verhouding begrepen haddat hij gewenscht had, dat er een einde zou komen aan die onrustige gejaagdheid van den jongen manen dat hij een degelijker weg zou inslaan. Ik ken je, zeide n(j, was je in dien tijd, toen we strijdend door Europa rondtrokken, zoo jong, dan had de kracht van je phantasie je er toe gedwongen het grootsche van den krijg te voelenik had voor jou dan den weg voor een carrière geogend en jij zelf had dan op dien weg kunnen voortgaan. Dat je in deze stille dagen, die nu heerschen, weinig lust hebt om te dienen, kan ik je niet kwalijk nemen. Je bent het rond zwerven in de wereld moede, het salop-leven be valt je niet meer, welnu blijf dan bij mij bestuur in mijne plaats de goederenik kan daarbij slechts voordeel hebbenIk win tijd voor mij en voor mijne herinneringenik heb jou, en -— voegde hij er met een hartelijken handruk bij, wanneer je zeker bent van je taak, heb ik ook Anna. A D V E R T E 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Inzending van Advertentiën tot 1 uur des inidd. II. ■HR. J I JJ1JM1I. II Ml Sedert de guerilla begonnen is, te hooi en te gras en zonder organisatie vechten. Dit is een volkomen dwaling,- want zy hebben een knappe en volledige organisatie. Onder Louis Botha staan vier generaals, namelyk assistent-kommandant-generaal Jan De la Rey die opereert in de streek ten Westen en Zuidwesten van Pretoria en Johannesburg generaal Ben Viljoen, opereerende in de streek ten Oosten on Zuidoosten van dezelfde lijngeneraal Hertzog (gewezen rechter) en de geduchte generaal Christiaan De Wet, d‘e in den Oranje-Vrijstaat opereeren. Krit- zinger en de andere aanvoerders in de Kaap kolonie ontvangen, als zy samenwerken, hun bevalen van De Wet en Hertzog. Eik van dezf generaals heeft waarschijnlijk onder zyn perAonlyk bevel een afdeeling van 800 tot 2000 man, van wie vermoedelyk 200 of 300 onbereden zyn. Zy hebben transport- en munitiewagens en kanonnen, als zy ze in hun bezit kunnen krijgen. Onder elk van deze generaals en in nauwe aanraking met hen, zyn er tal van districtscommando’s van tus- schen de 100 en 300 man. Zy kennen elke kloof en geheime schuilplaats in het veld van hun operaties. En dan doet de schr. van dit artikel nog uitkomon, dat deze com mando’s door een uitstekenden verkennings- dienst behoorlijk verband houden met elkaar. Jtan het slot dan de erkenning, dat men met „lléroïsche middelen” den oorlog niet gedaan zal maken. van garnizoenen moeten worden voorzien. Het getal troepen, dat overblyft om de Boeren uit het land te vegen, staat dus buiten alle proportion tot de uitgestrektheid van het operatie-gebied. Er moeten zoodra mogelyk versterkingen worden uitgezonden, bestaande uit goedge- öxerceerde en geharde troepen, met rijdieren voor allen, die de Boeren achterna moeten jagen. De Britscho regeering heeft ze echter niet. Onder de Boeren heeft men een zeker aantal enthusiasten, die er veel toe bijdragen om er by hun makkers den moed in te hou den. De ouderen hebben geen huis om er heen te gaan en ook niets uit te voeren, wanneer zy de wapens nederleggen. Velen der jongeren brengen anders een groot deel van het jaar op de jacht door en de oorlog brengt schier geen wijziging in hun gewone manier van leven. Tegen het einde van Augustus schatten de Boeren hun strijdmacht op circa 12,000 manzy hadden echter nog heel wat reserve, hier en daar yerscholen in ver van de spoorlijn afliggende plaatsen; deze reservisten, als men hen zoo noemen mag, waren gereed om de plaats van dooden, gewonden of gevangenen in te nemen. Het is niet in het belang der Boeren om in groote troepen bewegingen uit te voeren, daar het zoo mogelyk is om voedsel en munitie te vinden of mede te voeren. De kapitale fout van de Engelschen is in dezen ganschen oorlog geweest en zal blij ven, dat zy hun vijanden gedurig onder schatten. In de „Scotsman” kwam een arti kel voor, dat tegen die dwaling is gericht, afkomstig van iemand, die in Z.-A, vertoeft. Hy komt er tegenop, dat men in Engeland op hoogen toon beweert, dat de manschap pen der Boeren, die den gnerillastryd voeren voor het grootste gedeelte behooren tot de arme blanke klasse van Boeren, bekend als bywoners geholpen door benden afvalligen, huurlingen en rebellen uit de Kaapkolonie. Het is echter jammer, zegt de correspondent maar een feit, dat het gros van de burgers te velde tot de beste klasse van de republi keinen en de koloniale boeren behooren. De havolooze en arme lui zyn voor het meeren- deel uit de commando’s verdreven en de on- verzoenlyke, onverzettelyke republikeinsche Boer en de wanhopige koloniale rebel zyn overgebleven om den stryd voort te zetten. Grootendeels, zegt Iry verder, zyn het de in- telligentsten, de Jong-Afrikaanders, die dus tot de meest verwoede strijders behooren. Er bestaat ook, zegt de correspondent, een opvatting in den vreemde, dat de Boeren, Ze bespraken dit onderwerp ook op weg naar Thierberg en Robert gaf zijn vader volmacht, bij den ouden om Anna’s hand te vragen Ze wisten het heel goed, dat het eigenaardige karakter van den ouden Thierberg geen klein hinderpaal was voor de uitvoering, hunner plannen, ze stonden in hunne meeningen zoo vijandig tegenover el kaar. Men had alleen door dat verschil in be schouwingen zoo dikwijls met elkaar getwist, men was zoo dikwijls ontevreden, bijna ontstemd van elkaar gegaan. Maar een troost was het toch voor de beide Willi’s, dat hij nooit persoonlijken af keer getoond haden de voordeelen, die Thier berg van dit huwelijk zou hebben, schenen zoo belangrijk, dat de generaal, toen ze over de op haalbrug reden, zich in zijne gedachten reeds va der waande van de schoone Anna cn vol ver trouwen op het Thierbergsche wapen boven het oude portaal wees. «Moed overwint alles voeren ze op hun wapen, fluisterde hij zijn zoon toe. Dat treft goed, want weet je nog, wat de spreuk van je grootvaders was? De Wil is sterk I riep de jonge Willi met een blos van vreugde. Moed overwint alles en de wil is sterk! Op de binnenplaats ontvjng Rantow de gasten, Hij verontschuldigde zijn oom, die aan een klein aanval van jicht leed, die hem belette de steile trappen at te loopen en zijne gasten tegemoet te gaan. Dit zeide hij snel en niet zonder eenige verlegenheid, die hij achter een vloed van geluk- wenschen met de in vrijheidstelling van Robert Willi trachtte te verbergen. Na de gebeurtenissen, die tusschen de oude muren van Thierberg voor-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1901 | | pagina 1