jank.
BW.
c%
ifleveranciers).
terij
enza!
en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
No. 8674.
Zaterdag 14 December 1901.
FLDEN.
Buitenlanilscli Overzicht.
L
I
e«J
jtnie nations)
I E”,
i
Itienza,
ening,
doen genezen,
van onds
ilberoemde
Borst-
40ste Jaargang.
landelijk Gevonden.
FEUILLETON.
KENNISGEVING.
KENNISGEVING.
van
Co.
ER (waarnd.)
’RIJZEN.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
I
l EDA»
om
I
I
t
tdArstkm
MM. MUL
(IFtrdt vtrvolgd.)
tegen billijke
even nit tegen
sling van art.
ad dor r«p
v
lelefeoa M.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
—ogelijk
15e jo
halve l.v
worden. De
LDDOTERIJ.
7 deelnemers
ndernemingen
INGBLOEM"
lefebrleaUe
rbruiker ran
I
ii
S.
in prospectus,
fectenbank te
betaald tegen
r loterijen en
terjj.
ts per lot.
Premie*
60UDSCHE lOIRAVr.
B08MAN, L.
KNAPP Ja.,
C. OBREEN,
IN PFISTER
ct. bij
ileiweg E, 100
r«At PINK8E
Bolkoop. B
r K. van nza
iinceeeen. Wed.
Oudewater. D.
b te Btvokop.
Telefoon He. A>
ADVERTENTIEN worden geplaatst
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
de verhouding van Kerk en Staat uiteen te
zetfen.
zich schuldig maaktenmaar tevens waar
schuwde hy de agrariërs voor overdrijving in
hun eischen. Hjj wekte hen op te toonen, dat
zij slechts het redeljjke verlangden en den
wensch koesterden .handel en wandel" te zien
gedijen.
De Rijksdag besloot gisteren de douane-
tariefvoorstellen, op voorstel van den heer
Von Schwerin-Löwitz te verwijzen naar een
commissie van 28 leden.
De Rijksdag werd daarna tot IJ Januari
verdaagd.
Duizend eigenaars en directeuren van
Duitsche brouwerijen bebben eergisteren in
oen bijeenkomst te Berlijn verzet aangetee-
kend tegen de, in het tarief-ontwerp, voor
gestolde verhooging van de invoerrechten op
gerst, mout en hop. Zjj achten deze verhoo
ging een ernstige benadeoling van hun be
langen dio den ondergang van vele kleine
brouwerijen ten gevolge moot bebben. .Deze
verhoogingen vervolgt do motie van pro
test zijn daarom niet te rechtvaardigen,
omdat de Duitsche landbouw volstrekt niet
by machte is, in de behoefte aan bronwgerat
naar hoedanigheid en hoeveelheid te voor
zien, on de Duitsche brouwerijen aan den
anderen kant de Boheemscbe hop niet kun
nen missen. De vergadering spreekt daarom
da hoop nit dat de Rijksdag aan do voor
gestolde verhooging van het invoerrecht zjjn
goedkeuring zal onthouden."
»5)
„Zoo ongelukkig dacht ik toch niet, dat het
met die taak gesteld was.”
Nauwelijks waren de broeders het huis binnen
getreden of het bleek wederom, hoe onmisbaar
Hugo toch wasvan niet minder dan drie Kanten
wilde men dadelijk beslag op hem leggen ieder
een had tijn raad en hulp noodig. De jonge ka
pitein scheen de benijdenswaardige gave te be
zitten, dadelijk van de eene gemoedsstemming in
de andere te kunnen overgaan, want, na zoojuist
ïüet rijn broeder een hoogst ernstig gesprek ge
voerd te hebben, was hij nu eensklaps vol vroo
lijkheiS en onvermoeid, hielp hij een ieder, zei
tegen een ieder iets aangenaams en vermaakte zich
ten koste van een ander. Ditmaal was het de
boekhouder, die er in slaagde hem eindelijk buit
te maken, zooals Jonas het noemde, om de be
langen zijner vereeniging te bepleiten en, terwijl
de beide heeren dit onderwerp af haódelden, begaf
Reinhold zich naar de eetkamer, waar hij zijn
vrouw bezig vond om toebereidselen voor het
reeds vermelde diner te maken.
Ella was heden in Zondagskleeding, doch haar
voorkomen onderging daardoor weinig verandering.
Al was haar kleed van betere stof, het zat daar
om niet beterhet mutqje, dat haar zwager zoo
a
Sir Henry Campbell-Bannerman heeft in
zyn redevoering to Dunfermline ook de mo
gelijkheid van vredesonderhandelingen be
sproken.
„Ongetwijfeld”, zeide hij, „hebben de Boe
ren of tenminste een aantal hunner zich niet
geneigd verklaard, eenige voorwaarde aan te
nemen, die niet overeenkomt met hun eisch
om volledige onafhankelijkheid. Indien dit
beteekent een afzonderlijke staat, met volle
dige macht om hun buitenlandsche betrek
kingen te regelen, en met alle andere voor-
rechten van een afzonderlijken staat is
dit onmogelijk”.
Maar hy geloofde dat de Boeren ook wel
tevreden zouden zyn met iets minder dan dat;
dat zij onder de Britsehe vlag en behoorende
tot de Bitsche bezittingen, hun eigen levens
wijze en gewoonten en rechten zouden hebben
en waardoor zy hun oude leven zouden kun
nen voortzetten op de wijze als vroeger.
Hij hoopte dat voorwaarden in dien geest
aan de Boeren gesteld ook aannemelijk
zouden blijken voor de loyalisten in de
Kolonie.
Het antwoord hierop was reeds gegeven
voordat Sir Henry sprak.
EenReuter-telegram uit Brussel aan de
Eagelscbe bladen maakt melding van vredes-
denkbeelden, die op de geheime conferentie
van dr. Leyds met het driemanschap zouden
zjjn ter sprake gekomen, naar aanleiding van
ofiicieuse wenken, die de heeren Fischer en
Leyds te Berljjn ontvingen.
Zy hadden den indruk gekregen dat de
Duitsche regeering wel met de Russische en
Eransche regeeringen in overleg wildé treden
om de goede diensten der drie mogendheden
aan Engeland aan te bieden, mits de Boeren
afzagen van hun eisch van onafhankelijkheid
die voor Engeland onaannemelijk is.
Dr. Leyds en de heer Fischer doelden
mede dat zy niet in staat waren een beslist
antwoord te geven zy konden echter den
eisch om onafhankelijkheid niet laten vallen.
In elk geval willen zy eerst do regeeringen
in Züld-Afrika raadplegen die en zy wjj-
zen hierop mét'nadruk nooit in hun be
richten over vrede of vredesvoorwaarden beb
ben gesproken.
In hun mededeeling aan president Steyn
en aan'wd. president Schalk Burger over het
besprokene, stellen zjj de vraagwat de
Burgers zouden denken van een overeenkomst
met Engeland, waarbij de suzereiniteit van
dit ryk slechts van .formeelen aard zou zyn.
Maar tevens verwachten dr. Leyds en de
andere heeren tiiet, dat de vrede mogolyk
zou zyn zonder volkomen onafhankelijkheid
voor de Boeren.
Inrichtingen welke gevaar, schade of
HINDER KUNNEN VEROORZAKEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Gouda
Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet
Brengen ter algemeene kennis, dat op de Secre
tarie ter visie is gelegd een verzoek met bijlagen
van de firma A. de Jong eit Zonen te Gouda om
vergunning tot uitbreiding harer stoomhout/agerij
in het perceel gelegen aan de Goudkade, wijk T
No. 30, Kadastraal bekend Sectie F no. 1303.
Dat op Vrijdag den 37 December 1901, des na
middags ten i’/< ure, op het Raadhuis gelegenheid
is om bezwaren tegen de gevraagde vergunning
in te brengen en dat gedurende drie dagen vóór
dien dag op de Secretarie der Gemeente van de
ter zake ingekomen schrifturen kan worden kennis
genomen.
Gouda, den 13 December 1901.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
R. L. MARTENS.
De Secretaris,
BROUWER.
zetting, die ik mij in geer
ben, verdiend te hebben*”
Hij wilde haar, hand grijpen, om er een kua op
te drukken, doch Ella trok die terug met een be
slistheid, die men van haar niet gewoon was.
Kapitejn.”
•Kapitein,” herhaalde Hugo vertoornd. Neen,
Ella, dat gaat te ver. Als swager zou ik meer
dan ooit gerechtigd zijn, aanspraak te maken op
het vertrouwelijke .jij,” dat gij den neef en speel
makker uwer jeugd nooit geweigerd hebt, maar
daar gij, van den eersten dag aj, mij als een
vreemde hebt toegesproken, heb ik dien wenk
gevólgd Dat kapitein” vesdrasg ik echter niet
dit is een beleediging, waartegen ik een beroep
doc op Reinhold’s hulp. Hij heeft te beslissen, of
ik het mij moet laten welgevallen door u met
•kapitein” te worden aangesproken.”
•Volstrekt niet," sprak Reinhold, terwijl hij zich
gereed maakte, het vertrek te verlaten, »Ella zal
deze manier, om je aan te spreken, en dien vreem
den toon* laten varen, ik heb haar zoo juist uit
drukkelijk verzocht.”
Hij ging inderdaad heenzoowel zijn blik als
de toon, waarop hij gesproken had, waren echter
voor de jonge .vrQUw een bevel om te blijv^a.
Dit ontging jHugo niet.
Inrichtingen welke gevaar, schadk of
HINDER KUNNEN VEROORZAKEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Gouda
Gezien art. 8 der Hinderwet;
Doen te weten
Dat zij vergunning hebben verleend aan T.
Verkalk en zijne rechtverkrijgenden, tot het op
richten van eene loodgieterij en zinkwerkerij in
een pakhuis achter het perceel aan de Vlaming-
siraat, wijk O ne. 389, Kadastraal bekend sectie
D no. «156.
Gouda, den 13 December 1901.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
R L. MARTENS.
De Secretaris,
BROUWER
Ka het Dinsdagsche Polen-intermezzo was
de Woensdagvergadering van den Ryksdag
weder geheel gewyd aan het ontwerp-tarief.
De beraadslagingen werden geopend met een
hoogst interessante rede van dien agrariër par
excellentie, graaf Kanitz. Na in het licht te
hebben gesteld, dat Engeland, Frankrijk en
de Vereenigde Staten zich volkomen door
drongen hebben van het groot nadeel, dat
voor Dnitschland voortspruit nit handelsver-
dragen met langen geldigheidsduur, verklaar-
- de ’graaf Kanitz, dat het tot stand brengen
van gunstige bepalingen op den handel tus-
scheu Dnitschland en de Vereenigde Staten
voor het volgende tiental jaren de belang
rijkste taak was, die Duitschland had te
vervullen. Graaf Kanitz gaf kennis van zyn
voornemen, een amendement op het wets
ontwerp in te dienen, strekkende om een
inkomend recht" te heffen naar de waarde
vanj het ingevoerde, te leggen op de artike
len,’ die worden uitgevoerd door landen, waar
eenj dergelyk inkomend recht ad valorem
woijdt geheven.
De volgende spreker, de socialistische partij
leider Singer, sprak op zyn gewone heftige
wQfe.
flok dezen dag bleek weer, dat het groote
gevaar voor een afstemming dor wet bestaat
in de overdreven eischen, die de agrariërs
stellen. Wel trachtte graaf Kanitz aan de
verlangens der Landwirthe oen soort van
vaderlandlievend idee ten grondslag te leggen,
en verdedigde hy den steun aan den land
bouw vooral als „noodig en nuttig” voorde
weerkracht van het Ryk. Volgens Kanitz had
niemand minder dan Mommsen verklaard, dat
met booge invoerrechten op graan het oude
Romeinsche rijk niet zou zijn ten ondergegaan.
De bedreiging van minister Witte: het terug
koeren tot den toestand vóór 1891, zou door
graaf Kanitz dolgaarne worden gezien.
Na Singer werd gesproken door dr. Heim,
die het opnam voor de kleine boertjes, wier
treurige lotsomstandigheden hjj uitvoerig
schetste. Op allergeestigste wijze brak hy
Singers rede af, en met tal van hatelijkheden,
goede en slechte grappen, ,maar ook met zyn
klemmend betoog, wist hjj 0e lachers In het
Huis op zijn hand te krygen. Hy besloot zyn
rede met een gloedvolle peroratie den socialis
ten de verzekering gevend, dat zij slechts
over de lijken der Duitsche boeren hun doel
zouden kunnen bereiken.
Met een kort woord bestreed hierna nog de
Pruisische minister van landbouw, Von Pod-
bielski, de overdrijving,waaraan de socialisten
king sloot haar den mond Zij liet het hoofd
zakken en deed zelfs geen poging om zich te
verdedigendit geschiedde met een uitdrukking
van zoo volkomen onderwerping, dat ieder ander
er door ontwapend ware geworden. Reinhold
sloeg er evenwel geen acht op, want op hetzelfde
oogenblik hoorde men in de kamer daarnaast
den boekhouder afscheid nemen-
Wij zullen dus de eer hebben, u onder onze
leden te tellen, kapitein i En ik heb uw belofte,
dat u bij de presidentskeuze, u aan de zijde der
oppositie zult scharen i”
•Geheel de uwe, waarde Heer,” klonk Hugo’s
stem
En natuurlijk kies ik de zijde der oppositie,
dat doe ik altijd als er een oppositie is; dat is
in den regel de eenige party, waarbij men nog
eens pleizier heeft. Pardon, de eer is geheel aan
mij.”
De boekhouder vertrok en daarop trad de ka
pitein de kamer b*nnen. Hij scheen lust te ge
voelen, zyn zoo pas gedane belofte na te komen
en de jonge vrouw zijns broeders van zijn voor
treffelijke eigenschappen te overtuigen, want hij
trad op haar toe met zijn gewone driestheid en
vnoolijkheid, waar een zekere ridderlijke galanterie
•nder doorliep.
«Nu ben ik aan het Toéval dank verschuldigd,
dat ik eindelijk mijn beminnelijke schoonzuster
eens te zien krijg en dat zij nu wel gedrongen
is, een paar minuten stand te houden l Als het
van haarzelf afhing, zou ik wel nimmer zoo ge
lukkig geweest zyn. Ik heb mij van morgen bij
Reinhold al bitter beklaagd over deze achteruit-
Thans zal de Kamer de verschillende be-
grootingen gaan behandelen. Gelyk men
weet, komt de begroeting voor «erediensten
het eerst aan de ordede begrotingscom
missie uit de kamer, die voor het grootste
gedeelte uit de radicaalste elementen is sa
mengesteld, heeft voorgesteld deze begrooting
te schrappen. Waldeck-Rousseau zal in de
discussiën daarover het woord voeren, om
de handhaving van die begrooting te beplei-
ten> en de opvattingen der regeering over
verschrikkelijk wftta, maakte ook heden haar ge
laat onkenbaar. De jonge vrouw ging geheel op
in de vervulling harer huishoudelijke bezigheden
en scheen nauwelijks het binnentreden te bespeu
ren van haar echtgenoot, die haar vrij ontstemd
naderde
«Ik zou je willen verzoeken, Ella,” begon hij,
in het vervolg aan mijn wensch beter gehoor te
gevfn en mijn broeder zóó te behandelen, als hy
van zijn schoonzuster kan en mag verwachten.
Gij zoudt een voorbeeld kunnen nemen aan uwe
ouders en de overige huisgenooten, maar ge schijnt
er een bijzonder genoegen in te vinden, hem als
een vreemde te behandelen en u zoo onverschillig
mogelijk tegenover hem te gedragen,”
jonge vrouw zag er bij deze, op alles be-
lietdevollen toon gegeven berisping, even
verschrikt en hulpeloos uit, als toen haar moeder
van haar verlangde, dat zij zich tegen die mu
ziekmanie” van haar echtgenoot zou verzetten.
•Wees niet boos op mij. besté Reinhold,” sprak
zij schuchter, »maarik kan werkelijk niet
anders.” «Gij kunt niet l zei Reinhold op scher
pen toon. «Ja, dat antwoordt gij altijd, als ik u
iets vraag, en dit gebeurt toch waarlijk zelden
genoeg. Thans echter sta ik er beslist op, dat
gijj uw optreden tegen Hugo verandert. Dat
voortdurend ontloopen van zijn gezelschap en dat
eeuwige stilzwijgen op alles wat hij tegen je zegt,
is gewoon belachelijk. Ik verzoek je nu in vollen
ernst, wat bete/ zorg te dragen, dat mijn broeder
geen medelijden met mij behoeft te hebben.”
Ella scheen op het punt te staan, iets te ant
woorden, maar de laatste onmeedoogende opmrr-
Verspreide Berichten.
Faznauz.
Aan de te 8an-ba»tian verblijf houdende
veroordeelden van bet Hooggerechtshof Dé-
roulède en diens slippendrager Marcel Ha-
bert, is kennis gegeven door het Parket der
Seine, dat, ter dekking van de proceskosten,
beslag zal gelegd worden op hot door hen
te Parjjs, in do door hen bewoond wordende
appartementen achtergelaten mobilair.
Twee anarchisten, betrokken b(j de
nederlegging van een bom in de kerk te
Troyes, wier schuld echter niet bewezen is
kunnen worden, zjjn veroordeeld, de een
tot achttien maanden gevangenisstraf en do
ander tot honderd tr. boete wegens het in
bezit bebben van ontploffingsstoffen.
De minister van binnenlandsche zaken
Waldeck Rousseau meeneude wel, dat een
eenmaal tot stand gekomen wet, met de
meeste nauwgezetheid moet nageleefd wor
den, heeft nu bj rondschrijven aan de pre
fecten, de aandacht gevestigd op het feit,
:n enkel opiieht bewutt