W,
LDA. -
n w Mts.
Humoreske van Fbits Woldeck.
l^t het Duitsch vertaald.
AAT
’ÉH1AL.
HTS.
Lourens.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
erkooping
recht,
CEMBER 1902, de,
aan het Huis B.
raat, ten overstaan
'EM AN
Dinsdag 23 September 1902.
41ste Jaargang.
Xo. S901.
Buitenlandse^ Overzicht.
'S
1
mgens.
WLIET,
eubelen
Jtet
-
UDENBERG*^
SIER.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur der midd.
ivelend,
trygbur bij
ETEItS Jz.
bewys van uclitliuid u
t on kurk ste<xls voor
•n den na»m dor Firma
IOPPF
*H bovengenoemd
Café Restaurant,
.4DERZALEN be-
i dag gelegenheid
carte, terwijl uit-
ztyn voor bruilof
ten, tegen billyk
Ie Vie de Cognac)
iemyhons van
liters.
r Liter,
bill WilE (OllUM
gemeten werk.
L
i f 1.30.
en BEDDEGOED, I
KARPETTEN enz
zien?
h. kogelliefhebbera
'ia vonden.
rvan oen model
30 ct. per nnr ol
opgcd
Tot
ten In
op <ta
door i
10EN WERK dan 1
n LaaMiwupzijo
E 30
de Kleiwegsteeg.
f w Tmmm-
M (10.
voor hetnondar
van alk tvarw
i Hetrea, Daman
ibwojo. V«-
wtnkclim ia
t, Galaat.rHta,
rnz. Me. ktts
i fehrirk-nrk.
a laMiaiiiiiwiawanm»—«jJ
KB OUDE
EDAMMEH
JEVEE
Merk
HTCAI
De ontvangst Vrijdagmiddag van de drie
Boerengeneraals te Antwerpen was ontzaglijk
geestdriftig. „Geen vorst heeft ooit in Ant
werpen eene intrede gedaan, die in de verste
verte kan vergeleken worden bjj die van het
roemvolle drietal”, schrijft hot Hand. v.
Antw.
Het begon reeds aan het station. Daar was
het, in weerwil van de beperkte uitgifte van
fauiLLETON.
TelefMHi SS,
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post ƒ.1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
«Ik verbied je voortaan meer om te gaan, met
•dien slotenmaker en zijne moeder,” sprak tante
•Josephine. Zoo lang zulke burgerluidjes in hun
•eigen kr(ng blijven, kan men ze dulden.
•Wanneer ze echter onze opvoedingsmethode
•trachten te storen, de methode van dames, die
•haar gansche leven aan opvoeding en weten-
•schap gewijd hebben, dan moet daar een eind
•aan komen, Hilda balde hare kleine handen.
Hare wangen gloeiden. t
•Ik kan daaruit opmaken, dat ik u ook niet
•voornaam genoeg ben, eu met het, zoo even
•door u gezegde, tante Josephine, beleedigt u
•mijne moeder nog in haar graf. Ook zij was
•eene handwerkersdochteren mijn vader, die, als
^koopman, naar uw inzien, een beteren stand be
kleedde, teide steeds,(dat een knap handwerkt
•man meer waard is, dan velen van zijn stand,
»die wbimg weten en niet veel kunnen. Van u
ti* geen sprake”, zei tante Josephine, .maar van
•den heer Schulze en zijne moeder.”
Nu geraakte Hilda eerst in vuur.
•Wat u van den heer Schulze zeggen of den-
België en het Belgische koningshuis zyn
nlotseling in diepen rouw gedompeld door
hS onverwachte overlijden van de koningin,
«Mie Henriette Anne, aartshertogin van
'Oostenrijk.
Wel was de koningin in de laatste jaren
sukkelend, en veel droeg daartoe bij het
verdriet dat zy had van hare dochters.
f/ü had veel geleden”, zegt de „Etoile
BelgJ” in de biographic die dit blad haar
bederf wijdt, „als Koningin en als moeder
en tjj had daardoor in aller oogen de wij
ding *die het ongeluk en de smart geven.
Zy vereenigde de majestuit van rang en van
afkomst met de majesteit van het ongeluk.”
Maar te midden van de rampen die haar
troffen, bleef zy steeds Koningin. „Men kon
steeds opmerken, dat zy een afstammelinge
was van Maria Theresia”, zegt Van Praet
van haar.
Als koningin en moeder was zy niet ge
lukkig en toch was zy in waarheid koningin
en vrouw. Zy had de gratie en de goedheid
die aan de kroon de hoogste waarde geven.
Haar liefdadigheid was onuitputteljjk, en uttte
zich steeds op koninklijke wijze. Zy wist
niet alleen te geven, maar zij kon schreien
en glimlachen; zy bad het geleerd in haar
lange en droeve leven, dat ondanks de glorie
van tiet koningschap en ondanks do schit
tering van de majesteit voor baar een Ihng
lijden is geweest.
Toen zy, als jonge bruid van den hertog
van Brabant, haar intocht in Brussel deed,
stralend van schoonheid en jeugd, scheen het
leven een lange droom van geluk voor haar
te zullen worden.
Maar niet lang dnurde die.droom.
De dood van haar eenigen zoon, den jongen
hertog van Brabant, liet haar ontroostbaar.
Toen kwam de droeve geschiedenis van haar
dochter Stefanie, die gehuwd was met aarts
hertog Rudolf van Oostenrijk. En nu in den
jongsten tyd weder de gebeurtenissen die
haar oudste dochter het verstand benamen.
Dit alles schokte haar gezondheid en
sleepte haar na lang lijden ten grave.
rijtuigen omringd door een sterk politie-
eskorte. Op de Keyzerlei was de politie
echter verplicht ter bedwinging van de on
stuimig opdringende menigte om den sabel
te trekken. Een wilde nl. de paarden van
de rijtuigen afspannen.
De generaals stapten het ecist af ten
huize van den heer Van Dooselaere. Ze
zyn daar toegesproken door dezen zelf en
ook door Pol de Mont. Botha en De Wet
antwoordde, op nieuw herhalend dat ze voor
hulp naar Europa kwamen, niet om zich te
laten toejuichen, zooals De Wet erby voegde.
„Wy hebben aan de wereld getoond dat
wü een yolk zyn van beschaving en huma
niteit, zei Botha o. m. Wy zyn klein in aantal
maar groot van harte. Een volk dat ver
trouwt in God, zal nooit verdwijnen. Maar
voor het oogenblik is hulp noodzakelyk.
Daarom heeft ons volk ons naar u gezonden.”
De Wet besloot zyn rede met de woorden:
„God heeft geen volk geschapen dat geen
recht op vrijheid heeft. Hot onze zal nooit
dulden dat men bet zweept. Hy heelt aan
allo Jtleine volken een heilzamen raad ge
geven; Hy heeft hen gezegd: „Worstelt tot
het einde vóór ge uw onafhankelijkheid
X”
D te vyf uur een ontvangst plaats had
uize van mevrouw Ostorrieth, was er
place de Meir een menigte byeen die
door „Petit Bleu” op 200,000 geschut
wordra“t)aartu8schen door bewogen zich de
collectanten die geld ophaalden.
’s Avonds was er een groot muziekfeest in
de Harmonie, waar alle drie de generaal»
gesproken hebben. De Wet bad echter weer,
met een humoristische redevoering het groote
succes van don avond.
V
De Belgische bladen melden:
Tfjdens de vergadering van het Brussel-
sehe college van schepenen zyn Vrijdag de
heeren Reinhart, Delpire en D’Artois, leden
van het Boerencomité, ontvangen, om met
de overheid te onderhandelen over de ont
vangst der generaals, die Zaterdag moest
plaats hebben.
Na eene korte bespreking werd geoordeeld
dat die betooging op het oogenblik niet ge
past zou z(jn en de leden van het Boeren
comité hebben onmiddolljjk besloten, do ge
neraals te verzoeken hun bezoek in Brussel
te verdagen tot na de begrafenis der Koningin.
Dientengevolge is de reis der Boerenge
neraals naar Brussel voor onbepaalden tijd
uitgeiteld.
De generaals vertrokken naar 's Graveu-
hage.
•stand behooren, als waar wij ons, Goddank, onder
kunnen rangschikken,” antwoordde tante Jose
phine, trotsch.
•*t Is waarlijk ook een groot ongeluk, niet tot
»de koffie of theekranjes van burgemeesters- of
•apothekersvrouw genoodigd te worden?” ant
woordde Hilda, slagvaardig. »Ik batwytcl het
,teer of jut. Schulze, die kwaadspreekbijeenkomsten
•wel bevallen zouden.”
Tante Elizabeth zag hare nicht strak, doch niet
onvriendelijk aan. Haar, die de groote wereld
had leeren kennen, waren die dameskranjes, in
geringere plaatsen, altijd kleinsteedsch voorgeko
men Josephine echter, in hare heiligste gevoelens
gekrenkt, verhief zich, en staarde de brutale Hilda
aan met een blik, waarvoor vroeger zelfs hare
eerste klas leerlingen gesidderd hadden, terwijl zij
haar toevoegde
«Hilda, je begeeft'je onmiddellijk naar je kamer,
»die je heden, Jhder'geen voorwendsel meer, ver
laten moogL*'
Hilda, bleef rWistig staar, schudde haar lokkig
hootdje en zeiUe, intermate kalm „Tante, u
„moet niet vengeten, dat ik al achttien jaar ben.
„Ik laat mij niet meer opsluiten?4
„Ongehoorzaam kind I als ik nu mijne handen
„van je attrek, wat moet er dan van je
„worden ?44
„Ik heb eene betrekking, als ik wil,” zei Hilda
„hierop „als boekhoudster en correspondente, bij
„de frimaKarei Schulze Zoon.”
„Ga heen met je Schulzes. Ik zou wel een»
„willen weten, hoe je die betrekking zoudt kun-
\,nen vervullen.”
zoo opgei
verwek f”
JTar-
Bebel heeft op het congre» te München
een groote rede gehouden, waarin bjj
achtereenvolgens over militaire en mari
tieme «aken, de buitenlnnd»che politiek en
de binnenlandsche aangelegenheden sprak.
Hy drong er op aan, mat alle macht aan
den aanstaanden verkiezingsstrijd deel te
nemen. Er moest veel geld bijeengebracht
worden. In alle districten moesten de sociaal
democraten met eigen candidaten komen.
Blyft bet douanetarief op bet program staan,
dan kan het centrum onder geen omstandig
heden ondersteund worden, meende Bebel.
Komt het er op aan, dan zou men zelfs geen
steun mogen verleenen aan de volkspartij.
Bebel achtte het zeer mogelyk dat vóór
de op 1903 bepaalde algemeene verkiezingen
de Rjjksdag ontbonden zou worden. Indién
bet daartoe kwam, zouden de socialisten by
de verkiezingen alle troeven in hun hand
hebben, want de massa van het volk, en
zelfs de gezeten burgerij komt nu reeds in
opstand tegen de verhooging van levensmid
delen, die te voorzien zon zyn als do regee-
ring in baar toeleg slaagde. Alle Duitsche
staten hebben tekorten, wegens de geldver
spilling voor militaire doeleinden. Met de
aan Frankrjjk in 1870 ontnomen milliardon,
teide Bebel, heeft men forten gebouwd die
thans als nutteloos beschouwd worden, 170
millioen aan kanonnen besteed, en cavalerie
regimenten opgericht die thans erkend wor
den, van ondergeschikte beteekenis te z(jn.
Bebel maakte in dit verband een toespeling
op de voorliefde van den Keizer voor de
cavalerie, een voorliefde, die door andere
deskundigen niet gedeeld wordt, nu de oor
log in Znid-Afriku een heel andoren kyk op
sommige militaire vraagstukken mogelyk
beeft gemaakt, dan men vroeger had.
V
Hay, de Amerikaansche Staatssecretaris
beeft aan al de te Washington geaccredi
teerde vreemde ‘gezanten van die Mogend
heden, welke bet tractaat van Berlijn van
1878 onderteekenden, een gelijkluidende nota
doen toekomen.
In hot traktaat staat o. a. deze bepaling,
dat geen inwoner van Rumenië op grond
van zyn godsdien^ in zjjn rechten mag wor
den beknopt.
De Vereenigde Staten, zegt nu Hay’s no
ta, waren by dat tractaat geen party, maar
waar zy er niet in geslaagd zyn Rumenië
er toe te brengen de toestanden te verbete*
ren, die zoovele Rumeenscbe Joden noopten
naar de Vereenigde Staten te emigreeren.
voelen zy zich verplicht een beroep op de
Mogendheden te doen, om op handhaving
van het tractaat van Berljjn aan te dringen
„Zeer goed! Ik heb aan de fabriek practisch
„gearbeid; en mij hier théoretisch bekwaamd,
„terwijl u dacht, dat ik mij met geleerde studiën
„bezig* hield, waarvoor mij nu eenmaal zin en
„talent ontbreekt. Het wordt overigena ook tijd,
•dat ik u niet langer tot last verstrek.”
•Dat doet ge niet,” sprak tante Josephine.
•Maar welk een geestdoodende arbeid; en wat
•dringt je too (overhoopt) je zoo te vernederen
•tot loonarbeid, daar je toch tot de eerste jonge
.dames der stad behoortja meer nog, daar ge
„weldra aanzoek te wachten hebt van
„Josephinewaarschuwde de meoschkundige
Elizabeth, wie het helle flikkeren van Hilda’»
oogen niet ontgaan was.
Hilda wilde juist een antwoord geven, zooaU
alje jonge meisjes zouden doen, als men haar over
eene onaangenamen huwehjkscandidaat spreekt,
toen dese persoon, op dit oogenblik, zeil ter
plaatse verscheen.
De lieer, Dr. G. Knebler. was de tegenwoor
dige bezitter en directeur onderwijzer v an de
kostschool, die juf. Josephine ge»tich( en tot bloei
gebracht had. Zijn voorkomen was niet onaange
naam, doch eenigzins, half schoo’meester, half
reserveofficier, waarmee zyn innerlijk wel overeen
stemde, daar hij vaak meesterachtig, waar een
flink, kernachtig woord beter geplaatst ware, en
hij streng in zijn' oordeel was waar eene vrion
delijke vermaning meer goeds uitgewerkt zou
hebben.
„Zoo zoo I juffrouw Hilda, zoo opgewonden t
,Jk hoop dat ik geen stoornis
(Wórdt vervolgd)
perronkaarten, propvol. Er was voorzorg ge
nomen om op het perron waar de trein zou
stilhouden, alleen de comité-leden en de pers
toe te laten.
„Maac-j^welleest men in bovengenoemd
blad. Pas was de'trein in ’t zicht of de
menigte, zonder rekening te houden met regle
menten of consignes, stormde over, en toen
de trein stil hield stond het comité, dat de
generaals moest ontvangen, wel 50 meters
van het compartiment verwijderd, waar zy
inzaten.
En wat te verwachten was gebeurde. Het
volk verdrong zich voor de portiers en een
kreet van Leve de Boeren zoo machtig, zoo
geestdriftig als men ooit geboord had, weer
galmde onder het hooge koepeldak, zelfs eer
de holden gelegenheid gehad hebben, om drn
voet buiten het rytuig te zetten.
„Leve de Boeren Hoeraherklinkt het
„Leve De Wet, leve De la Rey, leve Botba
Al de reizigers van den trein steken do
koppen buitenniemand stapt af. Zy juichen
mee, zwaaien hoeden en zakdoeken en een
gedrang om een ribbenkas te pletteren ont
staat, terwijl, als op een gegeven teeken,
eensklaps bet Boerenlied weerklinkt
„Kent gy dat volk vol heldenmoed
Spoorwegbedienden, douaniers, officieren,
heeren en dames, werklieden en kinderen,
alles zingt mee. En wie niet mee zong, pinkte
een traan weg, want nooit kreeg men iets
zoo oprecht treffend zoo hartroerend zoo echt
gemeend te hooren en te zien.
Eindelyk gelukte het aan het Comité tot
voor den waggon te geraken waar de gene
raals en hun gevolg vasten voet hebben ge
kregen.
En wanneer M. vanKerckhoven-Donnez er
in slaagt hen te naderen om hen in eene
korte toespraak welkom te heeten, ïwygt
iedereen eerbiedig om te luisteren. - En of
schoon niemand er iets van verstaat, blyft
het toch stil, als wilde men den helden ge
legenheid geven te verstaan hoe welkom zy
hier in Antwerpen zyn.
Na de toespraak worden hun over de hoof
den der massa groote bloemtuilen toegestoken
en, te midden van hoera-geroep en een vree-
selyk gedrang richt men zich nu tot den
uitgang.
Langs den zytrap werden zy naar beneden
geleid, door de lange donkere gangen van de
statie om op straat te komen, waar duizenden
menschen zich verdringen”
Het duurde echter een geruimen tyd voor
de generaals er in slaagden hun rijtuigen te
bereiken. De sterke politie en soldatenmacht
vermocht eerst niets tegen de menigte. Toen
de stoet eindelijk gevormd was, werden de
inbevelend,
Pllener, Heine-
nt per tumbler.
ts
ISTE No. 1,
ande Liter.
•ken wilt, is Uwe zaak.
•Daar hij de hoogere burgerschool bezocht
•heeft en ook een jaar op de Politechnische
•school geweest is, zal hij toch zoo’n eenvoudig
•slotenmaker niet zijn Dan had hij ook geen
•rijwielfabriek opgericht, die hij nu, met goed ge-
•volg, drijft En als u iets ten nadeele van zijne
moeder zegt, doet u daarmee onrecht, groot
•ontëcht I”
Dat is eene formeele les, die ons onze nicht
•daar geeft”, meende tante Elizabeth.
•Vergeef mij tante”, antwoordde Hilda, naden*
•kend, dat wilde ik niet; ik moet ook zoo
•dankbaar zijn, dat u mij, na mijn vaders dood,
•tot u genomen hebt, en u zooveel moeite en
•zorg om mij, dom kind, gegeven hebtmaar hoe
•dankbaar ik ook ben, vooral uwe goedheid,
•moet ik u toch zeggen, dat vele menschen, lie
fden mot welke li nooit in aanraking komt, door
•Juf. Schulze, met raad en daad zijn bijgestaan
•zelfs toen tij het nog zoo goed niet had als nu
•maar, met groote moeite en sorg, de ztfak, van
•haren overleden man, moest aanhouden.
•Vele behoettigen, uit de stad zouden dit kun-
•nen getuigen.
•Ja, het is een brave vrouw” beaamde tante
Elizabeth, die door haren, jarenlangen, omgang,
met voorname Engelsche families, gewoon was
do waarheid te huldigen, al stemde die niet altijd
mot hare bedoeling overeen.
•AIzoo. wat heb u dan tegen die menschen F”
vroeg Hilda, bij de hand, als eene echte Eva's
dochter.
>Dat ze, in ieder geval, niet tot dien deftigen
Telefoen N». A*
A DV mi TENTIEN worden geplaatst van
15 regels <1 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.