N TBBE.
lARMONlï”,
DA.
IH
I I
•II
éSSB
SVEB
BINNENLAND.
Aïewtrs- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken»
Woensdag 8 October 1903.
fNo. 8933.
tnillenlaadscb Overzicht
FELILLEIO.V
fDENBERG
BIER.
ZIJN LAATSTE DROOM.
ZONEN,
i.
41ste Jaargang
rond«rbalgem
Foadtntdf
van
M a
Inzending van Advertentie» tot 1 uur der midd.
Verspreide Berichten.
fi
Zn. - Goud*
Wordt vervolgd.)
voering ran ge-
jevelende
BIJL,
SBAART Lz.
STE No. 1,
ide Liter.
bevelend,
Ifoner, Heine-
t per tumbler.
Vertelling van J. van Ettmüller.
(C% het Duitsch vertaald^
IERK te letten
VAM
worden afgele-
e pakjes van vijf
en een Ned. om
van Nommer en
an nevenstaand
Wet gedepo-
bovengenoemd
■afé Restaurant
3ERZALEN be-
dag gelegenheid
rte, terwjjl „it-
jn voor bruilol-
en, tegen billjjk
kegelliefbebbera
leenden.
an een model
10 ct. per uur of
Telefoon to. Sï,
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
pont f 1.60.
Ierland
okin 8 Amsterdam
dieSchutzenapotheke
litach, Oeaterreich
Jentraal-Oepdt Sander
t besloten zyn minister van oorlog, gene-
1 Weyler, tot aftreding te noodzaken. De
uanjiclie bladen deelen verschillende voor-
leii mede, die er op wyzen dat de grootc
',T:yL. L.l IL; en
de Koning laat hem dat flink gevoelen. Zoo
had de minister van oorlog vergunningen
uitgevaardigd voor het bezichtigen van ves-
de minister, maar alleen de commandanten
mm tiHiiiM.
Naar aan bet Centrum geseind wordt, heelt
Prins Hendrik vandaag oen bezoek aan
Rolduc gebracht, waar lijj is ontvangen met
klokgelui er. saluutschoten, terwijl leeraren
on studeüten hem een geestdriftige ontvangst
bereidden. Mot grooto belangstelling be
zichtigde de Prins het college.
S OU D
fAMMER
er kt
ITO A F
Geldgebrek is op dit oogenblik het zwakke
punt van Znid-Afrika.
Hierom reizen de Boerengeneraals Europa
af, binnenkort Duitschland, waar zy, naar
het thans weer heet, door den Daitsyhen
Keizer zullen worden ontvangen zonder tus-
schenkomst van den Britschen gezant, om
dat de Keizer zelf oen onderhoud met de
generaals wenscht en niet van hen dhs het
verzoek behoeft uit te gaan.
Geldgebrek zal Chamberlain er toe bren
gen, als ten minste de „Financial News”
waarheid spreekt, in het Parlement een
wetsontwerp in te dienen, houdende mach
tiging tot het aangaan eener leening van 30
millioen pond voor Transvaal. Het zal wel
dezelfde loening zyn, waarvan onlangs sprake
wasvoor, maar ook ten laste van Trans
vaal. En of daarmee dan al werken van open
baar nut zullen worden betaald, en of de
bjjdrage van Transvaal zelf al een paar jaar
wordt uitgesteld, het blyft een misbruik
maken van zijn positie als overwinnaar, het
land, dat men eerst heeft platgebrand en
uitgemoord, zelf de onkosten van zijn her
stel te laten betalen.
Ook d.e particulieren in Transvaal klagen
over geldgebrek.
Telefoon No. SU
A D V ERTENTIEN worden geplaatst
1—5 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
vereld bekend en
offen middel tegen
oor-, Lever
n, enz. Inwendig
itwendig in bijna
met goed gevolg
Pr(js per flacon
f 1.15.
eneeskrach
ïstal elke pijnlijke
iverbodig. Met
oor ongeneeslijk
mgs een by na £2
irengt genezing en
i, ontstekingen enz
Do leden van de Eerste Kamer der Sta-
ten-Generaal zijn bijeengeroepen togen Dins
dag 14 dezer, 's avonds om half negen.
baar by i
PERS Jz.
ijs van echtheid is
i kurk steeds voon
len nanm der Firma
PPE
„Wat?» vroeg Iwan; «ik versta U niet. Harten
der onderdanen Wat komt er dat op aan
Waartoe gebruikt men die De onderdanen zijn
daar om te gehoorzamenmet oi zonder hart,
wat maakt dat uit? Zijn hart behoort mij, even
als zijn huis, zijn akker, zijn leven, zijne vrouw,
zijn kind. Ik behoef hen dat niet te vragen.»
„En mijne bruid nu Wat houdt mijne zuster
Elizabet tegen
„In beginsel zijn wij het toch eens.»
Engelands Koningin kan eene nauwe verbin
tenis, van hare familie, in den persoon harer
nicht, slechts toejuichen, maar de dame zelf,
Lady Hastings, heeft haar jawoord nog niet ge
geven, bare jeugd, hare zwakke gezondheid
eischen verschooning. Ruslands klima
„Nicht hier en nicht daarAls de Koningin
wil dan beveelt ze, en wanneer zij beveelt
„Wilt U. M. my veroorloven openhartig te
spreken viel de gezant hem in de rede. „Uwe
Majesteit zijn door God vele goede eigenschap
pen geschonken, tot Ruslands heil Toch mist
men, onder die vele hoedanigheden, eene zekere
zachtaardigheid, ik bedoel teerhartigheid, aan welke
onze dames gewoon zijn.»
vast
raai
Spat
vallij -r
invloqjl van Weyler aan het tanen is;
d: ’--t L-w
had de minister van oorlog vergunningen
uitgevaardigd voor het bezichtigen van ves
tingwerken; de Koning verklaarde, dat niet
de minister, maar alleen de commandanten
dier berken bevoegd waren znlko vergun-
ningen te verleenep. De Koning heeft verder
geweigerd besluiten te onderteekenen, die de
minister hem voorlegde. En nu komt het
bericht, dat generaal Weyler, na de opening
der Oprtes, zyn ambt aal neerleggen.
Waarschijnlijk zal Sagasta wel trachten iu
do drie weken die nog verloopen moeten de
zaak bij te leggen. Maar de „Voss. Ztg.” wijst
er op, dat in elk geval de jonge Koning een
boog spel speelt. Generaal Weyler, de „Alva
van Cuba", is een gevaarlijk manhjj is
van het hout, waaruit leiders van pronun-
tiamiAte’s worden gesneden.
„Tmr Weyler het opperbevel op Cuba
had neergelogd, en naar Spanje werd terug
geroepen, nam hy eon dreigende houding
aan tegen het koninklijk huishy knoopte
betrekkingen aan met republikeinen en Car-
Hsteni poogde op zyn rondreizen door het
land het offleierskorps op te ruien, en deed
maiMiffenlaag.,h«UBmr vau
miento over Spanje hangen.
een ambt aan het hof te geven en hem later
in het kabinet op te nemen werd de gevaar
lijke man ontwapend. Wanneer thans koning
Alfonsus, slechts enkele maanden na zyn
troonsbestijging, het durft wagen zich van
Weyler te ontdoen, dan moet hy zich zeer
sterk achten en zeker zyn van den steun van
het leger. Tot voor korten tyd waren do
sympathieën van het offleierskorps geheel
aan de zyde van Weyler. En thans nog is
Weyler de man, die, evenals voor een paar
jaar, de rol van Wallenstein, enzoonoodig,
ook die van Monk zou kunnen spelen.”
Aan Hare Majesteit de Koningin
der Nederlanden
Ondergeteekenden, Bestuurderessen der
„Vrye Vrouwenvereniging” te Amsterdam,
«De Glinskis hadden die daad maar voor zich
zelf gepleegd»
«Mij hielden zij, even als vroeger, buiten de
zaken, maar lofh genoot ik meer uiterlijke eer
«Ik was een onervaren, levenslustig jongeling.
Herschenschimmige wenschen vulden mijn brein.»
«Men stond mij toe, ja men veileide mij, tot
allerlei afwijkingen en uitspattingen.»
«Niet lang duurde het of Bojaren en volk wier
pen andermaal de poort, van het paleis, in puin.
Bij het schijnsel van het brandende Moskou, brach
ten zij mij, op pieken, de hoofden der Glinkis.
Zij wilden mij tot heerscher hebbenmij, den
rechtmaligen Czaar.»
«Onder bloed en brand, sidderend en toch ver
heugd en onverschrokken greep ik eindelijk den
Scepter. Aan mijne zijde stond een goede engel,
Athanasia, mijne eerste gemalin
De Czaar hield op en verzonk in diep gepeins.
Even later beurde hij het hoofd weder op, als uit
een droom ontwakende, ledigde op nieuw een
beker brandewijn en vervolgde
«Met zachte doch zekere hand leidde zij, de
verstandige vrouw, den onervaren, opvliegenden,
heftigen, jongen man.
Mijne gehefde gade was te gelijk mijne wijze,
wei overlegde raadgeefster. Er kwam orde en
regel in het, zoo lang door partijschappen ver
deelde land. De trotsche Bojaar vond, in den
Czaar, een Heer en Rechter. De boer een Vader,
die zijn arbied beschermde en den onschuldige
voor willekeur bewaarde.»
eenige incidenten plaats, w tarmede Dreyfus
niets te maken had. Eenige nationalisten
riepen „Zola A Charenton” (het gekkenhuis),
hetgeen tot een opstootje aanleiding gaf. Ook
'op de Place Blanche werd gevochten, by
gelegenheid der manifestatie ter eere van
Jaurès. De politie en de cavalerie moesten
chargeeren. Een agent kreeg een slag op
het hoofdzyn aanvaller werd ingerekend.
Er loopen in Engeland verschillende ge
ruchten die men echter niet grifweg heeft
te aanvaarden over de onderwijswetten,
die in de nieuwe bijeenkomst van het Parle
ment wel weer dadelyk verder in behande
ling zullen worden genomen de „Birmingham
Daily Post” beweert, dat Balfour met eer. be
langrijke verklaring voor den dag zou komen
en de Londensche correspondent van de
Temps” wil zelfs, dat men in politieke krin
gen zeker is, dat Balfour van zyn geheele
wetsontwerp af zal zien tegen de steeds
sterker wordende oppositie.
Zoolang echter van deze oppositie onder
de makke regeeringsmeerderheid niets ge
bleken is, bestaat er oogenschynlyk weinig
kans op zulk een wijziging van do houding
der legeering.
De FrankÊ Ztg. verneemt dat de ryks-
kanselier tegen 14 dezer de minister-presi-
denten van de groote bondsstaten byeen heeft
geroepen tot een conferentie, waarin, naar
het heet, beraadslaagd zal worden over het
lot van hét tarief-ontwerp.
De Germania, het orgaan van het centrum,
de party die in den Kyksdag den doorslag
geeft, bevat een opmerkelijk artikel over de
kansen van het tarief-ontwerp. Zy geeft er
een overzicht in van de verschillende pers
stemmen en zegt dan, tot haar leedwezen to
moeten verklaren, dat de kringen die den
landbouw goedgezind zyn anders gezegd
agrarische kringen de oppositie koren op
haren molen brengen. Als voorbeeld worden
beschouwingen van de Deutsche Tagesztg.
en van de Kreuszeitung aangehaald.
„Wy kunnen, zoo eindigt de Germania,
met den besten wil niet gelooven dat dit
het laatste woord van de conservatieven
over het toltarief is. Ware dit het geval,
dan zouden immers alle verdere parlemen
taire beraadslagingen nutteloos zyn.”
De Petit Bleu weet omtrent de tegenwoor-
digheid van Dreyfus bij Zola’s begrafenis
het volgende mede te deelenNa met zyn
vrouw den geheelen nacht van Zaterdag op
Zoudag, by Zola’s lyk te hebben gewaakt,
ging Dreyfus Zondagochtend mevrouw Zola
smeeken hem zyn woord terug te geven (hy
had haar beloofd den stoet niet te zullen
volgen, om geen wanordelijkheden uit te lok
ken). Na een oogenblik nagedacht te hebben,
gaf zy de gevraagde toestemming.
Het publiek heeft niets van de tegenwoor
digheid van den gewezen kapitein gemerkt.
Hy stond aan de groeve tusschen de heeren
Gabriel Monod, van het Institut, Henri Leyrct
en Lalance, oud-lid van den Duitschen Byks-
dag voor Elzas-Lotharingen.
Na alle redevoeringen aangehoord te heb
ben verwijderde hy zich stilletjes.
Toen hy echter door een deur van het
kerkhof, die niet voor het publiek geopend
was, naar buiten wilde gaan, hielden agenten
hem tegen. Do prefect van politie zelf, die
hem niet herkende, vloog op hem af, roepen
de „Neen, mynheer, daar moogt u niet
door!” Dadelyk echter kwam iemand van
de politie op den heer Lépine toe en zeide,
„Mynheer de prefect, het is Dreyfus.” Daar
op bracht de heer Lépine de hand aan den
hoed met de woorden „Gaat uw gang, myn
heer.”
By het verlaten van het kerkhof hadden
ministerraad ontslagen en vervangen worden
door den heer Lutaud.
Duitschland.
De premiers der grooto Bondsstaten zul
len over ettelyke dagen vennoedelyk te
Berlyn samenkomen met den rykskanselier
om te beraadslagen over het nieuwe tarief
van invoerrechten.
Door den krijgsraad te Dusseldorp is
kapitein Karl Knocli, van het zestiende in-
fanterie-rogiment te Mlilheim aan den Rjjn,
veroordeeld tot drie maanden gevangenis
straf, wegens do overlegging vau eon valsch
schietrapport, welk goval kortelings verteld
is.
In het telegram van den keizer aan
den commandant van het pantscrschip „Pan-
thei” in de wateren van Haïti, na de ver
nieling van de „Crête-A-Pierrot”, heet hot
alleen: „Bravo Panther; goed gedaan. Wil
helm.”
Door de rechtbank to Kiel is do can-
didaat in do medicynon, Krocber, wegens
een duel op pistolen met don assistont-offl-
cier van gezondheid dr. Pauly, veroordeeld
tot vier maanden vestingstraf, terwyl dr.
Tauly van den krijgsraad vijf maanden kreeg
en dat hoewel er geen druppeltje bloed vor-
j nroyni^ja- morst was.
Door Weyler *Óó8TKNBUK-HoNaARijE.
Keizer Franz Joseph heeft zyn schoon
dochter prinses Stéfanie. nu gravin Lonyay,
te Schönbrunn genoodigd, om cons precies
te weten te komen wat or tijdens haar ver
blijf in België geschied is.
De jeugdige koning van Spanje schijnt
„Wat* riep de Czaar donderend uit, en wilde
opspringen, doch zijne jichtige beenen weigerden
hunnen dienst.
„Ik ben zachtaardig, ik ben teerhartig" brulde
hij„ik ben het althans geweest en zal het ook
weer worden."
„Gij en ’anderen hebben goed praten I
„Kent ge mijn innerlijk Kent ge mijn levens
loop Weet ge wat ik geleden heb Ge twijfelt
aan mijne goedheid en ge leeft zelfs nog.»
„Nog hebben mijne dienaars’U niet in stukken
gehouwen, $n ik had hen maar één wenk te geven
Nog sleept men U niet naar den gloeienden oven,
waarin ik een mijner vrienden tot asch liet ver
branden, omdat hij zoo vermetel was, mij te mis
hagen.
„Spreek I ben ik zachtaardig oi niet
Sir Bowes kruiste de armen en zag den Czaar
rustig in de vlammende oogen, z-ggende „U. M.
vergeet dat ik niet een Uwer vrienden ben en ook
geen onderdaan van U.
«Ik ben de vertegenwoordiger van Engeland
het machtigste rijk der werelden werd Engeland,
in mijn persoon, maar een haartje gekrenkt, zoo
zou dit het begin zijn van het einde van het
Russische rijk.»
Op een wenk bood een der hofnarren den
Czaar een beker vol brandewijn aan, dien hij in
één teug leeg dronk.
Daarna begon hij Weer, op rustigen toon
«Vergeef mij vriend; ik ben mij zelve niet al
tijd meester.»
«Ik wil U mijne geschiedenis vertellen, dan zult
ge mij beter begrijpen en... beklagen.»
Frankrijk.
Er wordt te Parys gesproken over de
terugtreding van den wereldbekenden Ti-
mes-correspondent te Parijs, De Blowitz, en
zyn opvolging door den Weener correspondent
van hetzelfde blad.
Volgens de Libre Parole” zou de
prefect van politie te Par|js, de heer Lépi
ne, om zyn tactlooze voorzorgsmaatregelen
by de begrafenis van Emile Zola, door den
«Mijn Vaderen voorganger, Wassili Iwanowitsch,
(God zij met hem) heb ik niet gekend.
Mijne moeder, Helena, regeerde in mijnen naam.
Ik was een kind van zeven jaren, en dacht
slechts aan lekkernijen en spelen, zoo als alle
kinderen.
Op zekeren dag brak er eene tierende taenigte
in het paleis, aangevoerd door Vorst Chuiski en
zijze bloedverwanten.
Hij had mijne moeder vergiftigd, (dat kwam ik
later te weten) en benoemde zich zelf, eigen
machtig, tot regent, en voogd over den troonop
volger.
Hij hield mij iu zoo’n ondergeschikte Ijouding,
dat hij mij, bij ontvangst van vreemde gezanten,
dwong, om aan zijn j voeten te gaan liggen, waarbij
hij zjjne gespoorde laars op mijne borst zette.
Na een maaltijd, waarbij het bijzonder lustig
toeging, doorstak hij, voor mijne oogen, in mijne
armefl, mijn speelkameraad Belski. De Bojaar,
WoronzGf, die dit beletten wilde, werd door de
beschonken bjnde op den grond geworpen en
dood getrapt,
Zoo verliepen *cv$n jaren. Ik sidderde voor
allen en voor alles; voo/ den dienaar, die mij
mijn kleed bradht; voor de spij«tn< mrW mij
voorzette. w
Toen brak opnieuw oproer uit in het Kfo-nl.
Ditmaal waren ’t vrienden. Mito 'dom «1 We
zijnen, de Glinskis, hadden aanhJ|ger| gewotven
Op de jacht grepen zij Chuiski, stootten hem
van ’t paard en wierpen hem de wilde jachthonden
voor, die hem, nog levend, verscheurden.»
«Ik verwisselde echter maar van voogd.»