1
ITS.
EVEH
Maandag/ 5 Januari 1903.
ZEEMILITIE.
tofïels
No. 8996. Maandag/5 Januari 1903. 41ste Jaargang.
.Vïewws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
KENNISGEVING
FEUILLEION.
Kunstenaar tegen wil en dank.
s Inkt
ie BESTE
jhadelijk
.LAND.
Laarzenmagazijn
;en
Buitenlandse!» Overzicht
rk gemaakt.
van
Inzending van Advertentiën tot 1 uur «Ier midd.
i
jl
waren
IV.
Wordt vervolgd.)
k Zn. Gouda
telefoon \o.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Humoristische Novelle.
enskraoht
3st beroem-
bekende
ist.
niet hebben kunnen worden aangenomen.
Gouda. 3 Januari 1903.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
R. L. MARTENS.
De Secretaris,
BROUWER.
E 30
e Kleiwegsteeg.
EN-en KINDER
imeten werk.
E OU -
ÏAMMER
erk:
[TC AP
sgta,
•ren. Iet
aaflijd,
lakt.
en delven in oude
ran den tegenwoor-
1. Kidd, Baltes
8035, U. 8. A
hem en hij redeneerde aldusniemand had, wel
beschouwd, meer recht op het bij wonen van dit
concert dan hij, die dit recht zoo duur had betaald.
Dus begaf hij zich naar de kas en verlangde een
entrée-kaart. Maar alles, tot in de uiterste hoeken
der zaal was bezet hij moest voorlid nemen met
een staanplaats geheel aan het einde van de zaal.
Hij Was ermêe tevreden. Hij was er in ’t geheel
niet op gesteld om* gezien te wordenhij trok zich
zelfs nog verder terug dan noodig was, in do be
scherming van een groote. dikke zuil.
De eerste nommers op het programma die door
meer ot minder begaafde dilettanten uitgevoerd
werden intéresseerden hem niet. Des te scherper
liet hij zijne oogen door de zaal glijden, want, al
zou hij het zichzelf niet hebben willen bekennen,
de hoop Mary Burnes nog even te kunnen zien
had op zijn besluit om naar het concert te gaan
een veel krachtiger invloed uilgeoetend dan de
wensch om Kamarinski te hooren spelen. Na een
poosje te hebben gezocht kreeg hij haar werkelijk
in het oog. Zij zat naast haar vader op de voorste
rij en al zat zij met haar rug naar hem toegekeerd,
zoodat hij slechts nu on dan bij een plotselinge
wending van haar hoofd een zweem van het lieve
gezichtje kon zien, scheen het hem toch toe dat
zy veel bleeker was dan gewoonlijk.
Eindelijk, na eene onbehoorlijk lange rustpoos,
waarin een geheimzinnig gefluister vol verwachting
van hetgeen men hooren zou door de zaal ging,
was het groote oogenblik gekomen. Stanislaw
Kamarinski verscheen op de verhooging. Met
levendige uitingen van bewondering door het over-
talrijk auditorium begroet, boog de gevierde kun-
Telcfoon No. 8*
AD VER TENTIEN worden geplaatst
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
een ieder die zijn
tend.
ko)
Nog veel droefgeestiger en hopeloozer dan die
grijze regendag buiten, was de stemming van den
jongen advocaat toen hij, na den brief te hebben
afgezonden, zijn koffer vojr de thuis-reis begon
in te pakken.
De eerstvolgende trein, waarvan Volckmar ge
bruik kon maken passeerde Liebenstein omstreeks
middernacht. Eerst had hy het stellig besluit
opgevat om de straten van deze plaats des on-
heils niet meer te betreden voor zijn vertrek
naar het stationmaar toen hij die vrijwillige
ballingschap een paar uren lang verdragen had,
kon hij het in de donkere kamer van zijn hotel,
en alleen met zijne juist niet opwekkende ge
dachten, nut langer uithouden. Het weer was
opgehelderd en op den regenachtigen dag volgde
een prachtige avond. Zonder doel rondslenterende
kwam de advocaat ongemerkt in de buurt van ’t
Kurhaus en overal waarheen hij den blik richtte,
vielen die groote papieren met de aankondiging
van het bewuste concert hem in het oog. Een
geest van alles te willen trotseeren ontwaakte in
gbaar bij i
TER8 Jz.
rys van echtheid is
q kurk steeds voon-
deunaam der Firma
PPE
De berichten omtrent het Boeren contin-
geut voor Somaliland zyn nog vrü verward.
Volgens een .mededeeling aan .Reuters”
agentschap”, iets officieus dus, zouden 100
Boeren, die als vrijwilligers naar Somaliland
wenschen te gaan, over een week tyds onge-
veer, per ts.s. Gaul” worden overgebracht,
Zij worden blijkbaar nog niet vertrouwd,
want een compagnie Engelscbe troepen escor
teert ze. Het heeft er iets van alsof die
Boeren als krijgsgevangenen gaan.
Daarentegen meldt een ander bericht, dat
generaal Lyttelton aan het recruteeren is en
bij een contingent van 240 nfan bijeen hoopt
te brengen. Verder wordt het beHcht om-
fiOlIBSCHE COURANT.
sche, hun ontslag aangeboden. De Keizer
weigerde die aanvragen goed' te keuren, en
ontbood de beide ministers-president tot een
gemeenschappelijke audiëntie op den Hof-
burg. Het onderhoud duurde 1$ uur. Een
machtwoord, dat den knoop doorbakte, kon
de Kefeer niet sprekendoch wetende welke
moeilijkheden voor de beide deelen der mo
narchie zouden voortspruiten uit het afbre
ken dèr onderhandelingen en gevoelende dat
de positie van Oostenryk steeds zwakker we
zen zou dan die van Hongarye, heeft de Kei
zer gepoogd de verschillen van meeningdoor
zijn thsschenkomst weg te nemen. In het
uiterste geval, zeide de Keizer, kan de Kroon
nog, door een beroep op 14 van de Oosten-
rijksche Grondwet, de overeenkomst met
Hongarye goedkeuren. En al had de heer
Von Szell gezegd, dat hg alleen dan in de
overeenkomst zou toestemmen, wanneer die
in Oostenrijk door het Parlement was goed
gekeurd.... in het uiterste geval zou Von
Szell [zich by de uitspraak van den Keizer
hebben neergelegd.
Hoe het zy, na het onderhoud met den
Keizer hebben de beide ministers de onder-
bandelingon, die zy feitelyk hadden afge
broken werden hervat.
Omtrent den toestand in Marokko wordt
gemeld
De .pretendent is 20 K.M. van Fez, .Zjju
macht groeit met den dagdaar hy zioi zeer
vrygeving toont, en hy veel geld heeft buit
gemaakt, sluiten velen zich by hem aan. De
Sultan doet al wat hy kan, om de bevolking
gerust te steilenmaar hy vindt weinig ge
loof. Want de vriendschap van den Sultan
voor de Europeërs heeft te veel Marokkanen
tegen hem ingenomen. De Europeesche lega
ties te Tanger hebben door koeriers de blan
ken in Fez doen uitnoodigen de stad te ver
laten, en dat vermeerdert de opwinding. Uit
Ceuta wordt gemeld, dat op den Straatweg
naar Tetuan een Eögelsch onderdaan, de
rjjke Moor Eluisi, vermoord is. De Engels^he
consul eischt voldoeningmaar de afgezon
den troepen durven de Kablylenstammen niet
aanpakken.
Engeland poogt overigens kalmeerend op
te treden in de Marokkaansche quaestie. Ook
Frankrijk en Duitscbland blyven kalm de
gezanten dezer mogendheden te Madrid heb
ben verklaard dat zy voor het behoud van
den status quo zyn, en dat zy geen vreem
de inmenging in de Marokkaansche quaestie
zullen dulden.
In Spanje maakt men zich .daarentegen
zeer ongerust. De jonge Koning heeft Silvela
bij zich ontboden ten einde zich op de hoogte
idd.
lekt heeft, en dat
m zijn wonderbaar
akend is, en welke
udie in liet zoeken
)in alle kwalen van
ezen. Er is geen
Toeters wanneer hij
genezingen die hij
rheid zijner woor-
jke gronden geba-
erkregen in debe-
e vele jaren. Het
^Levens Kracht*
ren, want hij zend
jiioogzame hoeveel-
inderbarende gene-
i waagt. Sommige
zeer merkwaardig
ituigenisaen, zouden
men hebben hunne
i loopen nadat zij
i gebruikt hadden,
ren waren opgege-
en vrienden terug
uag-, hart-, lever-,
an zijn als op ma*
lijn, ruggepijn, ze-
trkoudheid, asthma,
eel ongesteldheden,
o spoedig hersteld
nder is.
tor ataxia, water-
ien zijn spoedig en
gansche lichaam,
also inloop en eene
lig verkregen Voor
ik en komen onder
.evens Kracht*,
medicijnen. Het is
aarvan gij genezen
n u dadelijk franco
te stellen van den omvang^en de beteekenrs
der quaestie. Silvela wees den Koning er op
dat de toestand zeer ernstig is. en dat Spanje
uitgebreide maatregelen moet nemen, om
voorbereid te zyn op gebeurlijkheden. De
verloven zyn ingetrokkenoveral worden
troepen gereed gemaakt, om desnoods naar
Afrika te worden ingescheept.
De eskaders die in de Middellandsche Zee
kruisen trekken geleidelijk allen by Marok
ko samen. En de Fransche regeering heeft
de garnizoenen aan de Algiersch-Marok-
kaansche grenzen aanzienlijk doen versterken.
De Manchester Guardian bevat een en
ander uit een nieuw boekjjver den oorlog,
dat weldra verschijnen z/T Het is van de
hand van Andries de Wet, met medewerking
van van Doornik en veldkornet G. du Plesis,
en behandelt den opstand in de Kaapkolonie
en de bewegingen van republikeinsche com
mando’s daar.
Over Modderrivier sprekende, zegt Andries
de Wet, dat de Engelschen gemakkelyk de
geheele artillerie van de Boeren bidden
kunnen nemen, als zy doorgezet hadden,
want zy bleef een tyd lang geheel onbe
schermd achter. Te Magerfontein daaren
tegen hadden de Boeren de Engelsche ka
nonnen kunnen nemen, die een uur lang
onbeheerd bleven staan Maar Cronjé wilde
niet, dat de burgers zich aan gevaar bloot
stelden.
Van Doornik vertelt van Hertzog’s inval,
toen niet meer dan 300 Kapenaars zich by
hem en Brand aawlotenvan Christiaan
de Wet’s tweeden inval en van Kritringer
en Lötter- en van Niekerk’s verraad te
Petrusville. Verder behandelt van Doornik
de lotgevallen van Lategan, onder wiens
bevel Malan, Hugo en Theron werkten, en
van Scheepers en andere slachtoffers van
de Engelschen. Hy stelt ook de beschuldi
ging te boek, dat Scheepers vergiftigd is.
Het werk zal ook een uitgebreide lezing
van het bekende laatste rapport van gene
raal Smuts bevatten. Andries de Wet ver
telt dan verder van zyn terugkeer naar de
Kaapkolonie om brieven van dr. Leyds over
te brengen, en van zyn lotgevallen tot de
vrede gesloten werd en hy de wyk nam naar
Duitse h Zuid west-Afrika.
Keizer Franz Joseph heeft alles gedaan
wat in zyn vermogen was, om de dreigende
crisis in de beide deelen der monarchie te
voorkomenhy heeft by minister Von Szell
zoowel als by minister Von Körber op her
vatting der onderhandelingen aangedrongen,
en ditmaal heeft da tusschenkomst van den
Keizer succes gehad.
Zooals wy mededeelden hadden beide mi
nisteries, het Oostenryksche en het Hongaar-1
atenaar even, tamelijk uit de hoogte, zijn hoofd om
dan, na op eene geheel eigenaardige wyze de lange
manen naar achteren te hebben geworpen, voor
het instrument plaats te nemen. Hans Volckmar,
juist geen onpartijdig beoordeelaar, vond dat de
kunstenaar onuitstaanbaar dwaze en gemaakte
manieren had. Maar toen Kamarinski begon te
spelen vergat de advocaat evenzoo als de overige
toehoorders die belachelijke kleingeestigheden on
der den indruk Van het groot genot dat zijne
kunst hun bood. Inderdaad, deze pianist ver
diende ten volle den roem die aan zijn naam
gepaard ging en ook de bewondering die miss
Mary achttien maanden lang trouw voor zijn
genie had bewaard.
Toen de laatste akkoorden hadden uitgeklonken
deed Hans Volckmar druk mede aan het handge
klap Hij had voor het oogenblik al zijne grieven
tegen den man met de vaste principes vergeten en
hij gevoelde zich uit die bezielde stemming pas
weer tot de nuchtere werkelijkheid terug geroepen,
toen hij zag dat eene dame van de voorste rij der
toehoorders den virtuoos (naderde om hem een
colossalen lauwerkrans ter hand te stellen. H ij zou
Kamarinski deze hulde geenszins,hebben benijd als
die dame niet miss Mary Burnes geweest was en
als zijn scherpe blik niet, ondanks den vrij grooten
afstand, op het lint van den krans de met gou
den letteren daarop gedrukte hulde had gelezen:
„Aan den edelen menschertvriend.”
Dit was te veel, zelfs voor zijn geduldig tempe
rament Hij lachte zoo luid en zoo hoonend dat
een kruisvuur van booze blikken hem trof; zon
der iets of iemand te ontzien baande hij zich een
BURGEMEESTER
van GOUDA,
Gelet op art. 138 der Militiewet 1901;
Maken bekend, dat de „lotelingen,” die
voor volledige oëfening by de militie te land
zouden moeten worden ingelyfd een der be
roepen uitoefenen, in de eerste zinsnede van
art. 137 diér Wet bedoeld, en verlangen bjj
de zeemilitie te dienen, worden uitgenoodigd
zich vóór den laten Februari aanstaande op
de Secretarie (bovenlocaliteit, afdeeling Mi
litie) aan te melden of te doen opgeven.
De in de eerste zinsnede van art. 137 der
Wet bedoelde beroepen, die door den Heer
Minister van Marine zyn aangewezen als
geacht te kunnen worden, hen die ze uit
oefenen, het meest geschikt te maken ter
opleiding voor di< neten by de zeemilitie, zyn
Stuurlieden, stuurmansleerlingen en verdere
zeevarenden op koopvaardijschepen van de
groote en kleine vaart. Stuurlieden, schip
pers en verdere opvarenden van Rijnschepen,
aken, tjalken on kleine vaartuigen. - Stuur
lieden, en verdere opvarenden van passa-
- gier»- en sleepbooten, loodsvaartuigeu en
tonnenleggers. Diepzee- en Noordzeekust-
visschers. Zuiderzeevisschers. Visschers
op de Zeeuwsche wateren en op de groote
rivieien. Mossel- en oestervisschers.
Schuitenvoerders en voerlieden. Vletter-
lieden. Machinisten, machinist-leerlingen
en stokers op schepen en vaartuigen, by
spoor- of tramwegen, en op fabrieken of
andere inrichtingen. Machinedryvers.
Tremmers. Smeden. Bankwerkers.
Werktuigmakers. Ketelmakers. Voor-
slagers. Scheepsbeschieters. Scheeps
timmerlieden (Scheepmakers). Brood-,
koek- en banketbakkers. Koks. Koffie
huis- en hotelbedienden. Ziekenverplegers.
Apothekersbedienden. Barbiers.
Personeel van ’s Rjjks-Marinewerven.
Eindelyk worden de Iptelingen herinnerd
aan het voorschrift van art. 116 al. 2 der
Militiewet, dat de toestemming tot het aan
gaan van een verbintenis voor de „buiten-
landsche zeevaart” in gewone tyden niet
geweigerd wordt aan de by de militie te
land ingelyfdo lotelingen, die reeds vóór
hunne inlijving by de Militie hun beroep van
de buitenlandsche zeevaart maakten en die
zich overeenkomstig art. 138 der Wet voor
de Zeemilitie hebben aangeboden, doch daarby
en WETHOUDERS
Madame Sévérine, de bekende conférencière
en dagblaiscbrQfster, heeft haar byna zieke-
lyk medelijden met Eva Humbert aan den
dag gelegd, door die jonge Same te inter
viewen en haarfijn dier intieme gewaarwor
dingen ruchtbaar te maken.
Volgens haar verslag is de dochter der
millioenen-madame wel de onnoozelste gans
van ’t heelaldie niets begrepen, niets ver
moed heeft, totdat de politie-agenten te Ma
drid het huis binnentraden en de geheele
familie naar de gevangenis brachten. Hoewel
die gans tranen huilde by tuiten, toen zy
Sèvérine’s verhoor onderging, heeft deze er
op aangedrongen alles te vernemen. Dat
Malles” is dan de grenzenlooze genegenheid,
die Eva voor haar sukkel van een vader
^gevoelt, haar afzien van ’t voornemen om
in 't klooster te gaan en haar zwygen over
haar moeder.
Eva Humbert is positief onschuldig, maar
belachelijk is het baar tot martelaarster te
willen verheffen. Geen meisje met vyf ge
zonde zinnen kon het valsche, het schijn
wezen van rykdom in de ouderlijke woning
ontgaan zyn. Aan dezelfde grootmoeder, die
baar nu tot zich nam, bad zy haar vermoe
dens kunnen openbaren. >On n’est pas si
béte que cela”.
weg de taal uit.
Hij trad in de restauratiezaal daarnaast en be
stelde, aan een afgelegen tafeltje zittende, een flésch
moezelwijn bij een eenvoudig avondmaal Nadat
hij zijne hotel rekening vereffend had was zijn voor
raad aan contanten op een treurige wijze gesmolten.
Morgen, als hij weer op zijne kamer aan de schrijf
tafel zat, zou hij zichzelf trachten wijs te maken
dat die zeshonderd gnark niets anders geweest
waren dan Jeen lielelijke droom, evenzoo als de
gelukkige uren van zijn verblijf in Liebenstein.
Uit de concertzaal klonk een herhaald applaus
tot hem door en toen hoorde hij hoe de menschen
langzaam de zaal ontruimden. In kleiner en grooter
troepjes kwam een gedeelte van het publiek de
restaurant binnen. Hans Volckmar trok zijn stoel
zoo, dat hij met den rug naar de binnenkomenden
gekeerd zat, en verdiepte zich, voor de leus, in de
lectuur van een groot dagblad. Dat aan de talel
naast hem ook eene groep van heeren en dames
had plaats genomen, begreep hij uit een gegons
van stemmen dat vandaar tot hem weerklonk.
Plotseling schrikte hij bij het hooren van de
gemaakte spraak van Sunislow Kamarinski en het
daarop volgende antwoord
>Es war Uondervoll mein Herr I Ich liebe serr
das Piano.
Bit kon niemand zijn dan Mr. Gilbert Burnes
en waar hij was, zoude zijn mooie dochter ook
wezen.