elk.
m mom.
±ines
PPIJ.
III!'',
o
fier.
No. 9009.
Dinsdag 20 Januari 1903.
41ste Jaargang.
27.
5°
•*S
-T- I7Tnnai
‘jTa
Buiteiilaii^ck- Ovtffl&Iciil j
FEU1LLE1 O b
i
•8
Inzending van Advertentiën tot 1 uur der midd.
ge-
als o<
i
ii Zn. Gouda
vervolgd}.
ng, ja’aar-
ïyf> zy
smaak, en
10 cent
sch
or alle huin-
G0II1SUIE COURANT
en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
n en stoppen.
geeft snel de
ja, brengt dit I
■SMHIBï/
■XJ
-y g
o
hand te moeten wijzen, omdat de congregatie
niet de noodige middelen kon aanwyzen, die
het financieel bestaan van dd inrichting
xouden waarborgenhet voornaamste middel
van bestaan toch „bedelen" achtte de Raad
van State niet vast genoeg om aan te nemen,
dat de inrichting haar doel, „het verstrek
ken van onderstand”, met goed gevolg zou
kunnen najagen.
Vóórts houdt Combes zich op met de ver
zoeken om machtiging, die zjjn ingekomen
van 393 congregatiën van vrouw overzoe
ken om machtiging tot voortzetting van het
eigen bestaan der congregatie zelf, zyn dit
weer. Deze Aanvragen maeteiraan het oordeel
van het parlement onderworpen worden. Het
werk waarmede men wan net departement
van den premier dan ook bezig is, is het
opstellen van wetsontwerpen. Vermoedelyk
zal het wel na Pasehen worden voordat de
desbetreffende ontwerpen by het parlement
ingediend zullen worden.
Toen de wet van 1 Juli 1901 werd afge-
kondigd, waren or 606 congregatiën van
vrouwen verstoken van de noodige machti
ging: 213 van deze hebben er de voorkeur
aan gegeven vrijwillig tot ontbinding over
te gaan, de overige 393 willen blijkens de
ingekomen verzoekschriften gaarne blijven
leven. Als zjj bedenken, hoe de regeering
heeft gehandeld met de aanvragen der con
gregatiën van mannen, en hoe de tegenwoor
dige Kamermeerderheid jegerts de geestelijke
orden gezind is, dan zullen zy de naaste
toekomst wel met angst en beven tegemoet-
gaan.
Canada en Australië, heet het verder, zouden
zich met zekere walging afvragen of het dan
was om zulk een resultaat te bereiken, dat
zij hdn zonen hadden gezonden om op de
Z.-Afrikaansche slagvelden te bloeden. Hoogst
waarschijnlijk zou het nemen van zulk een
stpp de ergste gevolgen hebben, door de
bezwaren der Hollanders tegen het Britsch
bestuur te verscherpen en lieden tot oppositie
aatt te drijven, die anders zonden kunnen
wofden^ yerzoend.
Het blad kan niet gelooven, dat Chamberlain
werkelijk iets voor het plan gevoelt en ontkent
dat hy er zich voor zoumitgesproken hebben.
Zeker is echter, (Tal hy het onder de moge-
lyke plannen gerangschikt heeft. Het Oegan-
daplan noemde hij stellig•oninogelyk.
Do winterbéqchten »uit Londen zyn zeer
treurig: het getal werkloozep in dezpn winter
is zeer groot en de crisis in do staalindus
trie en in sommige bouwvakken heeft hun
aantal $terk dóen vermeerderen. Nu wyst
men er van overheidswege wel op, dat vele
reservaten in den laatsren tijd weer in hun
vroeger^ betrekking^nr^ijn ópgenomen, maar
•men vergeet te vertellen, dat daardoor een
gelijk aantal werklieden of kaïrtoorklerken,
die bun ‘plaatsen hadden ingenomen, ontsla
gen zyn, zoodat dit op hetzelde neerkomt.
Db arsenalen van Woolwich, verschillende
wëfven en dokken aan de Theems hebben
met name hun personeel verminderd.
Dagelijks hebben bytaa de droeve optochten
plaats door de straten van Londen; men heeft
vergunning op die wandelingen te collecteeren
en al bedelend haalt men wat öp, te weinig
om te leven, te veel om te sterven.
Combes, de minister-president, zet het
onderzoek van de aanvragen der officieel
erkende geestelijke orden om machtiging voor
het honden van hunne nog niet erkende in
richtingen, voort. Hy legt de verzoeken,
Voor zoover zy op inrichtingen van onderwijs
betrekking hebben, terzy en andere verzoeken
worden ter beslissing aan den Raad van
State gezonden. Een officieus, bericht deelt
mede dat nu reeds meer dan 1000 aanvragen
van de eerste soort door den minister-pre
sident, zonder dat de Raad van State is
gekend, afgewezen zyn.
De Raad van State houdt zich intusschen
bezig met de aanvragen, welke Combes hem
toezendt, aanvragen voor inrichtingen van
mepschlievenden aard. Reeds heeft de Raad
op zes verzooken beschikt met het verleeneu
van de gevraagde machtiging. Een zevende
verzoek meende het college evenwel van de
zal hij me iets geven.0 Maar hij zou veinzen
daar niets van te begrijpen. Dan zou het straks
nog -zoo vroolijke gelaat bewolkt worden en het
onderzoekend opgeheven hoofd zou op de borst
voorover hangen, als eerie los aan een boom han
gende tak, ai» door haar eigen zwaarte wordt
neergedrukt. En haar oogen zouden vol tranen
staan. Hij kende die zoo goedhet waren grijze,
een weinig uitpuilende oogen. En de opwellende
tranen zouden den blik strak doen worden en
zouden s'echts met groote inspanning kunnen
worden weerhouden om over de wangen te rol
len. Zij zou haar best doen om ze voor hem te
verbergen; zij zou zich omkeeren, heengaan en
^onhoorbaar de deur sluiten. Maar hij zou toch
alles zeer goed hebben gezien; en die teleurge
stelde blik zou hem telkens weer voor de verbeel
ding staanhij zou hem hinderen pijni
gen Daar begon zoowaar dat armzalig dunne
katoenen kleedje weor te spoken, met de gescheurde
mouw, waardoor de koude den blooten arm
paarsch kleurde I
Had hij dan zelf zooveel meer dan hij noodig
had om fatsoenlijk te kunnen leven Wat waren
dat voor bespottelijke eischen aan zijn adres
Wat zou hij dan moeten opgeven i -*• dat zou hij
wel eens willen weten I Neen het moest nu maar
Voor goed uit zijn met die weekhartigheid
Terwijl hij zich al loopeftde zelf beknorde, was
hij, nog eer hij het wist, reeds aan de stoep van
het huis gekomen. Hij liep de trappen op naar
de portaaldeur dier verdieping. Het dienstmeisje
deed de deur voor hem open.
„Straks heeft een man hier een derfnebootu ge-
Telefoon No. 99
De Uitgave dezer Coulant geschiedt dagelijks
met uitzondering var| Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommerd VIJF CENTEN.
|en st
eil
feiroder
Aan een hem aAngebtden ïeflstiyaal hield
minister Chamberlain een rede, >aurin hfjJ
deed uitkomen, dat dd inwoners de belangen
hunner medeburgers, Boeren zoowel als En-
gelschen, bewoners van bet platteland zoowel
als stedelingen, irt- het oog dienden te houden
daar deze belangen identiek zyn.
De overeenstemming tusschen stad en land,
tusschen Boer en Brit was noodzakelyk voor
de toekomst .van Zuid-Afrika.
De gesprekken door den minister met de
Boerenleiders gevoerd, hadden hem eep gun-
stigen indruk gegeven van hun welwillend
heid en hy geloofde daarom, dal als de
Boeren bemerken, dat wy hem rechtvaardig
en edelmoedig willen behandelen, hun gevoe
lens en zelfs hun vooroordeelen willen ont
zien, ,zy zullen eindigen alle verdenking en
vijandschap op te geven, welke ons zoo lan
gen tyd verdeeld hielden.
Spr. hoopte dat de groote mannelyke deug
den, die deze lieden kenmerkten, kracht zullen
geven, aan de natie, die men wenschte met
hnn hulp en goeden wil in Znid-Afrika te
kunnen grondvesten.
In zyn rede deelde Chamberlain vervolgens
mede, dat de bedoeling was aan het Byks-
parlement een ontwerp voor te leggen be
treffende den waarborg eener leening van
vyf-en-dertig millioen p.st., gedekt door de
hulpbronnen van Transvaal ‘en de Oranje-
Rivierkolonie. Deze leening zal worden uit-
gegeven, zoodra het Parlement haar heeft
goedgekeurd,; het bedrag zal dienen ter af
lossing der tegenwoordige schalden van
^Transvaal de overneming der bestaande
^spoorlijnen, den bouw van nieuwe lynen in
de beiden nieuwe koloniën, voor openbare
werken en landverdeeling.
Transvaal en de Oranje Rivierkolonie zul
len onmiddellyk van de noodige kapitalen
worden voorzien ter ontwikkeling van het
land gedurende de eerste jaren.
Na de uitgifte der eerste leening zal zoo
spoedig mogêlüfc een andere leening van der
tig millioen p. st.jj in jaarlyksche termijnen
van 10 millioen t>. st. worden uitgegeven.
Deze tweede leenifg zal woeden beschouwd
als ooijlogsschuldj' en gedekt worden door de
Transvaalste hulpbronnen. Wat de a beids-
'quaestie betreft, (merkte Chamberlain op, dat
er voldoende arbeidskrachten zouden zyn in
Zuid-A^ika als uien de Kaffers tot werken
dwong, maar het $neest noodige was, quanti-
teit en qualiteit (wr blahke arbeidskrachten
te vethoogen, j
Het zou niet Juist zyn meer drastische
maatregelen te nemen, zoolang niet deze
middelen waren uitgeput.
Lord Milner had toegestemd onmiddellyk
een interkoloniale conferentie by een te roepen
ter behandeling der gemeenschappelijke belan
gen, waaronder ook behoorden bestuur en wet
geving voor de inboorlingen. Hy had ook voor
gesteld dat de ryksregeering een koninklijke
commissie zou benoemen om de zaken te
onderzoeken. De ryksregeering was gaarne
bereid zelfbestuur aan de nieuwe ktfloniën
toe te staan, zoodra voldoende was gebleken
dat de koloniën gereed waren dit te aan-
vaarden.
j. ten op
van het Koninklijk besluit van 28
(Staatsblad No. 160).
.i_-j j^nnjs> dat op de
Secretarfe der gemeente vcjbr een ieder t?r
inzagé is gelegd IJet aan den Éaad aange
boden odtwerp vaneen plan van uitbreiding/
aanwyzende den ^rond, die in de naaste
nst in deze gtemeente voor den aanleg
tra'ten, gracNfen en pleinen wordt be-
by Welk^opWerphyn gevoegd de by
1 14 >vart hot aangehaalde Koninklijk
|ed$eldh Jjfituatlekaart, toelichtend^
Mt va|i de namen en woon-
jparen en de kadastrale
’der Ui het ontwerp begre-
r
11903.
gestel- voornoemd^
MARTENS-
De Engelschc pers blyft hevig oppositie
voeren tegen hqt plan om het tekort aan ar
beidskrachten in de Randmynen, aan te vullen
door het invoeren van Chineezen. Uit een
Britsch oogpunt, zoo min als uit een Afri-
kaansch, is dan ook iets vóór bet plan te
zeggen. Enkel de mynmqgnatêd. jtouden er
wèl by varen. Men beschouwt het beMcht,
dat tot zulk een invoer reeds besloten zou
zyn, overigens als voorbarig en als een bal
lon d’essai. Misschien dat de mynmagnaten,
wanneer zij zien welk een oppositie huh plan
in Engeland ondervindt, er van zullen af
stappen.
De Times wydt eeh hoofdartikel aan d^e
quaestig, waarin zij zoo krachtig mogelyk te
gen het plan opkomt. „Zonder aarzeling>kan
men zeggen, dat het invoeren van vreemde
lingen in Transvaal door de meerderheid
der bevolking van dit koninkrijk zou worden
aangezien met tegenzin en wantrouwen.”
Ginds, op den hoek, stond een bloemenstalletje,
klein en onaanzienlijkmaar er war|{n pracht ge
bloemen. Mijnheer Tobiasson, die een echte bloe
menliefhebber was, kon hier nooit langs gaan
zonder even te blijven staan en die keurige bloe
men te bewonderen.
Een jong mensch stond er voor te kijken ter
wijl de tuinman mooie, trissche bloemen in een
mand schikte witte, reode, bonte bloemen, en
onder die bloemen lagen vruchten appelen,
peren en druiven mooie doorschijnende drui
ven in groote trossen. De jonge man lachte, innig
vergenoegd, al was zijne jas kaal 'en zijne handen
paarsch van de koude' Daaraan dacht hij niet
Het was fmmers Kersavond I
Mijnheer Tobiasson maakte „rechts-om-keert*!
Dit was niet om uit te houden. Hij haatte dien
jongen man, die zoo vroolijk en vernoegd was
hij haatte den tuinman, die zooveel drukte maakte
Wat kon het hun scheien dat het Kerstavond
was
Behoefden zij zich daarom als dwazen aan te
stellen Het was al te gekDruiven, en bloe
men, en
Jawel, hoor
Hij zou in vredesnaam maar weer naar huis
gaan^ hij zou de couranten gaan lezen en doen
alsof er niets bijzonders aan de hand was
Niets bijzonders Het mocht wat I Men zou
Kerstpresentjes van hem verwachtenhij was im
mers uit geweest O, hij wist op een prikje hoe
het gaan zouhet meisje zou met zijn avond-
theeblad boven komen en hem met een schuwen
blik vol verwachting van terzijde aanzien: #Nu
Het overlyden van kardinaal Parochi heeft
het „Berliner Tageblatt” de vraag doen stel
len, o! Daitschland thans niet rpcht heeft,
dat een Duitsch geestelijke tot kardinaal
wordt benoemd. Italië beeft 35 kardinaals,
Frankryk 7, Spanje 5, en Duitschland, met
twintig millioen Katholieken, slechts één.
Want na den dood van kardinaal Ledo-
chowski telt Duitschland slechts één in
Duitschland levenden kardinaal'; kardinaal
Steinhuber, die van Duitsche afkomst is,
telt niet mee, omdat hy als Jezuiet niet on
der de Duitschers kan geteld worden.
Het blad wyst er op, dat men te Rome te
veel vergeet, dat de kracht der kerk niet
meer by de Latynsche volken, maar by de
Germaansche moet wordeh gezocht. Toch
schynt het Vaticaan wel geneigd, ditmaal
een Duitscher aan te stellen, indien men
slechts wist, wie. De aartsbisschop van Keu
len is de aangewezen persoon. Hy kan niet
worden voorbijgegaan. Doch nu is mgr. Fi
scher eerst onlangs tot aartsbisschop be-
bracht," IjAn zij aarzelende„hij zeide dat die
hier moeJ^Wzen.*
/zJa, il^wil eene den hebben,* zeide mijnheer
Tobiasson tamelijk kort af.
Hij ging naar binnen. Daar stond dj den en
vulde de geheele kamer- m^t een geur van ’t
Kerstfeest. j
„O ja en dan is hier ock een heer geweest, die
heeft zijn kaartje achtergelaten; hij zeide dat hij
over een poosje terug zou komen,* rapporteerde
de meid naar de deur ziende, die op een kier
was blijven staan.
„Zoo
Zij ging de deur flink sluiten. ‘Mijnheer Tobias
son liep naar zijne schrijftafel en las den naain
op het kaartje. O zeker daar had je het nu al
weer! Ludwig was, een paar jaren geleden, naar
Stockholm verhuisd; daar had hij nog geen oogen-
blik aan gedacht, vóór nu.
Het kaartje was van een zijner vele neven, en
nog wel van den neef van wien hij het meest van
allen hield.
Mijnheer Tobiasson hield zich nog bezig met
het ontcijferen van dien welbekenden naam, toen
er aan de portaaldeur gescheld werd
Hij hoorde het meisje zeggen
>Ja, nu is mijnheer juist terug gekomen En
toen werd de deur open gedaan.
Mijnheer Tobiasson rilde reeds bij het voorge
voel vin nieuwe botsingen, die hem te wachten
stonden.
5)
„Het heeft niet veel gegeven vandaag; zoo
slecht is de handel nog in geen jaar gegaan
daarom verkoop ik deze nu maar voor de brand-
houtsprijs.»
De koopman had reeds van dezen -morgen
Vroeg met zijne dennen op de markt gestaanhij
was naar de stad geredeneen heel eind was het
geweest toen het nog donker was, lang voor
het aanbreken van den dag. En nu wildp hij zulk
een prachtboom voor vijftig öre verkoopen
Mijnheer Tobiasson scheen iets te overwegen.
Deelman bleef hem met oogen vol verwachting
aanzien alsof hij zijne gedachten wilde lezen.
Kon men nu wel zeggen dat men eenvoudig
uit nieuwsgierigheid gevraagd had en bedaard
voortwandelen Dat ging onmogelijk I Het ging
niet aan de beleefde uitdrukking op dat ver
weerde gelaat te zien overgaan m teleurstelling
en boosheid.
„Het is eigenlijk te geef,* hernam de man.
„Breng hem dan maar thuis, hier is mijn adres
kaart.»
„En dan krijg ik nog vijf-en-twintig öre voor
het thuisbrengen,* voegde de man er bij.
Mijnheer Tobiasson betaalde hem vijf-en-zeven-
tig öre en ging zijns weegs.
Telefoon No. S9
ADVE 11 TENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
spoedig mogêl^k
van 10 millioen
De BURGEMEESTER der
meente GOUDA;
Gelet óp artikel 28 der Woningwet
artikel 1/
Jrili 1902
Brengt ter algemeene 1
der gemeente v<
gelegd I
prftwerp vati
jzende den
nsty in deze g
by Welktfoji
1 Ujvatfm
t ftedge’
bescbfy^ingiii
plaatsen der
sectié en mnpi
pen perceelep.
Goiida.. dep