WEG
LIEFDE BU HAAT.
ILS,
n ei/ten in
iüOPINQ
♦IK,
‘bouw
Aïewws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
lelefuou 5». 8#
\o. 9086.
otprijzen.
JI>A.
Buitenlandse!) Overzicht
FELILLUIOM.
U7R
hebben,
alveren,
(ploltatle
en
6.
•ca 8000 pond),
in,
)ten,
®5
05
Inzending van Advertentiën tot 1 uur de? midd.
gekomen der Z.-A. S. M., werkt vreeselyk
Wordt vervoeld}
BIL e.k. des
tyd) zal ten
te Voorbnrg
u»' puuiiL,
schuldigd
wezen.
Gebouwen
■e werken,
len Stoom-
SCHOON-
iats hebben op
voormiddags te
lerenlogement”
des namiddags
iarnemelksloot.
IRECTEDR.
>r verschillende
s groote vaart.
GEL Q 150.
i 5
SDSCHAP,
LAIR enz.
jrkoop te be-
L 1903, des
sterfhuize van
iden Weg te
ten overstaan
nden Notaris
LEEVER,
:gen ter visie:
schappij,
lm” te Gouda,
ent, eigenaar
n.
n Ingenieur J.
n, Oostzeedyk
nlichtingen zijn
plaren van het
eningen, tegen
jstwistfel groot
fiOllSCHE COURANT
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nomnjers VIJF CENTEN.
De Nationale lersche Conventie, die Don
derdag te Dublin op het stadhuis is geopend
werd bijgewoond door ongeveer 2500 afge
vaardigden van nationalistische vereenigingen
o.w. vele Roomsche geestelijken. Bij het
bestuur voegde zich op de estrade de onaf
hankelijke Tory T. W. Russell. Van de
sprekers werd William O’Brien het sterkst
toegejuicht, maar ook de voorzitter John
Redmond, de leider der lersche parlementaire
party, en Michael Davitt bleken zeer in de
gnnst te staan.
Aan de redevoering van O’Brien ontleenen
wij nog, dat hij stellig in de aanhangige
landwet voorziening verlangde voor de uit
gezette pachters. Ook zeide hij, dat de
regeling van de landkwestie niet de nationale
kwestie oplgste. Maar 't is mogelijk voegde
hij er aan toe, dat de Home Rule er komen
zal niet door revolutie, maar door evolutie
en met algemeen goedvinden van alle par
tijen in het Vereenigde Koninkrijk. Gelijk
men weet stelde O’Brien het besluit voor
tot aanneming van het wetsontwerp, met
wijzigingen, en tot het verleenen van een
volmacht aan de lersche Parlementsleden.
Een Roomsch geestelijke was de tweede
voorsteller.
De afgevaardigde White stelde daaren
tegen voor het wetsontwerp onvoorwaardelijk
te verwerpen, en een ander geestelijke steunde
hem. Maar de vergadering wilde niet naar
hen luisteren, en slechts een hand werd er
voor het voorstel opgestoken.
Toen diende Davitt zijn voorstel in. Hij
verlangde ook het wetsontwerp in beginsel
aan te nemen, maar hij had nog meer be
zwaren dan er al tegen ingebracht waren.
Hy wilde den verkoop van de landgoederen
verplichtend gesteld hebben, en ook, dat de
arbeiders op elk land een stukje grond zou
den krijgen. En bovendien wilde hy, dat de
conventie geen eindbeslissing nam, maar ver
daagde tot het wetsontwerp in het Lagerhuis
artikelsgewijs behandeld was om dan een
oordeel uit te spreken over de gewijzigde
wet.
Redmond en O’Brien voerden tegen het
voorstel aan, dat het gezag van de Parle
mentsleden by de behandeling van de wet
zou verzwakken. Te midden van toejuichin
gen trok daarop Davitt zijn voorstel in. Na
nog eenige werkzaamheden ging de conventie
uiteen.
Vrijdag stelde Redmond voor, aangezien
zyn bewering, dat de landwet niet met Home
Rule verbonden moest worden in Engeland
misverstaan was als een aankondiging dat
De Temps bevat oen brief van zyn cor
respondent te Johannesburg, waarin bitter
geklaagd wordt over de aldaar onder het
Engelsch bestuur heerschende toestanden.
Chamberlain is gekomen, zegt hy, en Chain
berlain is gegaan maar allesvs bij het oude ge
bleven. Aan Zuid-Afrika, dat door het bezoek
van den minister te binnenste buiten gekeerd
zou worden, is niets veranderd.
Ondertusschen schreeuwen de uitlanders en
de Engelschen het hardst van allen, om een
stelsel van volksvertegenwoordiging hoewel
zy zeer goed weten, dat het hun toch niet
zal worden verleend. De Boeren in de ge
annexeerde landen, houden zich echter volko
men rustig, zy hebben zooveel behoefte aan
rust en stilte om hun hoeven weder op te
bouwen, dat het bun op het oogenblik vrijwel
onverschillig laat of het Milner dan wel de Sul
tan is, die over hen regeert. Wat zij denken,
zeggen zy niet, uit vrees van zich te schaden
by bun tegenwoordige meesters
Te Johannesburg is men ontevreden, dat by
de te Bloemfontein gehouden spoorweg- en
douane-conferenties de Kamer van Koophan
del, noch de „Chamber of Trade” der stad
waren vertegenwoordigd.
Beide lichamen werden eenvoudigweg gene
geerd en naar de conferentie werden alleen
creaturen der regeoring afgevaardigd.
Op die conferentie werd tot den aanleg van
tal van nieuwe spoorweglyncn besloten. Maar,
zegt de correspondent, al die mooie plannen
stuiten af op hetzelfde euvel waaraan ook de
mynen lijdengebrek aan inlandsche werk
krachten.
Hot zal naar hij meent, even moeilijk gaan
arbeiders voor den aanleg van sporen te vin
den als voor den arbeid in de mynen. Wel
licht een wat te pessimistische opvatting,
want de kaffers zyn voor den arbeid boven
den grond beter te vinden dan voor den
ondergrondschen.
De Central South African Railway, vertelt
de briefschrijver verder, die in de plaats is
blijdschap de loftrompet over menschen, die ik wel
had mogen beginnen met wat meer gedetailleerd
aan u voor te stellen.
De generaal met zijne witte haren en zijn grij
zenden baard boezemt onwillekeurig respect in.
Zijn fier en edel gezicht, soms met iets weemoe
digs er in, verkondigt, dat die man gewoon is
geweest te commandeeren, doch zonder hardheid
en doet u denken aan de oudp kruisridders,
waarvan hij ook afstamd en waarvan hij, doch
met wat zachtheid, het ridderlijke type heelt
behouden.
Jammer genoeg, al geeft hij zich ook moeite
om het te verbergen en al klaagt hij nooit, ver
toont zich bij hem dikwijls een uitdrukking van
lijden, en van vermoeienis, zoo men zegt, een
gevolg van de bijna doodelijke verwondingen, die
hij bij Sédan moet hebben opgedaan en die hij
nooit geheel te boven is kunnen komen.
Maar dat heeft hem niet belet om in den krijgs
dienst een goede en vlugge promotie te maken.
Die verwonding is evenwel zooals ik hem
glimlachend zelt heb hooren vertellen zijn
grootst geluk geweest, anders had hij denkelijk
wel nooit de jonge dame leeren kennen, die zijn
levensgezellin is geworden en hom, zooveel als
maar mogelijk ’is, een droevig verleden heelt doen
vergeten.
Voor dood op het slagveld achtergebleven, had
hij het te danken aan een toeval, dat hij werd
opgenomen bij een Fransche familie, die hem huizes ware,
voor ’t scherpziend oog der Pruisen wist te ver- Nooit komt
bergen en hem leed bespaarde om door den vijand blik, die mij
I te worden verpleegd en als krijgsgevangene te teit, dat ik i
7i)
Ja, dat zijn waarlijk gelukkige menschen en die
’t verdienen te zijnhet is een gezin waarin we-
derzijdsche liefde heerscht en het mag werkelijk
een genot heeten om de kalmte en de tevreden
heid te zien, welke bij die menschen, als het
koesterend licht der zon, zooveel warmte en hel
heid verspreiden.
Ik gevoel mij er zeer gelukkig en opgewekt.
Sedert de maand, dal ik bij hen ben, heb ik
nooit anders dan lieve gezichten om mij heen
gezien.
Hunne bloedverwanten o a, een neef van
mijn lieve Alina, die wel niet in ’t zelfde huis
Woont, maar toch bijna dagelijks daar komt, een
jonge man van even in de twintig en hunne
vrienden, niet zoo talrijk, maar blijkbaar ware
vrienden, deelen in den goeden geest, die daar
altijd te vinden is, in het verstandig en dikwijls
ook opgewekt discours en in die atmosfeer van
gezondheid en zedelijkheid, die een scherpe te
genstelling vormt met alles wat ik had gezien bij
die Engelsche familie, bij de Goodwins, aan wie
ik niet kan terugdenken, zonder dat mij een hui
vering overvalt.
Maar ik steek daar in mijn zoo heel nieuwe
tannië genoot, op grond der meest-begunsti-
gingbdausule. Toen dit geweigerd werd legde
Duitschland hoogere rechten op goederen van
Canadeeschen oorsprong. Op grond hiervan
stelde de Minister voor te bepalen, dat zoo
eenig land de Canadeesche producten minder
gunstig behandelde dan de producten van
andere landen, een verhooging der invoer
rechten op goederen, uit dat land afkomstig,
kan worden gelegd, en dat die verhooging
oen derde van het oorspronkelijke tarief be
dragen zal. Die bepaling zal onmiddellyk
worden toegepast op Duitscbe producten.
Het is te begrijpen, dat dit besluit in
Duitschland eenige ontstemming verwekt
heeft. De Voss. Ztg. zegt„De toestand
van den Canadeeschen uitvoerhandel zal door
dezen tarievenoorlog niet verbeteren; het zal
in de toekomst geen centenaar graan meer
naar Duitschland uitvoeren dan thans. De
uitwerking der differentieele behandeling van
Duitsche artikelen zullen wy afwachten. Onze
uitvoeren naar Canada zyn, ondanks de gun
stiger behandeling van Engelsche artikelen
zeer toegqpomende in 1900 ingevoerde
verhooging van 33l 8 percent heeft daarop
geen nadeeligen invloed geoefend. Wy be
hoeven dus niet te vreezen, dat de thans
voorgenomen behandeling ons van de Cana
deesche markt zal verdringen. Wy zullen
de resultaten kalm afwachton.”
V
Nu komen er ook uit een anderen hoek,
dan den bekenden, verdachte berichten
over den toestand in Albanië. Zy strooken
niet met de officieuse Turksche, die volhiel
den, dat alles in orde was en met wat geld
en wat ridderorden bet vechten met de Al-
baneezen vermeden was. De algemeene com
missaris voor Macedonië, Hilmi, heeft mee
zyn best gedaan deze voorstelling te verbrei
den. De berichten van de gezanten te Kon-
stantinopel luidden volgens een Weener
krant eenigszins anders volgens deze hadden
de Albaneezen, wel verre van bevredigd te
zyn, plan op een nieuwen aanval op Mitro-
vitza en op verzoek meer bepaald van de
ambassadeurs van Oostenrijk en Rusland
werd een Turksche ministerraad gehouden
ten einde de Albaneesche zaken nader te
bespreken. In dien Ministerraad zou besloten
zyn generaal Eddin Pacha naar Uskub te
zenden om een eind te maken aan de beroe
ring onder de Albaneezen Door genoemde
stad trokken 22000 man Turksche troepen
op weg naar Prizzend, Mitrovitza en Veriso-
vietch.
Overdreven is waarschijnlijk het bericht,
dat de Turksche commissie te Ipek door de
Albaneezen gevangen wordt gehouden. Ver-
trekking bekleedden ik geloof, dat het slechts aan
mij behoefde te liggen, als ik de nu eenmaal be
staande verhouding vergeten kon, om mij zelf
heel gewoon te beschouwen als de oudere zuster
van mijn lieve leerlinge.
’fis alles zoo mooi, dat mij soms de vrees
komt bekruipen, dat het niet van langen duur
zal zijn.
Voorloopig zijn uw lot en het mijne weer ver
zekerd en later zullen wij wel zien, hoe er dan
gehandeld moet worden.*
Angelina gaf eenige bizonderheden op omtrent
den niaterieelen kant harer positie en eindigde
haar langen brief met eeni.e vriendelijke woorden
van kinderlijke genegenheid, want ondanks het
gevoel van twijfel, indertijd bij haar ontstaan,
ondanks de bittere teleurstellingen, welke haar
moeder haar had doen ondervinden, was het lief
devuur nog niet geheel uitgedoofd in het hart,
dat geschapen scheen te zijn om te beminnen en
zich op te offeren
Angelina had niets overdreven bij haar schets
van ’t geluk, dat er heerschte aan den huiselijken
haard, waar men haar zoo bereid een plaatsje
had ingeruimd.
Na de vernederingen, na de stormen, na de
bezorgdheid en de leitelijke armoede, waarvan zij
sedert haar vertrek uit Engelsch-Indië het slacht
offer was geweest, kwam het haar voor, dat zij
hier een aardsch paiadijs was binnengetreden.
de Ieren Home Rule laten varen, voor den
eiseb van Home Rule nog eens te stellen.
Davitt steunde dat voorstel en het werd met
algemeene stemmen aangenomen-
Daarop werden een aantal besluiten ge
nomen, waarin wijzigingen in het wetsont
werp worden verlangd o.a. ter voorziening
van uitgezette pachters, ter verhooging van
de gift uit de staatskas, ter schrapping van
de grens voor verlaging van de koopsom
gesteldook verlangde de vergadering, dat
de pacht, die de kooper aan den staat ver
schuldigd zou blyven, slechts nominaal zou
slecht. Destijds wierpen de Engelschen niets
dan blaam op de Hollandsche maatschappij.
Alles ging er verkeerd en primitief bij toe.
Maar thans schreeuwen dezelfde lieden, die
vroeger op de Z. A. S. M. afgaven, zich da
gelijks schor om de Engelsche spoorweg-
administratie uit te maken. Ronduit wordt
gezegd, dat deze eerst wel eens by het oude
spoo wegbestuur school had mogen gaan, aleer
zy zyn plaats op de bureaux innam.
De vergissingen, het te laat bezorgen van
goederen, het zoek maken van bestellingen,
komen dagelyks voor en vermenigvuldigen zich
zóó, dat het noodig is geworden een speciaal
reclamatiebureau op te richten, waar niet
minder dan 31 beambten de handen vol werk
hebben om de dagelyks by honderden inko
mende reclamaties te onderzoeken.
De zindelijkheid der straten en over het
algemeen de sanitaire toestanden der stad
laten zeer veel te wenschen over. Ouk zijn
do hospitalen vol zieken, vooral typhuslydws.
Vroeger schold men op den stadsraad, wegens
zyn gebrek aan zorg. Nu zyn de Engelschen
de baas en de toestand blyft al even slecht.
De Canadeesche regeering heeft tot d.en
tarievenoorlog besloten tegen het Duitsche
Ryk. By het indienen van de begrooting door
den minister van financiën, Fielding, deelde
deze mede, dat hy voor het loopende jaar op
een batig saldo rekende van 13,350,000 dol
lars, waarmede een deel der openbare schuld
zou worden afgelost en de kapitaal uitgaven
zouden worden bestreden.
By de bespreking van de onderdeden der
begrooting zeide 'de minister dat fiy met het
ojg op den toestand geen algeheele herziening
van de invoerrechten zou voorstellen; by wilde
slechts twee zaken doen uitkomen. Eerstens,
dat Engeland nog geen maatregelen genomen
heeft naar aanleiding van het Canadeesche
aanbod om de invoerrechten voor Engelsche
producten nog meer te verlagen, indien En-
gdand ook aan Canadeesche producten een
verminderd tarief toestond. Het uitstel in
het Engelsche antwoord werd voor een deel
toegeschreven aan de afwezigheid van Cham
berlain. Maar, zeide de minister, zoo Enge
land het Canadeesche voorstel niet aanneemt,
kan het zich er niet over beklagen dat Ca
nada het aanbod wijzigt of geheel terugneemt.
Het tweede belangrijke punt in de rede
voering van den minister betrof de handels-
betrekkingen tusschen Duitschland en Canada.
Canada was bereid aan Duitschland alles toe
te staan wat het aan alle volken toestaat
Dnjtschland was daarmede niet tevreden en
ejschte dezelfde behandeling dis Groot-Brit-
worden behandeld.
In dat gezin bevond zich eene dochter, me-
jonkvrouw Octnvie Bérawe, even goed als bemin
nelijk, even verstandig als vol toewijding.
Zij werd hem eene lieve ziekenverpleegster.
Weldra beminden zij elkander De baron du
Haussey, een weduwnaar zijn eerste vrouw
met wie hij voor den oorlog te Rome was gehuwd,
was tijdens den oorlog gestorven hertrouwde,
toen de vrede gesloten was, met haar, aan wier
liefderijke zorgen hij wellicht het behoud van zijn
leven had te danken
Als men haar kent, zelfs als men haar ziet,
begrijpt men wel, dat zij juist een man als den
baron de grootste liefde moest inboezemen, dan
gevoelt men. dat de generaal uit den grond van
zijn hart verklaren kan, dat hij door die vrouw
het grootste geluk zijns levens gevonden heeft.
Hun dochter, freule Aline, een weinig teer, een
weinig slank, wat al te blond en wat al te bleek
doet u denken aan een vogeltje uit de warme
streken, dat onder den Parijschen hemel is over
gebracht.
Wat mij persoonlijk aangaat, ik kan u zeggen,
dat mijn leven op ’t kasteel des Trois-Chênes (des
drie eiken) zoo kalm, zoo zacht en zoo gelukkig
is, als ik maar met mogelijkheid had kunnen
wenschen.
Iedereen schijnt mij genegen te zijn en ik word
hier behandeld, alsof ik de oudste dochter des
huizes ware.
Nooit komt er een woord, een beweging of een
-_J zou kunnen doen danken aan het
teit, dat ik in dit gezin een ondergeschikte be-
Telefoon Xo. 6?
ADVERTENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.