N
'ERE
TS.
Gouda.
Awwtcs- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Zaterdag 35 Juli 1903.
No. 9166.
43ste Jaargang.
Bulteiilaiidsch Overzicht.
gdheden
■aarzenmagazijn
30.
LOOM.
Magazijn
ster'
iden
ÏISERS
sproeiers
tlijl
Ballons.
adtrbgiva
■old bekend on
in middel tegen
ag-, Lever
enz. Inwendig
rendig in bijna
iet goed gevolg
rijs fier flacon
1.15.
nd«rza.lf
KE/VÏWSGEF/NG.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur der midd.
kregen aanslui-
Verspreidt* Berichten.
u. Gouda
ud gratis.
het Ryks Inter-
jaar voor per-
an K. M. 1,
lage prijzen
Kleiwegsteeg.
23 Juli 1903.
De Burgemeester voornoemd,
J M. NOOTHOVEN VAN GOOR. L. B.
rleiding.
Telefn. 117.
fdllIDSCHE COURANT
iten werk.
•ost f 1.60.
land:
in 8 Amsterdam'
eSchntienapotheke
th, Oeaterreich
irail-Üepót Sandtr
n verkrijgbaar
DE VISCH-
Telrfoon W». 88
A D V ERTENTIEN worden geplaatst van
15 regels d 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
leeslrtacht
il elke pijnlyko
rbodig. Met
r ongeneeslijk
s een bijna 32
igt geneaing en
ntstokingen enz
Telefoon M3-
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Jiommers VIJF CENTEN,
moet worden, zal de Regeering het hare
doen. En men vraagt zich af, waarom
Het geld is toch beschikbaar. Een ongun-
stigen indruk maakt ook een beroep van
staatswege op de openbare liefdadigheid,
vooral waar deze oproep ook gelden vraagt
voor desinfectie. Het is toch aan den Staat
om het ontstaan van epidemiën te voor
komen
En waarom, vraagt het „Berl. Tagebl.”
is de minister van landbouw, Von Podbielski,
niet met zyn collega van binnenlandsche
zaken meegegaan naar de geteisterde streek,
om een onderzoek in te stellen?
Reuter deelde reeds telegraphisch mede
dat de voorzitter van de Hongaarsche Ka
mer Apponyi een rede hield, waarin hy zyn
steun toezegde aan den minister-president
Khün Hedervary.
In den aanvang van zyn rede betoogde
hy dat hy lang weerstand had geboden,aan
zyn lust om zyn standpunt uiteen te zetten.
Dit toch is voor een Kamervoorzitter iets
vreemds en buitengewoons. Doch hy
mocht hetz voorzitterschap thans niet opge
ven, en hy moest spreken, als patriot tot
patriotten. Allereerst dan zou hy den mi
nister-president steunen, op grond van het
door dezen uitgesproken program. Hy keurt
den weg goed door Khün Hedervary, een
der verdienstelijke Hongaarsche staatslieden
ingeslagen om uit de tegenwoordige politieke
verwarringen te geraken.
Hy wees de beschuldigingen tegen hem
uitgebracht, als zou hy niet meer de leider
der oppositie zyn, ver van zich af. De na
tionale eischen op het punt van het leger-
vraagstuk bleef hy trouw. Wanneer in het
nieuwe ontwerp op de leger-hervormingen
niet rekening gehouden werd met zyn be
kende denkbeelden, dan zon by zich er tegen
verklaren.
Een verhooging van het recruten-contingent
binnen de grenzen der financieele draagkracht
achtte hy noodzakeljjk. Een vastelling van
het vredes-contingent was zeer gewenscht.
Ik acht het een onafwendbaren eisch dat
by de Hongaarsche regimenten het Hon-
gaarsch gebruikt moet worden als dienst
en commandotaal, een eisch die vroeger of
later ingewilligd moet worden. (Luide toe
juichingen van alle zyden.) Ik verlang do
inwilliging niet dadelyk, omdat dit te groote
moeilijkheden zou meebrengen. Doch de vorst
ik ben er van overtuigd, zal geen hindernis
in den weg leggen, zoodra het geheele volk
zyn wil kenbaar maakt.” (Overal stormach
tige toejuichingen) Met groote bezorgdheid
beschouwde hy de gevoerde oppositie en
obstructie. Hy verklaarde het voor onbillijk
en onrechtvaardig, om de oplossing der mi
litaire quaestie niet te willen verdagen tot
na de behandeling van het wetsontwerp op
den weerplicht.
In de verhouding tusschen kroon en volk
moet het prestige van de natie niet tekort
gedaan worden, doch in dit geval is bet
onrechtvaardig om een ultimatum te stellen,
daar èn kroon, èn regeering nooit bereid
williger waren om te gemoet te komen aan
de wenschen der bevolking.
Frankrijk.
Een aantal officieren uit het oosten des
lands (drie kolonels, drie luitenants-kolo-
nel en tal van andere officieren) moeten
by den minister van oorlog hun ontslag
ingediend hebben, in verband met de jongste
bevorderingen.
Duitschland.
Omdat hy in een vergadering met betrek
king tot de klachten der boeren over toe
wijzing van leverantiën aan tnsschenperso-
nen, een toespeling had gemaakt op bevoor
rechting dier tusschenpersonen A raison van
de eerste absolutie. Het lyk werd opgewacht
door al de leden van het kapittel van het
Vatikaan, die kaarsen droegen. De basiliek
die gesloten was, werd verlicht met elec-
trisch licht. De stoet schreed voort tot aan
het hoogaltaar waarvoor het lyk wordt neer
gezet op een katafalk, terwyl de zangers
van de Juliaansche kapel de gebeden aan
hieven. De familie Pecci schaarde zich aan
een kant van het altaar, de kardinalen aan
den anderen; achter hen de verdere clerus
en de hooge waardigheidsbekleeders. Mgr.
Ceppelelli gaf de tweede absolutie. Vervol
gens trokken de kardinalen zich terug en
ging het kapittel de sacristie weer binnen,
terwyl het lyk, omringd door edelen en
Zwitsers van de garde, en gevolgd door de
waardigheidsbekleeders, overgebracht werd
naar de sakrament. kapel, waar het werd
neergelegd op een praalbed, met zes kaarsen
er omheen.
Het lyk werd vlak voor het hek geplaatst
en zoodanig dat de voeten door de tralies
steken, opdat de geloovigen ze kunnen kus
sen. Heden wordt het publiek toegelaten.
Toen het lyk de basiliek werd binnenge-
Wracht begonnen de doodsklokken te luiden
en bleven dit doen tot de plechtigheid om
kwart over negenen af was goloopen.
Op het St. Pietersplein was een vry tal
rijke menigte tydens de plechtigheid.
In de St. Vincentskerk zijn intusschen de
ingewanden bygezet, rechts van het hoog
altaar.
Men zal er een inscriptie in marmer plaat
sen met den naam van Leo, den dag van
zyn geboorte, van zjjn verheffing tot paus
en van zyn dood.
Tydens de plechtigheid is kardinaal Oreglia
door de warmte ongesteld geworden en naar
huis moeten gaan.
Sedert gisterenochtend half zes is het lyk
van den Paus voor het volk tentoongesteld.
Alles gaat ordelyk toe.
Een belangrijke beslissing ten aanzien
van het fiscale vraagstuk is Dinsdag te
Manchester gevallen, waar de conferentie
der weefnijverheid heeft plaats gehad. Lan
cashire is ook in deze kwestie vooraan ge
weest om zich uit te spreken en het heeft
zich onvoorwaardelyk tegen elke belasting
vanlf grondstoffen of- voedsel verklaard met
de bijvoeging dat het de door Chamberlain
voorgestelde nieuwe fiscale politiek tot het
uiterste zal bestryden.
De texielindustrie is een der grootste in
Engeland en waar in deze zaak bovendien
patroons en werklieden schouder aan schou
der blijken te staan kan bet wel niet anders
of de vrjjhandelaren zullen met nieuwen
moed bezield worden.
De berichten, die in den laatsten tyd door
de Engelsche pers uit het verre Oosten wor
den verspreid, zien er waarlijk ernstig uit.
Men heeft slechts het Pekingsche telegram
te lezen, gisteren uit Londeri geseind
y, Japan zond een aantal vragen naar Peters
burg, welker beantwoording onmiddellyk zou
beslissen over vrede of oorlog tusschen Japan
en Rusland”.
Dat heeft, van verre gezien, en aldus voor
gesteld, alle schyn van een ultimatum van
Japan aan Rusland. In een tweede bericht
aan eenige Londensche ochtendbladea, dit
maal uit Odessa, maakt al een even krygs-
zuchtigen indruk„128,000 man troepen
worden gemobiliseerd in Midden- en Noord-
Rusland om zoo noodig naar het Verre
Oosten te vertrekken”.
Zal het oorlog worden tusschen de twee
felste tegenstanders in de Oostersche quaes
tie? Het beantwoorden van zulk een vraag
is even moeielyk, als het stemming maken
gemakkelyk is. Dat de toestand dreigend is
wist men reeds langer dan gisteren, en dat
Engeland stemming maakt en zyn gelen bond
genoot gebruikt om, als het wil, de kastan
jes uit het vuur te halen, wist men misschien
nog langer
Tegeljjk verneemt men, dat na terngkeer
van den Russischen minister van oorlog,
generaal Koeropatkine, van zyn reis in het
Verre Oosten, de Mandsjoerysche en andere
qüaesties, die de Russische belangen in China
raken, uitvoerig behandeld zullen worden in
een buitengewone zitting van den Kroonraad,
onder voorzitterschap van groothertog Michael
Nikolaiewitsj en in tegenwoordigheid van den
Tsaar, terwyl de adviseerende Militaire Raad
tevens een rapport zal overleggen over den
toestand in het Oosten en de eventueel te
nemen maatregelen.
Tot zoolang kan men dus allicht verwach
ten, dat voor de Mandsjoerysche en Koreaan-
sche quaestie het zwaard nog wel niet ge
trokken zal worden, en al bereidt Rusland
zieh door mobilisatie van zyn troepen op
mogelyke gebeurtenissen voor, toch heeft men
rekening te houden met een mededeeling van
den correspondent van de Standard te Odessa,
dat er in welingelichte kringen juist van de
bijeenkomst van den Kroonraad een vrede
lievende regeling van de Oostersche quaestie
worde verwacht.
Van een vredelievende houding legt tevens
getuigenis af het openstellen van verschil
lende Mandsjoerysche steden voor den bui-
tenlandschen handel, al laat Rusland geen
vreemden nederzettingen in die steden toe;
ook Moekden en Yatoeng-Kon zullen voor den
wereldhandel geopend worden.
Maar dit is niet de eenige twistappel, die
in het verre Oosten ligt.
In het Lagerhuis deelde lord Cranborne,
vice-minister van bnitenlandsche zaken, mede
dat met Rusland nog van gedachten wordt
gewisseld over Afghanistan.
Tegenover velen die by de beraadslagingen
over de begrooting van bnitenlandsche zaken
de houding van de Regeering tegenover
Duitschland critiseerden, merkte lord Cran
borne op dat zoodra Duitschland maar wilde
erkennen dat Engelands fiscale betrekkingen
met zyn koloniën een binnenlandsche aange
legenheid zyn. de houding van de Britsche
Regeering by de onderhandelingen over een
handelsverdrag met Duitschland zoo verzoe
nend zal worden als de warmste vrienden
van Duitschland maar kunnen verlangen.
Minister Chamberlain wees er op dat de
Regeering eerst na vier jaren van stilzwijgen
tengevolge van een bedreiging van Duitsch
land optrad in zake het Canadeesche tarief:
„Wy hebben duidelijk gemaakt dat wy deze
aangelegenheid niet zullen laten voortgaan,
zonder al het mogelyke te hebben gedaan
om er een eind aan te maken. Het doet my
genoegen te weten dat onze verklaringen,
waarmede het grootste deel van het Britsche
volk instemt, reeds iets hebben uitgewerkt.
Men heeft ons thans verzocht te onderhan
delen over een punt, dat waarschijnlijk tot
meer verdedigende resultaten zal leiden dan
tot dusver”.
In den verderen loop van het debat merkte
lord Camborne ten opzichte van Mantsjoerye
op„Indien Rusland bereid is ten volle
recht te doen wedervaren aan onze verdrags
rechten en onze handelsbelangen, zou het ons
niet onverzoenlyk vinden staan tegenover
het Mantsjoeryschc verdrag.”
De Duitsche bladen, zelfs de conservatieve
regeeringsorganen, vallen het Pruisische mi
nisterie scherp aan, naar aanleiding van zyn
houding tegenover de door den watersnood
in Silezië getroffenen. En volgens het „Berl.
Tagebl.” volkomen terecht. „Want, zoo
schryft dit blad, hoe gerechtvaardigd ook
het vertrouwen op de hulpvaardigheid en
offervaardigheid van het volk moge zyn, het
was Regeeringsplicht dadelyk geldelyk te
helpen, en niet den eersten steun over te
laten aan particuliere liefdadigheid. Later
eerst, als de officieele rapporten uitgebracht
zyn, als nitgemaakt is hoe het geld verdeeld
Om acht uur is Woensdag het lyk van den
Paus naar St. Pieter gedragen. Alle zalen,
gangen en trappen van het Vaticaan, waar
de rouwstoet langs moest gaan, waren met
kaarsen verlicht. In de Sala ducale en de
Sala regia had men eenige honderden per
sonen toegelaten, voorzien van bizondere,
door den majordomus afgegeven toegangs
kaarten. De mannen waren in rok gekleed
de dames in het zwart met zwarten sluio#.
De eerbewijzen werden in deze zalen ge
geven door de pauselyke gendarmes en de
paleiswacht. Deze laatste was in twee ryen
geschaard en vormde een haag langs den
getyïelen stoet. Het langzame, gecadanseerde
gezang van de personen die deel uitmaakten
van den stoet, kondigde van verre zyn komst
aan en verwekte een levendig vertoon van
nieuwsgierigheid en aandoening. De stoet
kwam om 8 20 aan don ingang der Sala
ducale. Hy werd voorafgegaan en begeleid
door Zwitsersche gardes. Aan het hoofd van
den stoet liepen de pauselyke stalknechten,
gekleed in hun kostuum van rood damast
en dragende brandende toortsen. Vervolgens
kwamen de poenitentiarissen van de basiliek
van het Vaticaan, de sacristein en de onder-
sacristein der apostolische paleizen, allen in
koorhemd en stool met brandende kaarsen.
Vervolgens kwam het doodsbed met het lyk
gedragen door de draagstoeldragers en om
ringd door leden van de adelwacht en door
officieren van de pauselyke lyfwacht met
brandende fakkels. Onmiddellyk na het
doodsbed kwamen de familie Pecci, de kar
dinalen twee aan twee naar rangorde van
anciënniteit. Eerst Oreglia en Vannutelli,
de een deken en de ander onder-deken van
het Heilig College. Alle kardinalen waren
gekleed in paarse kleeren ten teeken van
rouw. Iedere kardinaal werd gevolgd door
zyn secretaris, die een brandenden fakkel
droeg. De adelwacht en de Zwitsersche lijf
wacht vormden de eerewacht van het Heilig
College. Na het Heilig College kwamen de
major-domus, de opper-kamerheer, de geheime
kamerheeren, de assistenten van den Heiligen
Stoel, de maarschalk van het Conclave en
het corps diplomatique in galakostuum. Een
peleton Zwitsersche lijfwachten en pauselyke
gendarmes sloot de stoet, waarachter liepen
de huisbedienden van den overleden Paus en
het personeel van het Apostolisch paleis,
gebeden opzeggende. De paleiswacht pre
senteerde het geweer by het voorbydragen
van het lyk en het Heilig College. Alle per
sonen in den stoet, met name de kardinalen
en de pauselyke hofdignitarissen, die het
bizonder vertrouwen van den overledene ge
noten, waren zichtbaar bewogen. Een groot
aantal weende.
Nadat de stoet de Sala ducale en de Sala
regia langzaam voortschrijdende was door
getrokken, daalde hy de trap af, die naar
de kapel van het H. Sacrament in de basi
liek van het Vaticaan geleidt, waar hy om
8.45 aankwam. Hy trok binnen door de
hoofddeur. Het was een roerend en grootsch
schouwspel. Aan de deur gaf mgr. Pericoli
De BURGEMEESTER van GOUDA brengt
bij deze ter kennis van de belanghebbenden, dat
door den Heer Directeur der Directe Belastingen
enz te Rotterdam op den 21e Juli 1903
executoir is verklaard
Het Kohier no. 2 van de belasting op be
drijf,- en andere inkomsten over 1903/1904.
Dat voormeld Kohier ter invordering is ge
stold in handen van den Heer Ontvanger, dat
ieder, die daarop voorkomt, verplicht is zijnen
aanslag op den bij de Wet bepaalden voet te vol
doen en dat heden ingaat de termijn van zes
weken binnen welke de reclames behooren te
worden ingediend.
Gouda, d n