TEEL HET MEDAILLON. onia. Nieuws- en Advertentieblad vQor Gouda en Omstreken, ihels, 49ste Jaargang. Zaterdag 93 Januari 1904. No. 9318. r Buitenlandse!) Overzicht. SONEN. OS, J 1 W' ’lijders dan Odol b middel *n tanden. tflacons. A lElILLlilüb. SE5 igen aanslui- Inzending van Advertentiën tot 1 uur <l« s mid.l. XVI. MAN Zn Wordt vervolgd.) gratis. t R^ks Inter irkelyke hulp efkaart worlt ezonden door iwnmel. verkrijgbaar )E VISCH- 4 Over de geheele aarde verspreid. ar voor per il. M. 1, - Ik te letten {Naar het Fransch.') imMWOi, r.— I (pretoor, I tn« «UI. I itiondcr I t swan* I i, D.niei I i. Vor- I eiion in I intcriln, I Im lotto I komork. I nbom. I Teletooii Ao. S9. De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. fiOUDSCHE tOIRIVr De vredelievende gezindheid van den Tsaar, 7yn woorden by de nieuwjaarsreceptie in het Winterpaleis, en de aandrang der Europee- sc|ie mogendheden hebben hun invloed niet gemist. Gisteren was het alom „pais en vree” volgens de berichten. Niet alleen van Rus sische zijde. Ook uit Japan wordt gemeld, dat de vrees voor oorlog geweken is, en dat men den vrede voor langen tijd verzekerd acht En de gouverneur-generaal van Oost-Azië admiraal Alexejef, die als de meest oorlogs zuchtige aller Russen werd voorgesteld, heeft zijn meening uitgesproken, luidendedat thans een oorlog verderfelijk voor Rusland zijn zou. Hij meende dat door een diplo matieke oplossing thans niets verloren zal zijn, daar Rusland èn door zijn geographische ligging èn door zijn militaire macht ten slotte toch doen kan wat het wil. Maar op De hertog van Devonshire heeft Dinsdag te Liverpool een redevoering gehouden, waarin hij wees op het gevaar, dat besloten ligt in Chamberlain’s tarief commissie. Wan neer deze commissie, welke zeer krachtig georganiseerde industrieën vertegenwoordigt, het eens mocht worden over een algemeen het vermogen, meer, het geheele fortuin, dat men hem, goed beschouwd, ontstolen had Hij vertoefde niet langer dan het noodig was in den omtrek van Kermor en keerde naar Parijs terug, waar hij het doen en laten van zijn broeder ging bespieden. Weldra had hij opgemerkt, dat Julien bij voor keur in de Tuilerieën wandelde. Daar soo berekende hij zou hij zijn slag moeten slaan. Hij zou gebruik maken van de zonderlinge ge lijkenis, die hij met zijn tweelingbroeder had om het kind te misleiden. Hij zorgde voor kleeding, welke geheel overeen kwam met die zijns broedershij liet haar en baard knippen, zooals Julien die droeg, en beging den roof, dien wij hebben vermeld. Het gelukte hem, den kleine bij de hand mede te nemen, zon der iemands aandacht op te wekken en zonder dat André vermoedde, dat het iemand anders dan zijn vader kon zijn, die hein huiswaarts wilde geleiden. Hij had den knaap in een rijtuig mede genomen en hem vervolgens in zijn woning aan de passage des Thermopyles gebracht. Men weet nu welk plan bij het stelen van het kind de booswicht in het hoofd had en hoe dat plan, gedeeltelijk door de omstandigheden zelve, was gewijzigd geworden. Bij ’t gesprek tusschen hem en zijn broeder, had Jean de Kermor -heviger dan ooit zijn ouden haat voelen ontbranden, maar de daad van ruw geweld, waartoe hij zich door zijn drift had laten ver voeren, had zijn plannen veeleer bevoor- dan benadeeld. Nu Julien dood en het kind uit den weg ge- tarief, dan zou zy in staat wezen een zwaren druk ten gunste van haar voorstellen te oefenen, terwyl de consument in het alge meen en de minder krachtig georganiseerde industrieën aan het korstste eind zouden trekken. Daarom stelde hij voor een tegen enquête te houden door degenen, die d<or vrijen invoer bevoordeeld worden. Hoewel hij niet zoo vast als de premier geloofde in de doelmatigheid van wederver gelding, gevoelde hij zich, meer dan vroeger geneigd er het doel van te beamen, dat in volkomen tegenstelling was met dö gevaar lijke en kwaadaardige politiek van protectie en «differontieelu rechten. Gemnkkelyk was het niet uit te maken welke Balfour’s ver houding tot Chamberlain’s voorstellen eigen lijk was, maar de hertog kon Balfour’s optreden ten opzichte van candidate», die zich voor Chamberlain’s politiek hadden uitgesproken, moeilijk in overeenstemming brengen met do eigen zwaarwichtige woor den van den premier. Mocht by de verkiezingen op denzelfden weg worden voortgegaan, dan zou de Unio nistische party ZIC*1 binden aan oen politiek, welke Balfour als gevaarlek beschouwt en de premier zelf zou hebben uit te maken welken weg hy wil inslaan die politiek de zjjne te maken of de plaats te ruimen voor Cham berlain. Ten slotte stelde de hertog protectie tegen over vrijhandel en zeide, dat waar vroeger de populaire struikroover der legende, Robin Hood, ran de rijken heette te nemen om aan de armen te geven, protectie er naar streefde de armen te belasten, om de rijken te be- voordeelen. Het was de dag der groote tentoonstellingen in de »Bon Marché» Reusachtige aanplakbiljetten op alle hoeken van Parijs, reeds acht dagen lang ge plaatst, hadden een* tal van menschen naar de rijk voorziene magazijnen gelokt. De étalages, beschenen door een heldere Sep tember zon prijkten, verleidelijker dan ooit in de ruime winkelkasten. Twee eindeloos lange rijen rijtuigen stonden voor de magazijnen en verder op te wachten. orden nfgeli- akjes van vij- een Ned. ona Nommer er. nevenstaand iV et gedepo ring van ge lende JL, lART Lz. De opheffing der staking te Krimmitschau. Het Berliner Tageblatt publiceert het vol gende telegram van een particulieren cor respondent te Dresden „Het plotselinge eind van den strijd is in de eerste plaats het gevolg geweest van de sterke toeneming der „arbeidswilligen” onder de stakers, maar in de tweede plaats ook van het feit, dat het ondersteuningsfonds vol strekt niet toereikend was om, zooals de sociaal-democratische pers beweerde, tot einde Februari met de uitkeeiingen te kun nen voortgaan. Reeds een dag of 10 geleden werd door de autoriteiten te Krimmitschauer den fabrikanten de raad gegeven, zoo ver zoenend mogelijk op te treden en zoodoende de bestaande verbittering te verzachten. Hier heerscht do opvatting, dat do sociaal democraten, trots de nederlaag, ten slotte voordeel zuilen hebben van de staking.” De „Associated Press” publiceert een tele gram uit Tokio, waarin verklaard wordt, dat daar de eenvoudige aanneming door Rusland der Japansche voor waarden niet als voldoende wordt beschouwd Japan zal zonder eenigen twijfel aandringen op een bepaald plan van actie en op vermindering der Russische vloot in de Japansche wateren. De Regeering die de mogelijke noodzakelijkheid, om op Korea tusschenbeide te komen, overweegt, aarzelt in verband met de moeilijkheid van den toestand. Wij vernemen uit hoog diplomatieke bron dat de kans op een vreedzame oplossing van de crisis in het Verre Oosten belangrijk ver beterd is. De Russische vredesparty hneft aanmerkelijk aan invloed gewonnen doordat eenige invloedrijke Russische ministers met aandrang hebben gewezen op de omstandig heid dat Rusland niet gereed is voor een oorlog. D 'arom zal Raslands antwoord aan .Japan gevat zijn in een verzoenenden geest. Rusland is bereid de autonomie en de inte griteit van Korea te erkennen en schuift daardoor de Koreaansche quaestie van de baan. Verder wil Rusland in een nota aan de mogendheden de Chiueesche souvereiniteit in Mantsjoerije en de integriteit van deze provincie erkennen. Japan verlangt echter dit laatste beginsel zal worden vastgelegd in een afzonderlijke overeenkomst tusschen Rusland en Japan. De zaak draait nu om de vraag of Rusland aan dezen wensch zal voldoen dan wel Japan zijn verlangen zal wijzigen. wist hij, wat hij weten wilde. Hij wist, dat zijn broeder naar Parijs was gegaan, dat hij daar met zijn zoontje eenige tijd zou blijven in het Hotel des Ambassadeurs en dan voor onbepaalden tijd met hem op reis zou gaan, tot afleiding van het' kind en tot leniging van eigen smart. Men had hem bevestigd, wat hij reeds van de herbergier ster had gehoord, dat het vermogen van Julien zeker zes mi)Jioen moest bedragen en hij had bij die verhalen zijn haat en zijn naijver voortdurend voelen aangroeien. Was hij, de oudste van het broederpaar, niet schandelijk miskend Julien had in weelde gebaad, terwijl bij honger had geleden; de zoon van Julien ging een schitterende toekomst tegemoet, terwijl hij niet kon zeggen, waarvan hij binnen enkele weken zou moeten leven Als een paria der samenleving had hij in Amerika rond gezworven en zijn toevlucht moeten nemen tot allerlei baantjes, zoo niet tot schelmstukken, ten einde zijn bestaan te kunnen rekken. Was dat billijk Neen, waarachtig niet I Hij was de oudste, het recht moest zegevieren en gaarne was hij bereid het recht of wat hij beschouwde als het recht de behulpzame hand te bieden. Het was een helsch, een gewetenloos plan, dat hem door het hoofd ging. Zijn broeder, Julien, kende op aarde slechts een enkele liefde meer, die voor zijn kind. Iedereen was het hierover eens, dat hij den knaap aanbad. Dat kind, hij Jean de Kermor hij zou ’t hem ontstelen, en als hij het in zijn bezit had, wel bewaakt, dan zou hij naar Julien toegaan en hem zijn voorwaarden stellen. Welke voorwaarden O, dat was een zaak van later zorg. De helft van ruimd was, mocht de dubbele moordenaar zichzelf reeds beschouwen als de aangewezen erfgenaam van zijns broeders fortuin. Hij had slechts naar Amerika te gaan en daar bedaard, te New-York in het door hem zelf aangegeven adres, de oproe ping af te wachten van den Parijschen notaris, ten einde bezit te nemen van alles wat zijn broe der had nagelaten. Ditmaal was de fortuin dank zij zijn eigen krachtdadige medewerking hem wel degelijk gunstig geweest, en hij zou wellicht nog geéerd en b’mind zijn gestorven, zoo de voorzienigheid niet had gewaakt over het lieve kind, dat hij van alles had beroofd en het niet in handen had laten vallen van den kranigen kerel, met wien wij onze lezers hebben in kennis gesteld. Al bleef ze lang uit, do straf van den booswicht zou niettemin verschrikkelijk zijn. De interpellatie van den heer Haase in den Duilschen Rijksdag en het antwoord van baron Von Richthofen beeft doen zien welke zonderlinge toestanden in het Dnitsche Rijk heerschen. Uit de interpellatie bleek, dat de Dnitsche Regeering toestaat aan Russische geheime politie-agenten om in Duitschland toezicht te houden op Russische en Dnitsche onder danen. En de Dnitsche minister van buitenland- sche zaken heeft dit erkend, en pogen te verdedigen met de opmerkingdat de Prui sische ng ering aan Rusland vergunning had gegeven, zich op de hoogte te houden van het doen en laten van Russische anar chisten in Duitschland. „Wy betreuren het” zegt de „Voss. Zig.” dat de Dnitsche minister zulk een zwak antwoord gaf, en wy betreuren het nog meer dat hy geen beter antwoord kon geven. In geen enkelen anderen Staat zou dat mogelyk geweest zijn. Het komt voor, dat men aan vreemde geheime politie-agenten toestaat, als zy zich behoorlijk gelegitimeerd hebben om het spoor van een misdadiger te volgen maar dat kan alleen geschieden voor een bepaalden misdadiger, en als gevolg van een bepaald vergryp tegen het gemeene recht. Geen Staat zal echter ooit toelaten, dat vreemde politie-agenten een volmacht krijgen om een geheele klasse van staatkundige vluchtelingen te bewaken een Staat die dat doet geeft een deel v,an zijn gezag uit han den. Wanneer werkelyk„de klasee, die hier bedoeld wordt, misdadige bedoelingen heeft, dan is signaleeren ervan door de eene mo gendheid aan de andere voldoende. De Staat heeft het recht en den plicht in dat geval maatregelen te nemen, ter bewaking of beveiliging, maar mag het recht en dien plicht niet overlaten aan vreemdelingen over wie geen gezag noch controle kan worden pitgeoefend. Of moeten de eigen politie beambten weder de vreemde bewaken Feitelijk hebben Russische politie-agenten in Duitschland het recht om Russische on derdanen na te gaan, en van dat recht heb ben zy een ruim gebruik gemaakt. dit oogenblik is Rusland voor den stryd niet voorbereid. Hoelang de tyd dus zyn zal, waarvan bet Japansche bericht spreekt, is niet te be palen. Wellicht wordt een regeling ge troffen die voorgoed aan het geschil een einde maakt. Doch zeker schijnt het, dat voorioopig de vrede niet verstoord zal worden. ie II npen. NS. I, in onfc in Telefoon No. S9 A D V E H T E N TI EN worden gepliatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naai «plaatsruimte. Terwyl in Duitschland de quaestie van de bewakjng door vreemde politie-spionnen aan de orde werd gesteld, houdt Frankrijk zich bezig met de quaestie der uitzetting van een geestelijke uit den Elsass. De interpellatie over de zaak Delsor is verleden week uit- gesteld, en zal heden plaats hebben. Wy zullen dan wel hooren, wat de min pter C ‘ro bes tot zyn verdediging en die van den pre feet Humbert heeft in te brengen. Inmid dels is het wel van belang eens na te gaan, wat de Fransche pers zegt over het recht van uitwyzing. De Republikeinsche bladen zijn van verschillende meening. Enkele willen dit recht handhaven, anderen willen het heelemaal afschaften, oen derde groep wil het wettelyk regelen. Tot deze laatste behoort de „Petit Parisien”, het orgaan van den oud minister en senator Jean Dupuy, die een i‘egeling van bet recht van uitwijzing op grond der moderne democratische rechts opvatting wenscht. Hy noemt de thans be staande wet, die uit het jaar 1849 stamt, slecht en hard. Want volgens die wet kan du minister van binncn'andsche zaken by maatregel van politie iederen buitenlander die in Frankryk reist of woont, onmiddellyk doen gélasten het Fransche gebied te ver laten, en hem zelfs over (je grenzen laten zetteh. Zelfs vreemdelingen, die het recht van domicilie in Frankrijk verkregen, zyn daaraan blootgesteld. In de grensdistricten zijn het de prefecten, die dit recht kunnen uitoefenen tegenover vreemdelingen die niet in hun departement wonen, mits de prefecten daarvan onmiddellyk kennis geven aan den minister van binnenlandscbe zaken. De „Petit Parisien” wil wijziging van deze bepalingen in dien geest, dat de uitwyzing slechts geschieden kan door een rechtbank, die den uitgewezene ondervraagt, liem toe laat zich te verdedigen, en de redenen waar om de uitwyzing noodig zou zyn onderzoekt. Zoodoende zon de uitwyzing niet langer een daad van ambtenaarswillekeur, maar de vol trekking van een rechtelyk vonnis zyn. De uitwijzing zou niet langer geschieden als politie-maatregel, maar „in naam van het Fransche volk”. Jean Dupuy zal waarschijn lijk van zyn positie als senator gebruik ma ken om een wetsvoorstel in dien geest in te dienen. 29) Jean zette voor de tweede maal groote oogen op. Is de gravin overleden •Nu veertien dagen geleden Wist ge dat niet eens Juist daarom is de graaf afwezigHet verdriet heeft hem als ’t ware het kasteel doen ontvluchten.» »En heeft hij zijn zoontje meegenomen?» •NatuurlijkHij zou niet graag dat kind aan de bedienden overlaten.» »En zeg eens, heeft hij nog meer kinderen •Neen, alleen dien lieven jongen I» •Nu. dan hebt ge wel gelijk met te zeggen, dat die zoon een schitterende toekomst tegemoet gaat,* zeide Jean de Kermor met een glimlach op de lippen, doch met een hart vol bitterheid en jaloezie. Hier brak hij het gesprek af, daar hij ’t wel wat gevaarlijk achtte om de spraakzame vrouw uog langer te ondervragen. Hij gebruikte, zonder verder i-ts te zeggen, wat men voor hem had toebereid, en begaf zich vroegtijdig naar zijn slaapkamer. Den volgenden dag wandelde hij langzaam naar de richting van het kasteel en binnen enkele uren 8

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1904 | | pagina 1