ELK
het medaillon.
rs.
G.
per,
STELLINC
ch
r
K
am,
tot
>g op
■Ik te
4?
i 1904.
42ste Jaargang,
?bben.
Htilienhndseli (herzk'hl.
er
i*l>ruari,
van
Dag
l Zoon.
■zeiiuugazijn
Mil”
No. 9332. Dinsdag 9 F£bru
EEV1LLE1ON
Ki: ISGEl lMi.
S»
tgj
nu
"IE EL,
spreken.
tOENJVERK,
KMAN Zs
(Wordt virvolfd.)
(Naar het Fransch.)
NOAM.
i, Rotterdam,
i 60 «aal met
ten werk.
Weegschul”.
i a.
BRIEK
Kleiwegateeg
IN” - Gouda.
7V, uur,
e Rang (niet
Tweede Rang
GOIILSCIUJIIIIl V\T
ïVteww#- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
Telefoon Mo. 8*
A V li U T K N T 1 E N worden giepl talst van
15 regels a 50 (Jenten; iedere regel meer
TO Centen Giwrte letters worden Ix-rekend
n.i»> plaatsruimte.
.De toestand in Oost-Azië ia nog steeds
zeer donker. Wal ie het Rnssisahe antwoord,
dat eergisteren aan Alexejef is geseind, en
dat waarsehtjnliik eerst Maandag aan de Re-
geering te Tokio overhandigd zal worden
nog niet officieel bekend. Maar men schijnt
in Tokio zeer goed te weten, in hoeverre
Rusland geneigd is, aan de wenschen van
Japan te voldoen. Hot schijnt, dat Rusland
thans besloten is, om alleen de tusschen
China en andere mogendheden bestaande
verdragen, betreffende Mandsjoerye te erken
nen, die afgesloten zyn vóór de Russische
bezetting van 1900. De later gesloten trac
taten wil Rusland slechts erkennen, onder
voorwaarden, die met de feitelyke verwerping
gelyk staan.
Is dit werkelijk bet doel van Rusland, dan
zou Mandsjoerjje voor de Japanners geslo
ten zyn en hun handelsverdrag met China
volkomen waardeloos worden.
Daardoor zou de Russische diplomatie in
volkomen tegenspraak komen met de woor
den, die de Tsaar bij de Nieuwjaarsreceptie
richtte tot den Amerikaanschen gezant. Toen
zeide de Tsaar, dat Rusland tegen het tus
schen China en de Vereenigde Staten geslo
ten verdrag niets kon inbrengen en de Ame-
rikaansche belangen en rechten in Mandsjoe-
rye volstrekt niet wilde aantasten.
Deze woorden van den Tsaar, in een plech
tige bijeenkomst en in tegenwoordigheid van
het geheele diplomatieke corps gesproken,
worden nu door de Russische diplomatie een
voudig voorbij gezien. Hot plan daartoe
schijnt reeds dadelijk bestaan te hebben,
want de uitiug van den Alleenhetrscher, die
aan de geheele wereld werd geseind, werd in
de Russische pers geheel en al verzwegen. Nu
meent men, dat het lang genoeg geleden is
en dat niemand zich die keizerlijke belofte
meer herinnert.
die consulaire verslagen niet zonder afgrijzen
en ontzetting lezen.”
Over de plundering van Smilevo schrijft
de vice-consul Macgregar:
„De troepen, vergezeld van honderden
Bashi Bazouks, werden toen op hot dorp
losgelaten, hetwelk zy plunderden en ver
brandden. Van de 500 huizen bleven er
slechts 4 staan.
„De meeste der inwoners, 2000 in getal,
waren vooraf gevlucht in de naburige bos-
schon, waar vele van hen werden neerge-
schotenen van degenen die in het dorp
warm gebleven, werden 21 grjjsaards, 60
of 70 vrouwen en kinderen in de pan gehakt.
Veertig jonge vrouwen werden medegenomen
naar Muzelmanscbe dorpen en na eene week
„Te Arinensko waren alleen de Bulgaar-
sche en Grieksche kerken in wezen gebleven
waar 60 vrouwen en kinderen een schuil
plaats zochten. Daar moeten 180 mannen
zijn vermoord, en ook vele vrouwen,
ergerlijk te zijn mishandeld.
„De inwoners van Pepenka, die op de ber
gen waren gevlucht, werden omsingeld, ge
dwongen in hun dorp terug te keeren en
daar vermoord. Slechts vier gezinnen ont
kwamen. Eenige vrouwen werden levend
verbrand in een huis waarin zy gevlucht
waren.”
En dan zijn er nog Christenen op
Europa’s vasteland met name die meenen,
dat de Porte het goede voor heeft met zjjn
Cbristenonderdanen en de gruwelen zijner
soldatenhorden zoo erg niet z(|n.
Het is niet duidelijk boe de toestand in
Uruguay eigenlijk is. Een offlcieele mede-
deeling uit Montevideo zegt, dat de strijd
krachten van Saravia, den aanvoerder der
Blancos, wegens den opmarsch der regee-
ringstro^pen onder generaal Mustiz ijlings
terug trekken. Ondanks hun overwinnin
gen zouden de opstandelingen ontmoedigd
zijn en zou de trede aanstaande zyn. Gron
den voor deze bewering worden echter niet
gegeven.
Van andere zijde wordt echter gemeld,
dat de toestand in Uruguay integendeel ern
stiger wordt. De regeringstroepen moesten
na de jonste nederlagen terugtrekken met
achterlating van bun gewonden en van hun
geschut.
Het corps-diploinatique vergadert in de
legatie der Vereenigde Staten ter bespreking
vah de te nemen maatregelen.
43)
Hij zag ’t nu duidelijker dan hij ’t misschien in
werkelijkheid had gedaan, omdat thans de be-
toovering geweken was, hoe die schoone vrouw
daar tegenover hem stond. Hij herinnerde sich
haar ‘gebaren, de woeste uitdrukking van haar
gekat Rij twijfelde er niet aan, zij was't geweest
die gedrukt had tegen den trekker van zijn pistool.
Hij voelde nog de drukking van haar vinger op
den 'lijnt. Wie of wat was dan die vrouw
Wat had zij tegen hem gehad Waarom had zij
hem het leven willen benemen Dwaas, die hij
was geweest, om te wanen, dat zij gedreven door
liefde hem genaderd zou rijn 1
-De jonge man had nu het pistool, dat bij ’t
opspringen uit rijn hand was gevallen, opgeraapt
en(giag>het doorzoeken. Hij herinnerde rich zeer
goed, dat hij zelf daarvan met de veüigheidspin
had teruggetrokken. Hij was niet geweest, die
den trekker had doen overgaan O maar daarvan
was hij tot in de ziel toe overtuigd. Zij, tij moest
dus soowfcl het een als het atfder hebben ge- ging
daan. O, waarom ‘Was hij niet dood neerge- 1 «Grc
vallen
Hij betastte sich, voelde sijn portefeuille, haalde
Een telegram uit Rome aan hetBerl.Ta-
Beauchêne I»
»’tls wel waarschijnlijk, dat diezelfde dame
hier morgen of overmorgen weer terugkomt.,»
»Ja, mijnheer
«Dan zal sij, als zij dat doet, denkelijk bij u
naar mij vragen.»
«Begrepen zeide de portier met een knipoogje.
„Welnu, dan moet je tegen haar zeggen, dat ik
dood ben I”
„U Dood
„Ja, ja, verwonder u er maar niet over, vriend
’t Geldt hier een soort van weddenschap, waarin
ook nog iemand anders is gemoeid, maar 't is
veel ie lang, u dat allemaal zoo op eens uit te
leggen. Het eenige, wat ik van u verlang, is, dat
als die dame naar mij kcrint vragen, ge naar met
een heel ernstig gezicht antwoordt, dat ik dood
ben, dat ik een zelfmoord heb begaan I Ge ziet
immers niet tegen zoo'n leugen op Geloof me,
’tis er een om bestwil I”
„Hoor eens, mijnheer Beauchêne, gek is ’t wel,
maar om u pleizier te doen
„Uitmuntend IEn zoodra die bewuste dame
dan de hielen heeft gelicht, vliegt ge naar boven
om het mij te komen zeggen.”
„Goed daar kan mijnheer op rekenen.”
Henri ging weer naar boven en sloot zich in
zijn kamer op.
Den volgenden dag reeds, om elf uur, toen hij
al van plan was te gaan déjeuneeren, werd de
deur bij hem geopend en verscheen de concierge,
met zijn pet in zijn hand.
Telefoon No. 82.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post K70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Het volgende telegram is ontvangen door
het Nieuws v. d. Dag
De Japansche gezant te St. Petersburg
deelde bet besluit zyncr regeering mede om
de onderhandelingen af te breken en gaf
kennis dat hy met liet geheele gezantschaps-
personeel is teruggeroepen. Tengevolge hier-
van gaf de Czaar aan den gezant te Tokio
last onverwijld te vertrekken.
In offlcieele regeeringsbode, die een en
ander mededeelt, wordt Japan verantwoor
delijk gesteld voor de gevolgen.
Hêt plotseling evertrek van de te Wladiwo-
stók gevestigde Japanners wordt verklaard als
het gevolg eener geheime aanschrijving van de
Japansche regeering. Japansche handelshui-
zen verkochten in den loop van den dag hun
voorraden, in vele gevallen een waarde van
honderdduizenden vertegenwoordigende, tot
de laagste prijzen.’
Twee stoombooten, met 1500 Japanners
aan boord, zyn vertrokken. De overige Ja
panners zullen gaan met twee schepen,
waarvan de aankomst aldaar tegen morgen
wordt tegemoet gezien.
Tengevolge van het uitblyven van berich
ten, toonen zelfs de autoriteiten zich opge
wonden.
De BURGEMEESTER van GOUDA brengt
bij deze ter kennis van de belanghebbenden, dat
door den Heer Directeur der Directe Belastingen
enz. te Rotterdam op den 3e Februari 1904
executoir is verklaard
Het 4e kwart, kohier der Pensoneele belasting,
dienst 1903.
Dat voormeld Kohier ter invordering is ge
stold in handen van den Heer Ontvanger, dat
ieder, die daarop voorkomt, verplicht is zijnen
aanélag op den bij de Wet bepaalden voet te vol
doen en dat heden ingaat de termijn van zes
weken binnen welke de reclames behooren te
Worden ingediend.
Gouda, den 8 Februari 1904.
De Burgemeester voornoemd,
R. L. MARTÊNS.
Ituending van Advertenfiëu tot 1 uur des mi.! i.
Een vrjj scherp debat werd eergistsr in liet 1
Engelsch Lagerhuis gevoerd over de voorbe-
teiding van den oorlog in Zuid-Afrika. Naar
aanleiding van het rapport der oorlogscom-
missie stelde de heer Robson een amende
ment voor op het Adres van Antwoord,
waarin afkeuring werd oitgesproken over de
slechte leiding en de zorgeloosheid, door de
Regeering in den Boerenoorlog getoond. In
hot rapport vond de heer Robson gronden
genoeg om dit oordeel te verdedigen.
De minister Wyndham, die in 1899 onder
minister van oorlog was, verdedigde de Re
geering want hoewel er fouten gemaakt zyn,
heeft zy een succes behaald, waarover zy zich
niet behoeft te schamen
Wy laten deze schaamtelooze uiting maar
j liever voor rekening van den heer Wyndham.
Want de geheele wereld heeft zich geschaamd
over de w(jze, waarop een beschaafde Staat,
om dit succes te behalen, den oorlog heeft
gevoerd.
Belangrök werd de zitting, toen Sir Henry
i Campbell Bannerman aan het woord kwam.
die uit zijn borstzak en terwijl hij dit deed, viel
er een klein kogeltje, eenigzins aig-plat, op den
grond. Zij, die vrouw had zijn dood gewild. Hij
was dus goed beschouwd, het slachtoffer geweest
van een moordaanslag, niet meer of niet minder.
Er l ep hem een koude rilling door de leden.
En die vrouw Ze was wegZe was nu onge
twijfeld al ver weg1 Hij wist niet hoelang hij
bewusteloos was geweest. Zij zou nu niet meer bij
hem komen. Waar haar te vinden i Hij bezat
derhalve geheime vijanden, die ’top zijn dood
hadden toegelegd Waarom Wien had hij ooit I
eenig leed gedaanAl die gedachten, welke hem
door het hoofd gingen, maakten hem nog zenuw-j
achtiger dan hij reeds was.
Hij deed zijn kamerdeur open en vloog de
trappen af. Hij had, naar hij meende, een goede
ingeving, die hij onmiddellijk wilde volgen.
Beneden gekomen, klopte hij gejaagd tegen de
deur der portiersloge De concierge, die half zat
te dommelen, sprong verschrikt op.
Mensch, je doet me beven riep deze mok-
ketld uit, maar een van de goede, vaste logeer
gasten herkennend, klaarde zijn gezicht op
»Ha is u 't, mijnheer Beauchêne I De hemel
bewaar oos, wat ziet ge bleek 1»
Die laatste opmerking onbeantwoord latend,
vroeg Henri nog half buiten adem.
«Zeg eens, heb je een poosje geleden ook
een dame zien voorbij komen, die de deur uit-
rsoot, mooi, elegant t vroeg de portier.
«Precies I»
»Ja, die heb ik gezien I Kwam rij bij u van-
Deze verdedigde, kort maar duidelijk en za-
kelyk, de liberale Regeering, die het kabinet-
Salisbury vooraf ging, tegen het verwyt dat
zy eigeulyk de oorzaak er van was, dat het
leger zoo slecht voorbereid wrs.
Hy deed daarna een scherpen aanval op
Chamberlain, wiens steunen van den Jame
son raid en wiens uitdagende redevoeringen
den oorlog hadden uitgelokt. In 1899 had
Chamberlain de toestemming gevraagd van
de oppositie om 10 000 man naar de Kaapko
lonie te zenden, waar hy „the game of bluff”
wilds spelen tegen de Boeren.
Daarop vloog Chamberlain op. In een
lange en vaak zeer venijnige redevoering
zette hy uiteen, dat hy het woord „bluft”
piet had gebruikt, dat hy het nooit gebruikt
en het niet in zijn heiinnering had. Boven- weder vrijgelaten,
dien Was hem toeji de zaak veel te ernstig
voortkomen, om daarover op zulk een wyze
t' spieken.
Maar de indruk van Sir Henry’s redevoe 1
ring, die inJict woord „bluft” de gelukkige
uitdrtfkkinj^vond om Chamberlain’s politiek
vóór Öen oorlog te kenschetsen, was groot in
het Huis.
De'meerderheid echter, die meent, dat zy
„haar” oorlog moet‘beschermon tegen derge-
lyke aanvallen, verwierp Robsons motie met
278 tegen 192 stemmen.
In het Blauwboek, dat de Engelsche regee
ring over Macedonië heeft rondgedeeld, maakt
Minister Lansdowne ook melding van het feit
hoe tot tweemaal toe de Turksche ambassa-
deur bij hem geweest was om op te komen
tegen ’t verzamelen van gelden voor de Ma
cedonische vluchtelingen en ’t verstrekken
van onderstand aan de rampzaligen van
Engelsche zyde, als strekkende om de op- r
standelingen aan te moedigen, en mitsdien
in stryd met Tqrkye’s belang.
Inderdaad, zeldzaam onbeschaamd van de
Porte. j
Maar, zegt de minister, „ik herhaalde nog- t
maals, en gebruikte zeer besliste taal, dat
Z.M.’s Regeering pogingen om aan die on
gelukkige menschen onderstand te verschaffen
krachtig aanprees en om geenerlei overwe
ging daarvan zou afmanen, en dat w(j inte
gendeel van de Tuuksche Regeering zouden
verwachten, dat zy de personen door wie
het werk der uitdeeling ter hand was ge
nomen, behulpzaam zouden wezen”. j
„Daily News” constateert, dat het Blauw
boek op byna elke bladzijde overvloeit van
offlcieele bevestiging der ontzettende wreed-
heden, door de Turken gepleegd tegen weer- f
looze Christenen.
„Zelfs de meest verharde onder ons kan
daan, mijnheer Beauchêne
»Ze is althans even bij mij geweest. Hoelang
is ’t geleden, dat ge haar hebt zien voorbij
gaan F*
»Nuv een groot kwartier aeker!»
«Heeft te u niets geregd
«Geen woord IIk had nauwelijks den tijd
om hAar te zien.»
«Maar ge kendet haar toch wel, niet waar
<Ge hadt haar vroeger wel eens in ’t gezicht
jgeziefrf»
«Nu ook, mijnheer Beauahêne, nu ook IDrom
mels, zoo’n mooie vrouw, wie neemt die niet graag
ieens goed op
«Eh hoe vondt ge, dat zij er vandaag
uitzag?»
«Ze droeg, als altijd, zoo’n klein voiletje over
haar neus, maar dat neemt niet weg, dat zt er
weer uitzag om te stelen, met permiese gezegd
«Zag z* er dan niet ontdaan, niet verschrikt
uit
«Welneen, zij glimlachte.»
«Zoo’n schepsel!» bromde de jonge man tus
schen zijn tanden, en ziende, dat de concierge
hem verwonderd aanzag, voegde hij er eensklaps
roet gemaakte kalmte bij.
«Wat ik maar van tl wefen wou, vriendlief, is,
of ge die dame zoudt herkennen, als zij weer uw
loge voorbijkwam
«Niets vaster dan dat!» Onder honderd, onder
duizend personen zou ik haar, herkennen.» riep
de oude man vol £eeatdrift.
«Mooi zoo Luister nu goed I
I «Allebei mijn ooren staan open, mijnheer