I
I
TS.
IERS
EET MEDAILLON.
GD
Na. 9348.
Meuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Zaterdag 27 Februari 1904.
42ste Jaargang.
■ouda-
Bultenlandscli Overzicht.
FEUILLETON.
I
Ballons.
er
a Echte
tesamen-
>n in den
iaam des
rvaardigd
wereldbe-
t* Stoll-
rzefifflagazyo
N LOON.
IZEN
f
ao
ATEN,
ACHELS.
egen aanslui-
5
z,ej
H 258.
KMAN Zj
(Wordt vervolgd.)
1 gratis.
et Ryks Inter-
ie Keuze
IOENWERK,
verkrijgbaar
DE VISCH-
lar voor per-
i K. M. 1,
30.
Kleiwegsteeg
terleidicg
ne Warande
van Gas- en
103.
IGIZUN
ster”,
r. 117.
ioo|e collectie
sten werk.
Weegschaal"
GOUDSUHE COURANT
371 aan de
VISSER,
{Naar het Fransch.)
Tfiefbusjea
c. 0.35
r Kader-
Telr/oon V>. 99
A D V E RTEN TIER worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
LOEILICHT-
en degelyk.
ebt houdt, ia
c gekookt
voor da-
lopels van
ste) Ala
ïvm! vap
gebruiken,
te a n.
Festoon No. »2. Nf
Oe Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drié maanden is 1.25, ii-anco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nominees IJ F CENTEN.
De berichten van den Balkan luiden steeds
geruststellender. Door do diplomatieke be
kwaamheden van Natsjewitsj, die een over-
59)
•Jean," riep zijn meester hem toe, »ga ©ogen
blikkelijk een agent van politie halen, om mij van
dezen krankzinnige te ontslaan l«
De toestand van Jean Beauchêne werd hjtóhelijk.
Al kookte en bruiste ook zijn bloed, hij begreep
raaar te ®oed? ^at h'j met 8ew®W meer kwaad
dan goed sou uitrichten en zoo hij, tot overmaat
van ramp, belemmerd werd in syn vrijheid van
beweging, dan kon hij letterlijk niets uitrichten
om te weten te komen, wat er van Henri ge
worden was. De tranen stonden hem in de
oogen.
Met een eökele beweging hield hij den lakei,
die reeds naar de dear Hep, tegen.
»Dat behoeft niet mijnheer*, zeide hij daarop
tégen Jean de Kermor, ,ik zal wel heengaan
De bediende zag vragend naar zijn meester
op en deze wenkte hem om te blijven, waar
h,j was.
sik zal wel heengaan,* herhaalde Jacques
Beauchêne; tAl wil je mij niets zeggen, mijnheer,
ik zal toch gauw genoeg weten, wat ik weten wil,
en dan zuilen wij elkander nader spreken I Wee
u, wee u, graaf de Kermor, als mijn zoon een
Bij ’t verlaten van het hótel, was hij nog minder
op zijn gemak, dan hij ’t bij het binnentreden
was geweest. Hij had zich overtuigd, dat Marcelle’s
echtgenoot iemand was, dien hij tot alles in staat
achtte en zoo hij tot op dit oogenblik nog ge
twijfeld had, of Henri al dan niet een ongeluk
was overkomen, die twijfel was thans helaas ver
dwenen. Ja, Henri was dood, vermoord door
dien man O, die schurken die schurken I
Zonder zelfs naar den portier om te zien, liep
Beauchêne diens loge voorbij en sprong in zijn
rijtuig.
,Waar naar toe, mijnheer vroeg de koetsier.
De schermmeester dacht een oogenblik na en
riep toen eenklaps„Naar de Morgue I*
Dat denkbeeld van de Morgue was hem in 't
hoofd gekomen door zijn meening, dat zijn lieve
Henri dood moest zijn.
De koetsier bracht Henri’s meewarigen pleeg
vader naar het kleine, sombere gebouw, waar zoo
vaak de bloedige ontknooping te vinden is van
een tal van drama’s, waarin armoede, misdaad,
liefde, toorn en haat de hoofdrollen zijn geweest.
Goddank, daar bevond althans de arme jongen
zich niet! Men had hem derhalve niet hier of
daar vermoord langs den weg gevonden of uit
het water opgehaald. Zou hij inderdaad nog tot
het land der levenden behooren
In ’t lijkenhuis had Jacques Beauchêne slechts
drie grijsaards gevonden, die waarschijnlijk zelf,
omdat de last des levens hun te zwaar was ge
worden, eensklaps aan alles een eind hadden ge
maakt. Arme stumperds, wier moeitevol bestaan
zoo moest besloten worden
eenstemming tusseben de Porte en de Bul
gaarsche regeering wist te doen ontstaan, is
de vrees voor een oorlog tusseben deze beiden
voorloopig weggenomen En de berichten
over den opstand der<Aibaniërs by Djakova
geven ook een meer geruststellenden kyk op
die vrevolutionnaire poging van de Turksche
bewoners van Albanië.
Shakir-pasja, die met achttien bataljons
by Djakova aankwam, knoopte onderbande-
lingen aan, die wellicht tot een minnelijke
schikking zullen leiden.
De Albaneezen hebben verschillende grie
ven zy verzetten zich tegen de veebelasting,
die de Porte heeft ingevoerd zy eischen
amnestie voor hunne hoofden, die tydens den
opstand van verleden jaar zyn gevangen ge
nomen en naar Klein-Azië zjjn gedeporteerd
en zy verzetten zich tegen de invoering der
hervormingen in Macedonië, omdat zyvreezen,
dat hun gebied ook ondor vreemde controle
zal komen.
De divisie-generaal Sbemsi pasja, tegen
hen afgezonden, werd verslagen en terugge
dreven. Men meende, dat de opstand door
de Turksche autoriteiten was aangestookt
om de invoering der hervormingen te ver-
tragenof te belemmerenmaar hot krach
tige optreden der Porte, die onmiddellyk een
groote troepenmacht onder Shakir-pasja uit
zond, deed dat vermoeden weldra wijken,
i’et einde van dien opstand schijnt thans
naby
En de Bulgaarsche pers vmekart thans
plechtig, dat Bulgarye er niet aan denkt,
onlusten te verooi zaken in den Balkan,
nu de Tsaar-Bevryder de banden vol heeft
in Azië. Bulgarye zal Rusland nu geen ver
legenheid bereiden op het Balkan schier
eiland integendeel bet zal alles doen wat
in zyn vermogen is, om mede te werken tot
het bewaren van rust en otde.
Het is te hopen, dat deze goede voorne
mens van de Bulgaarsche regeering en van
de Bulgaarsche pers worden uitgevoerd.
Wellicht behoeft dan dit jaar voor de rust
op het Balkan-schiereiland geen vrees te
bestaan.
die Russische zeelieden aan boord nam na
den slag by Tsjemoelpo, en verklaarde, dat
de Russische regeering voor deze daad een
dankbetuiging had gezonden.
De „Talbot” zon hetzelfde gedaan hebben
voor de Japanners, indien deze in hetzelfde
geval hadden verkeerd, daar de Britsche
inarhie slechts bewondering en eerbied ge-
voelde, zoowel voor de Russische als voor
do Japansche vlooten.
In een bijeenkomst van de marine commis
sie uit de Fransche Kamer gaf de minister
van marine, Pelletan, eergisteren een uit
voerige uiteenzetting over de Franse he
strijdmacht ter zee.
De minister zette daarby op den voorgrond,
dat hy de mogelijkheid van een conflict niet
voorzag, doch Frankrijk moet klaar zyn
voor elke gebeurlijkheid. Hij wees er op, dat
de Fransche vloot in uitstekenden toestand
verkeert, en versterkt is met vpf gepantserde
kruisers van een nieuw type, waarvan men
groote verwachtingen heeft. Binnen enkele
weken zullen nog vyf kruisers van dat type
in dienst worden g< steld. De kruisers van
dit nieuwe typo die op 1 Januari in dienst
waren zyn de „Sully”, do „Desaix”, de „Kle
ber”, en de „Léon Gambetta”.
De minister wees er op, dat het ónmoge
lijk zou zyn voor Frankryk om een even
groot eskader in het Verre Oosten te hebben
als de Vereenigde Staten of Engeland. Maar
hy zal nog vier torpedo jagers naar Oost
Azië zenden om het eskader te versterken.
Zooals bekend is, bestaat het Fransche
eskader in Oost Azië uit twee gepantserde
kruisers, de „Montcalur” en de „Gueydon”,
die beschermde kruisers, de „Chateaurenault”
de „Bugeaud” en de „Pascal” en een paar
oude kruisers en kanonneerbooten. Een zesde
geheel nienwe kruiser, de Sully”, is op weg
naar Saigon, en zal waarschijnlijk ook wel
bestemd zyn om het eskader in de Japansche
wateren te versterken.
De „Indépendance Beige” meldt, dat
verscbiJJende afgevaardigden by Combes heb
ben aangedrongen op een spoedige aftreding
van den minister Pelletan doch de minister
president antwoordde dat de critiek van
Lockroy op de vloot zeer overdreven is, en
dat hy geen reden ziet om Pelletan te
noodzaken, been te gaan.
In elk geval heeft Combee een onderzoek
toegezegd.
Inzending van Ad verten tien tot 1 uur df.s midd.
gezegd was, twee
zich toen op een
-leuren
ongeluk mocht overkomen xijn
Als een razende vloog hij de trappen at en
spottend haalde wederom de graat zijn schou
ders op,
Als je maar wilt, vriendlief* mompelde hij
voor zich zelf, „en als ’t mij namelijk niet ver
veelt I*
En toen Jacques Beauchêne verdwenen was, tot
den bediende
„Zeg eens, Jean, je «tuurt mij op een anderen
tijd friet meer een gek op myn dak
Ik kon ’t niet helpen, mijnheer I Die kerel
smakte mij tegen den grond, dat ik durf wedden,
dat myn heele arm er blauw van ziet!
„Nu, daarop zullen wij dus zoo meteen een
goud pleistertje leggen,*
De graaf trok zich in zijn kamer terug, terwijl
de dankbare knecht zich tot den grond toe neer
boog en den hemel dankte, dat het heele tooneel
op zulk een wijze was afgeloopen.
Toen hij weer buiten was, begreep Jacques
Beauchêne, dat hij verkeerd had gehandeld. Hij
had alleen gehoor gegeven aan zijn eerste opwel
ling, toen men hem gezegd had, dat Henri nog
niet was thuis gekomen, maar nu had hij toch
spijt van zijn bezoek aan ’t hotel de Kermor, het
was niet alleen vruchteloos, maar misschien ook
onvoorzichtig geweest. De boosdoeners waren thans
gewaarschuwd en in «ijn kort onderhoud met dien
graaf had hij al gezien over hoeveel vermetelheid
en schaamteloosheid die man te beschikken had.
Jean de Kermor was een geweldige tegenstander
en hij. Jacques Beauchêne, zou moeite genoeg
hebben om hem te bestrijden en te ontmaskeren.
Er doen geruchten de ronde als zou de
Duitsche keizer een tochtje met zyn jacht
ondernemen en te dier gelegenheid ook Ant
werpen aandoen, waar hy dan waarscbytilyk
den 5en Maart a.s. zou aankomen. Dit zou
zyn tegenbezoek zyn aan koning Leopold,
die onlangs te Berlyn zjjn gast was. Wat
er van aan is weet men nog niet. In geen
geval is dit bericht officieel. Maar men kan
sedert enkele dagen in het koninklijk paleis
op de Meir een ongewone bedrijvigheid be-
Haastig verliet Beauchêne het gebouw der
Morgue Hy had weder een weinig hoop Als
zijn jongen was getroffen, zou hij misschien niet
doodelijk gewond en nog te redden zijnHij
was wellicht nog niet doodDe schermmeester
nam weer in zijn fiacre plaats
Naar de prefectuur van politie/ riep hij thans
zonder zich zelfs bedacht te hebben.
Aan het gebouw der prefectuur vond hij een
ingang met het opschrift: »Algemeene veiligheids
politie.* Ja, daar moest hij zijn. Hij verliet zijn
rijtuig en wendde zich tot een aldaar geposteerden
politie-agent.
«Het bureau van den chef?» vroeg hij.
«Kom binnen! Daar zal men u terecht helpen,
mynheer.*
Onze held moest een houten brug overgaan en
kwam zoodoende op een groot binnenplein met
verschillende gebouwen Verlegen zag hij rond,
tot hij iemand had ontdekt, die hem verder den
weg kon wijzen.
Op zijn vraag toonde
sggende
»Ga dear binnen en dan twee
hoog.»
Beauchêne kwam nu in een kilkoud gebouw
met steenen trappen, waar over plechtige stilte
heerschte. Hij ging, zooals hem gezegd
verdiepingen hoog en bevond zich toen op
breed portaal met vensters aan de eeneendei
aan de andere zijde.
Een telegram van Alexejef aan den Tsaar
over den afgeslagen aanval van de Japan
ners op Porth Arthur meldtIn den ochtend
van den 24sten, om kwart voor drieën, heeft
de vfland een nieuwe poging gedaan, om de
Retwisan met verscheidene torpedo booten
aan te vallen en in den ingang van de haven
groote, met ontplofbare stoffen gevulde
stoomschepen te laten zinken. De Retwisan
bemerkte de torpedo-booten spoedig en
opende een hevig vuur op hen, daarby ge
steund door (Je haven-batteryen. Twee van
de Japansche stoomschepen, die regelrecht
op de Retwisan losstevenden, werden aan
den ingang van de haven vernietigd. Een
liep op de klippen by den vuurtoren, een
andere zonk aan den berg Zeloti. Het vuren
op de torpedo-booten werd voortgezet. By
het aanbreken van den dag zag men op de
roede de vier vernielde stoomschepen, en
acht torpedo-booten. die naar de in open
zee wachtende schepen vluchten. De opva
renden van de stoomschepen waren er op
uit, zich in de booten te redden. Een deel
van de verdronken manschappen zyn mis
schien door de torpedo-booten van den vijand
opgevisebt. Ik laat de kust afzoeken De
ingang van de haven is vry.
Ik schryf de volkomen vetydeling van het
plan van den vyand toe aan den schitte
renden tegenstand en het vernietigende vuur
van de Retwisan. Een Japansch stoomschip
staat nog in brand. Op de reede ziet men
nog torpedo’s dryven. De vyand ttekt af in
twee afdeelingen. Drie kruisers, die ik tot
vervolging van den vyand heb uitgezonden,
laat ik "terugkomen, om eerst de op de reede
dravende torpedo’s op te ruimen. Aan onzen
kant g$en verliezen.
Omtrent den mislukten aanval op Port»
Arthur merkt de „Köln. Ztg.” op, dat de
poging om den ingang tot de haven te
versperren gemakkolyk te verklaren is,
wannéér men bedenkt, dat de geul, welke
schepen met grooten diepgang gebruiken
moeten nog geen vijftig M breed is. Een
aantal in de geul gezonken schepen zonden
een hindernis Vormen, die slechts met de
grootste moeite en aanzienlijk tijdverlies weg
te ruimen zou wezen.
Het blad twijfelt er echter aan of het wel
juist is, dat de stoombooten met ontplofbare
stoffen waren beladen. Door bet springen
toch van groote massa’s van die stoffen
zouden de booten zoodanig uit elkaar zyn
geslagen, dat het doel, een beletsel voor'de
men hem een deur,
verdiepingen
doorvaart aan te brengen, zou zijn voorbij
gestreefd. Blykbaar was er dan ook slechts
zooveel springmateriaal aan boord als wel
noodig was om het schip tot zinken te
brengen.
Dat de schepen als branders zouden zyn
gebezigd om tegen de Russische schepen aan
te dryven en ze door hun ontploffing te ver
nielen, acht de „Kölnische” zeer onwaar
schijnlijk. Dat kon vroeger zoo gaan, maar
thans niet meer.
Het blad herinnert aan de heldendaden
van Kanaris tydens den Griekscben vrij
heidsoorlog, toen deze met zj)n brander,
volgestapeld met brandstoffen, het Turksche
admiraalschip in de haven van Chios aan
klampte en in de lucht deed vliegen. Maar
thans kunnen dergelyke eenvoudige middelen
niet meer baten, ten eerste omdat de mo
derne oorlogsschepen geen takelage bezitten
en ten tweede omdat het bezit van snel-
vuurgeschut ook in staat stelt snelle aan
vallen en verrassingen af te weren.
By de Japanners m^et de wenach hebben
voorgezeten, het Russische eskader te be
letten zich in volle zee te doen gelden. Een
deel van de Russische schepen $ou door een
versperring van de loegangsgeul in de
haven |yn afgesneden, terwyl het andere
op de reede te zwak zou zyn geweest om
eenige offensieve beweging tegen een Japan-
sche transportvloot te ondernemen. Het
beveiligen van den overtocht van het Japan
sche operatieleger van Japan naar het vaste
land is wel de gewichtigste taak, welke de
Japansche vloot op het oogenblik is gesteld
en zy zoekt zich op alle mogelyke wyzen
van die taak te kwyten.
In het Engelsche Hoogerhuis verklaarde
lord Selborne in antwoord aan lord Spencer,
dat zekere invloeden werkzaam waren om
Engeland’s houding in valsch daglicht to
stellen, en om te doen gelooven dat de
Britsche vloot niet de meest strikte onzijdig
heid in acht nam.
Lord Selborne ohtkende met nadruk dat
de kruisers „Nishisi” en „Kasoega” ooit de
Britsche vlag hadden gevoerd of door Brit
sche oorlogsschepen zouden zyn begeleid.
De beweerde onhoffelijkheid ten aanzien
van bet dokken van Russische torpedojagers
op Malta was te wjjten aan een betreurens-
waardig misverstand, dat een gevolg was
van de begeerte zeker te zyn van de juiste
opvatting zijner positie in geval van oorlog
door den Russischen bevelhebber. Het geval
is aan de Russische regeering uiteengezet.
De Minister lichtte vervolgens toe het op
treden van den Britschen kruiser „Talbot’’