rs. .RHEID. troo. HET MEDAILLON. i r ao I ster ATEN, BINNENLAND? Aïewws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken, 1 No. 9349. 29 Februari 1904. 42ste Jaargang. Bulieiiliindseh üvrrzkhl. FELILL El O V. ex Ballons. er [■lijders TEM, te OSCH. AGBELS. SHOOI, looi N LOOfö erleiding. Weegstel” Maandag 103. Verspreide Berichten. BUN t Zm Wordt vervolgd.} e Keuze r. 117. ooie collectie [OENWERK, erkalyke hulp iefkaartworJt ezonden door ömmel. LOEILICHT- in degelijk, dit houdt, is zenmagazijD 10. Kleiwegsteeg IMEENE SING Februari uur 10MEW iluur, icretaris, CHEPPER. e Echte twuuneu- >n in den inain des irrurdigd wereidbe- r* BtoU- ten werk. rceftipfr» Ó.36 r Neder- {Naar het Fransch.) STATEN-GENEKAAL. 1 S! F K K H I Tf K tt. Zitting van Vrijdag 26 Februari. De heer Ros betwist de drie stellingen van den minister, «dat het ontwerp ligt in de historische lijn, dat het een billijke rege ling zou zijn en dat het geëischt wordt door den leganwoordigen stand der weten schap Hy betoogt dat het ontwerp niet het begrip van vrijheid niets te maken heeft dat het hier geldt een Staatsbelang, dat de noodige waarborgen eischt waarborgen die by dit ontwerp onvoldoende zijn, waar bij een stelsel wordt aanvaard van 3 facul teiten, elk van 3 professoren, terwijl Staatscommissie van 1849 voor hetzeWjj getal faculteiten een minimum-aantal prqH soren van 14 noodig achtte, voor de deug delijkheid van het universitair onderwijs. De heer van der Vlagt betoogt dat, wat het promolierecht betreft, men nog geen voorstander behoeft te zijn van het Staats monopolie voor de openbare universiteit, om zijn stem aan dit wetsontwerp te weigeren. De overheid heeft tot plicht zich af te vra gen wat eischt de aard der zaak, wat discht het Staatsbelang. En spr. betoogt dat dit Staatsbelang eischt een zoo breed moge- 1GAZIJN De vraaghoe staat Frankrijk tot den oorlog in Oost-Azië, die op ieders lippen zweöft, waaraan met een kleine variant op het bekende woord van Gambettai iedereen denkt en waarover iedereen spreekt, die vraag is nog steeds niet opgelost. Enkele Fransche bladen hebben zich be ijverd om allerlei verhalen over den inhoud van het tractaat van bondgenootschap mede te deelen. Zij worden echter beslist tegen gesproken door den heer De Lanessan, djjp van 1899 tot 1902 minister van marine was. In den Siècle zegt deze, dat de juistheid van die meiedeelingen zeer twijfelachtig is. En hij vraagtMet welke bedoeling wordt dus stemming gemaakt, om Frankrijk te doen tusschen beiden komen in een conflict, waar mede het niets te doen heeft, en waarin het slechts groote gevaren kan loopen, zonder den bondgenoot van eenig nut te zyn De Lanessan zegt tevens, dat hij ernstige redenen heeft om te twijfelen aan de juist heid van het verhaal, dat graaf Moerawjef in 18-18 Ruslands hulp zou hebben aan ge boden in dp Fashoda-quaestie. De Lanessan hangt daarbij een tafereel op, van wat zou gebeurd zijn als Frankrijk den oorlog met Engeland bad gezocht, dat in staat is den Franschen den schrik, om het hart te jagen. De Fransche havens in de Noordzee en in de Middellandsche Zee geblokkeerd; een leger van Malta geland in Tunis en Algiers, waar van de verdediging moeilijk zou zijn geweest; de onverdedigde en onverdedigbare Fransche kplonies gelyktydig-aangevallen door Britsche eskadersin één woord, „een oorlog met Engeland zou gevolgd zijn door snelle en diep te betreuren rampen’'. De Lanessan zegt, dat het pijnlijk is op deze dingen te wijzen, maar dat hy het zyn plicht acht’•Frankrijk te waarschuwen voor een conflict/ dat men wel ziet beginnen, maar waarvan het* einde en de afloop niet te over zien zyn. Het denkbeeld dat Frankrijk Engeland in Europa zou bezig houden, en dat Rusland een inval in Indië zou doen, is ook nog heel wat anders dan eer. boulevard-journalist meent, zegt De Lanessan. Zij die slecht^ een flauw denkbeeld hebben van de streek, waarover zij spreken, zouden weten, zegt de oud minister, hoe moeilijk het voor een leger wezen zal door het Afghaansche bergland te trekken, waar Engeland vrienden heeft die bereid zyn hun onafhankelijkheid te verde digen. En dan staat de invaller voor den Hemalaya, waarvan Engeland de passen bezet en versterkt heeft. Waarom, vraagt De Lanessan ten slotte, worden berichten verspreid en documenten medegedeeld, die een valschen indruk moeten geven van onze verhouding tot Rusland, en die het doen voorkomen alsof wij een ondank baarheid zouden begaan, wanneer wy thans Rusland niet aanboden hetgeenditland Frank rijk aanbood in 1898. Wanneer er, naar Del- cassé deed uitkomen, geen geschreven con tract is, dat ons verplicht gewapend tusschen- beiden te komen, wie wil dan het volk het tegendeel doen gelooven, en om welke redenen? Wie wil Frankrijk in een oorlog dryven, dien het niet wenscht, en dien het niet kan wenschen t gekookt voor da- lepeli van ite) Ah jval van «ebruiken. teH-.T. Frankrijk. Het verzet van een aantal seminaristen o te Lyon tegen mgr. Le Nordez heeft voor do onwillige jongelui geen aangename ge volgen. Op verzoek van den minister vaneeredienst, heeft zyn collega van oorlog, generaal André, last gegeven tot de onmiddellyke inlijving in het leger als gewoon soldaat niet eens als hospitaalsoldaat van de seminaristen, die vrijwillig de school hebben verlaten en daarmede afstand hebben gedaan van de dispensatie, waarop zy, krachtens hun op leiding, recht hadden. Dit is zeker snel recht. Madame Humbert gaat Parys verlaten. i kabinet. >We zullen eens zien,» zeide hij met een deel nemend hooldknikje aan het adres van den onge- lukkigen vader. Na enkele minuten, waarin Beauchêne, die in doodsangst wachtte, zich moest vasthouden aan het hek, ten einde op de been te kunnen blijven, kwam de schrijver weder te voorschijn, gevolgd door den laatsten bezoeker van den chef der veiligheidspolitie. Met een paar smeekende oogen zag onze held hem aan. »Volg mij maar,» zeide de schrijver en nu werd de schermmeester, die een zucht van verlichting had geslaakt, naar een ander groet vertrek geleid, wdarin zich slechts een persoon bevond, een heer met een gouden bril op. «Was u ’t.» begon deze, toen hij met Beauchêne alleen was, »was u ’t mijnheer, die zoo dringend gevraagd had, mij te mogen spreken «Jawel, mijnheer!» »üe zaak betreft het verdwijnen van een jong meitch riet waar?» »Ja, van mijn zoon, mijnheer.» »Hoe is u uw naam »Jacques Beauchêne »(Jw betrekking?» Schermmeester in de rue Richelieu.» »Woont u daar ook »Pardon, mijnheer, ik woon te Belleville.» »Dat komt uit,» mompelde de chef dej veilig heidspolitie, half binnensmonds. »Hoe, mijnheer,» zeide Beauchêne met ge vouwen handen, »zoudt gij reeds iets weten »Misschien welf Van welken leeftijd is uw Zy wordt van de conciergeric weer naar Rennes getransporteerd, omdat de termijn van vyf dagen, waarop zy recht had om in verzet te komen tegen het vrijsprekend vonnis, wegens gebrek aan bewys, in de zaak-Cattanï, verstreken zyn. Engeland. James Lee, de uitvinder van het geweer. Lee-Medford is te Newhaven overleden. Spanje. Het internationaal arbeiderscomité te Barcelona heeft een meeting uitgeschreven, op 13 Maart a.s., ten gunste van de invrij heidstelling van alle personen, ter zake van stakihgsincidenten gevangen genomen. Deze meetings zullen tegelijkertijd gehou den worden te Parys, Londen, Brussel, Berlyn, Weenen en Rome. Amerika. Uit Now-York wordt bericht, dat Buneau- Varilla, gezant, van Panama te Washington, Woensdag verklaard heeft, 14 dagen nadat het Kanaal verdrag in werking getreden zal zyn, zyn ambt te zullen neerleggen en naar Frankrijk terug te zullen Ireeren Hy zafJ worden opgevolgd door Pablo Arosemena, op het oogenblik voorzitter van de constitutioneele conventie in Panama. Naar de Tribune bericht, heeft Dinsdag te New-York een bijeenkomst plaats gehad van partijleiders, waar president Roosevelt tegen woordig was. Men kwam overeen den heer W. Murray Crania, ex-gouverneur van Mas- sacbusttls, te benoemen tot opvolger van senator Hanna als voorzitter van hetnationaal republikeinsche comité. zoon „Hij is omstreeks eenentwin'ig jaar. „En is hij nu twee dagen zoek „Twee nachten hebben wij hem nu al te ver geefs thuis gewacht, mijnheer „Goed. Was hij eergisteren avond laat de deur uitgegaan „Hat niet, mijnheer, maar hij was om halt acht naar de komedie gegaan en zou, als de voorstel ling was afgeloopen, met den omnibus of met eën huurrijtuig naar Belleville terui» komen.” „Dan valt er ook, dunk ipe, niet aan te twij felen, mijnheer Beauchêne, dat het uw zoon is geweest, die te Belleville dien nacht op den weg is gevonden.”' „Dood vroig Beauchêne met ingebonden adem. „Neen, alleen gewond I’ Goddank!... Hij kon weer vrijer ademhalen „De chefdrukte op een belknop. „Ernstig stamelde de schermmeester. „Een zware slag op het hoofd en een steek in de volle borst I” Onze held wankelde en het angstzweet brak hem uit „Groote God I" zuchtte hij. De agent, door den chef opgeroepen, kwam langs de andere deur binnen. „Waar,” vroeg hem de chef, „waar is de jonge man gebracht, die gisteren nacht te Belleville op straat is gevonden kill IN lit <0t R A VI Jp het hoofdorgaan der Duitsche katho lieken, de te Berlyn verschijnende „Germania”, kwam dezer dagen een merkwaardige be risping voor, toegediend aan den Italiaan- schen gezant te Berlyn Z. Exc. was name lijk 1.1. Zaterdag verschenen opeen bal. De „Germania” schreef Groote ergernis hebben een aantal leden der Italiaansche kolonie gegeven door dezen Zaterdag, midden in den vastentijd, in de Philharmonic een groot bal te geven, waar ook-, de Italiaansche gezant, graaf Lanza, met al de heeren van het gezantschap, ver scheen. Nu bevat, zooals bekend is, de Grondw.et van het Koninkrijk Italië als Par4graaf I het volgendede roomsch- katholieke godsdienst is de staatsgodsdienst.” Welk- snjjdend contrast tusschen deze grondwetsparagraaf en .het bezoeken van een bal op een tijdstip, dat zulk een bezoek donrj de Roomsch-katholieke Kerk streng verboden is.” Dè „Köln Ztg.”, die een korte bespreking wjjd| aan liet incident, is van oordeel, dat do verontwaardiging der „Germania” over een dergelyke gebeurtenis in de zoo over wegend protestantsche hoofdstad des Rijks aanmatigend en overbodig is. O.i. zuuden beide bladen er gevoegelyk het zwygen toe hebben kunnen doen. De zaak gaat ten slotte alleen den gezant en zyn regeering aan. In het Engfjjsche Lagerhuis, waar Balfour, na zyn ongesteldheid, eergister weer voor .het eerst verschenen was, stelde de afge vaardigde Gibson Bowles aan de regeering de vraag, of het waar was, dat tusschen Rusland en Duitschland onderhandelingen gaande waren over den Bagdad-spoorweg. „Was het waar, dat Rusland de verplichting had op zich genomen om Duitschland te - steunen bij den bouw van den Bagdad- spoorweg en by de uitbreiding van den Duitschen invloed in Klein-Azië, waarvoor Duitschland van zijn kant zekere, voor Rusland gunstige beloften had afgelegd, in zake den oorlog De onderstaatssecretaris van Buitenland- sche Zaken, Percy zeide, van niets te weten. »Ja, het liefst, mijnheer I» »Dan zult u wat geduld moeten hebben, want hij heeft veel te doen. »Ik zal wel wachten mijnheer I» »Ga dan daar maar zitten, als ge wilt.» Onze held nam bij de andere wachtenden plaats. Kort daarop werd er in het grootste vertrek een zijdeur geopend, waaruit iemand in achter- waartsche beweging, met zijn hoed in zijn hand, al buigend te voorschijn kwam. Een der wach tenden, die bij Beauchêne gezeten waren, stond op en weelde zich tot diezelfde zijdeur. Dezelfde vertooning had nog twee of driemaal plaats en Henri’s pleegvader zat op heete kolen. Behalve Beauchêne moeiten nog twee personen den chef spreken, toen een der schrijvers, die door het getik van een bel was binnen geroepen, terugkwam met de boodschap, dat de chef nie mand meer kon ontvangen en dat zij, die nog wachtten, maar des middags moesten terugkomen. iU kan waarachtig niet langer uitstellen, mijn heer!» stamelde hij. De schrijver was bewogen door die stem, vol ingehouden tranen »Is ’tzoo ernstig?» vroeg hij. »Ja, mijnheer, al twee dagen is mijn zoon zoek en ik meen zeker te weten, dat ze hem hebben ver moord- Och, zorg als 't u blieft, dat de chef mij nog even te woord staat!» De twee andere personen, die Jacques Beau chêne nog voor waren, gunden hein bereidwillig den voorrang, en na een oogenblik van aarze ling betrad de klerk weder het afgesonderde 6o) Achter een dier deuren meende hij te hooren spreken. Hij deed ze open en kwam zoodoende op een soort van kantoor, waar aan groote les senaars, een tal van menschen stonden of zaten te schrijven. Achter een hoog hekwerk zaten enkele menschen, die blijkbaar door twee heen en weer loopende agenten werden bewaakt, terwijl er voor 'tpubliek een plaats was afgezonderd, waar weer andere menschen zaten te wachten, tot het hun beurt zou zijn geworden om door den chef te worden gehoord deze menschen wer den niet, of althans niet in het oog loopend, bewaakt. Jacques Beauchêne, door den indruk, die hier alles op hem maakte, eenigszins bedremmeld, bleef bij de deur staan en nam onderdanig zijn hoed af. >Wat is er van uw verlangen vroeg hem een der schrijvers, die daar bijna als wilde dieren' achter de tralies zaten. »Ik wou den chef der veiligheidspolitie spreken,» antwoordde Beauchêne. »Dan is u hier terecht! Kom maar binnen. Wenscht u den chef persoonlijk te spreken Het Telegraaf agentschap bericht uit Port ArthurHet onderzoek van de door de Ja panners naar de haven afgezonden schepen braèht aan het licht, dat de lading bestond uit kerosin- In het ruim bevonden zich blijk baar mynen, want men vond een electrische battery met geleiding. Do in de nabijheid van de „Retvisan” liggende Japansche boot is ten gévolge van het binnendringende water gezonken De werkzaamheden aan de Japansche branders werden geleid door den kapitein van de „Siberiak”, met veel energie en moed. Gisterochtend vroeg verschenen een aantal Japansche torpedobooten op de reede. Zy werden door de „Retvisan” en de kustartil- lerie beschoten, waarop zij terugtrokken. Aan den horizon ziet men sedert den morgen een Japansch eskader, dat blijkbaar een transportschip begeleidt. Te 11 i uur naderde het. De Russische artillerie opende het vuur, dat door de Japanners werd be antwoord. Het vuurgevecht duurde veertig minuten, maar had geen zichtbare sesultaten. Enkele projectielen kwamen in de stad neer zonder schade aan te richten. Men verwacht een poging van de Japanners om te landen. Het blykt, dat de Russische overwinning Woensdagmorgen behaald, in de eerste be richten wat overdreven werd voorgesteld. Maar een zegepraal blyft het toch de Japan sche poging om den mond van de haven van Port Arthur af te sluiten met hun branders, is mislukt. En dat is toch eigenlijk de hoofdzaak. Dat de vier Japansche koopvaarders, die voor deze gelegenheid in branders en explosief schepen waren veranderd, daar r aar den grond gingen is duidelijk zij hadden geen andere be stemming. Maar dat de onverwelkelijk^ roem daarvoor toekomt aan de Retvisan, die nog steeds met een gat onder de waterlijn m de haven van Port 'Arthur ligt, en dus niet zeewaardig is, wordt reed; dadelykjbetwyfeld. Het waren veeleer de elementen die den Russen te hulp kwamen. Uit de latere be richten bleek, dat een ontzettende storm in de golf van Petsjili opstak, en dat daardoor voornamelijk de Japansche branders werden weggedreven en tegen de rotsen verpletterd. De eerste telegrammen van admiraal Alexejef spraken van vier Japansche torpedo booten, die gezonken waren spoedig werd dit aantal tot twee verminderd. En het telegram van den stadhouder meldt reeds aarzelend „Naar het heet is een torpedoboot gezonken”. De berichten over het verlies van Japansche slagschepen worden niet bevestigd. Admiraal Alexejef spreekt er niet meer over; en bet bericht uit Weiliaiwei meldt dat een Japansch eskader van vier pantserschepen en negen kruisers gezien is in Oostelyke richting stoomend. Klaarblijkelijk is in de eerste berichten een verwarring geweest tusschen de vier branders, die vernietigd zyn, en de slagschepen die den aanval slechts hadden te dekken, en een retour offensif van de Russen hadden t) voorkomen.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1904 | | pagina 1