pe het medaillon. u c° eranciers). Dinsdag 15 Maart 1904. 43ste Jaargang. \o. 9363. Uultenlaiidscli Overzicht. DTSt- ill ZÜ<)\ 14” '•"15 Itl, t COUPE. iiza FEV1LLE1OX. i f, uitoefenen. Inzending van A<1 verten tien tot 1 uur des tnidd. Langau in het Zuiden van de welke sullen en maar GBLOEM i Confectie volkomen t'iiza, jn genezen o oods erocmde {^Naarrheb firatisch.') I'eletoou So. 82. De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nonimers VIJF CENTEN. >Rue de la Réunion J7 thans de beide zwagers, in het kleine vertrekje, al bizonder weinig te ‘lts bij een ander in veg E, 11)0 t. PINKSE ‘osk 'op B K.VAN DER veen. Wed. hidewater I Bentchop In du Vrijdag gehouden zitting ran den Oostenrjjkschen Rijksraad deelde do president mede, dat de Jong Tsjech Riba een aanvraag verbazing van zijn stoei op. »Wat nu?» vroeg hem Beauchêne verwonderd. Z>nder iets te zeggen, wees Beauchêne’s zwager hem op een miniatuurportretje, dat tusschen andere prentjes tegen den wand hing. De schermmeester stond nu ook op en ontstelde van hetgeen hij zag. Maar hij wist zich onmid- deiltjk te beheerschen en zeide op den gewoonsten toon vari de wereld tot het kleine meisje»Wat is dat een allerliefst kinderkopje Zeker een broertje van u Neen, mijnheer, ik heb in het geheel geen broers,» antwoordde het kind, zoodoende regelrecht in de haar uitgezette val loopend. »Vader heeft dat portretje gevonden in een graimaar toen zat het in dit medaillon I» Het kind toonde, niet zonder een zekeren trots een goud voorwerp, dat met een lintje haar om <len hals hing. De Panter had* inlusschen het bedoelde portretje van den wand genomen en liet het zijn zwager van nabij zien •Ja, hij is ’t wèl,» fluisterde Jacques, »’tiswel degelijk het portret van Henri op vij- of zesjarigen •En,» vroeg hy overluid aan het kleine meisje, •zat er niets anders in dat medaillon •Jawel, mijnheer, nog een daipesportret, dat is weggeraakt. Niets meer?» Op die zeer gewone vraag bleef het kind het antwoord schuldig, maar kreeg een geweldige kleur, Wordt vervolgd.) Tretsjan en provincie. Een Franscbman, Periot, viel in handen van het gepeupel. Men vreest voor zijn vei ligheid. Een Italiaan, Boma, moest zjch met geweld door de oproermakers banen. Men verkeert ia groote ongerustheid over het lot van 20 vreemdelingen, die in dienst zyn by den Belgischen spoorweg. Over de oorzaak van het oproer zyn nog geen bijzon derheden bekend, maar men gelooft, dat het schieten van den Italiaan Boma op eenige Chineezen als de aanleiding moet beschouwd worden. 73) >Ju, dat weet ik al lang JaCques, maar om ons behoorlijk met hem te kunnen meten, moeten wij eerst alle troeven in handen hebben •Goed, dan gaan wij zoeken naar de troeven I» riep Beauchêne, en hij nam zijn zwager die een paar uur vryen tijd had, roede naar de zoo algemeene bekende begraafplaats van Pére- Lachaise. Onderweg deelde hij den Panter zijn plan mede, dat door dezen onvoorwaardelijk werd goedgekeurd. Het was onze held reeds bekend, dat Jean de Kermor enkele jaren na zijn terugkomst uit Amerika het lijk zijns broeders had laten opgra ven, om het op het kerkhof een betere plaats te doen geven, ten einde op dat nieuwe graf een prachtig gedenkteeken op te richten, als om de wereld te bewijzen, hoe zeer de overleden broeder door hem werd geacht en vereerd. Dergelijke be leefdheden komen meer voor bij hen, die millioe- nen hebben geerfd I Jacques Beauchêne moest den man zien uit te vinden, meende hij, door wien die opgraving had plaats gehad, maar de Panter geloofde niet, dat Het Eugelsche Lagerhuis heeft Vrijdag in tweede lezing een wetsontwerp goedge keurd, waarmede het, volgens den wooid- voerder der regeering, den voet heeft gezet op het hellende vlak dat naar bet socialistic afvoert. Dit wetsontwerp, door den liberaal Trevelyan voorgesteld, heeft ten doel om eigenaars van land in de onmiddellyke nabij heid van steden te beletten, dut zy jaar in jaar uit dat land aanhouden, er op rekenende dat hoe langer zy met den verkoop wachten hoe meer de waarde van dien grond stygt. Het is sedort lar.g een grief in vele steden die «ich uitbreiden, dat zy voor den aanleg van arbeidswoningen en voor het bouwen in het algemeen, voor den aanleg van parken en andere werken van openbaar nut, stuiten op- den onwil van grondbezitters om hun land, liggende rondom de stad te verkoopen. Van vele kanten dringt men aan op een wet, die de gemeentebesturen zal machtigen, dergelyk land te onteigen.n. Maar waarschijn lijk zou er in dit Parlement geen meerder heid voor te krygen zyn. Het wetsontwerp van Trevelyan gaat dan ook niet zoo ver. Het wil dat land alleen belasten naar zyn werkelijke waarde die het als weiland of bouwland of hei heeft, maar als land in do onmiddellyke nabijheid der stad en voor huizenbouw of andere ste- delyke doeleinden geschikt. En, aangezien er op dergelyken grond soms ook minderwaar dige gebouwen staan, bepaalt het wetsont werp, teneinde dien grond mede te kunnen treffen, verder, dat land en gebouwen afzon derlijk belast zullen worden. Aldus wil men de eigenaars nopen bun land niet aan zijn bestemming te ontrekken. In de twee vorige zittingen van het Par lement is reeds een dergelyk wetsvoorstel ingediend, maar beide keuren word het ver worpen, nadat de regeering zich er tegen had verklaard. Nu liet zy de belissing aan het Huis over. Vreesde zy, dat zy anders een nederlaag zou lyden Best mogelyk, want verscheiden unionisten verklaarde zich voor de wet. Grent Lawson, die uit naam der regeering sprak, raadde de aanneming echter af, en ille ministers die ia het Huis waren stemden tegen, maar 33 un o nisten gingen met de liberalen mede. En zoo kwam de tweede lezing van het wetsontwerp er met een meerderheid van 67 stemmen (223-156) door. Volgens de Standard heeft de naderende verkiezing het wetsontwerp deze meerderheid bezorgder is in Engeland (de wet geldt niet voor Schotland en Ierland) een wyd verspreid verlangen naar een dergolyke wet. Vele gemeentebesturen hebben het voorstel dan ook gesteund. Maar voor het wet wordt, moet het in het Lagerhuis nog eenige stadia doorloopen, en de regeering kan veel hinder palen in den weg leggen. En dan is het Hoogerhuis er nog Met dat al begroeten de liberale bladen de stemming van Vrijdag met vreugde. dienst voor het bezorgen van bestellingen want ons tweetal vond hem niet te huis, maar wel het k‘nd, een blond meisje vau een jaar of acht, negen, waarvan de conservator op Pdre-Lachaise gesproken had De kamer was gelijkvloers, sober, zoo niet armoedig, ingericht, met oen wit houten tafel, een viertal matten stoelen, een linnenkast je en een goedkoope klok Op het zien van onze twee reuzen werd het meisje blijkbaar angstig en zou zeker in een nog kleiner achtervertrekje zijn weggevlucht, als Beauchêne haar niet met zijn goedigen lach had toegevoegd •Wees maar niet bang, beste meid, we u waarlijk geen kwaad doen I» Het meisje begon nu zeil te glimlachen vroeg, wat het verlangen der heeren was. We zijn hier immers wel terecht bij Sabou- leau?» •Jawel, mijnheer, maar vader is even de deur uit I Hij zal wel gauw terug kopen, heeft hij ge-zegdAls de heeren zoolang willen gaan zitten Van het vriendelijk gedane aanbod werd ge bruik gemaakt en toen ons tweetal had plaats genomen, werd er in een paar minuien niet ge sproken. Het meisje was bij de tafel blijven staan en keek al maar door naar die twee groote mannen voor wie zij in ’t eerst zoo bang was geweest. De Panter en Beauchêne lieten hun blikken dwalen langs de muren van het kleine vertrekje, die hier en daar waren veisierd met illustraties uit het een of ander journal geknipt Eensklaps sprong de Panter, die ’toog naar den schoorsteen had gewend, met een kreet van men werddus ook Ryksdag-besluiten uit de laren 1870 of 1880 nog steeds tot wet kan verheffen. „Staatsrechterlyk is die vraag nooit opge lost. Er zyn staatslieden, die de rechtsgel digheid van zulke Bondsraads-besluiten be twisten, en meenen, dat in dergelykegeval- len de Bondsraad een nieuw wetsontwerp moet voorleggen aan den thans bestaanden Ryksdag”. Over deze qunestie zal waarschijnlijk bin nenkort in den Ryksdag een debat worden uitgelokt. Het is thans wel duidelijk geworden, dat de berichten over de aanwezigheid van Ja- panneis in Zuid-Mandsjoerye, westelijk van den Yaloe, onjuist waren. Van Russische zyde zyn die berichten officieel tegenge sproken en bovendien blykt uit alle tele grammen dat de Japanners voortdurend nog in Noord Korea vooruitrukken, en den Yaloe nog niet zyn overschreden. Volgens de berichten van Engelsche zijde ontvangen, landen de Japanners sedert 27 Febrn^fi hun troepen in een haven, die door hen Kaisbue wordt genoemd, en die twaalf uur noordelijk van Tsjemoelpo gele- legen is. Waarschijnlijk wordt hiermede be doeld de haven van Katsjoena aan de noord zijde van de Tatong-baai. Daur zouden in tien dagen tyds zestien transporten, te zamen tienduizend man, geland zyn. De Russische troepen in Noord Korea zyn langzamerhand teruggetrokken op Wyoe, doch volgens telegrammen uit Seoel zyn zy aan den linkeroever van den Yaloe afgesloten van elke verbinding met de overzijde, ten gevolge van het losgaan van het ijs, dat de ririer bedekte. En ten slotte is èr, bij Kasan, een plaats tusschen Ping-yang en Wyoe gelegen, een voorposten gevecht geleverd tusschen Japan- sche en Russische cavalerie afdeelingen. Volgens berichten trokken de Russen, wier verliezen niet bekend zyn, terug; de Japan ners verloren een doode. Uit al deze berichten blykt, dat de op- marsch der Japanners zeer geleidelijk gaat, en volstrekt niet sndler dan men verwacht te. Reeds dadeiyk by het uitbreken der vijandelijkheden werd de meening geopperd, dat het eerste belangrijke treffen in de tweede helft van Maart zou kunnen plaats hebben. Houden de Russen aan den Yaloe stand, dan kunnen binnen een tiental dagen voldoende Japansche troepen byeen zyn in Noord Korea, om een aanval op de Russi sche stellingen mogelyk te maken. Dan kan tevens het dryfijs in den Yaloe, dat thans den overtocht zeer bemoeielykt, gesmolten zyn. En dan kan men een gevecht om en by W(joe verwachten. Reuter seint uit Tientsin De meeste echtgenooten en gezinnen van de vreemde inwoners te Nioetsjwang zyn hier aangekomen. Een ernstig oproer is uitge- broken onder de Chineesche arbeiders van den Belgischen spoorweg in de provincie Sjansi. De brandpunten van dit oproer zyn 601DSCI1E (MIRANT Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. Telefoon So. 8Ï ADV ERTENTIEN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. In het Lagerhuis vroeg de heer W. Red mond den minister van Oorltg, of het wer kelijk waar was, dat de regeering den veld tocht in Somaliland wenschte door te zetten tot de Mullah dood of gevangengenomen was en of zy de „monsteraebtigo ploclamatie” van generaal Egerton goedkeurde. Bedoeld wordt hier de snorkende boodschap van den gene raai aan zyn tegenstander, onlangs door ons vermeld. De heer Arnold Forster antwoordde, dat hy officieel geeu kennis had van bedoelde proclamatie. De inhoud was zeer z 'kor niet in overeenstemming met de instructies van Londen uit gegeven. Inderdaad liet de minister eenige dagen geleden doorschemeren, dat hjj niet onge negen zon zyn den veldtocht te beëindigen, wanneer slechts de belangen der onder En gelsche bescherming staande stammen konden worden gewaarborgd. Dit nu wyst aller minst op een voornemen om den stryd tot het uiterste door te zetten. Het is echter niet onwaarschijnlijk, dat de officieren in Somaliland andere begrippen zyn toegedaan dan de regeering te Londen om trent de wyzu waarop het Britsche prestige moet worden hersteld. Intusschen wordt een klein succes aan Britsche zyde gemeld. Óp een strooptocht door generaal Manning’s troepen ondernomen, werden 150 volgelingen van den Mullah gedood en 3000 kameelen geroofd. Het besluit van den Du'.tschen Bonds raad, waarby wordt goedgekeurd de wet tot opheffing van 2 der Jezuïtetiwet van - 1872, die in den vorigen Ryksdag is aange nomen, - geeft tot heel tyat commentaren aanleiding. Reeds dadelijk hebben enkele Duitsche bondsstaten, zooals Saksen, Bronswijk en Reuss, officieus doen mededeelen, dat zy tegen het voorstel hebben gestemd. Deze me- dedeelingen toonen een zekere mate van ver zet tegen het besluit, en dat verzet uit zich ook in de pers. Zelfs organen van partyen, wier vertegenwoordigers in den Rijksdag jaren lang voor de opheffing van par. 2 hebben geproken en gestemd, klagen thans over het votum van den Bondsraad, en over den Rykskans' 1 er, die om het Centrum te beloonen en te vriend te houden in den Bondsraad een meerderheid voor het op heffen van de veelbesproken paragraaf heeft weten te vinden. Deze houding is te verwonderlyker, daar het beslnit van den Ryksdag in de vorige zitting met groote meerderheid genomen is; en wanneer de tegenwoordige Ryksdag hot weder nemen moest, zou die meerderheid allicht nog grooter zyn. De „Frankf. Ztg.” maakt een opmerking van staatsrechterlyken aard, over het besluit van den Bondsraad, en wel naar aanleiding^ van het feit, dat de Bondsraad daardoor een wet beeft bekrachtigd, die in de zitting van den vorigen Ryksdag is aangenomen. Is, zoo vraagt het blad, het juist, dat besluiten van een Ryksdag dien Ryksdag kunnen overleven, en kan de Bondsraad door goed keuring van eeu besluit van een niet meer bestaanden Rijksdag, dat besluit tot wet verheffen „Wie dit voor juist houdt”, zegt de „Frankf. Ztg.”, „moet dan ook toegeven, dat de Bondsraad elk beslnit van eiken Ryks dag steeds tot wet kan verheffen, ongeacht den tyd die verging sedert het besluit geno- hij toodoende iets ran eenig belang zou kunnen te weten komen. Wie weet had daarop Henri’s pleegvader geantwoord. Ia ’t piet mogelijk, dat de man, die ’t lijk heeft overgebracht, ons het een en ander zou kunnen zeggen qmtrent den toestand, waarin hij *t gevon den heelt. Is ’t niet mogelijk, dat zelts nu nog zou kunnen worden nagegaan, dat er zich sporen van vergift in *t lichaam bevinden, ‘t zij uit- ’t zij inwendig »J«, op die manier Gekomen op het kerkhot, wendde ons tweetal zich tot den conservator, om hem te vragen, of hij ook kon nagaan door wien het stoffelijke over schot van den grant Julien de Kermor in een andere grafstede was overgebracht. Na te hebben gebladerd in een groot register, op welks rug het woord: Opgravingen» |e lezen stond, noemde de conservator den naam van Sabouleau. •Zou ik dien man niet even kunnen spreken mijnheer vroeg Beauchêne. Hij is niet meer in onzen dients,» luidde het antwoord, »het vak bevkl hem niet, en daar hij ook te zorgen had voor een klein meisje de man is weduwnaar heeft hij een soort van wijnnering opgericht. Wacht, ik kan u zijn adres denkelijk wel opgevenEn na een adresboek te hebben geraadpleegd Derwaarts begaven zich thi Van een wijnnering wab in door Sabouleau bewoonh, a ziep. Misschien was hij jklechl

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1904 | | pagina 1