HET MEDAILLON.
Q
Ister”,
nr. 117.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
Donderdag 31 Maart 1904.
No. 9377.
42ste Jaargang.
i&zr
Buiieiilaiidsch Overzicht.
i
when
is Odol
ste middel
'en tanden.
inlflacons.
IN LOON.
i Ballons.
IATEN,
[ACHELS.
ILOEILICHT-
en degel(jk.
icht houdt, is
Fti.ülLLJMOX. i
H
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
3M
a
Wordt vervolgd.
Over da
geheels aarde
verspreid.
1AGIZIJN
nooië qollectie
iterleiding.
{Naar het- Fransch.)
ne Keuze
E
nniging.
ider KLOPPF..V
»a.
oor xlndellji-.
>or het behoud
e Machinale
nuttige vinding
onbeschadigd
werkelijk »(o/.
Uyüt. a.
del voor Heeren
derschoenwerk.
M MUIIarfc Ca
-Men lette goed
nerk.—
M«erk, talaeterlM,
•rAeMaMi’AntheiB
KMAnYz»
NG, Gebr. DE
EN.
me kaart ge-
sr Firma en
Feletoon Mo. 82.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
ithoniedijk
eerd, Kaat-
GOlIMIli: C01R1NT
Yamamoto bet relaas van den heldendood
van kapitein Hirose. Hy wees op de groote
moeilijkheid om Port-Arthur af te sluiten en
de plannen hiertoe waren nog lang niet
verwezenlijkt. Qp herleving van den oor-
logsgeest te Port-Arthur na aankomst van
admiraal Makharof was ontwijfelbaar. In
het rapport werd de hoop uitgesproken dat
de Russen de haven zouden verlaten om da
Japansche vloot aan te vallen.
De Kamer nam met algemeene stemmen
een motie aan, waarin de regeering wordt
aangemoedigd en aan de marine hulde wordt
gebracht en waarbij de Kamer zich verbindt
geen uitgaven te sparen voor de voortzetting
van den oorlog.
Minister Katsoera bedankte.
Verschillende afgevaardigden deden een
poging den afgevaardigde Ogawa vervallen
te doen verklaren als lid der Kamer. Oga
wa was de voorsteller van de vervallenver
klaring van Akiyama en diens vrienden
verklaarden nu dat er veel meer reden was
Ogawa te beschuldigen van Rusland geld
te hebben ontvangen dan Akiyama.
Na een kort maar heftig debat werd het
voorstel om Ogawa uit te sluiten met groote
meerderheid verworpen.
tvoerige Cir-
d verkrijgbaar
echtsche hee-
leze omstreken
Uren stil om de gewonden te verbinden. Te
negen uur kwamen zij te Nossnn aan.
Vermoedelijk leden de Japanners zware
verliezen aan mannen en paarden. Aan onze
zijde werden helaas drie officieren zwaar en
één licht gewond. Drie kozakken sneuvel
den, twaalf werden gewond, van wie vijf
ernstig.
Generaal Mischtschenko wijst op de uit
stekende houding der leiders, der officieren
en kozakken. Bovenal muntte uit de derde
compagnie van het Argun-regiment, onder
bevel van Krasnotanof.
De Fransche Kamer heeft met een meer
derheid van 47 stemmen het wetsontwerp
betreffende het verbod van het congrega-
nïstisch onderw(,s in zijn geheel aangenomen.
Minister Combes heeft niet alles gekregen
wat hij verlangd heeft, maar de eindoverwin
ning is aan hem en zijn meerderheid is by
de eindstemming aanmerkelijk grooter ge
weest dan bij de stemmingen over de arti
kelen. Zyn meerderheid is echter nog “tien
stemmen gebleven beneden dié, waarmede,
echter by een minder goed bezette Kamer,
het beginsel der wet werd goedgekeurd.
Sedert heeft de Regeering een paar neder
lagen geleden, die de oppositie reeds deed
jubelen over haar aanstaanden vul en het is
zeer de vraag of de uitslag van de eind
stemming mag worden opgevnt als een ver
sterking van de wankelende positie van het
kabinet-Combes.
Binnen enkele dagen zal de minister van
marine Pelletfcn in de Kamer de aanvallen
tegen zyn bestuur hebben te beantwoorden.
De beweging tegen dezen minister heeft
onder leiding van bekwame mannen, als de
voorzitter van de begrotingscommissie
Doumer en der zake kundigen als de oud-
minister van marine Lockroy, een zoo ge
weldigen omvang aangenomen dat ze voor
het lot van het geheels ministerie beslissend
kan worden, te meer daar te voorzien is
dat de heer Combes zyn minister van marine
niel“in den steek zal laten.
De nederlaag van den sociaal democrat!-
schen candidaat by de tusscbantydsche ver
kiezing te Zschopan Marienberg heeft in de
kringen der „Vorwfirts”-redactie niet weinig
inlruk gemaakt.
Het blad erkent, dat na Mülhausen nog
geen dergelyke stembus nederlaag door de
party geleden werd. Een deel van de ver
mindering der sooiaiistische stemmen wordt
door het blad op rekening gesteld van do
zyn in de schermutseling tusschen Andsjoe
en- Tsjengdsjoe.
Officieel wordt meegedeeld, dat generaal
Koeropatkin het volgende telegram richtte
tot den Tsaar: Ik heb de eer Uwer Majes
teit onderdanig te berichten, dat generaal
Mischtschenko den 28en Maart, ’s avonds
te 10 nnr seinde: „Drie dagen achtereen
hebben kleine patrouilles Japansche cavalerie
getracht met ons in gevecht te geraken, doch
hunne patrouilles maakten, toen zij met ons
in aanraking kwamen, rechtsomkeert en
trokken terug naar Tsoeng-dsoe.
Nadat wjj virnomen hadden, dat vier
vjjandeljjke leger afdeelingen zich vgi werst
van Tsoeng-dsoe bevonden, marcheerden wij
den 27e op Kraan aan, en kwamen met zes
compagnieën den 28e om half tien vroeg in
Tsoeng-dsoe aan. Zoo gauw onze voorposten
de stad naderden, opende de vjjand onder
bescherming der muren het vuur. Twee es
kadrons stegen dadelijk af en bezetten de
hoogten om de stad gelegen, van waar zjj
op 600 pas afstands den strijd begonnen.
In de stad waren in hinderlaag ongeveer
een compagnie infanterie en een eskadron
cavalerie. Onze mannen nog met drie com-
pagnieën verstuikt, openden een kruisvuur
op do Japanners. Niettegenstaande deze om
standigheid en destelling door ons ingenomon,
boden de Japanners dapper weerstand. Zij
staakten het vuren eerst na een verbitterden
strijd, die een half uur duurde, om naar do
buizen terug te trekken. Op twee plaatsen
was de vlag van het Roods Kruis geheschen.
Spoedig daarop rukten op den straatweg
van Kusan twee eskadrons Japansche cava
lerie aan, welken het gelukte de stad binnen
te gaan. Een derde trok in wanorde terug
onder de salvo’s van onze troepen. Men zag
mannen en paarden vallen.
Nog een uur lang vuurden onze troepen
op de in de stad zich bevindende Japanners,
en verbiederden hen de buizen te verlaten,
om op nieuw op ons te kunnen vuren.
Anderhalf uur na het begin van den strijd
verschenen op den straatweg naar Kasan
vier compagnieën, onder bedekking van één
compagnie trokken in goede orde, stappend,
voorbij, en stelden zich op achter de bergen
in veld kolonne.
De gewonden van het vorige gevecht wer
den meegevoerd. De in wanorde gebrachte
eskadrons konden oogenschjjnlgk de zooeven
dqor ons verlaten hoogten niet spoedig
bezetten, terwijl de infanterie nog achter
gebleven was.
De achterhoede dor beschermende afdee
ling kwam kalm te Koeksan, hield daar twee
rt rotten
welbekend
BT-B1IXSB
abriektmerk).
radicale en
van alle, zelfs
tkige zenuw'
ontstaan door
ugdigen leeftyd
zwakte, Bleet
Hoofdpyn
- Maagpijn
n vermogen
mz. -u Uit-
ver weg zyn”, zeide hy Zaterdag in een
bijeenkomst te Johannesburg.
Zal de Britsche Regeering ook dit duider.
Zal zy toelaten dat de man, dien zy heeft
uitgezonden als haar vertegenwoordiger in
Zuid-Afrika, zyn verantwoordelijkheid tegen
over haar en tegenover feet Britsche volk
afwijst en zich opwerpt tot dictator van
Zuid-Afrika, een dictator, die het recht heeft,
gelyk lord Milner onbevoegd doet, te spreken
van „myn” daden, „myn” plannen?
Wy zyn benieuwd of de regeering van het
vrije Engeland zich ook deze vernedering dal
laten welgevallen.
87)
Verder hadden de Verslaggevers in de couran
ten niets gemeld van de beide aanslagen in de
rue Cujas en op den weg van Belleville, omdat
ook die bizonderheden door Beauchêne waren
gehèim gehouden, en alleen medegedeeld was, dat
de graaf de Kermor volgens de loopende ge
ruchten later nog tot tweemaal toe zou beproefd
hebben het behouden kind van het leven te
beraoven.
‘Aan tafel bij Beauchêne hadden de dischgenoo-
ten ’t wel opgemerkt, hoe somber en in zich zelf
gekeerd het hootd des gezins was geweest, maar
naar de reden, die daarvoor konden bestaan, had
niemand durven vragen.
Toen men aanstalten begon te maken om op te
staan, verzocht Beauchêne sijn huisgenootea nog
een oogenblik te willen blijven ritten.
.Gij allen kent,, zoo begon hij toen, >de bizon-
.derheden uit de geschiedenis van den graal de
Kermor, en ge weet ook nu, dat die man is qpge-
pakt beschuldigd van zijn broeder te hebben
Verginigd en van zijn heef in de Seine te hebben
geworpenmaar wat ge niet weet gij niet,
mijn Henri en gij evenmin, Jeannette dat zijn
de redenen, dat mij er toe geleid hebben, om in I
vader en een eigen zoon zou u niet meer kunnen
liefhebben dan ik het doel»
«Bravo I» riep de Panter met een luidruchtig
heid,' die er op berekend was, om de algemeene
aandoening eenigszins te temperen. »Da’. is braaf
en goed gezegd
Hij stak den jonkman zijn hand toe, welk voor
beeld door zijn twee broeder? gevolgd werd. Wat
Julie en Jeannette betreft, ze stonden in stilte te
schreien en, vol erkentelijkheid voor de een en
vol warme liefde voor de ander, sloot Henri haar
beurtelings in zijn armen
»Ja, ja, gij zijt mijn moeder, in waarheid mijn
moeder geweest!» zeide hij tot Julie Beanchêno
En tegen Jeannette, wier gloeiende wangen hij
met kussen bedekte
«Maar gij zijt niet mijn zuster en daarvoor
dank ik den goeden God!»
„Waarom? Waarom Henri?"
Omdat ge nu mijn vrouw zult zijnO,.
Jeannette ik heb u zoo lief
„Ik u niet minder, geloof ik I” kwam er be
deesd uit Jeannette’s mond
Daar lagen opnieuw Henri en Jeannette aan
elkanders borst en ditmaal kon de Panter zijn
„Bravo’’ niet meer uitbrengen Daarom klapte hij
maar in zijn handen, Hij was echter de eerste,
die weder een wootdje op zijn pas in het midden
kon brengen,
De noodzakelijkheid van den invoer Vfin
Chineesche werkkrachten in de Transvaal-
sche mynen wordt betoogd op grond van
beweringen, waarvoor geen enkel bewijs
wordt aangevoerd. Het heet dat er gebrek
aan werkkrachten is in de mijnen die niet
konden worden geëxploiteerd, dat het land
daardoor in zyn vooruitgang werd belem
merd en de invoer van Chineezen der blanke
bevolking ten goede zou komen.
Uit dit betoog blykt ten duidelijkste dat
de invoer van Chineesche werkkrachten
slechts moet dienen om de zakken van de
mynmagnaten te spekken en alleen daarom
rèeds af te keuren is.
De maatregel echter is ook een groote
staatkundige fout. Andrew Marnegie heeft
dit zeer scherp gezegd, toen een correspon
dent van de „Daily News” hem by zyn
aankomst te Plymouth naar zyn meening
vraagde. Hy zeide
„In de Britsche geschiedenis zyn drie
groote fouten aan te wijzen. De eerste heeft
Engeland zyn Noord Ainerikaanschc kolonie
doen verliezen. De tweede was de Krim-
oorlog. De derde was de Zuid-Afrikaansche
oorlog. De laatste is ongetwijfeld een veel
groeter fout dan do Krim-oorlog. Toen deze
uit was, waren ook de moeilijkheden voorbij
maar met de Zuid-Afrikaansche oorlog is
het anders gesteld. Deze doet my denken
aan de volgende omschrijving die een Ier
eens gaf van de influenza: „Het ergste van
de ziekte is dat men zulk een langen tyd
ziek is, nadat men hersteld is”.
„De fout van den Boerenoorlog is bijna
even groot als die welke Engeland zyn
Amerikaansche kolonie heeft gekost en zou
wel eens een dergelyk gevolg kunnen hebben.
De invoer yan Chineesche werkkrachten zal
de kolonie in geen geval Britsch maken en
zal zeker den band met het Britsche ryk
niet nauwer aanhalen”.
Het Londensche volk, dat Zondag zyn stem
heeft doen hooren tegen den invoer van
Chineezen in Afrika, heeft waarachtige
vaderlandsliefde getoond. Maar of de regee
ring even juist begrip van haar plicht zal
toonen mag worden betwijfeld. Van lord
Milner is in deze niets te verwachten. Hij
luistert slechts naar de stem van „zyn gou
den lijfwacht” en schroomt niet dit openlijk
te verklaren. „Zoolang ik de vriendschap
en het vertrouwen geniet van de bevolking
te midden waarvan ik leef, geef ik geen
cent om de meening van hen die 6000 mylen
het welmijn lieve, beste jongen I Ik wil alleen
zeggen, dat gij. en niemand anders, de zoo lang
vermiste neef van Jean de Kermor zijt
Die verklaring had, wat den inhoud betreft -*
men begrijpt het wel geen uitwerking op Julie
Beauchêne en hare drie broeders, welke reeds
lang het geheim kenden, maar Jeannette, die, tot
op dit oogenblik toe, Henri als haar broeder had
beschouwd, stond van ’t gehoorde, evenzeer als
Henri zelf, verplet.»
Vader, vader,» riep Henri uit en men hoorde
de tranen in zijn stem, «ben ik dan uw jongen
niet?»
«Mijn beste jongen zult ge altoos blijven, Henri,
maar ge zijt mijn zoon niet, en ik behoef u wel
niet te zeggen, hoeveel moeite ’tamij heeft gekost,
u dat mede te deelen
En met innige ontroering sloot hij Henrrdaarbij
in de armen.
Toen beide eenigermate tot bedaren waren
gekomen, vroeg Henri zijn pleegvader, waarom
deze er zoo tegen op had gezien, hem het geheim
te onthullen.
«O, Henti», luidde het antwoord, «mijn vrouw
en ik, we waren zoo bang, dat gij, alles wetend,
ons niet meer als uw ouders zoudt liefhebben en
ons zoudt gaan verlaten
«Ik F U niet meer lielhebben, u gaan verlaten
O, thans begrijp ik alles I Ge hebt mij gered,
groot gebracht en opgevoed als een eigen kind,
mij nogmaals gered, mij bevrijd van mijn gewe-t
tenlooze vervolgers Aan die taak hebt ge uw
tyd en uw geld gewijd, uw leven gewaagd, en dan
zoudt ge denkenMaar ge zijt tienmaal mijn
dubbele flesch
^te, Za idiom mo
tterdam.
ge.
Czn. Rotterdam
In dc Kamer van Afgevaardigden las
admiraal Yamamoto het rapport voor van
admiraal Togo over den zesden aanval op
Port-Arthur. De voorlezing werd daverend
toegejuicht. Met bewogen stem las admiraal
De „Dajly Mail” verneemt uit Seoel, dat
er den 23n Maart een gevecht plaats had
tusschen een afdeeling Japansche infanterie
en eenige Kozakken. Het gevecht had
plaats tusschen Andsjoe en Tsjengdsjoe en
eindigde met een overwinning dor Japanners.
De Russen trokken terug. De Japanners
hadden 50 doodende verliezen der Russen
zyn onbekend.
Uit Seoel wordt béricht, dat 50 Japan
ners en 100 Kozakken gesneuveld of gewond
die zaak handelend óp te treden.»
•Was dat niet om de gravin te straffen vroeg
Henri, maar nauwelijks had hij zich zoo onvoor
zichtig uitgelaten, of hij begreep, dat hij
te veel had gezegd, en zag zijn moeder ang
stig aan.»
«O, zij weet nu alles, Henri,» verklaarde Beau
chêne, «de poging tot móórd in het quartier Latin
en de nachtelijke aanranding, die met elkander in
verband stonden.»
«Hóe kunt ge dat zeggen, vader?» vroeg
Henri. »Die twee dingen hadden niets met elkaar
gemeen I»
Daarin vergist ge u, mijn jongen 1 De beide
aanslagen kwamen bepaald van één kant, alleen
is de tweede maal de graat, in plaats van zijn
vrouw, handelend opgetreden.»
De jonge man zette bij het hooren dier stellige
verklaring een paar verbaasde oogen op
»Hoe,» riep hij uit, »zou dan die Engelsch-
man
»De graaf zijn geweest Ja, mijn jongen, hij
had zich eenvoudig vermomd!»
»Maar waarom stond hij mij dan naar het leven,
vader
«Waarom Om u uit den weg te ruimen, toen
het hem gebleken was, dat de ruim vijftien jaar
geleden door hem gepleegde misdaad op de
brug van Asniéris uw dood niet tengevolge had
gehad I»
«Mijn God, vader, wat wilt ge zeggen riep
Henri uit, zoo bleek als een geest van zyn stoel
opspringend >Ik begrijp u niet!»
•Ja, ja, Henri dat doet ge well Ge doet
Telefoon No. 89
ADV ERTENTIEN worden geplaatst van
15 regels 4 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.