IN
V®
HET MEDAILLON.
ITHEE.
f
i
VERKIEZING.
AHN,
ster
Aieutr«- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
No. 938».
7 April 1904.
I
Bulteolandsch Overzicht.
N LOON,
erleiditg.
Mams.
mhun
rcAF.
43ste Jaargang.
stgmldel
’entamitn.
mtflacona,
Donderdag
FEUILLETON.
KENNISGEVING.
I'.
'l
[«zending van Advertentiën tot 1 uur des niidd.
j, dubbel* fleeoh
id
liefde I»
ik u niet ge
de veroordeeling van
meer 1
’t op
IM>M n«. st.
De Uitguve dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Over de
joieele aarde
verspraid.
Ballens.
Keuze
C.OEILICHT-
n degelijk,
eht houdt, is
ar bij’
ERS Jz.
van echtheid ia
irk ateoda voor
naam der finu
'E.
r. 117.
ooie collectie
O D D E
l.MMKR
{Naar het* Fransch.)
RK te letten
ZONEN,
Mumu: uhravl
Ongeveer drie weken na
vorden afgele-
pakjea van vijf
een Ned. on»
n Nommer en
i nevenstaand
Wet gedepo-
iering van ge*
elende
IJL,
AART Lx.
De BURGEMEESTER van GOUDA brengt ter
openbare kennia dat de op heden bij hem inge
leverde opgaven van candidaten voor de benoeming
van een lid van den Gemeenteraad op de secretarie
der gemeente voor een ieder ter inzage zijn neder-
gelegd. dat afschriften daarvan zijn aangeplakt aan
den Korten Gvoenendaal bij de Markt en tegen
betaling der kosten verkrijgbaar gesteld.
Gouda den 5 April 1904,
pc Burgemeester voornoemd,
R. L. MARTENS.
WAO’fc
dat het effectief der troepen voorloopig
moet worden verminderd met evenveel man
nen als er paarden zyn.
De Japanscho troepen hebben zeer te lijden
van *t geheel of gedeeltelijk bevriezen der
voeten.
De Rassen overschatten de macht der
Japanners in Noord Korea, en trekken dien
tengevolge terug, zonder party te trekken
van de natuurlijke voordeelen van het terrein.
De Japanners versterken Foesan en het
eiland Koje met het doel, Masampo te kun
nen verdedigen en de Straat van Korea te
kunnen beheerschen.
ft?, Ztltbo pm*
terdam.
F-
Czn. Rotterdam
CS
D® Russische bladen beginnen nu toch
hun ongenoegen te toonen over het opdringen
der Engelschen in Tibet. De „Swiöt” en
de #Novoje Wremja” vooral. Laatstgenoemd
blad zegt, dat Engeland van de inbezitnamo
van - Tibet zal gebruik maken om aan Rus
land moeielykheden te berokkenen vooral
langs de Russisch Mongoolsche grens.
De Duitsche bladen toonen zich benieuwd.,
wat Rusland thans zal aanvangen. De „Vos-
sisclje Zeitung” acht de gebeurtenissen op
de Tibetaansche grens van groot politiek
belang. De Engelschen zijn voornemens hun
wil aan Tibet op te leggen zonder acht te
slaan op de tegen-manoeuvres der Russen.
De Tibetanen zullen voortaan de Britsche
oppermacht moeten erkennen en vermoedelyk
zal .een Britsch resident te Lhassa worden
benoiriid. Het blad is benieuwd wat Rusland
thaiift zal doen aangezien aan zyn prestige
een ^rnstige lag is toegebracht.
De Fransche bladen bespreken de gebeur
tenissen met groote voorzichtigheid, vermoe-
dclyk met het oog op de ondorhandelingen
betreffende de algemeene overeenkomst. Zy
wyzen echter op de gevaren eener imperia
listische politiek.
D9 „Temps” acht de mogelijkheid niet
buitengesloten, dat kolonel Younghusband's
miss|e ernstiger moeilijkheden zal ontmoeten
dan jwel verwacht wordt.
Kikele radicale Engelsche bladen, zooals
do „Echo,” wagen het de schaamte welkt?
hen bezielt over het optreden der expeditie
te Goeroe onder woorden te brengen. Dit
blad acht Engeland met een onbetwistbare
smet bevlekt door de wreedheid van zijn
troepen, die weerlooze Tibetanen, met oude
geweren en sabels gewapend hebben inge
sloten en met kanonschoten omgebracht enkel
omdat zy niet wilden wijken voor de z.g.
vriendschappelijke expeditie, welke hun land
binnendrong, gewapend met nieuw-model
geweren en het meest moordadige geschut.
Wy hebben onlangs medegedeeld, dat on
der de Duitsche staatsrechtsgeleerden ver*
schil van gevoelen bestaat over de vraag of
de Bondsraad gerechtigd was, de wet af te
kondigen tot intrekking van art. 2 der Je
zuïetenwet, en wel omdat het voorstel daar
toe was uitgegaan van den Rijksdag in 1890,
dus van een die reeds lang door een andere
is vervangen. Prof. Laband heeft thans zyn
verdediging van het goede recht der Duit-
sche regeering bekend gemaakt. Hy erkent
vroeger anders te hebben geoordeeld op
grond van de praktijk, die medebracht, dat
een wetsvoorstel geacht werd vervallen te
zyn, als de Ryksdag het wel had aangeno*
Het gevecht dat de Engelschen bij Goeroe
leverden tegen de Tibetanen heeft nog geen
enkel gevolg gehad. De Tibetanen trokken
terug en de colonne zal haar marseb naar
Gyang-tse voortzetten. Van Tibetaansche
zyde ontving kolonel Younghusband geen
enkele mededeclingde Chineescbe Amban
te Lhassa zond aan dén Engelschen kolonel
een schrijven, meldende dat hy reeds vroeger
de Engelsche colonne had willen tegemoet
reizen, maar dat de Dalai Lama hem belet
had te vertrekken. Hy hoopt den kolonel nu
te Gyang-tse te kunnen begroeten.
Russische bladen, voornamelijk de Swjct
en de Nowoje Wremyo zyn zeer boos over
dit gevocht by Goeroe, waarin zy het begin
zien* van de inbezitneming van Tibet door
de Engelschen.
De Nowoje Wremya zegt, dat Engeland
gebruikt maakt van Rusland» moeilijke posi
tie, om veroveringspolitiek te gaan voeren in
Tibet, en daardoor Rusland nieuwe moei
lijkheden te bereiden aan zyn uitgestrekte
Mongoolr.che grenzen. Uit het artikel van
de Wremya spreekt een toon van ingebonden
woede, die byna dreigend klinkt.
Daarnaast staat eenigzins zonderling het
bericht uit Petersburg, dat koning Eduard
ernstige pogingen aan wendt om ook met Rus
land tot een overeenkomst te geraken, waarby
alle moeilijkheden tuasclicn beide landen wor
den opgelost. Eon der grondslagen van die
overeenkomst zou zyn, dat Engeland zich
niet verzetten zal tegen de Russische eischen
in Mandsjoerye,’ tegen de openstelling der
Dardanellen en tegen een Russische haven
Er bestaat in Rusland een zekere neiging
om denJapanscben tegenstander te minachten.
Wy hebben dat nog onlangs ervaren uit het
interview van een Figaro-redacteur met
generaal Sakbarof, die toen chef vad den
generalen staf was, en sedert minister van
oorlog werd. Deze Russische generaal sprak
op zeer neerbuigenden toon over die baronnen
en markiezen, generaals en maarschalken,
waarvan hy de namen niet eens kende.
Overste Alexander Wereschtschagin, van
den Russischen generalen staf, die vroeger
tot den staf van den minister van oorlog
Koeropatkino heeft behoord en toen een
reis door Mandsjoerjje maakte, die Japan
zeer goed kent, en die in een alleraardigst
boekje zjjn indrnkken van die landen heeft
neergeschreven, komt thans tegen die klein-
achting op. Hy doet dat openlyk, in een artikel
in de Wjedomosti. En hy zegt: dat de namen
der markiezen en baronnen, der generaals en
maarschalken, die men in Rusland niet kent,
met bloed geschreven zullen worden in de
geschiedenis van de 20e eeuw. De Japanners
zyn niet te onderschatten als vijanden en men
doet in Rusland zeer verkeerd, de zaak zoo
licht op te vatten.
De minister had in zyn interview ook
gezegd, dat de Japanners niet meer dan
250,000 man zouden kunnen landen in Korea.
De overste zegt„Naar myne meening zyn
zulke beweringen zeer gevaarlijk. Zy kunnen
ons slechts schadenwant men moet bet
gevaar met helderen blik onder de oogen
zien; overdrijving is niet goed, maar onder
schatting is nog veel erger.”
Kolonel Youngbusband heeft een brief ont
vangen van den Chineescben Amban, die
zich op het oogenblik Je Lhassa bevindt,
waarin, deze zegt wel te hebben willen ko
men om hem te Tanoe te ontmoeten, maar
dat de Dalaï-Lama hem niet had willen
laten gaan.
rtroftea
welbekend
IT-1LZX11
MmmA).
radicale en
ran alle, «elfa
kige *enuu>~
ontstaan door
igdigen leeftyd
zwakte, Bleet
Hoofdpyn
- Maagpijn
j vermogen
>nz. JJit-
>Ja, op mijn woord; dan ben ik de uwe!»
De verliefde man slaakte een kreet van vreugde
en hij zou reeds dadelijk de schoone Marcelle aan
het hart hebben gedrukt, indien de oms ardigheden
van de arme vrouw niet zoo bitter bedroevend
waren geweest.
„Houdt u dan gereed Marcelle I Van nacht om
twaalf uur zal ik u komen alhalen.”
„Zweert ge ’t mij
,ja, op mijne eerewoord
Óp het bepaalde uur was hii inderdaad weder
aan ’t hotel van de rue Saint-Georges.
„Ik wachtte u, zeide Marcelle en zij stapte in
fie coupé, waarvan hij hot portier geopend hield.
De gravin was een ander mensch geworden.
Geen spoor van tranen of van zwakheid meer,
maar daarentegen een fiere houding en een eigen
aardige schittering in die gr< ote prachtige oogen.
Onderweg beproefde de verliefde man herhaalde
raaien haar hand te vatten en daarop zijn lippen
te drukken, maar zaclitkens trok zij telkens ook
die hand terug.
„Later, later,” fluisterde zij met een stem, waar
uit hij een belof.e meende te hooren
In de gevangenis van La Roqrette werden voor
den hoog geplaatsten ambtenaar der politie en
Marcelle alle deuren geopend Toen de cel moest
worden ontsloten, waarvan de cipier den sleutel
zocht, zeide Marcelle’s geleider tot haar
„Gij hebt een uur voor u, mevrouw, maar ook
niet meer I Over een uur zal ik u komen afhalen,”
(Slot volgt)
«Morgen ochtend I»
«Een snik ontwrong zich aan Marcelle’s keel
en zij bradht de hand tegen het hart«O die
ongelukkige I die ongelukkige!»
«Haar bezoeker poogde haar tot bedaren te
i brengen, maar was daartoe niet in staat.
I «Neen, neen, alles is verloren I snikte zij;
De bezoeker gréep haar hand
«Niet voor u, mevrouw, n»et voftr u I»
De gravin trilde. Snel als een bliksemlicht, ging
haar een gedachte door het hoofd.
«Hebt ge mij lief?» vroeg zij. «Ge hebt het
zoo vaak gezegd
i «O, als een waanzinnige.»
k A’Geef mij een bewijs van uw vurige
iEén Ik zal er u honderd geven I»
•tjk wil van nacht gedurende een uur met hem
-itemen zijn
verliefde man, die aan haar voeten Jag
o^,$ ^Wfèrgéknield, sprong plotseling overeind.
die 1 «Een uur raet hem r»
«O, ik bid u, ga mij niet zeggen, dat het onzin
nig, dat het onmogelijk is 1Go kunt mij ver
schaffen. wat ik u vraag, ja, ge kunt het I Als ge
mij zeidet, dat het niet zoo is, zou ik u niet ge
looven, zou ik niets gelooven I
«Maar lieve Marcelle, bedenk dan toch..»
«Ik wil niets bedenkenIk wil hem zien en
sprekenEensVoor het laatst
De ambtenaar van het politie-wezen stond in
tweestrijd. Maar Marcelle zag naar hem op en er
lag in hare oogen zulk een vreemde glood, dat hij
zelf daardoor in vuur en vlam werd gezet.
«En zoo nu eens?..» vroeg hij.
Het eerste Japansche legerkorps, dat langs
drie verschillende wegen van Andsjoe naar
Widsjoe trekt, bestaat ait 45,000 man. De
keizerlijke garde en de 2e en 11e divisies
maken er deel van uit. Groote hoeveel
heden levensmiddelen worden te Hajoe en
te Tsjenampo aan wal gebracht en van daar
met jonken langs de Tsjeng-tsjeng rivier naar
Andsjoe getransporteerd.
Aan iedere divisie zyn paarden toegevoegd
en wel 5200 per divisie. De dieren zyn
reeds aan land gebracht, maar zy verkeeren
ook tengevolge van de vorst, in slechten
toestand. De noodzakelijkheid, dat elk paard
aan de hand moet worden geleid, maakt
Jean de Kermor, hield des namiddags om vijf uur
een gesloten tijtuig halt voor het nog altijd zeer
sombere hótel van de rue Saint-Georges.
Uit dit rijtuig steeg een heer, wiens gelaat bijna
geheel achter een zijden foulard verborgen was.
Haastig liep hij de portierswoning voorbij en op
een geheimzinnige wijze werd hem in ’t volgeni*
oogenblik de deur van het hperenhuis geopend.
«Is mevrouw de gravin te spreken vroeg
de bezoeker aan den lakei, die hem had binnen
gelaten. I
Het antwoord op die vraag behoefde niet te
worden gegeven, want reeds vertoonde zich i
Marcelle boven aan de trap, met een gelaat als
marmer zoo wit met rood-gerande oogen en gejne^
in het zwart gekleed. 'J;
«Ik had u zien aankomen! Gij hebt mij(,ottty V J
nog niet geheel en al aan mijn lot overgelaterOtf^ jj*te
«O, ik zal u nooit vergeten,” antwoordde 'AJ
bezoeker, die niemand anders was dan de hoo£
geplaatste ambtenaar van het politiewezen, die
zoo hartstochtelijk op de schoone vrouw verliefd
was. En toen hij bij Marcelle was binnen
gelaten „Ik kan u belaas geen gelukkig nieuws
mededeelen I”
«Is het verzoek om gratie gewezen van de
band?»
Marcelle zonk op de sofa neder. «O, God, mijn
God snikte zy, het gelaat in de beide handen
verbergend.
■Moed, mevrouw, moed
«En er bestaat geen zweem van hoop
Wanneer moet het gebeuren - Is
morgen
INRICHTIMGBN W8LKE OSVAAR, SCHADE OF
HINDER KUKNEN VEROORZAKEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS va»
Gouda,
Gelet op de artt 6 en 7 der Hinderwet:
Brengen ter algemeene kennis, dat op de Secre
tarie ter visie is gelegd een verzoek met bijla
gen van het Besuur van den Oostpolder in
Schietend om vergunning tot oprichting van eene
waterbemaling, gedreven door een zuiggasmotor
op de perceeien gelegen nabij den weg nagr den
Znidplaspokier, Kadastraal bekend Sectie F No.
45s en E No. 26.
Dat op Woensdag den 20 April 1904, des na
middags ten i1/» ure, op liet Raadhuis gelegenheid
om bezwaren tegen de gevraagde vergunning
in te brengen e> dat gedurende drie dagen vóór
dien dag op de Secretarie der Gemeente van de
ter zake ingekomen schrifturen kan worden kennis
genomen.
GOUDA, den 6 April 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
R. L. MARTENS.
De Secretaris,
BROUWER.
9»)
’t Was alleen met de krachtige ondersteuning
van de twee gendarmen, dat hij de gerechtszaal
kon verlaten.
Ook het gerechtshof had zich, zooals gebruikelijk
is, verwijderd.
Na verloop van de tien minuten, die wel een
uur schenen geduurd te hebben voor hen, die
achterbleven, keerden eerst de leden van het
gerechtshof, vervolgens de jury-leden en eindelijk
ook de beschuldigde tusschen de beide gendarmen
in de zaal terug.
De oudste der gezworenen, zeer bleek en zeer
•ntroerd, maakte het besluit der jury aan het
gerechtshof bekend. Met algemeene stemmen,
zeide hy. had de jury het «schuldig» uitgesproken
en geen verzachtende omstandigheden konden hier
in aanmerking komen.
Toen volgde het vonnis des doods
Jean de Kermor slaakte een rauwe kreet en
tervrty hij nagenoeg moest worden wegge
togen, werd langhaam de saai door het pubhek
enteuimd.
XXXI.
men, maar de Regeering het niet vóór het
begin der volgende zitting had bekrachtigd.
In den beginne was het gebruik, dat de Re
geering dan opnieuw het voorstel indiende.
Later is deze praktyk echter veranderd en
zyn herhaaldelijk voorstellen in een vorige
zitting en ook door een vorigen Rijksdag
aangenomen, tot wetten verliev^, zonder
nieuwe indiening. Dit acht hy ook grond
wettig juist, want de Ryksdag is een voort
durend bestaand college, afgescheid^ö yan
de leden. Een besluit blyft van kracht zoo*
lang het niet door een nieuw voorstel is
ingetrokken. De bedenking dat alsdan een
niet bekrachtigd besluit nog na 25 jaren
plotseling tot wet kan worden verheven,
bestrijdt prof. L. met de opmerking, dat ook
in liet staatsrecht goede trouw wordt onder
steld en dus zulk een handeling alleen denk
baar is, wanneer gelyk in dit geval
het gevoelen van den huldigen Ryksdag stel
lig niet afwykt van dat der vergadering, die
het besluit vroeger heeft genomen.
Telefoon No. S9
ADV ERTENT1EN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend^
naar plaatsruimte.