I
1
G.
IM
acoi.
Borst-
c°.,
leveranciers).
1
DE VERBORGEN SCHAT.
I
1
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
30 April 1004.
No. 9402.
43ste Jaargang.
Bullenlanilscb Overzicht.
FEUILLETON.
-
uenza,
ning-,
1-1”,
Zaterdag
liiiza
WTO'
iouda.
op
holpen.
hebben niet
4
uarun, ui
stond stil
Wordt vervolgd}.
alibi verlof
by een der
Wapenen,
loen genezen
ran ouds
beroemde
>or ingeljjfden
leunt, bjj het
30ST-INDIK.
a
1
[NGBLOEM
jeb nik,
tntebe-
ée, ook
<0.50.
<0.90,
wakte,
slechte
tvolgen.
kcucht,
tien van
i tneeele
■laxans
flensten,
/0.50.
Lsmiddel
n, het ia
itend in
I
IHHIkMII E COURANT
bestrij-
ete. In
Feletooii No. 82.
l)e Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nominers V IJ F CENTEN.
Telefoon No. 82
A D V ER TENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
.Reuter seint uit Petersburg:
Het telegram van Jessens aan den Tsaar
van Woensdag luidt: In Gensan boorden op
25 Aj ril twee Russische torpedobooten het
Japansche stoomschip „Goyo-Maroe” van
500 ton in den grond, nadat zy vooraf de
geheele bezetting aan land hadden laten
gaan.
Op denzelfden dag, om 8 uur ’s avonds,
werd op zee de Japansche stoomboot „Na-
kanoera-Maroe” van ongeveer 220 ton, in
den grond geboord.
Ik heb de bemanning aan boord genomen.
In den nacht werd verder om half twee
een Japansche militaire transportboot, de
„Kioesjen-Maroe”, van 4000 ton, in den
grond geboord dit schip had rjjst, krijgs
voorraden, 1500 ton kolen aan boord, en was
gewapend met vier 47 m.M. Hotschkiss-ka-
nonnen. Van de bemanning gaven zich 17
officieren, 20 soldaten, 85 koelies en 65 ma
trozen over. Dezen werden door my aan
boord genomen. De landingstroepen, die zon
der officieren aan boord waren gebleven,
weigerden zith over te geven en boden te
genstand zy vonden den dood in de golven,
toen het schip in den grond geboord werd.
Admiraal Jessen rapporteert, dat twee
honderd Japanners by den ondergang van
de Kioesjen Maroe zyn omgekomen.
Reuter seinde gister uit Tokio
Admiraal Hosoya, bevelhebber van liet
derde eskader, meldt, dat de kanonneerboot
Maya en enkele torpedobooten Maandag
voor den Yaloemond kwamen en deze op
voeren. De flottielje werd door de Russen
van den wal met kanonnen bestookt, maar
geen schade werd aangericht.
Wy ontdekten een vyandelyk detache
ment op het eiland in het midden der ri
vier gelegen en openden hier op het vuur,
waarop de vyand de vlucht nam. Een vy
andelyke cavalerie-afdeeling, honderd man
sterk, deed Dinsdag een aanval, maar de
torpedoboot no. 69 wist met haar vuur den
vyand te verdryven, die zich in de bergen
terugtrok met achterlating van verschillende
gewonden.
Dinsdagmiddag opende de vyand van
Antoesjan uit het vuur, dat door ons werd
beantwoord. Na een half uur hadden wy
den vyand tot zwygen gebracht. Wy had
den geen verliezen.
V
By de verdere beraadslaging in de Duit-
sche Ryksdag over de beurswet verklaarde
Het gebeurde in Smyrna, waar de secret-,
taris van het Grieksche consulaat door^
Turksche soldaten gewond en in hechtenis
genomen werd, heeft in Griekenland een
groote opgewondenheid doen ontstaan. De
Grieken achten zich in hun vaderland»-
Bevende gevoelens ernstig gekrenkt. Juist
zy waren het, onder alle Balkanstaten, die
sedert eenigen tyd het dichtst by de Pörte
stonden juist zy waren het, die in de moei
lijke dagen van het vorige jaar een bond
genootschap met Turkije wilden aangaan en
nu zyn het juist de Turken, die dezen Griek-
schen consul gewond hebben.
De Grieksche regeering heeft aan de Porte
voldoening gevraagden hoewel het antwoord
daarop nog niet ontvangen is, verwacht men
►onlijk in den Oosten-
woelige zitting. Na-
>9)
»Jaja»,riepde baron, »ddir komt het alles op
neer, dat ik volslagen aan lager wal ben. En dat
is, geloof ik, voor een groot deel aan jouw stom
migheid toe te schrijven. Je hebt gemodderd en
gemodderd, totdat je me emdelijk uit huis en hof
gemodderd hebt!»
•Neen, baron, zeg dat nu niet, zeg dat nu niet 1
Het is mijn schuld niet, want ik ben een trouw
dienaar voor u geweest, al ben ik dan ook geen
geleerde kop. Dat drommelsche geldleenen is het
geweest en de intrest en zoo al meer. En als ik
het zeggen mag ook onze arme meneer Jacob,
met zijn rijke manierenMaar zeg nu niet, dat
»k het heb gedaan, baron 1»
»Nu, nu», antwoordde zijn meester, »het doet
er weinig toe, wiens schuld het is. De uitslag
blijft dezelfde, Georgik ben op en ik kan niets
anders verwachten, dan dat het goed onder den
hamer komen zal. De Van Horens hebben er meer
dan vier eeuwen op gewoond en zij kregen het
door huwelijk van de Bosters ep die hadden het
van de Normandische koningen Straks zal er een
ryk geworden notaris, of een koffie-makelaar of
een likeurstoker op komen wonenNu alles
heeft zijn einde en Gods wil geschiede
»Neen, neen, baron J praat zoo niet 1» riep Georg
Dinsdag heeft'het weinig gescheeld of de
Regeering ware in het Lagerhuis in de
minderheid gebracht cn dat nog wel ter
zake van een zoo belangrijke quaestio als
de verhooging van het invoerrecht op thee.
Toen over het vooritel zou gestemd wor
den bevonden zich slechts \yeinig ministe-
rieden in het Huis. Wanneer niet 19 libe
ralen met de Regeering hadden medegestemd
dan zou aan deze, een misschien noodlottige
slag zyn toegebracht. Nu werd het ont
werp met 121 tegen 83 stemmen aangeno
men. Toen de liberale leden, die hun stem
aan het ontwerp schonken hoorden welke
een poets zy aan hun party hadden gespeeld
vergingen zy van zelfverwijt.
Het moet overigens een verwarde toestand
in het Lagerhuis zyn geweest op hetoogen-
blik der stemming. De liberale „whips”
waren niet te vinden en velen, waaronder
n.b. de kanselier der schatkist zelf, wisten
zelfs niet waarover de stemming liep, zoodat
zy verzuimden te stemmen.
?t. bij
leiweg E, 100
echt. PINK8E
Bosk wp B
K.VAN DKR
igsveen. Wed.
Oudewater
te Benschop
4
aangedaan. Zoo kan ik u niet hooren spreken.
En wat meer zegt, zoo is het niet
Wat bazel je toch?» viel de oude heer uit.
•Zoo is het en niet anders tenzij jij iemand
mocht kunnen vinden, die een paar honderddui
zend gulden wil voorschieten, om de schuld over
te nemen. Niets dan een wonder kan ons
redden
Dan zal er ook een wonder gebeuren!» riep
Georg, met een donderenden vuistslag op de tafel
Neen, u kunt praten wat u wilt, baron, maar
zoolang wij leven, zal er niets anders dan een
Van Horen hier op Honham wonen. En als het
geld gevonden moet worden, dat zal het ook
gevonden worden. Of zou u denken, dat onze
lieve Heer ooit zou toelaten, dat er zoo’n ellerid-
der of koffieweger of zoo iets hier in het kasteel
kwam kruipen, waar nooit anders dan edellui
hebben gewoond Nooit f Let maar op wat ik u
zeg En ais ik het mis heb, dan wil ik nooit
anders dan, Mietje meer heeten - Dit was
Georg’s duurste eed, waarvan hij niet dan bij
hoogst ernstige gelegenheden gebruik maakte.
De baron, die driftig in de kamer op en neer
liep, stond stil en keek zijn dienaar met een onder
zoekenden blik aan. De toon van den man had
hem getroffen, en toen hij nu jn dat leelijke,
droefgeestige gezicht keek, zag hij hoe het voor
een oogenblik bijna schoon te noemen was, schoon
in het licht der overtuiging, dat er op lag ge
spreid. En onwillekeurig drong die overtuiging,
dat het waar was wat die trouwe kerel daar gezegd
had, zich ook aan hem op en het was hem ot
half de last hem van zijn bedrukte gemoed werd
genomen.
•Wat nu, Georg Ga je nu ook nog profeet
worden, bij al je andere baantjes?» riep hy vroo
lijken op hetzelfde oogenblik zag hij Eduard
Costers prachtigen schimmpl voor het hek stil
houden ej» hoorde hij de huisschel gaan.»Nu»,
liet hij er op volgen, »als ik mij niet bedrieg, dan
zullen wij nu spoedig genoeg weten wat er van
je voorspellingen is. Want daar komt mijnheer
Costers zelf.»
Vóór Georg nog iets kon antwoorden, werd
inderdaad de heer Costers, die er buitengewoon
kranig en zelfgenoegzaam uïtzag, in het vertrek
gelaten.
Georg verdween met een »dienaar meneer
en de baron reikte ditmaal zijn bezoeker de hand,
hoewel nog altoos verre van hartelijk en noodigde
h»m tot zitten uit. Hierna begonnen de beide
heeren zonder omwegen en plichtplegingen ter
zake te komen.
«Wel, mijnheer Costers», begon de baron, »dat
is een treurige staat van zaken, ten minste wat
mij betreft. Ik onderstel natuurlijk, dat gij bekend
zijt met de stappen, die door de firma Costers en
Zoon ten opzichte van mijn landgoed genomen
zijn, hoewel ik zelf nog geen bepaalde aankon
diging daarvan ontvangen heb. Ik moet zelfs
aannemen, dat die stappen niet zonder uw mede
weten en zonder uw goedkeuring genomen zijn.»
»Ja mijnheer Van Horen, ik weet er alles van
en hier» (meteen legde hij een gevouwen papier
op de tafel) »is de aanschrijving tot invordering
van het geheele kapitaal
»Ha zool» zeide de baron... «Zooals ik|giè-
w
Inzending van Ad verten tien tot 1 uur des midd.
teren uw agent, den heer Quest, al deed opmer
ken, komt het mij voor, dat uw firma mijnheer,
met het oog zoowel op onze zeer langdurige be
trekkingen, ais op de voor grondeigenaren thans
zoo hoogst ongunstige tijdsomstandigheden, mij
wel met een weinig onderscheiding had mogen
behandelen. Intusschen, het is nutteloos, dadels te
willen lezen van doornen ot vijgen van distelen.
Ik begrijp dus, dat ik mij zoogoed mogelijk door
een zeer onaangename zaak zal moeten trachten
heen te slaan en (met een uiterst beleefde bui -
ging) »dit is wezenlijk het eenige wat ik u te
zeggen heb, mijnheer Costers. Ik zal deze aan
schrijving onverwijld aap mijn rechtsgeleerde
doen toekomen. En verder zullen wij zien wat ons
te doen staat.»
Eduard Costers had al dien tijd zijn oogen op
den-grond gevestigd gehouden, terwijl hij zijn
hoed tusschen zijn knieën op en neer bewoog.
Plotseling keek hij op en zeide kalm tot des barons
groote verbazing
»Ik ben het volmaakt met u eensen ik geloof
niet dat gij de handelwijze van onze firma sterk
genoeg kunt laken. Een uitzuiger had niet erger
kunnen doen. Daarom mijnheer Van Horen, om
ter zake te komen en alle misverstand uit den
weg te ruimen/ wil ik u zeggen, dat ik, met uw
goedvinden, de bewuste hypotheek wenstfi over
te nemen.
gisteren de heer Kardorff (Ryksparty) dat
hy in tegenstelling met do uiterste rechter
zijde een wijziging van de bestaande wet
noodig acht, maar hy oordeelde de bruik
baarheid van het ingediende ontwerp twy-
felachlig. Hy wensehte een verscherping van
de bepalingen tegen den termynhandel in
graan, maar, in strijd met zyn partygenoo-
ten, de opheffing van het verbod van ter
mynhandel in myn- en industrieele waarden.
Ter verbetering der beurstoestanden beval
hy een herziening aan van de wetgeving op
de naamlooze vennootschappen.
De heer Kfimpf van de vrijzinnige volks
partij echter meende, dat een verscherping
van deze wet de industrie zou benadeelen.
Spr. eischte de afschaffing van het beurs
register, dat eiken rechtsgrond miste, en op
heffing van het verbod van termynhandel,
dat de termynhandel naar het buitenland
had verdreven en de Amerikaansche markt
tot de toongevende markt in den wereld-
graanhandel had gemaakt. Ook de termijn-
handel in effecten was onontbeeilyk. De
nationaal-liberaal Lucas meende, dat het
ontwerp nader onderzoek behoefde. Het
beursregister was nuttig. De nationaal-libe-
ralen stemmen niet in met den eisch tot we-
dertoelating van den termynhandel in graan.
De heer Dove (vrijzinnige vereeniging)
echter wees er op, dat de praktijk de on
doelmatigheid van het bcursregister had
getoond. Het boste middel tegen beursspel
was., het toelaten van rechtsvordering by
geschillen.
in Griekenland dat de Porte de zaak
vriendschappelijke wyze zal regelen.
De Atheensche pers is zeer vertoornd
tegen de Porte, en verwijt haar de diensten
te hebben vergeten, die Griekenland gedn-
rende de Macedonische crisis bewees. Nu
de Porte met Bulgarije een overeenkomst
heeft aangegaan, waardoor zy van die zyde
voorloopig geen gevaar te vreezen heeft,
maakt zy van de gelegenheid gebruik om
dwangmaatregelen te gaan nemen tegen de
Grieksche bevolking van het Turksche Ryk.
De fegeering wordt door de pers aangezet
om de terugroeping te eischen van Kiamil-
pasja, die beschouwd wordt als de vijand
van Griekenland, en om de Grieksche vloot
naar Klein-Aziö te zenden, voor het geval
dat de Turksche autoriteiten niet snel genoeg
voldoening geven aan Griekenland.
Volgens de jongste berichten uit Athene
is kapitein Zotos tot vice-admiraal benoemd
en belast met het bevel over het eskader,
dat als gevolg van de gebeurtenis te Smyrna
gereed wordt gemaakt om uit te loopen.
Het wetsontwerp tot hervorming der
rechtspleging, door het Kaapsche ministerie
ingediend ademt, naar de jingoes beweren,
een „verzoenenden” geest jegens de Afri-
kaanders. De buitengewone rechtspleging
in gevallen van hoogverraad wordt er in
afgeschaft, terwyl de hoogste straf door een
magistraatsgerecht in zulk een geval op te
leggen, tot vyf jaar wordt beperkt. Von
nissen, vroeger .geveld, worden binnen die
zelfde grenzen teruggebracht. Deze maat
regel zal verkorting van straftijd ten gevolge
hebben in 474 gevallen door de Hoven voor
Hoogverraad en 71 door het Hooggerechts-
hof berecht, terwyl 3607 gevallen van over-
faaf onder de vredesvoorwaarden van Ver-
liging eronder vallen.
'De „Cape Argus” noemt den maatregel
•yyii ware daad van „genade”, nu de Regee
ring sterk genoeg is haar te verrichten zon
der den argwaan op te wekken, dut zy het
zou doen om verborgen beweegredenen. Het
denkbeeld, dat het ministerie Jameson ten
doel heeft de Hollanders dood te drukken,
moet er wel do wereld door worden uitge-
holpen.
Inderdaad ziet het wetsontwerp er aller
vriendelijkst uit. Maar politieke Jezuïeten
hebben niet zoo lang geleden het middel
uitgevonden om lastige nationale bewegingen
„met vriendelijkheid to dooden”. „Rilling
Home Rule by kindness” is een in Engeland
bekend recept om de nationale beweging in
Ierland dood te drukken. Nu wenscht het
Hollandsche element in Zuid-Afrika zich niet
Nu door de sluiting van de zitting van den
HojJgaarschen Ryksdag aan de Hongaarsche
volksvertegenwoordiging de gelegenheid be
nomen is, oii^ de regeering te interpelleeren
over de oorzaak en het verloop der Hongaar-
sché spoorwegstaking, heeft de oppositie in
het Oostenryksche Huis "van Afgevaardig
den gemeend daarover het noodige te moe
ten zeggen. g
Het was, zooals gewj
rykschen Ryksraad, eel o,
dat de agenda, zoo goed en zoo kwaad het
ging, was afgedaan, vroeg de heer Ellebo
gen bet woortf voor het houden eener inter
pellatie over do staking in Hongarije. Zyn
interpellatie was niet meer dan een aanhou
dende, voortdurende scheldparty tegen den
Hongaarschen minister president Tisza, dien
hy „een geboren misdadigersnatuur” noemde
en een man „die nog maar kort geleden als
bankdirecteur byna in aanraking met het
tuchthuis was gekomen.”
Dq president puogde tevergeefs den aldoor
maar vloeienden stroom van beleedigingen
en scheldwoorden te stuiten. Zyn pogen
baatte niets. Te midden van het rumoer roept
de sociaal democraat Eldersch met stentor
stem Tisza is ceti schurk I Wil de president
dien schurkachtigen Betyar in bescherming
nemen P”
Het rumoer nam voortdurend toe. De ra
dicale Tsjechen blazun op sirene-fl ritjes. De
president luidt onophoudelijk de bel. Elle
bogen staat te schreeuwen midden in het Huis
tot Von Körber, dien hy opwekt om den
keizer toch te verzoeken, „met den met bloed
bevlekten Tisza niet meer aan een tafel te
gaan zitten.” Eindelijk wordt het zelfs den
geduldigen heer Vetter von der Lilie te bar
hy zet zyn hoed op en gaat heen de zitting
w^s daarmede gesloten en de interpellatie
geëindigd. <aa
4 von
8