h II I1 ■I Nieuws- en Advertentieblad DE VERBORGEN SCHAT. Donderdag 19 Mei 1904. No. 9417. 43ste Jaargang. lluiii-iiliiiKlseh (Kerzlchl. FEU1LLETOX. ScHr., ■Gouda. i I I iO Mark ■kregen aanslui- Inzending van Advertentiën tot 1 uur des mid I. )1 KMAN 4 Z» en verkrijgbaar DE VISCH- HAMBURG, Cts., “O Ct. en Drogisten. ÏBK.’ jtterdam. Apotheker, ssthaven 198. ii >u<l gratis. n het Rgks Inter- De prijzen zijn door den Staat gegarandeerd. 'neming in jaar voor per- ran K. 11. 1, ijls v. Sn 000 M 11 Telefoon No. 82. De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nominers V IJ F C E NTEJN. 20.00 M 16.000 M 10 000 M \000M 3 000 M VOO M '.000 M 4i 0 aM 3 1 M j gewaarborgde in zeker orden. ze voordeelige lijk het gelukkigste fiOlDSCHE COURANT voor Gouda en Omstreken. Gisteren werd te Moekden medegedeeld, dat bet Japansche hoofdleger op Haitsjeng en Kaiping aangerukt, terwijl een kleinere macht opruk} in de richting van Liao-yang. Het schijnt dat belangrijke gebeurtenissen aanstaande zyn. Doumer meent ten slotte, dat het aangoven van deze meening met oen voroordeeling ervan gelijk staat, en wekt zijn hoorders op, trouw te blijven aan het verbond met Rus land, en die trouw te propageeren metafile kracht. Telefoon No. 82 ADVERT EN-TIEN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. l Guld. 3.50. Guld. 1.75. Guld. 0.90. gende klassen rijzen worden trekkingsplan en Staat, welk zend. terij ontvangt plaats gehad trekkingslijst. van prijzen ompt aan de heimhouding. en eenvoudig i, ook tegen t de aanvraag ten voor de trekking zoo lijk tot Gistermorgen te half tien kwamen de Tsaar en de grootvorst-troonopvolger teBjelgorod aan. Aan het siation werden zy door groot vorst Sergius begroet. Na ontvangst van verschillende deputaties begaf de Tsaar zich naar het Troitskyklooster, wiar hij door den aartsbisschop en de geestelijkheid werd opgewacht. Daarna begaf de Tsaar zich naar het exercitieveld, waar hij de 31e artillerie- brigade inspecteerde, die naar het oorlogs- tooneel zal vertrekken. In de met vlaggen versierde straten ver drong zich een feestelijke gestemde menigte. Te elf uur vertrok de Tsaar onder geest driftige toejuichingen van het volk naar Ckarkof. In een nieuw telegram van Nemirowitsj Dantsjenko van 13 Mei uit Lian jang wordt o. a*- medegedeeld, dat te Dalni vernield werden „de havendam, huizen, dokken en kade”. De stemming te Liau-jang is, zegt by, voortreffelijk. Nieuwe troepen komen dagelijks aan. Men gelooft, dat de vijand 'op Kwantoeng slechts een demonstratie heeft willen houden en heel zijn krijgsmacht tegen Liau-jang laat oprukken. Doch wie zal den Russischen opperbevel hebber zekerheid verschaffen voor dit geloof P Het is even waarschijnlijk dat de Japanners, zoodra zy de baai van Talienwan van mijnen hebben bevrijd, een heel legerkorps om zoo te zeggen uit de lucht zullen doen vallen op Port Arthur als er kans bestaat op een gecombineerde beweging tegen Liau-jang van de beide noordelijke opereerende legers. Van deze bewegingen weet men te Liafi-jang zeer weinig. De verkenningen der kozakken doen ge- looven, dat het Koeroki’s hoofdmacht is geweest, die Sioe-jeng bezette, zoodat eerst Haitsjeng zal worden aangevallen; maar uit den omtrek van Fengwangtsjeng komen berichten van niet minder belangrijke troe penbewegingen. Dat de Russen spreken van de „besluiteloosheid” van den opmarsch be wijst alleen hoe volkomen de Japanners hun ware bedoelingen weten te verbergen. By de tweede lezing van het wetsontwerp tot bekrachtiging van de begrooting diende Sir H. Campbell-Bannerman eergisteren in het Lagerhuis het volgende besluit in „Het Huis, acht gevende op den zwaren belas tingdruk dien deze begrooting in tyd van vrede oplekt, vindt bet noodig zijn afkeuring uit te spreken over de groote en aanhou dende stijging die er in de laatste jaren in ’s lands uitgaven is geweest”. In zyn toe lichting zeide de voorsteller o. a., dat waar de bevolking sedert 1895 met 10 pCt. voor uitgegaan is, de uitgaven met 50 pCt. vermeer derd zyn, en sedert dat jaar is 40,000,000 van de 49,000,600 vermeerdering aan oorlogsdoeleinden gegaan.’ Wanneer de re- geering na den Boerenoorlog aan het be zuinigen was gegaan, zouden de uitgaven niet nog zoo buitensporig zijn, en volgde zy ^n Azië baar voorbeeld in Europa, trachtte zy daar gelijk hier met andere mogendheden tot goede verstandhouding te komen, dan zou zy zonder zulke uitgaven noodig te maken, zonder de bezetting in Zuid Afrika te verdubbelen of te verdriedubbelen, zonder expedities over de feitelijk onkwestbare In dische grens, het rijk in wezen houden Men zegt, dat het land zulke uitgaven best dra gen kan, maar vooreerst is dit geen ant woord op de vraag, of ze noodig en goed zyn, en vervolgens is er een breede stand van menschen, op wie elke vorhooging van belasting zeer zwaar drukt. Van regeeringszyde kwam eerst een ant woord van Victor Cavendish. Hij wierp den liberalen oud minister van oorlog voor de voeten, dat de hooge uitgaven voor het leger ten deele het gevolg waren van den «staat waarin de regeering het departmerit van oorlog van hem overgenomen had. En vei der had de regeering, voor het eerst, een welgeslaagde poging gedaan om leger en vloot tot een eenheid te maken. Eindelijk beweerde hy, dat de regeering haar best had gedaan om zuinig te beheeren. Wat de beraadslaging verder heeft opgeleverd zullen wy later zien. Er is een Engelsch blauwboek verschenen betreffende den toestand van de zwarten in de Randmynen. Daaruit blijkt o. a., dat in het tydvak van ongeveer Augustus 1903 tot Februari 1904 de sterfte onder de zwarte mijnwerkers by verscheiden mijnen 90 in de duizend in ’tjaar was, en in andere zelfs ruim 130 in de duizend Wat deze cijfers beteekenen begrijpt men, als men bedenkt dat hier te lande de sterfte in vele steden ver onder de 20 in de duizend is, en dat geldt dan de geheele bevolking, kinderen en gaat, en dat is geld. Geld is onsterfelijk. De menschen komen en gaan, maar het geld is eeuwig. Hihihet geld is de honingpot en de menschen zijn de vliegen I Ga jy dus maar daar ginds op den honing passen, Eduard mijn zoon I Ik doe het onderwijl hier en wie my er bij verschalken wil, die moet vroeg opstaan I En, denk er aan, vergeet vooral niet je afrekening met dien gepensioneerden kolonel, dien Rooyaar^l. Hij heeft ons een leelijke poets gespeeld. Je arr^e tante Julia zit nog steeds in het gekkenhuis, en is voor ons een voortdurende oorzaak van onkosten Zoo zeide dan Eduard zijn voortreffclijken vader vaarwel, en vertrok. Een ophitsing tegen Harold Rooyaard had hij waarlijk niet noodig gehad van Bella Quest, die hem in tal van dierbare brieven getrouwelijk van alles op de hoogte hield had hij vernomen, dat de kolonel en Ida naar de praatjes wilden buitengewoon druk met elkaar omgingen, ja, zelfs reeds met elkaar ver loofd waren. En nu had de afwezigheid zijn harts tocht voor Ida van Horen volstrekt niet bekoeld, integendeel, deze jonge dame werd al meer en meer de meesteres van al zijn gedachten en dus hield een niet geringe jaloezie met deze gezind heid gelijken tred. Hy had wel is waar Ida’s belottedoch daarop wilde hij het liever niet laten aankomen. Vandaar dus zijn haast om naar Boisingham terug te keeren. Omstreeks half zes des avonds stapte hij uit den trein, en ging, volgens een reeds gemaakte afspraak, bij de Quests dineeren. Deze maaltijd Itep zeer kalm af en leverde niets bijzonders op, De minister Von Golucbowski heeft Maan dag, in de bijeenkomst der Delegaties van de Oostonryksch-Hongaarscbe monarchie, het gewone exposé gegeven van den politieken toestand, De minister wees er op, dat de toestand, sedert de vorige bijeenkomst der delegaties, weinig veranderd is. De betrekkingen van de Monarchie met alle mogendheden zyn vriendschappelijk en voortreffelijk. De minister-ontmoeting te Abbazia heeft de betrekkingen van de Monarchie met Italië nog nauwer en inniger duen worden, en het bleek den minister, dat bij den Italiaanschen minister Tittoni dezelfde meeningen bestaan over de bedoeling van het verbond tusschen hunne mogendheden, als by de regeering der Monarchie. Deze erkentenis is een nieuwe waarborg voor het behoud van den vrede in Europa, en niet minder is dit de goede verstandhouding van Italië tot Frankrijk en het tot stand komen van het Fransch- Engelsche verdrag, door den minister ge noemd; een nieuwe schakel in de keten van overeenkomsten, die de vreedzame aan eensluiting der Earopeesche machten be vordert. Na een blik geworpen te hebben op den toestand in het verre Oosten, ontstaan door den oorlog, „die door den niet te bepalen duur, en de algêmeerie economische depres sie, welke er het gevolg van zal zyn, invloed hebben zal ook voor hen die er niet bij be trokken zyn” bespreekt de minister don toestand op den Balkan, die, dank zy*de samenwerking met Rusland en het vasthouden aan het Mürzsteger program, in het stadium van practische oplossing gekomen is. De minister wyst er op, datdeOostenrijksch- Hongaarsche monarchie zich ovenmin als Rusland zal laten weerhonden door de hinder palen die op den ingeslagen weg voorkomen; maar dat beide mogendheden het als een eereplicht beschouwen de opdracht, die zy van de groove Europeesche mogendheden ontvingen, volkomen uit te voeren. Zy hopen, dat Turkye httn deze taak niet verzwaren zal, zooals het tot nog toe onder miskenning van zyn eigen belangen te vaak hoeft gedaan. De commissie voor buitenlandsche zakon uit de Hongaarsche delegatie keurde de be- Bella liet hem stil uitspreken. Zij,’stond weer met de armen op den rug, en haar mooi, kinderlijk gezichtje was kalm en zeer bleek. »Waaroin uitvluchten gezocht, en niet dé waar heid gesproken, Eduard?» zeide tij. »Een man die een vrouw liefheeft, praat zoo nooit. Voor zichtig wordt men eerst wanneer men genoeg van iets heeftJe hebt genoeg van mij, je bent mij moe. Ik heb het al lang gemerkt, maar was dwaas genoegmijn oogen er voor te sluitenHet is hard voor een vrouw, die aan een man haar heele leven weggegeven heeft. Maar ik had zeker ook op den langen weg niet anders te ver wachten.» »Nu zeide hij ongeduldig. »Wat wil je dan nu »Dat je heengaat... Ik héb nog een weinigje trots overgehouden en als je mij moe bent, Eduard, dan zeg ik tot jeGa heen I Hij deed zijn best om het te beletten, doch hij kon het niet verhinderen, dat er een glansje van verlichting speelde op zijn gelaat. Zij zag het en het stak haar een angel in de borst. »Je behoeft niet zoo gelukkig te kijken, Eduard I Dat is niet heel kiesch En je hebt ook nog niet alles gehoord, wat ik te zeggen heb. Ik weet wat hier achter steektje bent verliefd op Ida Van Horen. Maar dldr. roep ik halt I Mij kunt ge verlaten, maar met Ida trouw je niet, zoolang ik leef om het te kunnen beletten. Dat zou de maat doen overloopen. Bovendien, zij is verstandig en wil kolonel Rooyaard tot man, die er twee waard is zooals gij, Eduard Costers. Wordt vervolgd). loterij, die uit -n met 4-flafjo t bijna op de valt. Bijzqn- erkeiijke ver- erij, waardoor eene premie, in de laatste ise te winnen, ite klasse be- I 0 Of Mark I M., in de e 00 M., in de Lot 800 0 M., 600000 Mark. die officieel oudelieden modegerekend. In dö mjjnen werken krachtige mannen in hun beste jaren. Is het wonder, dat de Kaffers niet te happig zyn om in die mynen te werken Bovendien blykt weer uit de getuigenissen, in het Blauwboek opgenomen, dat de zwarten ziel} beklagen over het loon, dat minder is dan wat hun bij de werving werd voorgespiegeld en ook, dat er vryelyk met da sjambok wordt geslagen. Wy hadden het onder de Republiek veel beter, zeggen de kaffers: Sedert Februari is de sterfi o minder ge« wordenongeveer 66 in de duizend. Maar als de mijnbestuurders alles deden wat zy konden, zeggen de dokters op den Rand, kort de sterfte tot een 40 in do duizend dalen. De president van de begrotingscommissie uit do Fransclie Kamer, de heer Doumer, hield Zondag een redevoering aan een feestmaal te Saint Mandé waar hy zeide: „Wy willen den vrede behouden maar wy moeten zorgen dat wy in staat zyn den vrede voor te schrijven, en wy moeten tevens zorgen, dat onze tegen standers niet de macht hebben ons aan te vallen, wanneer zy het goede oogenblik daar voor gekomen achten. Wy moeten rekening houden met de lessen, die het drama in Oost Azië ons geeft „De Keizer, die de vredesconferentie te ’s Gravenliage byeen riep, wilde den vrede ook, en hy wenschte dien zoo krachtig, dat zelfs zyn omgeving bijna vergat zich op den oorlog voor te bereiden En juist dittydstip werd voor de vyanden van Rusland gekozen, om onvoorziens de Russische vloot aan te vallen.” De heer Doumer, die door deze voorstel ling der feiten toont de onderhandelingen die van October tot Februari, dus meer dan vier maanden lang, tusschen Rusland en Japan gevoerd werden, geheel vergeten te zyn, protesteerde krachtig tegen het streven van hen, die den Russischen bondgenoot willen verlaten in de ure des ge vaars. „Waarvoor zyn bondgenootschappen” vroeg hy, „wan neer zy niet worden nageleefd in tyden van crisis P” Hy wees er op, dat de stryd thans ge voerd wordt tusschen twee beschavingen, tusschen twee werelden, tusschen twee ras sen het is de stryd tusschen Europa en Azië, tusschen-blank en geel. En de Franschen zouden aarzelen dan welke zyde zy in dien stryd party moeten kiezen Het land, dat ten allen tyde aan de spits der beschaving heeft gestaan, het volk dat van alle Europeesche volken het meest Europeesch is, kan niet aan de zyde van het gele ras staan. hoewel hij op Bella’s gelaat een trekje bespeurde, dat hem, als een goed kenner van het vrouwelijk karakter, tamelijk onheilspellend leek Na het eten verwijderde zich de heer Quest natuurlijk onder steeds gangbare voorwendsel van de eene of andere vergadering en de gast bleef met zijn gastvrouw alleen. Toen schoot de wind uit. Zij overstelpte hem met haar liefde. Zij zwoer hem dat haar leven, zoolang hij weg was, niet veel beter dan de dood was geweest. Zij verweet hem de schaarschheid en koelheid en kortheid van zijn brieven Kortom, zij sloeg door in een trant, aan welken hij maar al te zeer gewoon was, en Waarvan hij, om de waarheid te zeggen, hartelijk genoeg had. Daar hij ten overvloede dien avond eenigszins prikkelbaar was, zoo verveelde hem dit geheele avontuur onuitsprekelijk. »Kom, Bella», zeide hij eindelijk, »wees nu toch in ’s hemels naam een beetje verstandig Je wordt wezenlijk te oud voor zulk een aan steller ij,» Zij sprong op en blikte hem aan, met fonkelende oogen en hygende borst. Aanstellerij i» riep zij. »Wat wil je daarmee zeggen Ben je mij moe h >Dat heb ik niet beweerd,» antwoordde hij >maar nu je er over begint, wil ik je welzeggen dat er tusschen ons verandering komen moet. Zoo niet, dan zullen wij beiden rouwgeld moeten betalen. Je man begint achterdochtig te worden, en ik heb je al herhaaldelijk gezegd, dat, als de zaak mijn vader ter oore komt, hij mij onver biddellijk onterft 34) Wat echter had Ida te hopen Zij had Eduard Costers met scherpen en juisten blik gepeild tot in hart en nieren. Zij wist dat hy er niet de man naar was, om een prijs, dien hij met een offer van goud had gekocht, vrijwillig uit zijn handen te laten glippen. Daarvoor was zyn koop mansnatuur, was het bloed zyns vaders te sterk in hem. Zij wist dus in haar hart, dat het uur niet meer ver kon wezen, waarop hij haar zou komen opeischen. Niets zou haar noodlot van haar kunnen afwenden. Met liefde in het hart voor een anderen man, zou zij zichzelve als pand moe ten inlossen en de vrouw worden van Eduard Costers. Den dag nadat Harold Rooyaard voor Ida zijn hart had uitgestort, kwam Eduard Costers te Boisingharrt terug. Zijn vader was genoegzaam hersteld, om hem weder eenige vrijheid te kun nen laten, en de belangen van de bijbank (zoo heette het) eischten dringend zijn aaqwe- „Ja, ia**| had de oude gezegd, ..zaken zijn zaken, en willen voortdurend nggeloopen worden. Er wordt veel gepraat over het vergankelijke van allf dingenmaar een ding is er, dat nooit ver-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1904 | | pagina 1