^en.
IE.
WAARSCHUWING.
TING
E
g B 81? Sk
Ier
iïieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
xtezx
3e prijs 5
;ns of f 500.
laimavhines,
Vrijdag 35 November 1904.
No. 9578
43ste Jaargang.
1
I
Bulh’iiliiixLM'i OuiZlchl
FEUILLETOX.
I'
Koning
•4
&C'
r
onder de
IEKEN,
van
dit schrijven
i
■■StaBHM?
(kroont!.
zooals
XL
INKMAN Zn
Trlrtoon No. W.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENT EN.
)E
in zending van Advertentiën tot 1 uur des mid.i.
W, B. WITTE
prezen.
'troop. Het
el waarde. TO
E
iiivunakle
nde was, aan
ran zes flacons
We hebben gezegd, dat het koffertje be
kleed was met pluche, maar we hebben daar
geloof ik, niet bijgevoegd, dat de kleur van
het pluche donkerrood was.
Wordt vervolgd.)
aanstelt.
JONGENEEL,
yltlaem."
LA TBN-
te G’omJo. A.
i£N. Schoon-
l, Haastrecht.
v. D 8PEK
linqeveen. M.
1 Oude wat er.
(iOlli™ COURANT
niddel tegen
k- en slijm
en longaan-
Langzamerhand worden meer bijzonder
heden bekend over de bijeenkomst van de
Zemstvoi-gedelegeerder. te Petersburg. Het
blijkt daaruit, dat de regeering op het laatste
oogenblik nog do vergunning voor de samen
komst der delegaties introk, doch dat deze
eenige gesloten bijeenkomsten hielden, waarin
de quaesties besproken werden, die voor het
congres aan de orde waren gesteld en dat
zij een lyst van eischen of verzoeken heb
ben opgesteld, die aan den minister van bin-
nenlandsche zaken zal worden overhandigd.
De Petersburgsche correspondent van de
Echo de Paris heeft van den voorzitter van
een der provinciale Zemstvos eenige mede
delingen over de bijeenkomst verkregen.
gezegd. De erfgenamen van Bataille hadden
er overigens in toegestemd, om in den aan-
gekondigden nieuwen druk van het boek een
paar plaatsen te veranderen. De minister
las die plaatsen voor.
Neujean uitte er zyne ontevredenheid over
dat de minister geen woord van berisping
voor de door hem gehekelde zinsneden over
gehad en in het algemeen geduld bad dat
het boek zoo lang was gebruikt.
De clericaal Renkin trachtte in een zorg
vuldig voorbereide rede over de theorie van
de vrijheid het boek van abbé Bataille te
verdedigen. Nadat de liberalen Hymans en
.Janson daarop geantwoord en in een mid
delerwijl ingediende motie de houding van
den minister gegispt hadden, werd een voor
stel van Woeste, strekkende om de ver
klaringen van de regeering goed te keuren,
met alle stemmen van de rechter tegen de
linkerzijde aangenomen.
Reuter seint uit Londen dd. 23 Nov.
De Japansche legatie ontving heden het
volgende telegram uit TokioVan het be
legeringsleger voor Port Arthur wordt be
richt, dat de gebouwen in de nabijheid van
het arsenaal gistermiddag in brand geraak
ten, tengevolge van de beschieting door het
Japansche marinogeschut. Des avonds brand
den de gebouwen nog.
Te Yokohama zyn gister vyf onderzoesche
booten voor Japan aangekomen.
Telefoon to.
A DVEHTENTIEN worden geplaatst
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
’RMAN.
ic de zwakste
c goed gevolg,
nd debiet.
n) voldoende.
12* t of 15 ets.
Wel.
29)
Maar er was nog oneindig meerzyn
vrienden, zyn medesaamgezworenen, al de
partijgangers, die gehoor hadden gegeven
aan zyn roepstem, die hem hadden ver
trouwd en op hem hun hoop hadden gesteld
ze zouden nu in de grootste ongelegenheid
komen.
Die gedachte was hem het allerpijnlijkst
hoewel hy nu kalm en gelaten bleef stilzwe
gen, met de berusting van een Indiaan, die
zelfs gebonden aan de martelpaal, geen klacht
laat hooren.
Toch was er nog een enkele omstandig
heid, die hem uit zyn schijnbare onverschillig
heid kwam losrukken.
d’Orvilliers had het met pluche bekleede
doosje opgenomen, dat een paar uur geleden
door Eduard de Lairis aan Cameron was
ter bewaring gegeven en dat de’laatste
men herinnert het zich voorloopig in
een der laden van zyn lessenaar had opge
borgen.
„Hier heb ik eenjgesloten doosje,” zeide
De koning van Spanje toekende gister een
besluit, waarbij de Regeering wordt ge
machtigd by de Cortez een wetsontwerp in
te dienen ter bestrijding van de anarchisten.
De liberaal Neujean heeft gisteren in de
Kamer de regeering geïnterpelleerd over e m
leerboek voor godsdienstonderwijs van abbé
Bataille, dat dienst doet op de kweekscholen
voor onderwijzers en de middelbare scholen.
In dat leerboek wordt de vryheid van de
Belgische grondwet in een ongunstig licht
gesteld, zelfs gevaarlyk genoemd. Het recht
vaardigt verder de inquisitie en laakt het
horstel van de staatkundige eenheid van
Italië. De interpellant haalde heele zinnen
aan, die in stryd zyn met de Belgische
grondwet. Als de jeugd er aan geloofde en
er naar handelde, dan zou men een dweep
ziek geslacht aankweekon dat misschien
gaarne de inquisitie hersteld zou zien.
De Trooz, de minister van binnenlandsche
zakeu antwoordde, dat de katholieken de
grondwet trouw waren toegedaan. Hijzelf
had nooit een woord tegen de grondwet
kundige zaken bemoeit, allerminst met buiten
landsche politiek.”
„Hy is dus een Franschman
„Ja.”
„Welk bezwaar hebt ge er tegen, my
zyn naam te noemen P Als ik weet, wie
het is, k(an ik hem verzoeken, dit doosje
in mjjn byzyn te openen en daarmede is
alles uit.”
„Ik heb beloofd, dat niemand -- ook ik
zelf niet van den inhoud zon kennis
nemen en ik alleen mag hem terug geven
wat hy my beeft toevertrouwd.”
„Weet ge ook welke brieven of papieren
zich hierin kunnen bevinden P”
„Neen, mynheer Ik weet alleen, dut het
familiepapieren zyn, papieren van intiemen
aard, die de justitie in geen ënkel opzicht
kunnen intereSseeren. Daarop geef ik mijn
eerewoord, w^ant daaromtrent ben ik zoo
zeker, alsof ’tlmijn eigendom ware”
„Hoor eens inynheer Cameron,”antwoordde
d’Orvilliers, nk een oogenblik van aarzeling,
„voor myn persoon twijfel ik evenmin aan
uw oprechtheid als aan uw overtuiging,
doch myn plicht is afgebakend. Ik moot
dit voorwerp mede nemen met al het andere.
Menigeen zou in myn plaats dat zwakke
slotje doen springen, om den inhoud na te
gaan, maar ik beloof u, dat het geheim,
voor zoover de zaak van my afhangt, zal
BURGEMEESTER
van GOUDA,
Herinneren belanghebbenden, dat volgens
art. 7 van het Koninklijk besluit van |27
Juli 1887 (Staatsblad 141) Ieder, die naar
eene andere woning binnen de gemeente
verhuist, daarvan binnen ééne maand aan
gifte moet doen ter Plaatselijke Secretarie
(Bureau van Bevolking) en dat de Hoofden
der huisgezinnen, alsmede afzonderlijk
wonende personen, gelyke aangifte behooren
te doen van ieder lid dat in het huisgezin
wordt opgenomen of daar uitgaat, inwonende
dienst- en werkboden daaronder begrepen.
Geschiedende deze waarschuwing ter voor
koming van vervolging overeenkomstig de
bepalingen van bovengenoemd Koninklijk
besluit.
Gouda den 24 November 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
R. L. MARTENS.
De Secretaris,
BROUWER
Het verhaal van den heer Kooy over het
Doggersbank-incident, of liever: over hetgeen
daaraan voorafging, schijnt ook aan buiten-
landsche bladen gezonden te zyn wy vinden
het in extenso in de Berlynsche Lokal-
Anzeiger. Ook Engelsche bladen hebben er
min of meer uitvoerig melding van gemaakt.
De redactie van de Lokal-Anzeiger teekent
er by aan, dat de ontvanger zoo vriendelyk
was, den brief tot haar beschikking te stellen.
De ontvanger of zyn raadslieden schijnen dus
wel gewicht te hechten aan de openbaar
making van bet verhaal, althans van dat
Daaruit blijkt dat Zondag 96 gedelegeerden
byeen waren, waaronder 36 tot den adel
beboorend Maandag waren er twee meer ter
vergadering.
Het program bevat 11 artikelen. Zondag
werden 7 stemmingen gehouden, Maandag 4
by alle stemmingen heerschte eenstemmigheid.
Het program bevatte voorstellen; tot in
voering van een constitutie, waarbij aan het
volk gelegenheid gegeven wordt vertegen
woordigers te kiezen, die de wetgevende
macht zullen vormen, en waarby de volkomen
vryheid van godsdienst, van de pers, en van
vereeniging en vergadering wordt bepaald
tot vrijmaking van de Zemstvos van de
voogdij der regeering en der administratie
tot verbetering der volksopvoeding en volks
ontwikkeling, zoodat het volk in staat zal
zyn om zyn belangen on rechten zelf te be
hartigen en besturen
De beraadslagingen waren zeer levendig
Doch de Russische bladen kunnen en mogen
geen mededeelingen er over bevatten.
De correspondent van den Petit Parislen
te Petersburg meldt nog, dat de vertegen
woordigers der Zemstvos de voorzichtigheid
zooyer dreven, nooit met twee tegelijk, maar
steeds alleen, ergens te komen, om publieke
manifestaties te voorkomen. De regeering
schynt voor betoogingen gevreesd te heb
ben ten minste volgens den Times corres
pondent waren Zondag buitengewone politie
maatregelen genomen om die te voorkomen.
Maar alles bleef rustig.
gedeelte van hot verhaal dat op het Russi
sche gezantschap in Den Haag niet ge
schrapt is.
Nader wordt gemeld, dat de bri f te
Tandzjer gepost werd op het Duitsche con
sulaat, waardoor hy niet onder de oogen
der Russische censuur kwam. Daaruit zou
men dus opmaken dat de hoer Kooy Jr.
in zyn brief iets schreef dat hij liever niet
aan de Russen wilde laten lezen. Maar de
ontvanger van den niet gecensureerden brief
ging ermee naar het Russische gezantschap
en dAAr werd er in geschrapt. Zou men op
hel gezantschap die gedeelten van den brief
ter publicatie doorgelaten hebben, waarover
de schryver blijkbaar bezorgd was On
waarschijnlijk.
Maar nu zou het niet overbodig zyn,
voqrdat men deze voorstelling van het geval
als waar aanneemt, te weten wAt al zoo
weggelaten is. Strategische geheimen daar
gelaten kan de schryver er misschien
iets bygevoegd hebben dat op de heele ge
schiedenis een ander licht zou werpen als
men het wist P Wy denken hierbij aan on
derstellingen, reeds dadelijk na het gebeurde
uiige -preken, dat de Russische officieren,
byv. door hun angstige spanning, iets voor
torpedobooten hebben aangezien dat ’t niet
was, of misschien hun eigen afgedwaalde
torpedobeoten voor Japansche.
Want één Zin in den brief van den heer
Kooy heeft overwegend belang: „Ik heb met
eigen oogen gezien dat het torpedobooten
waren en zeker geen Russische, en ik
kan ze toni allen tijde weder herkennen.”
Maar wil de heer Kooy juist dAAr niet te
veel bewijzen.
Een vergissing op de Kamtsjatka begaan,
kan dan kort daarna den admiraal aanlei
ding gegeven hebben op de visschersbooten
te laten schieten, toen hem die verdacht
voorkwamen.
geëerbiedigd worden. Ik zal de verklaring
door u op uw eerewoord gegeven, overgeven
gelyk ik zo heb gehoord, ik zal ei byvoegen,
dat ik u geloof en er op vertrouw, dat het
pand ongeschonden zal blijven. Duet men
mijn zin, dan zult ge ook weldra dit voor
werp zooals 't nu is weder in uw
handen hebben.
„Ik dank u ik dank u vriendelyk !’1
betuigde Juan Cameron met ontroering. „Ik
hoop zoo van harte, dat by al de slagen,
die my treffen, my althans deze slag moge
bespaard blijven.”
En zoo kwam het dus, dat mynheer
d’Orvilliers in zyn cabinet op her paleis van
justitie het doosje of koffertje onder zyn
berusting had, dat Eduard de Lairis in
bewaring had gegeven aan den meest ver
trouwden vriend, dien hy bezat.
Na zyn verslag te hebben opgemaakt
omtrent de huiszoeking, nam de rechter van
instructie het bedoelde voorwerp op, ten einde
het by de andere processtukken te voegen.
en WETHOUDERS
d’Orvilliers.
„Maar de sleutel daarvan is niet in myn
bezit,” antwoordde Cameron, onwillekeurig
opschrikkend, want aan het hem toever
trouwde pand had hy tot op dit oogenblik
niet gedacht. „Dat voorwerp komt my niet
toe en voor uw doel, mynheer, zal ’t gewis
voldoende zyn beslag te leggen op de stukken,
die my persoonlijk toebehooren.”
„Het spijt my, mynheer, maar mijn plicht
is alles na te gaan.”
„Het is een pand, dat my kort geleden
werd toevertrouwd,”
„Een pand P”
„Ja, mynheer, toevertrouwd aan mijn eer
Ik heb beloofd het ongeschonden te zullen
wedergeven of wel het te zullen vernietigen
zonder van den inhoud te hebben kennis
genomen.”
„Werd u dit voorwerp ter hand gesteld
door een uwer vrienden P”
„Ja, mynheer, door een vriend, die wel
wist, dat Joan Cameron liever sterft dan
dat hy een eenmaal gegeven woord breekt.”
„Wie is die vriend P”
„Pardon, dat is mijn zaak.”
„Maar ge begrypt toch
„Ik zweer u, dat bet geea Spanjaard is,
geen balling zooals ik, geen, die met my
samenzwöert maar iemand, die zich
daarentegen in het geheel niet met staat-
Uit Victoria, in Britsch Columbia, komt
een Renter-telegram bekend maken, dat er
over twee jaur een groote landverhuizing
van Franschen naar Canada zal beginnen.
Niet minder dan 25,000 menschen worden
er verwacht. Iemand is al bezig in Brits'ch-
Columbiö plaats voor 6000 hunner te zoeken.
Naar men zegt, is de oorzaak van die land
verhuizing de twist tusschen de Fransche
regeering en het Vatikaan
Het ziet er naar uit of dit bericht, indien
't meer dan een loos gerucht is, in de wereld
is gebracht om de Fransche Kamer te be
duiden, hoe gevaarlyk het is, ’t met hot
Vatikaan tot een breuk te laten komen.
De bevolking van Frankrijk noemt weinig
toe, tot niet geringe bezorgdheid van vele
Franschen, en nu zou men er, terwyl de
landen rondom snel in bevolking ryzen en
de vreemdelingen binnenslands steeds talryker
worden, nu nog eenige tienduizenden Fran
schen verliezen Waren ’t nog alleen gees
telijke broeders en zusters die gingen, de
meerderheid in de Kamer zou er zich over
troosten voor de toekomstige bevolking van
Frankryk is van hen toch niets te verwach
ten. Maar als het gewone burgers en
burgeressen zyn, is 't erger. Inlusschen,
de Franschen zyn honkvast als nau
welijks eenig ander volk, en voor wy ge-
looven, dat om do wille van het geloof een
groot aantal Franschen vrijwillig het vader
land verlaten, zullen wy het moeten zien.
De Hugenooten gingen indertijd niet vrij
willig, want zy konden alleen blijven ten
koste van bun geloof, en daarvan is nu na
tuurlijk geen sprake.