NDER
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
Maandag 17 April 1905.
FEUILLETON.
BE DOCHTEB VAN DEN SCHEEPS
KAPITEIN.
:H9
ca*
r Seur-,
Mark
R 219.
44ste Jaargang
ONZE GOEDE KANS.
No. 969S.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des inidd.
op
ntt IWar-
1 hamburg,
trait 1G81
’waarborgde
zeker
ien.
voordeelige
k
t gelukkigste
■R,
oowel voor
)ecoratief
werk.
„Ons Genoegen”.
BRINKMAN Zk.
prijzen zijn
or den Staat
:garandeerd.
nning in
GOniSCHE (JOBRAVr
de licht»
m, teeamtxi
ogen in
i naam êea
verraarditfd
et waraidbe-
ebi* SUU-
raelk gekookt
ankrooc dter
theelepel* vm
ocolate) AJa
geval Tan
te gebruik».
21)
Duprat en zyn dochter namen op het dek
plaats. Madelec liep wysgeerig op en neer
terwijl hij bet daarbij niet versmaadde om af
en toe naar de mooie meisjes te zien.
Ook bier ontbrak het niet aan verliefde
paartjes, die dicht naast elkander zaten
en nu met een blos op de wangen huis
waarts keerden.
Men gleed langs de „Dordogne,” die daar
onbewegelijk op bet water lag. Het schip
sag er, zoo zonder mast of tuig, al zeer
vreemd uit, een groot drijvend huis, met
alleen bovenvensters en geen deur. Alle
andere schepen schenen klein by dit gevaarte,
dat gebouwd was op een inhoudsmaat van
achtduizend ton.
Miquéle wilde niet naar de „Dordogne”
zien. Zjj had naast zich een meisje staan,
dat haar meer interesseerde. Bjj wijze van
ceintuur had dat meisje een arm om haar
middel geslagen, een mannenarm. En Miquéle
zag dat middel en dien arm met een voor
haar zelf onverklaarbaar gevoel van émotie.
ik beleefd mij
te melden.
et de aanvraag
loten voor de
e trekking zoo
arlijk tot
Eens was door eenig gedrang de schakel
verbroken. Hy bad daarop Miquéle’s hand
gegrepen, denkend dat bet de hand van haar
buurmeisje was en bjj die teedere aanraking
had Miquéle, hoewel dadelijk haar hand
terug trekkend, een donkeren blos haar
wangen voelen kleuren.
O hoe heerlijk was het nu niet op de
rivier. Men had wel willen zingen of mis
schien ook wel kunnen schreien. De sterren
tintelden aan het uitspansel en langs den
oever schenen sommige boekjes rooskleurig
getint te zjjn. De boot ging te snelMiquéle
althans vond, dat de tocht veel te spoedig
was volbracht.
Met een gevoel van spijt zag zy het plant
soen bjj Bordeaux en het woud van masten
voor de Beurs en het Douanen gebouw.
Men moest aan wal gaan. De arm van den
buurman bleef maar steeds om het middel
van het buurmeisje en Miquéle zag bet
paartje, dicht tegen elkander gedrukt, de
boot verlaten, terwijl haar vader aan haar
zijn arm bood en haar waarschuwde op de
loopplank voorzichtig toe te zien.
Miquéle nam den arm, doch drukte dien
niet tegen zich aan, zooals haar buurmeisje
dat op die zelfde plek den arm van den
buurman had gedaan
Een venter van dagbladen stond aan de
landingsplaats.
Guld. 3.50.
Guld. 1.75.
Guld. 0.90.
gende klassen
rijzen worden
trekkingsplan
[en Staat, welk I
rzend.
>terij ontvangt
plaats gehad
j trekkingslijst.
C van prezen I
>rompt aan de I
eheimhouding.
nen eenvoudig I
■n, ook tegen
Telefoon Mo. 82.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De .prijs per drie maanden is 1,25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers V IJ F CENT EN.
Dit No. bestaat uit Twee Bladen.
EERSTE BLAD.
weerook op rekening van der clericalen
macht worden geboekt
Maar Zuid-Holland dan? Zeker, hier
bleef de meerderheid in de staten cleri-
caal, 46 rechts tegen 36 links; maar
Zuid-Holland is ons land niet, en de
districtsindeeling van 1850 (die de pro
vinciale verkiezingen beheerscht) heeft
gelukkig met de Kamerverkiezingen niets
uit te staan. De overmacht van een
Leiderdorp, een Alfen, een Middelharnis
en meerdere clericale plattelandsdistricten
is natuurlijk veel grooter daar, waar on
der conservatieve hoede de kiestabel meer
dan een halve eeuw, dan waar hij slechts
sinds 18 jaren versteend is. Voor de
Kamer vaardigen de vrijzinnigen centra
Den Haag en Rotterdam slechts een
3-tal afgevaardigden te weinig af (naar
hun bevolkingssterkte gerekend)voor de
provinciale staten echter is hun tekort
op niet minder dan 16 (op 821) afge
vaardigden te stellen, met welk getal het
clericale platte land onrechtvaardig be
voorrecht is. Blijkt uit zulke feiten niet
gemakkelijk, dat die fameuze clericale
overwinning van 1904 er geene was der
gezindheden zelf? Dat zij voor de lands-
verkiefingen niets bewijst?
Maar de clericaal-werkende kieswet
dan, dat andere geschenk van de bekrom-
pen-behoudzieke staatkunde? De kieswet,
die, naast de indeeling,' ook het kiezers-
getal der groote steden zoo onbillijk zwak
houdt, is zij dan niet een struikelblok
voor de vrijzinnigen, die hun het her
winnen der meerderheid belet? Zeker,
wij zullen de laatsten zijn om dat bezwaar
licht te tellen; de kieswet-van Houten
met haar 60 pCt. kiezers op het platte
land tegen 40 pCt. in de steden wérkt
inderdaad in beslist clericale richting-
Maar men vergete toch ook weer niet,
dat reeds onder deze kieswet in ’97 een
vrijzinnige meerderheid uit de stembus
is gekomen.
En wat is er nu sinds de nederlaag
van 1901 niet veel gebeurd en veran
derd, dat zonder onderscheid de kansen
der kerkdijken verzwakt heeft. Hoevelen
niet heeft het ministerie-Kuyper telepr
gestold, hoevelen van zich vervreemd,
hoevelen verbitterd en in het harnas ge
jaagd die eertijds zwijgend of openlijk
zijn steun zijn geweestHoeveel ontevre
denheid is er geslopen onder de kleine
luyden, kleurlooze en zelfs christelijke,
die, ondanks de schoone beloften van een
geheel agitators-leven lang, nog geen en
kele sociale wet tot stand zagen komen!
Denkt men, dat zij „allen” zich vergapen
zullen aan de wetsontwerpen die gereed
liggen, dat zij allen aanvaarden zullen
de uitvluchten van „veel gepraat in de
Kamer”, „langzame Raad van State”,
„dood van twee ministers”, „moeilijke
onderwerpen”, „hooge leeftijd”, „niet in
de rechten gestudeerd”, „stakingsopont-
houd”, en „de oogst komt eerst in het
vierde jaar”? Er ligt veel gereed
maar een wetsontwerp vóór een Kamer-
vemieuwing is slechts een belofte: „als”
het dan in Augustus niet wordt inge
trokken, én „als” de minister dan niet
opnieuw onderwijs- en telefoon- en ge
meentewetten vóór laat gaan, ja dan
misschien Een beloftemaar wat is
zij waard in den mond van een man die
zijn beloften uittrekt even gemakkelijk
als hij van kleeding verwisselt?
O, er is nog veel meer. Zie, hoe de
ontevredenheid is toegenomen onder de
ambtenaren, militaire en burgerlijke, die
meer dan ooit onder een reactionairen
druk te lijden hebben. Zie, hoe de ver
eerders onzer monarchale instellingen ge
ërgerd zijn door de minachtende bejege
ningen, welke Kuyper tot twee maal toe
voo^ deze over had. En hoe veilig ach
ten voorstanders onzer Eerste Kamer dit
lichaam onder Kuyper’s hoede! En de
verdedigers onzer rechtsorde de Grondwet
onder zijn uitlegkunst, door een ongehoord
slaafsche meerderheid gesteund. Hoe velen
zijn door het Drankwet-plaaggewrocht tot
wrevel jegens hem gestemd. Hoe vele
vrijzinnigen, die nog voor kort lauw en
weifelend waren, heeft niet de Postwet-
aanslag op ons vrije woord, de Tariefwet-
bedreiging van ons vrij ruilverkeer, weer
De stembusstrijd wordt goed aangepakt
van links; terdege worden de voorberei
dingen getroffen, met talent wordt de
munitie aangevoerd, worden de troepen
in slagorde geschaard en toch is er
één ding, dat onder ons vrijzinnigen nog
’niet alom en dus nog niet voldoende
aanwezig isde overtuiging, dat wij „win
nen zullen”. De overtuiging, dat de kans
wel degelijk uitermate groot is, dat de
meerderheid in Juni weer naar links zal
worden verplaatst.
Die overtuiging behoort er te zijn,
want er zijn feiten te over om haar kracht
te verleenen. En waar dit zoo is, daar
is het zaak, dat die overtuiging alom
post vatte, want zij vooral zal aanvuren
en bemoedigen in den strijd, die wacht.
Zou men ons, vóór wij zulke feiten
noemen, reeds aanstonds als dooddoener
de statenverkiezingen willen voorhouden?
Zou men willen zeggenzwijg maar, ge
vergeet met al uw feiten blijkbaar die
staten-verkiezingen, nog slechts één jaar
geleden, bij welke de nederlaag der vrij
zinnigen dermate was, dat dHruit de
clericale meerderheid der Eerste Kamer
is voortgekomen? Wij zouden ant
woorden: ten opzichte van Juni a.s. be
wijzen of voorspellen die staten-verkie
zingen „niet het minste”.
Hoe nu? Nederlaag der vrijzinnigen,
omdat de Eerste Kamer omging? Maar
vergeet men dan, dat dit feit, onder ons
elegante kiessysteem, geheel en uitsluitend
te wijten was aan het „om”blijven der
staten van één provincie, nl. Zuid-Holland
Vergeet men dat in Friesland gewonnen,
in Overijssel, Noord-Holland gewonnen
werd (of behouden, wat hier met ge
wonnen gelijk staat?) Of moeten soms
de twee clericale afgevaardigden, die tegen
haar uitgesproken kiezers wil de „pro
vincie Overijssel” toch nog naar den Se
naat „afvaardigde” (keurig kiesstelsel al-
Telefoon Mo. 82
ADVERTENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naai plaatsruimte.
s V. 40 000 M
30.00'» M
20.000 M
S„ 15.000 M
10.000 M
5.000 M
3.000 M
2.000 M
1,1 OOM
800 M
200 M j
ïterij, die uit
n met 41S/5
bijna op de
alt. Bijton-
jrkelijke ver-
:rij, waardoor
eene premie,
in de laatste
se te winnen,
to klasse be-
0,000 Mark
M., in de :'e
00 M., in de
at 80.0 0 M.,
tOO,000 Mark,
die officieel
beslist tot ijverige bestrijding van die
politiek teruggevoerd
En is daar ten slotte niet de antithese,
die de ergernis van zoovele, ook zeer
godsdienstige kiezers, doet overloopen
Of de heeren van rechts ook merken, dat
de bom verkeerd gaat springen en of zij
ook, te laat, berouw hebben van hun
„paganistische factoren”, „ongodisten”,
„heidenen”, „modernen”, „satanskinde
ren” en wat zij yneer voor brandstof
stortten in het vuur van den godsdienst
twist waaraan zij zelf zich branden
gaan.
De vrijzinnigen zijn ontwaakt zij we
ten nu heel wat meer dan in 1901, toen
zij zich nog slechts een kabinet-Mackay
als voorbeeld voor oogen konden halen.
Vier jaren Kuyper is heel wat anders
hij heeft het anti-clericalisme opgekweekt
en duchtig ook. Vele conservatief-liberalen
hebben, naar zij openlijk bekennen, in
1901 clericaal gesteund; maar degenen
onder hen, die het in 1905 „nog” doen
zullen, zullen wel met een lantaarntje
zijn te zoeken, l’wau der grootste groe
pen onder de vrijzinnigen, de Unie-libe-
ralen en de vrijzinnig-democraten, die
elkaar in 1901 bestreden, hebben thans
een bondgenootschap gesloten. En daar
is voorts het sinds 1901 geheel
verschijnsel der clubs van jop^e vrijzin
nigen als een bewijs hoem» ijver weer
sterk opleeft aan onze zijde, hoe onze
organisatie verbetert; en Brielle, A alten,
Den Haag, Amsterdam zijn daar om
succes reeds te wijzen.
De clericalen hebben bij zóóvele krin
gen der bevolking aan invloed verloren,
dat eenerzijds hun indringen in zetels,
die in 1901 voor de vrijzinnigen zwak
stonden, niet te wachten, anderzijds het
omvallen van zetels die voor „hen” zwak
stonden meer dan waarschijnlijk is.
En van die wankelende soort hebben
zij er, gelukkig, genoeg; Den Haag I is
zwak, Enkhuizen niet minder, over bever
wijk en de 3 Amsterdamsche districten
zijn zij ook hoogst ongerust; en dan is
daar Tietjerksteradeel en Den Helder,
Steenwijk, Gorinchem, Zierikzee, Middel-
„We moeten bepaald niet verzuimen morgen
ook de kleine courant te koopen,” zeido
Miquéle levendig, na het korte bericht aan
haar vader te hebben voorgelezen.
Langs de kade en het plantsoen geleidde
Duprat zyn dochter naar het feestterrein.
Op eens zeide Miquéle„Als hy voor het
gerechtshof komt en het publiek wordt toe
gelaten, dan moet ge my daar ook brengen,
papa
Verschrikt zag Duprat haar aan.
„Is u nog ziek P” vroeg zy half spottend.
„Dat mag niet hoor I Kom hier, dan zal ik
het afzonnen
Werktuigelyk by was die aardigheden
van zyn „Quéquèle” zoo gewoon stgk hy
het kind zijn wang toe, en toen het meisje
hem kusle, voelde zy, dat de wang inder
daad een beetje koortsachtig beefde, doch zy
vond het maar beter daar niets van te
zeggen. Haar vader was anders zoo sterk
en gezond, de bui zou daarginds wel over
drijven, dacht ze.
Achter het tweetal kwam Madelac met
zyn zware beenen lui aangeslenterd, telkens
met kinderlijke blijdschap mar de lieve
meisjes ziende.
Het was een heerlijke, zachte avondstond
een avond om, arm in arm, den hemel en de
sterren te bewonderen.
(Wordt vervolgd)
„De kleine krant van Bordeaux, de kleine
krant! Het laatste nieuws van do misdaad
in ’t hotel de Bourgogne 1 Vyf centimes 1”
Duprat voelde zich weder onvast op de
beenen. Hy stond stil, kocht het blad en liep
er mede naar de naastbij staande lantaarn.
„Is de moordenaar al bekend, papa P”
„Ikik weet het niet, ik kan ’t niet
zien.”
Met koortsacbtig bevende Vingers verkreu
kelde hy het blad, begeerig zoekend en toch
bevreesd van te zullen vinden, wat hy
zocht.
„Mag ik het even hebben P”
„Je kunt het hier toch niet lezen,”
„O, welzeker, dat zult ge zien
Miquéle maakte zich, zonder baars vaders
toestemming te hebben afgewacht van het
dagblad meester, las de verschillende op
schriften en vond weldra
„De moord in ’t hotel de Bourgogne.”
Onder het afdrukken, van dit nummer, kregen
wy uit vertrouwbare bron het bericht, dat
de bedrijver van den afschuwelyken moord,
die twee weken geleden in het hotel de
Bourgogne werd gepleegd, eindelijk is ont
dekt. De berichten zyn evenwel van zulk
een ernstigen aard, dat wy ze eerst morgen
kunnen mededeelen, daar wy ’t als onzen
plicht beschouwen, ze vooraf aan de waar
heid te toetsen.”
te