fevérl
f w
CEREN.
stelling
tot en ntet
ULJ,
Loums.
Mouu'S- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
Dinsdag 4 Juli 1905.
44ste Jaargang.
ENOEGEN”;
i
FEUILLETON.
.MP
D1D0CHTIB VAM DIM SCHMPS-
KAPITIIM.
I
No. 9762.
PELIÏÏG
IR
BADER
N 4 ZOON.
Y ZONEN,
M.
iBulteiydsch Overzicht.
ra
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
s
luidde
zet,
gelei
1
yscourant.
BRINKMAN Zn.
I
I anskerk
ili 1903.
uur,
AANDERMAN
jrking van
VALKENBURG
Rotterdam.
1 (Viool) Gouda,
Ftrecht on J. K
Gouda.
jjzen van too-
a LO cent ver-
lelaars J. van
ten Koster.
KE
MEUK te letten
I VAN
N worden afgele
ide pakjes van vijf
f en een Ned. on»
van Nommer en
van nevenstaand
de Wet gedepO’
litvoering van ge
il bevelende
BIJL,
GEBAART Lz.
ÜOUDSCHE COURANT
nLITSTGh
3Z4 AR.
TTERDAM.j
No. 2031. 1-
o voor de leveran-
W1LD en GE-
Diners enz- enz.
jloor geheel Ne-
Het heeft te Berlijn veel kwaad bloed ge-
dat de Engelschen te Kaapstad geen
sgenheid laten voorbijgaan om valsche
geruchten omtrent den gang van zaken in
Duitsch Zuidwest-Afrika te verspreiden. Het
Ideine deurtje, maar de dubbele deuren, en
er kwam een lykkoest naar buiten, met drie
mannen er achter.
De menschen, die daar toevallig in de
nabijheid waren, ontblootten het hoofd en,
zonder te weten waarom, volgde Duprat
hun voorbeeld, maar hij bleef zitten; waar
hij zat. Er liep een hond langs hem heen,
een groote, mooie, witte hond met een paar
goedige oogen.
Duprat haalde met een vriendelijk woord
het lieve dier aan, dat zijn pooten op zijn
knieën legde en hem zoo innig vertrouwelijk
aanzag, dat Duprat er werkelijk van ontroerd
werd.
Daar kwam de portier naar buiten om de
vleugeldeuren van de groote poort dicht te
halen.
Smeekend zag Duprat hem aan, en toen
hij opstond, liep de hond weer verder.
„Zeg eens mijnheer, begon Duprat, „zoudt
ge mij vandaag niet even kunnen binnenlaten
Ik hoef he^sch niet bij haar te komen, als ik
hai\r maar even op een afstand mag zien
„Haar? Wie bedoel-je nu eigenlijk, mijn
goede man P”
„Het meisje, dat ik gisteren hier heb
gebracht-
„Ja toen ze al dood wasZe wordt nu
naar het kerkhof gebracht. Dat’s haar lijk
stoet, die daar gaat I”
82)
Even voor het aanbreken van den dag
werd hij wakker van koude. Die lange rust
had hem goed gedaan. Terstond kon hjj zich
alles herinneren en hij zat een tijdlang fitter
te schreien.
H|j stond op en verliet het bosch.
„M\jn arme Miquéle 1” stamelde hij, en als
een verschooning voor zich zelf, voegde hij
met een droevig glimlachje terstond ej by
„Een oude gewoonte I”
Zijn oogleden waren zwaar, de maag was
zoo goed als leeg en hy zelf stram en stijf,
maar het meest hinderde hem toch een bran
dend gevoel op de borst.
Aan eten dacht hij niet. Waartoe ook
Hy wilde beproeven, of ’t hem niet moge
lijk zou zijn om weer in de stad te kpmen.
Het duurde wel zeer lang, maar hij vond
toch zelf den weg. Om half elf was hy weder
by het gasthuis.
Evenals den vorigen dag ging hij ook nu
weder op het paaltje zitten wachten.
De gasthuispoort werd geopend, niet het
van 29 Juni
ken voorwi
posten trokk
gen hadden
denzelfden t
rukten op vt
en van Jo
De clericale regeering heeft zich wat ver
in zee gewaagd, door de kabinets-quaestie
te stellen inzake de haven- en vestingwerken
van Antwerpen. Nog in den loop van deze
zitting zoo verklaarde de minister-presi
dent De Smet de Naeyer toen moest de
dubbele voordracht zonder wijziging aange
nomen worden, anders zou hy zjjn ambt
neerleggen. Dit ultimatum moge bewondering
hebben gewekt, zelfs bij politieke tegen
standers uitwerking had het volstrekt niet.
Behalve de clericale oppositiegroep, bestrijden
alle clericale bladen het ontwerp zoo heftig
mogelyk met uitzondering alleen van het
officieus „Journal de Bruxelles” en de „Me
tropole” van Antwerpen. „De straffe par-
tytucht is weg", roept een Brusselsch cor
respondent uit, „het aanzien der regeering
is ondermynd, en wat de politieke verdeeld
heid in het clericale kamp wel het scherpst
kenmerkthet gezag van den party-paus
Woeste wordt door de voornaamste partij
leiders en de clericale agrariërs snoode
veracht”.
In de geheime vereenigde zitting der beide
reletoen No. SS.
Pe Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is f 1.25, tranco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nömmers V|IJF CENTEN.
Sebastopol”, antwoordde de „Pobjedonosef”:
„Wij blijven hier”. Het pantserschip ging
naast de .Potemkin” leggen en eindelijk
beescb de „Pobjedonoseff"'het signaal,Wjj
wenschee dat de officieren aan land gaan”.
Dit was het laatste signaal, dat het eskader
bij zijn vertrek naar Sebastopol zag.
Volgens 1 een bericht van het eskader
doodde de bemanning van de „Potemkin”
op den weg van Tender naar Odessa op 28
Juni alle officieren op vjf na, meestal werk
tuigkundige ingenieurs, Aan boord van de
„Ptemkin” bevonden zich 300 fabrieks
arbeiders. Gedurende de troebelen in de
haven voer de „Potemkin” naar Otsjakof
om provisies te halen.
Men kan nu wel zonder overdrijving spre
ken van de revolutie in Rusland. Elk be
richt van diiar meldt een nieuwe uitbarsting
van opgekropte woede. De aanleiding is
byna altyd gering en staat veelal geheel pp
zichzelf, de gevolgen zijn overal gelijk.
Van Russische zyde wordt altyd nog be
proefd dé uitbarstingen voor te stellen als
zuiver plaatselyk. Te Warschau en Lodz
heeten de Israëlieten de schuldigen, te Sos-
nowice en Dombrowa zyn het de Polen, te
Saratow komen hongerige moesjiks in ver
zet, in Transkaukasië moorden Armeniërs en
Mahomedanen. In de Oostzee-provinciën
laat ontevreden landvolk zioh van den kan
sel den opstand prediken. En nu zyn in
Odessa, te Libau en te Kroonstad de ma
trozen aan het muiten geslagen.
Wie zich een weinig op de hoogte heeft
gesteld van de geschiedenis van Rusland in
de laatste maanden, begrijpt dat al deze
„plaatselyke” uitbarstingen gevolgen zyn
van een zelfde oorzaak.
Wel kan men niet spreken van een revo
lutie in West-Europeeschen zin De organi
satie en de leiders ontbreken, een vast doel
is evenmin aan te wyzen. En dan missen
we in Rusland ook het element dat aan
Europeesche omwentelingen eenigen glans
verleendede geestdrift. De Russische me
nigte is niet geestdriftigze is alleen maar
wanhopig. Ze wil niet langer wachten op
verbetering van den onhoudbaren toestand
en slaat daarom in het wilde om zich heen.
Het zyn stuiptrekkingen, maar ook stui
pen kunnen den dood geven.
zich zelf„Ja, ja, ik ga my uitleveren 1”
En in zyn nek had hy een brandend, klop
pend gevoel, dat hem deed verlangen naar
het koude staal van den valbijl.
„Dwaas! bromde hy. „En dat is nog wel
den dood ontvluchtHoe gelukkig zou ik
niet zyn geweest te worden geguillotineerd,
zonder iets te weten Driedubbele dwaas 1”
Een, twee uur liep hy door, den ganschen
dag, hy wist zelfs niet langs welke wegen,
maar toch altyd in een noordelijke richting.
Al voortgaande sprak hy overluid, alsof
hy een tal van toehoorders had gehadhy
deed vertrouwelyke mededeelingen aan do
steenen, die langs den weg stonden opge
stapeld en gaf den boomen zyn welgemeen-
den raad.
Was dat krankzinnigheid Misschien wel.
Maar toch in elk geval een beredeneerde,
we zouden haast zeggen een wysgeerige
krankzinnigheid.
„De mensch, myn vrienden," zeide hy
om ’t kort te maken tot de onnadenken
de vlinders, de onverschillige sprinkhanen
en de spottende vogels, „de mensch is een
dier als andere dieren, maar hy onderscheidt
zich van zymnedeschepselen door zyn vinding
rijkheid om anderen en zichzelf ongelukkig
te maken. Doet niet als hy weest voorzichtig!"
En toen ging hy zijn geval vertellen.
(Wordt vervolgd).
Duprat bleef een oogenblik roerloos.
't Is goed, ik dank ustamelde hy toen.
En hy zag nog even de lykkoets, die in
het volgend oogenblik door een kromming
van den weg aan zyn oog onttrokken werd.
VIL
Eensklaps hief Duprat zich in zyn volle
lengte op en begon te brullen als een razende.
Verschrikt bleven de voorbijgangers staan
om te zien naar den ongelukkige en van
alle kanten kwamen nieuwsgierigen er by,
„Gooi me met steenen riep hy uit. „Haal
my de oogen uit het hoofd Trap me
dood 1Waarop wacht ge toch En met
nog grooter opgewondenheid
„Is er dan niemand, die me wil doodslaan,
me wil doodmartelen Ik heb een, twee,
drie menschen vermoord, zeg ik u Drie
menschen... om niets! Waarom wacht ge
dan nog, lomperds
Duprat dacht na Men kon hem natuurlijk
niet begrijpen. Toen beproefde hy, of hy het
in ’tSpaansch kon zeggen.
En eindelijk „Jelui wilt niet ’t Is goed
Ik weet wg) een plaats, waar ’t den men
schen een 'genot zal zyn, om my te dooden
En als een gejaagde begon hy te loopen,
te loopen naar het Noorden, naar de richting
van Frankrijk.
„’t Is een arme gek 1" dacht men, en onder
’t haastig voortloopen, mompelde Duprat by
Kamers schijnen de minister-president en de
minister van Oorlog ook al hun welsprekend
heid noodig te hebben gehad, om het ont
werp te redden van een mislukking vóór
het in de openbare zitting komt. De ont
vangst vanwege de clericale vrienden was
moer dan koel. De gevraagde vesting-
kredieten zouden de party by de verkiezigen
van het volgende jaar zeer veel kwaad doen,
en in technisch opzicht was, zei men, het
regeeiings-voorstel gebrekkig.
Het plan werd alleen gered door de op
merking van den voorzitter der Kamer
Sohollaert, dat, viel de regeering, het par
lement ontbonden zou moeten worden.
„Deze bedreiging”, zegt de correspondent
der „Kölnische Ztg.” „werkte als een bom;
want iedereen is overtuigd, dat ingeval van
nieuwe verkiezingen, het clericale Belgische
Kabinet den weg van het ministerie Kuyper
zou moeten opgaan.”
En zoo is het ontwerp voor de openbare
zitting van 11 Juli op de agenda gebracht.
De Marokkaansche quaeslie is uit de we
reld. Frankryk heeft in het honden van een
conferentie toegestemd onder voorbehoud
dat Duitschland zal bevestigen wat prins
Billow reeds in een onderhoud met den Fran-
schen gezant Bihourd heeft toegezegd.
Welke deze toezeggingen waren vertelt
de Matin:
Prins Billow gaf den gezant in hun laat
ste onderhoud uit eigen beweging de ver
zekering
lo. dat Frankryk’s toestemming tot de
conferentie niet mag worden opgevat als een
nederlaag der Fransche diplomatie en een
overwinning der Duitsche, doch eenvoudig
is „een gelukkige overeenstemming tusschen
twee partyen die beiden evenzeer verlangend
zyn langs vroedzamen weg op hoffelijke
wyze een voorbijgaand verschil van meening
op te lossen”
2o. dat Duitschland geen bezwaar zal ma
ken om Frankryk’s billijke wenschen betref
fende de veiligheid van de Algerynsche
grens en zyn voorrechten door zyn aardrijks
kundige ligging te ondersteunen.
Toen de heer Bihourd daarop opmerkte
dat Frankryk wel eens in de minderheid kan
zyn op de conferentie, verklaarde prins Bil
low met verwijzing naar het voorstel des
Sultans, dat geen besluit der conferentie
bindend is, wanneer het niet met algemeene
stemmen is genomen.
Daarop verklaarde de heer Bihourd dat
Frankryk in beginsel toestemde in de con
ferentie.
Zoo is Frankryk zonder kleerscheuren be-
Het pantserschip „Georgy Pobjedonossof”,
de „Dvednadsat Apostolof”, één kruiser, de
torpedovernieler „Kasarski” en een aantal
torpgd^bnqten onder bevel van admiraal
Wispiewsky,ver trok ken 28 Juni van Sebas
topol naar Odessa.
Een twepde afdeeling, bestaande uit de
linieschepen „Rostislaff” en „Sinope” volgde
den 29 ste onder bevel van admiraal Krieger.
Aangekomen op de reede van Odessa, be
val admiraal Krieger, de „Potemkin”, zich
by het eskader aan te sluiten. Het antwoord
luidde„Wy verzoeken den opperbevelheb
ber aan boord te komen”. Eindelijk voer de
„Potemkin”, klaar voor het gevecht, met
vollen stoom voorby het geheele eskader. Het
schip kwam zoo dicht voorby, dat men den
bevelhebber herkende, een man met zwaren
baard in burgerkleeding. Sommigen beweren
zelfs aan boord ongeveer 30 personen in
burgerkleeding te hebben gezien. Admiraal
Krieger liet het signaal geven„Wy gaan
naar Sebastopol". De „Potemkin” antwoord
de „Wy blyven hier”.
Na ontvangen bevel antwoordde de com
mandant Goezewitsj van de „George Pobje-
donoseff”, dat de machines defect waren.
Op het herhaald bevel„Wij varen paar
Telefoon No. S2
ADVEKTENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
bericht uit Kaapstad omtrent de overrom
peling van Warmbad was verzonnen en reeds
meermalen in den loop van den oorlog hebben
de Engelsche berichtgevers op een voor
Duitschland zeer onaangename en partijdige
wyze depêches van het oorlogstooneel de
wereld ingezonden. Nu onlangs weer een
bericht van een volslagen nederlaag welke
de colonne Von Kamptz zou hebben geleden,
waarby zes kanonnen in handen van den
vyand zouden zyn gevallen. Daar is niets
van aan. Wel heeft een ernstig gevecht
plaats gehad en zyn aan de zyde der Duit-
schers 41 man gedood of gewond, maar het
gevecht eindigde met een volslagen vlucht
van de Herero’s.
Sedert eenigen tyd bestond te Berlijn reeds
het vermoeden, dat de opstand der Herero’s
aangewakkerd was door de Engelsche ger-
manophoben in Z.-Afrika, en thans wordt
dat vermoeden bevestigd door de gastvrijheid
waarmee aan de Kaap vluchtelingen uit de
Hererolanden worden geherbergd. Voegt
men daarbij de stelselmatige verminking van
elk Duitsch succes in een nederlaag, dan is
er wel reden voor de Duitschers om deze
germanophobie met een dergelyk gevoel tegen
al wat Engelsch is te beantwoorden.
Het behoeft geen betoog, dat by de onder-
handelingen betreffende Marokko, dit En
gelsch-Germaansché antagonisme ook al een
rol speelt.
Het bovenfitAAMie is ontleend aan een
depêche uit Berlijn aan den „Petit Bleu.”
Generaal Linjewitsj seintIn den ochtend
nA ’“M ^naakten de Japanners een flin-
'afcïtschen opmarsch Onze voor-
;kön terug. Nadat wy versterkin-
i {gekregen, trok de vijand nog
mötgen achteruit. De Japanners
JR Nantsjansjensi tot Lokoetsjan
Joelt^si tot Wanhego.
Het eskader; keerde gisteren terug zonder
de oorlogsschepen „Georg Pobjedonossef”,
„Weita” eri een torpedoboot. Onmiddellyk
na aankomst werd aan boord van het admi
raalschip „Rotiplaf” onteer voorzitterschap
van vice-adnürpal Krieger een bespreking
gehouden, waarop het stopzetten der
scheepsmachines volgde.
Den officieren en matrozen, die er om ver
zochten, werd [verlof gegeven aan wal te gaan.
Gisteren is bevel gegeven aan die matrozen,
welke, reservaten zyn van de lichtingen van
1886—1899 een verlof voor twee maanden
te geven, i
Het pantsérschip „Katharina II”, dat tot
het oefeningseskader behoort en zich op de
reede van Sebastopol bevond, is ontwapend.
De stad is rustig.
l tof*1» uur.
Po^tyi in. de
m van 'ons land
popjen gekleed
en, ajsJeanne
itoineUe, Jacoba]
K^MER
antieke p^]|pen/
i het buiteiilhnd
'Itrecht enz.^ee^l
30 Cent. j