M ZONDERLINGE B^'ELIJK. F aar F Ik en sextract Meuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. Isler”, No. 9794. Donderdag 10 Augustus 1905. 44ste Jaargang, Buitenlandscb Overzicht. ELLE WATER GASFORNUIZEN, LOOIT, n Spreekbuizen. T3STC9-, iAIi. tv’ FEUILLETON, 3EL0NJE Jr.7 on No, 148. I nrant. (Wordt vervolgd.) RUIS” SARDEMANN ITERFLESCH; VERMENGD DIT EEN .EIDING- r SOMS BEKTEN. 'EN, Wastafeltjes vak behoort. i aantal onge- op aanvraag. HTS <fc Co. ZAND VOORT, rOORT, J. S. IG, A. DROST :jff. NT, m modellen te jn toepassingen ter de Por» irts. Zy geven irs niet kunnen geen imitaties i.m iniii: coiwr MAGAZIJN B 13, ,Ik vrees, mynheer Sherwindat deze “s u geheel modellen Bil TEM, lectra Branders, enz. 'EN Franje.’ e geëmailleerde ITIKELEN. van Tangoe en verdreef de Japanners uit hun stellingen aldaar.” ERDAM. 2031 >or de loveran- ILD en GE- ere enz. enz. r geheel Ns- Telefoon No. 82 Al) VERTENTIEN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Inzending van Ad verten tien tot 1 uur des midd. Rosen en de Japansche gevolmachtigden zijn nu te Portsmouth (Vereenigde Staten) aangekomen. Zy vertoeven allen in het „Hotel Wentworth”. Gisterochtend .gingen al de gevolmachtigden in sloepen naar de marinewerf, waar zij formeel begroet wer den door den schout by nacht Mead en zijn staf. Saluutschoten werden afgevuurd en mariniers bewezen militaire eer. Den gevol machtigden werden hun verschillende ver trekken aangewezen. Mead heeft de streng ste orders gegeven om een volkomen ge heimhouding van de zittingen der gevol machtigden te verzekeren. Een officieele lunch werd gegeven voor de gezanten waarbij de echtgenooten der Ame- rikaansche officieren tegenwoordig waren. De gezanten keerden vervolgens naar hun hotel terug. Witte werd gister geïnterviewd. Hy zeide, dat hy meer dan ooit bezield werd door den wensch, al wat in zijn vermogen stond te doen, om vrede te sluiten, maar dat alles zal afhangen van hetgeen de Japanners verwach ten te krygen. Evenwel wil hy niets onbe proefd laten om h t doel te bereiken en in geval van mislukking zal de wereld hem ver oordee>en op wien.de verantwoordelijkheid zal roeten. echter noodig om dadelijk te spreken ik begon met een verontschuldiging. „Ik vrees, mynheer Sherwin vrijpostigheid van iemand, die vreemd is „Niet zoo geheel vreemd, mynheer 1 indien het my vergund is zoo te spreken.” „Inderdaad „Ik had het groote genoegen, mijnheer, en’ het voorrecht enen inderdaad de eer om verleden jaar, toen de familie niet in Londen was, uw woning in de stad te zien. Een heel mooi huis. Ik ben met de rent meester van uw geachten vader in kennis 1 hy was zoo vriendelijk, my verlof te geven om de kamers eens door te loopen. Een huis, dat wel waard is om bezien te worden de meubelen en behangsels, en zoo al meer, in zoo’n zuiveren stijl gerangschikt, en de schilderijen, van de mooiste stukken, die ik ooit gezien hebik was verrukt, geheel ver rukt, inderdaad.” Hij sprak zeer zacht, doch legde een bij zonderen nadruk op enkele woorden, die blijkbaar lievelingswoorden van hem waren, zooals „inderdaad.” Niet alleen zyn oogen, maar zyn geheele gelaat was gedurende al den tyd, dat hy met my sprak, in een zenuw achtige beweging. In de verlegenheid en de bekommering, die zich toen van mij meester maakten, hinderden en verbijsterden deze voor een „splendid isolation” zal doen ver dwijnen en de Daily News wyst er op, dat tusschen een hartelyke overeenstemming, een entente cordiale en eoy Fransch-En- gelsch bondgenootschap een nog groote af stand ligt; Engeland is niet in staat Frank rijk te land te helpen en daarom is het een dwaling de vriendschap van Engeland voor Frankrijk te beschouwen als een uiting van anti-Duitsche gezindheid. De Fransche pers bepaalt er zich voor- loopig nog toe melding te maken van do schitterende voorbereidingen in Engeland voor de ontvangst der Franschen en van do sympathieke uitingen der Engelsche pers. Opmerkelijk is het dat het Journal in een bespreking van de geruchten over een samenkomst van keizer Wilhelm en koning Edward hot denkbeeld van een oorlog tus schen Duitschland en Engeland dwaas noemt. Het Fransche blad zoekt achter den persstryd in beide landen alleen de bedoe ling stemming te maken voor dc plannen tot uitbreiding der vloten. Intusschen echter wordt die stryd nog door enkele bladen voortgezet, in de eerste plaats door de Reichsbote, hetzelfde blad dat eenige dagen geleden met zyn mede- deeling omtrent de plannen tot afsluiting van de Oostzee zooveel rumoer verwekte. De Reichsbote is in een oorlogzuchtige stem ming gebleven en schrijft nu o. a. „Óp den dag dat de vijandelijkheden tusschen Duitschland en Engeland uitbreken moet Frankrijk een of- en defensief verbond met ons hebben gesloten, of het is onze vyand. Onzijdigheid mag er dan niet zyn. Wat Engeland ons ontneemt, zullen wy in Frank rijk terughalen.” De Figaro vat deze uitlatingen ernstig op en meent zelfs dat het conservatieve Duit- sche blad de meeningen van het Duitsche hof en de Duitsche regeering weergeeft. Waarschynlyk zal de medodeeling van het Berl. Tagebl., dat de Reichsbote, al wordt hy dan ook als het orgaan van de keizerin beschouwd, volstrekt niet mag gelden als een orgaan van het Duitsche hof en de Duitsche regeering, met wier meeningen de opvattin gen van het blad integendeel gewoonlyk in strijd zyn, de Fransche pers aanleiding geven voortaan geen aandacht meer te wyden aan dit blad, dat thans blijkbaar niet beter weet te doen dan onrust stoken. In het Engelsche Lagerhuis heeft Balfour gister, in den loop der discussie over de Appropriation-bill, in antwoord op een aan val op de regeering verklaard, dat deze het vertrouwen van de meerderheid van het Huls Generaal Lmjewitsj seint d.d. 4 Augustus „In den omtrek van Heilocngtsjeng naderde op 2 Augustus een Russische afdeeling het dorp Nansjansjeng en het 5 werfit noordelijk daarvan gelegen dorp Soeisoeloesjwan. Toen de afdeeling in de buurt dezer beide dorpen aankwam, werd zy door het vuur der Ja- pansche voorposten ontvangen. Tegen 1 uur in den namiddag trokken evenwel de vyanden naar de hoogten terug; de Russen dwongen 'hen, de gansche frontstelling te ontruimen en op afchtergelegen, sterk versterkten posi tion terug te trekken. Op 4 Augustus zette de Russische troepen het offensief voort. De pogingen der Japanners, den Russischen lin- ker-vleugel om te trekken, werden-door'de Russische artillerie verijdeld.” Tot zoover goed. Nu echter volgt weder het-onveranderlyke „Nadat de Russische afdeeling haar doel bereikt had, trok zy zonder verliezen terug. De vyand viel alsnu op zyn beurt aan, maar ging wegens het hevige vuur snel weder terug. „Op 2 dezer naderde een Russische afdee ling het dorp Langoensjeng, 18 werst zuidi^jk 29) Zyn lippen waren dun en bleek, terwijl de Ijjnen daaromheen talrijk en sterk geteekend waren. Had ik hem onder gewone omstan digheden gezien, dan zon ik hem beschouwd hebben als een man, waar niet veel bijzat; op zyn manier een kleine tiran voor hen, die van hem afhankelijk, een laag vleier van hen, die boven hem geplaatst waren, iemand, die veel hechtte aan hoogheid van rang en stand en in zijn eigen oogon onfeilbaar was. Doch hy was de vader van Margaretha en ik was besloten om ingenomen met hem te zjjn. Hy maakte voor mij een lichte en ietwat onderdanige buiging, keek daarop door het raam, maakte, toen hjj het rijtuig voor zijn deur op mjj zag wachten, nog eens een bui ging en verzocht mij om mjj van mjjn hoed te mogen ontlasten. Toen dit gedaan was, kuchte hjj even en vroeg, wat er van mjjn dienst was. Ik gevoelde eenige moeieljjkheden om met mjn zaak voor den dag te komen. Het was Telefoon No. 82. De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk niet uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1,25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nonnners VIJF CENTEN, Het' Fransche eskader is Maandag voor Cowes, in de nabijheid van de oude Engelsche oorlogshaven Portsmouth, aangekomen. De ontiangst was zeer hartelijk. De Fransche vlagofficieren zyn aan boord van het ko ninklijke jacht door koning Edward toege sproken, die daarby deed uitkomen, dat het groote voordeel van dit vriendschappe lijk bezoek de handhaving van den vrede zou zyn. In een brief wyst onze correspondent er reeds op, dat byna alle Engelsche bladen het Fransche bezoek op zeer sympathieke wyze bespreken en de lezing van deze arti kelen toont, dat de Engelsche pers het in dezen met koning Edward volkomen eens is. De Times zegt dat men thans begrijpt, dat Frankryk en Engeland de gemeenschap pelijke taak hebben den vrede te waarbor gen in het belang van de beschaving en dat deze taak alleen kan worden vervuld door internationale vriendschap. De Sunday Ti mes hoopt ook al een bewys voor de verbeterde stemming in Engeland jegens Duitschland waarop wy Maandag wezen - dat de feestelijkheden van Portsmouth niet zullen worden misverstaan door de Duitsche vrienden, waarmee Engeland ondanks de geruchten in zekere onverantwoordelijke bladen bevredigende betrekkingen onder houdt. Dn Daily Mail is van oordeel, dat de oprechtheid van de Fransche staatkunde de laatste sporen van de Engelsche neiging eigenaardigheden my meer dan ik kan be schrijven. Ik zou de heele wereld wel hebben willen geven, als hy zyn.rug eens naar my toegekeerd had, voordat ik weer tot hem sprak. „Het doet my genoegen van u te hooren, dat myn familie^en myn naam u niet onbe kend zyn, mynheer Sherwinhervatte ik. „Onder zulke omstandicjBlen zal het my minder aarzeling en kosten om u met de reden van myn bezoek bekend te maken.” „Wel zeker. Mag ik u iets presenteeren P een glas Xeres, een „Niets, dank u. In de eerste plaats, myn heer Sherwin, heb ik redenen om te wenschen dat dit onderhoud, tot welk resultaat het ook moge leiden, als geheel vertrouwelyk moge beschouwd worden. Mag ik my ver zekerd houden dat ik my in dit opzicht op u kan verlaten.” „Zeker, zeer zeker de strikste geheim houding natuurlijk ik bid u ga voort I” Hy schoof zyn stoel een weinig dichter naar my toe. Door al zyn zenuwachtige be wegingen heen kon ik een uitdrukking van sluwheid en nieuwsgierigheid in zijn blik ontdekken. Hy bad mijn visitiekaartje in zijn hand, in zijn nieuwsgierigheid om te hooren wat ik te zeggen had, rolde hij het op en af met groote gejaagdheid en zonder een deelen. In verband hiermede maak ik bekend, dat ik de overtreders met alle gestrengheid en met alle middelen, die de wet op den staat van beleg my in de hand geeft, zal straffen”. Nu zou men verwacht hebben, dat de politie met kracht zou optreden. Maar ze dged niets, zooals blykt uit een tweede be kendmaking van den gouverneur. „Ik heb", zegt deze. „den commissaris van politie te Kisjinef, kolonel Reichardt, reeds te kennen gegeven dat de geweldda digheden van de „hooligans, de Blauwe Hemden en de Zwarte Honderd” onver wijld onderdrukt behooren te worden. Maar desniettegenstaande zie ik, dat deze lieden hun treurig bedryf blijven voortzetten, zich werpen op het vreedzame publiek en hun van te voren aangewezen slachtoffers mis handelen. Deze misdadigers worden echter meestal ongemoeid gelaten. Ik beschouw dit als een plichtverzaking der politie en eisch onder bedreiging met de zwaarste straffen, dat de gewelddadigheden onmiddellyk on derdrukt en de bedrijvers gearresteerd zullen worden”. oogenblik er mee optehouden. Ik moet u insgelijks verzoeken om u oor deel opteschorten, totdat gy my ten einde toe aangehoord hebt. Gy zult misschien ge neigd zyn om er in *t eerstin ’t eerst, zeg ik, ongunstig over te oordeelen in een woord, mynheer Sherwin 1 zonder verdere inleiding, de reden van myn bezoek hangt samen met nw dochter, met juffrouw Marga retha Sherwin „Met mijn dochter I Lieve hemelik kan het mij inderdaad niet begrijpen Hy hield op, half ademloos, terwijl hy zich naar mij vooroverboog en myn kaartje nog meer tusschen zyn vingers frommelde. „Ruim een week geleden,” vervolgde ik, „ontmoette ik juffrouw Sherwin toevallig in een omnibus, in gezelschap van een dame, ouder dan zy „Myn vrouw, mevrouw Sherwin 1” zeide hy, terwijl hy een ongeduldige beweging met zyn hand maakte, alsof „mevrouw Sherwin” een lastige hinderpaal was voor het gesprek waarvan hy de opheldering zoo spoedig moge- lyk wenschte. „Het zal u waarschijnlijk niet verwonderen, als ik u zeg, dat ik door de uitstekende schoonheid van juffrouw Sherwin getroffen was. In Japan schijnt men zich er nog al aan te ergeren, dat de Russen niet willen erken nen verslagen te zyn en wellicht om den Russen nu eens hun positie duidelijk te ma ken, zendt de correspondent van de Times te Tokio eenige cijfers omtrent de Russische verliezen in uen oorlog. Do Russen zouden .volgens deze opgave 388,480 man hebben verloren (met inbegrip van 67,701 gevan genen), de Japanners daarentegen verloren 167,402 man (646 gevangenen). De Russen verloren verder van 83 sche pen met 410,224 ton niet minder dan 73 schepen met 346,588 ton, terwijl de Japan ners slechts 12 van hun 76 schepen verlo ren. De Japansche vloot zal zelfs door de bijvoeging van een aantal veroverde Rus sische oorlogsschepen ruim 25,000 ton groo- ter zyn dan voor den‘oorlog. Of deze cijfers echter de Russen, die nog over vele hulp middelen beschikken, zullen overtuigen He't is niet te verwachten. Reeds herhaaldelyk is er op gewezen, dat bij de troebelen in Rusland de politie dik werf het gepeupel ophitste tegen de hoogere klassen en dan natuurlijk werkeloos ble* f, wanneer hare inblazingen met het gewenschte gevolg bekroond werden. Vooral in den laatsten tyd hebben in verschillende plaatsen de onderste lagen der bevolking gruwelyk huisgehouden, er werden formeele drijfjach ten op touw gezet op de meer ontwikkelde bevolking en vooral scholieren en studenten hadden het kwaad te verantwoorden. Daarbij drukte de politie steeds welwillend een oog toe. Een eigenaardig staaltje van dit niet op treden der politie geeft een bekendmaking van den gouverneur van Bessarabië, die in Russische bladen gepubliceerd wordt. In dit stuk wordt gezegd „Uit talrijke berichten en aanklachten is my gebleken, dat in de stad Kisjinef des avonds en des nachts per sonen uit verschillende beroepsklassen, die eigenmachtig de rol van bewaarders der orde op zich hebben genomen, de inwonérs hinderen, visiteeren en zelfs afranselen, en de. publieke veiligheid ten zeerste bedreigen. Ik heb den beambten der politie gelast, die personen te vervolgen, daar ze door bun ondragelyk optreden aan ieder fatsoenlijk mensch aanstoot geven en ik noodig allen, die het wel meenen met de handhaving der orde nit, alle gevallen van verstoring dier orde aan den politiecommissaris mede te

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1905 | | pagina 1