HET HUWELIJK. .s ITS. LOOH. Isler”, yVteutr«- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken, OUD EU HIEUW. ZERIJ No. 9015. FEUILLETON. Löwenbrau en 15 ct. ilTEN fflORWIZM, inlscli nmagazljn, 30. en, 'he Scrum. nz. T1KELEN, Dinsdag 2 Januari 1906. 44ste Jaargang. i ken. ed schoenwerk IKMAN A Zn >0 ets., 75 ct rs en Drogisten ^KBR! Rotterdam. IR, Apotheker Vesthaven 198. modellen irtra Branders SN, is tafeltjes rak behoort. Kleiwegsteeg. OENEN ENZ. SN Franje. geëmailleerd Spreekbuizen. Dw. Dr«, STEEN. 1AGAZIJN B 13, ieten werk. Teletoi n Ho. 82. De Uitgave dezer Courant geschiedt, dagelijk met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nummers V IJ F C E N T E N ■t" -■ (ill l INIIE COIBANT. „Omdat,” viel een stem achter hem, welke ik voor die van een vrouw herkende, hem in de reden, „omdat gy een vloek over onze huizen brengt, omdat wy de gezichten van onze kinderen willen behouden, zooals God ze gemaakt heeft „Omdat,” bracht een tweede vrouw, die er bygekomen was, in het midden, „gy de wraak des duivels onder Christenmenschen brengt. Kom terug, Janhet is geen zaak voor een braaf man om met hem te spreken.” Zij trokken den visscher met zich mede, voordat hy er nog een woord kon byvoegen. Ik had genoeg gehoord De noodlottige waar heid de$d zich dadelyk aan my voor. Man nion was my werkelyk naaé Cornwallis ge volgd hy had aan zyn bedreigingen letter- lyk gevolg gegeven. Tien uur. Ik heb myn kaars in deze woning voor het laatst opgestoken om eenige weinige regels aan myn dagboek toetevoegen, De menschen uit bet gehucht zyn in diepe rust; ik hoor geen voetstap daarbuiten en toch, kan ik zeker zyn, dat Mannion op dit oogenblik niet by myn cleur op de loer ligt Ik moet gaan, wanneer de morgen aan- breekt. Ik moet deze rustige schuilplaats, waarin ik tot dusverre zoo kalm geleefd Een u u r. De wind strijkt van de heide in hevige vlagen op ons nederde golven klotsen onstuimig tegen ons rotsachtig heb, verlaten. Er bestaat geen hoop, dat ik my in de gunst van myn arme buren zal kunnen herstellen. Hy heeft tegen myde meêdoogenlooze vijand schap van hun bijgeloof aangestookt. Hy heeft de sluimerende wreedheden, zelfs in de harten van deze eenvoudige menschen, opge spoord en ?e tegen my doen ontwaken, zoo als hij zeide dat hy doen zou. Het schande lijke werk moet binnen de laatste drie weken begonnen zyn, terwyl ik veel in huis was, en er weinig kans bestond om my in myn gewone wandelingen te ontmoeten. Hoe dat werk volbracht is, is nutteloos om er naar te onderzoeken. Myn eenig doel moet nu zyn my dadelijk op myn vertrek voortebereiden. Elf uur.— Terwyl ik een oogenblik geleden myn weinige boeken inpakte, viel er uit een daarvan een geborduurd leestee- ken, dat ik vroeger daarin niet opgeme/kt had, en dat herkende als datgene, hetwelke Clara voor my gemaakt had. Ik heb dan toch een aandenken van mijn zuster in myn bezit 1 Hoe onbeduidend het ook wezen moge, ik zal het goed bewaren, als een brenger van troost ten tyde van onspoed en gevaar. stuk. t leveren van an de geachte „De tijd rolt als deez’bergstroom voort”. Boboer. Nieuwjaarsdag I De eerste van eeu reeks van drieiionderd vijf en zestig dagen, die van allerlei zullen brengen: èn leed, èn vreugd; èn smart èn blijdschap. Dagen, die getuigen., zullen zijn van voorspoed voor dezen, van tegenspoed voor genen dagen, die in veel zullen'gelijken op die van het afgeloopen jaar, doch zeer zeker ook velerlei meer of minder aangename afwisseling zullen bieden. Dagen eindelijk, die ons allen, jong en oud, rijker zullen maken in levenservaring, rijker aan on dervinding. die ons, menschen, bij ’t voortgaan op de levensbaan zoo noodig isondervinding, waarvan de mate van bezit tot op zekere hoogte het geluk van den mensch bepaalt, daar zij toch, vol gens het spreekwoord de beste leermees teres, eene uitstekende leidster’ is bij het afleggen van den met rozen, maar helaas ook dikwijls met scherpe doornen be zaaiden levensweg. Nieuwjaarsdag, vooraf gegaan door den OudejaarsavondOude jaarsavond, de avond waarmee bet jaar besloten wordt. De avond, die ook weer een bepaald deel van het menschelijk leven afsluit. Op den levensweg, ’t zij kort of lang, in ieder geval de weg van de wieg tot het graf, staan hier en daar 148) En hy kwam, zooals hy beloofd had. Doch toen ik hem verzocht om in huis te komen, wees hy dit af, en zeide dat hij buiten voor myn raam wel met my zou spreken. Deze tegenzin om onder myn dak te komen bracht my te binnen, dat myn levensmiddelen ge durende de laatste week op myn raamkozijn waren neder gezet, in plaats van, zooals gewoonlyk, in myn kamer gebracht te worden. Ik was te druk bezig geweest om daaraan toen veel aandacht te wyden, doch het kwam mij nu al zeer vreemd voor. „Wilt gy my wys maken, dat gy niet be grijpt, waarom wy u hier uit deze plaats willen verdryven P” vroeg de man, terwyl hij my door het raam wantrouwend aan keek. Ik heïhaalde, dat ik my niet kon begrijpen, waarom zy zoo geheel te mijnen opzichte ver anderd waren, of wat kwaad zy meenden dat ik hun gedaan had. „Dan zal ik het u spoedig zeggen,” ver volgde hy. „Wy willen dat gy van hier weg gaat, omdat....” BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Gouda, brengen ter kennis van de in gezetenen dat het 2e suppletoir Kohier der plaatse- lyke directe belasting naar bet inkomen in deze Gemeente, voor het dienstjaar 1905, door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland goedgekeurd, in afschrift gedurende VIJF MAANDEN voor een ieder ter lezing is nedergelegd op de Secretarie der Gemeente, en dat voormeld Kohier ter invordering is toegezonden aan den Gemeente Ontvanger. Gouda, 30 December 1905. Burgemeester en Wethouders voornoemd, R. L. MARTENS. De Secretaris, BROUWER. tan de geachte OUDEJAARS- lur toe en ook EL EN bakt. en tyde franco n bestellingen arten worden geweest van wel geen bloedigen strijd zooals in het verre Oosten, doch van een niet minder fel gevoerden strijd. We zullen hopen, dat de zaken, zooals ze nu staan, een kalm verloop zullen hebben. Dat de nieuwe regeering aan het einde van het jaar met tevredenheid moge terug zien op volbrachten arbeid. Dat de werk zaamheid dier régeering langzamerhand de verschillende wanklanken zal doen ver stommen, klanken, die hun oorsprong vin den in alles, behalve in het besef, dat allen geroepen zijn om met elkaar een drachtelijk te streven naar bevordering van binnenlandsche welvaart in de eerste plaats. Nieuwjaarsdag Een onbekend jaar gaan we tegemoet. Geluk zal het ons brengen en ongeluk. Niemand weet, wat zijn deel zal zijn. Elk hoopt ’t beste er van en ieder maakt zich voor zich zelf een andere voorstel ling van een goed jaar. Niet allen zullen bevredigd worden, niet allen zullen, als weer een jaar om is, met blijdschap kunnen terug zien. Veel zal gebeuren. Vernuftelingen zullen misschien door nieuwe uitvindingen de gansche wereld weer ver bazen, wetenschap en kunst zullen mis schien reusachtige stappen voorwaarts doen. Hier zal de welvaart vermeerderen, elders zal na een jaar achteruitgang te bespeuren zijn, doch omtrent dit alles kunnen nog slechts alleen vermoedens bestaan. Afwachten moeten we alles. Ra den en gissen brengt ons geen stap ver der. Als ieder voor zich zijn best doet, valt misschien de toekomst mee. Moedig voorwaarts dus, vooruitNog eenige we ken slechts en de natuur geeft ons weer het voorbeeld van herleving, van ontwa- Voorwaarts dus ook de mensch, met nieuwen ijver het jaar begonnen, op dat men aan het eind van negentienhon derd en zes, wat er ook in dit jaar ge beurd moge zijn, met dankbaarheid en tevredenheid een volgende mijlpaal in ons leven kan begroeten. voorgebergte aande regen jaagt woest voorby myn raam heen, en de dikste duister nis bedekt de geheele lucht. De storm, die die reeds sedert eenige dagen gedreigd heeft begint optesteken. Treen, 22 October. De gebeur tenissen van dezen enkelen dag hebben een geheele verandering in myn toekomstig leven teweeggebracht. Ik moet my geweld aan doen om ze dadelyk opteschryven. Iets waarschuwt my dat ik, als ik het nitstel, al ware het slechts tot morgen, niet in staat zal zyn om er iets van medetedeelen. Het was nog vroeg in den morgen ik denk omtrent zeven uur toen ik de deur van myn buis achter my sloot om haar nimmer weder te openen. Ik ontmoette, toen ik het gehucht verliet, slechts een paar buren. Zy weken op zyde om my voorbyte laten gaan, zonder een enkel woord te leggen. Met een bezwaard gemoed, meer gepijnigd dan ik mogilyk had geacht door de gedachte, dat ik als een vyand uit het midden van de menschen, waaronder ik als een vriend had geleefd, moest vertrekken, ging ik de laatste woning voorby en besteeg het klipachtige pad, hetwelk naar de heide voerde. Wvrdt vervolgd.} enkele mijlpalen. Van de mijlpalen is de oudejaarsavond er één. Twaalf slagen hebben overal den volkeren verkondigd, dat weer een jaarkring voorbij was. Hel der en opgewekt hier, zwaar en dreu nend elders, zilveren stemmen gelijk of dof brommend hebben de klokken geluid, in het afgeloopen jaar beurtelings vreugde- klokken, brandklokken of doodsklokken. Hun klanken hebben zich voortgeplant van stad tot stad en van dorp tot dorp, over velden en wegen, over rijk en arm, over hutten en paleizen, over goeden en kwaden, al die klanken eindelijk in den winternacht samensmeltend tot één mach tigen galm. En in dien eenen galm weer klinkt alle vreugde, trilt door al het leed, door het afgeloopen jaar gebracht. Die eene galm spreekt van groote blijdschap en van diepe smart, van lijden en strij den, van zegepraalt en nederlaag. Door dien enkelen galm worden verschillende snaren in het menschelijk gemoed aan geslagen. De oudejaarsavond stemt zoo niet allen, dan toch zeer velen tot na denken. Wanneer het uur van twaalven nadert, komt onwillekeurig over ,de men schen een stemming, die hen brengt tot overpeinzing van al hetgeen in een heel jaar door hen aan lief en leed is onder vonden. Allerlei gedachten bestormen ons. Voor den een zijn die gedachten overwegend van blijden aard, voor den ander zijn ze meer treurig. Doorgestane ziekten, geleden pijn, lichamelijk en gees telijk, tegenspoed in het werkzame leven, herinneringen aan hen, die zijn heenge gaan naar het oord „vanwaar geen bode keert”, en daarnaast de gedachte aan oogenblikken van vreugde, aan dagen van ongestoord geluk, aan met genoegen vol brachten arbeid, aan welslagen in onder nemingen, alles dringt zich op den oude jaarsavond aan het denken op. Gelukkig hij bij wien de herinneringen van vroolijken aard in staat zijn de min der blijde zoo niet geheel te verduisteren, ze dan toch naar den achtergrond te dringen, zoodat hij met moed het nieuwe jaar kan ingaan. Gelukkig het gezin, dat met een spanning, die grooter wordt naar- maft het middernachtelijk uur nadert, den laaffiten slag van twaalven te gemoet ziet, waffl* elk zich na dien laatsten slag be ijvert de eerste te zijn om den ander een vefel heil en zegen of een g e- lu^kig nieuwjaar toe te wen- schm. Gelukkig zij, wien de aard der owfcjaarsavondgedachten niet belet den laasten avond van het jaar in familie- of vriendenkring op gepast vroolijke wijze doof te brengen onder het drinken van eenfglas fonkelenden wijn of heete punch of Óen meer eenvoudig maar niet minder smakelijk kopje chocolademelk. Het jaar negentienhonderd en vijf heeft on» zoowat van alles gebracht. Nog pas hebfeen over de gansche Christenheid de kerstklokken h>»t Vrede op aarde verkondigd, als een herhaling sinds meer dai. negentien eeuwen. Doch ondanks die herhaalde vredestemmen, ondanks het bouwen van vredes-paleizen heeft de oorhg, de kanker der volkswelvaart, nage noeg het gansche jaar door gewoed, als een treurig bewijs, dat de aardsche vrede nog verre, zeer verre is. ..^’iüuderddui/.eiulen slachtoffers zijn ge vallen en millioenen bij millioenen guldens zijn weer uitgegeven, niet tot heil van de gansche menschheid, maar tot be slechting van een geschil tusschen staats hoofden. En nu, de oorlog is geëindigd, maar allen weten we het, of we cou ranten lezen of niet, dat de nasleep van dien geweldigen, gruw dijken krijg, mis schien nog erger zal zijn dan die oor log zelve. O, in die Russische gemoe deren, hoe barbaarsch het ook daarin moge uitzien, moet toch ook aan het einde van h u n jaar wel eens de gedachte opkomen, hoe het over een jaar, dus bij h u if volgende oudejaarsavond in het Russische rijk zal uitzien. Zal Rusland dan nog een Czarenrijk zijn of zullen misschien de revolutionnaire woelingen (wie zal ze terecht beoordeelen en ver- oordeelen een geheelen omkeer brengen in het land der Moscovieten, ook wat het geheele regeeringsstelsel betreft? Wat de politiek aangaat is Nederland in negentien honderd en vijf het tooneel Telefoon Mo. fi* A I) VERTENTIEN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Inzending van Ad verten tien tot 1 uur des midd. schuit udaalscbe brug.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1906 | | pagina 1