Ml IN”. ton ,a; ïVtewws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. Maandag 19 Februari 1906. No. 9956. 44ste Jaargang Zoo men zaait. Hilllciiliiiitlscli Overzicht &ZOON. E VRIJ FEV'l LLETOX. <GE8 inr is, J IO en om der van aan c. p. eerlijk W. htige XV. (Wordt vervolgd.) eigen an Binnenkoorts.), aan eetlust e fabrieksmerk 'ok rechtstreeks 5. Haag. rr/lMcA. pond. pond. pond. I jrcie- n de dalve lilll IISIIII. (III |{t\T „Myn lieve vrouw, aanvaard myne harta- lyke gülukwouschen I” riep hy uit. „Ik heb hot goede nieuw» in de courant gelezenen ik zou my moeieiyker bljjder kunnen gevoe len dan ik nu doe, indien ik de eer had luitenant Crayford persoonlijk te kennen. Wy denken de heugelijke gebeurtenissen thuis te vieren. Voor dat ik wegtfing zei ik lót myn vrouw:” „Een flesch oude Madera van middag, beste om de gezondheid van den luitenant te 'drinken God kogcne hem En hoe vaart onze lieve patiënte? Wat haar betreft, is do tyding niet zooqls wjj wel zonden hebben gewenscht. Om u do waarheid te zeggen, maakte ik me eenigszins bezorgd over de uitwerking die ze zon heb ben en daarom kom ik haar van daag vroeger dan anders een visite brengen. Niet dat ik voor myze’f het bericht donker inzie. Geenszins 1 Voor het venster van de huiskamer der villa vertoonde zich een beleefd mannetje, met heldere verstandige oogen en vrooljjke Reuter seint uit Petersburg, d <1 16 Fobr. Op bet goederenstation van den Nikolai- spoorweg viel by het lossen van een wagen een van Wlndiwustok gekomen kist op den gezellige manieren. Netjes in ’t zwart gedost, zooals zyn beroep 't meebracht, stond hy daar als do type van een welgedaan plattelands- geneesheer gezien en gewild in een wij den kring van vrienden en patiënten. Toen mevrouw Crayford hem tegemoetkwam, liep hy vlug naar buiten en stak haar zyn beide handen toe als een hoffolyke harte- lyke begroeting. komst en uw vertrouwen in God. Hy, die myn echtgenoot heeft bewaard, kan ook Frank behoeden. Zoolang er twyfel is, is er hoop. Verbitter myn geluk niet, Clara I Doe je best evenals ik te denken al ware ’t alleen om te toonen dat gy my liefhebt.” Zij sloeg haar arm om Clara’s hals en kuste baar. Clara kuste haar weerom en antwoordde mei droevige onderworpenheid „Ik heb je lief, Lucy. Ik zal myn best doen.” Na dit gezegd te hebben, zuchtte zy diep en sprak geen woord meer. Voor veel minder scherp toeziende oogen dan dio van mevrouw Crayford zou hel dnidelyk, maar ai te duidelyk zijn gew'eest, dat de woorden' zooeven gesproken geen heilzaam indruk op Clara’s gemoed hadden gemaakt. Zy ver dedigde niet langer haar denkwyze, zij sprak er niet meer over maar de vreeselyke overtuiging dat Frank door Wurdour’s hand was omgekomen, was zoo vast als ooit in haar ziel geworteld Mismoedig en bedroefd verliet mevrouw Crayford haar en keerde zy naar buis terug. En de rechters Och arme, zoo weinig begrepen zij vaji hun rechtersambt. dat zij met de partij gingen debatteeren over de wijze, waarop zij zouden rechtspreken. Alsof zij daardoor hun onpartijdig stand punt niet zouden verliezen Lees nog eens die courant. KykOpen hartig wordt er in gezegd dat voor de nauw keurigheid der namen niet wordt ingestaan en men raadt er in aan, verdere bijzon derheden afte wachten. En zelfs de woorden die, aan ’t hoofd van de lijst staan, bewyzen hóe weinig men de waarheid weet. „Dood, of VermistVolgens de opgave zelve kan het dus even goed mo- geljjk z|jn dat Frank vermist is als dat hy dood is. Wie weet of de volgende post u niet een brief van hem medebrengt. Luistert ge naar my P” „Kunt gij tegenspreken wat ik zeg?” „Neen.” „Ja I Neen 1 Is dat nu een manier van antwoorden terwijl ik zoo bedroefd en be zorgd ben om uwentwil P” „Het spijt me dat ik zoo gesproken heb, Lucy. Omtrent sommige z^ken hebben wy zekêt ons eigen inzicht. Ik wil niet tegen spreken, lieve, dat uw inzicht het ware ver standige is.” Intusschen had Hugenholtz in de mee- I ning, dat Wijnkoop zich zoude neerleggen bij dc uitspraak van den Raad van Com missarissen. aan de agenten der Centrale op 22 December 1904 eene briefkaart gezonden om op bepaalde dagen in Januari 1905 met hem samen te werkenbe houdens goedkeuring van den Raad van Comuflssarisson, die op 29 December 1904 zouden vergaderenzoodat het geschil tusschen de directie en Wijnkoop zou zijn opgelost. Hugenholtz werd op grond van het schrijven van die briefkaart uitgenoodigd om op 26 December 1904 in eene ver- gadering van de Amsterdamsche agenten te verschijnen om zich daar te verdedigen tegen de door Wijnkoop tegen hem qit- gebrachte beschuldiging van onderkruiperij. Op die vergadering maakte men het Hugenholtz echter ónmogelijk zich te verdedigen zoodat hij wegliep, terwijl daarop de vergadering hem met bijna alg^meene stemmen schuldig verklaarde aan onderkruiperij. Stel U een bourgeois reciter voor, die een proletariër door herrie te maken zou beletten zich te verdedigen en daarna dien beklaagde, die terecht zou wegloopen, ging veroordeelen! Maar nog erger. Men deelde dit von nis eerst aan Hugenholtz mede op 6 Januari 1906. toen de organisatie der agenten had besloten hem wegens onder kruiperij te posten. Op het oogen blik der executie van het vonnis wordt den beklaagde daarvan voorlezing gedaan Een mkeic rechtspraak Intusschen was het partijbestuur der S. I). A. P. in de zaak gemoeid. Wijn koop had als lid van het partijbestuur 4e kwestie daar aanhangig gemaakt en zich later niet ontzien om. terwijl de procedure plaats vond, in kwaliteit van partijbestuur de behandeling bij te wonen. Onze S. D. A. P ers kunnen toch nog heel wat onpartijdigheid leeren van ons, zij het dan ook wat verouderd en omslachtig procesrecht, waarin dergelijke toestanden niet kunnen voorkomen. Helaas, het partijbestuur, dat in zake TroelstraVan der Goes ook heeft ge toond niet geschikt te zijn voor rechter, gaf blijken van zwakheid, die ,tot.schade zoowel van de waarheid en^tó recht, als van het aanzien en prëstfgaÖW dat bestuur aanleiding gaven. Een weifelende, goedhartige kerel, die beide koivenden te vriend wil houden en vooral zijn familielid niet durft aan te pakken, kan geen slech ter figuur als rechter maken dan het partijbestuur. Het duldde Wijnkoop kalm in zijn midden, vaardigde een delegatie af naar de Commissarissen om dezen te overreden dien voor zijn werk en zijne maatschappij geheel ongeschikten ambte naren, wien met 1 Februari 1906 het ontslag was aangezegd, toch nog maar aan te houden en gaf geen beslissing, maar een soort notarieel verslag van der partijen beweringen, de hoop op verzoe ning daarbij uitsprekende. Wat wereld hervormers! Wat scheppers van een nieuwe rechtsorde Bijna dagelijks schelden de meeste dezer mannen op onze rechtspraak. En niet minder vaak op de slappe, halfslachtige houding der burgerlijke partijen, wanneer deze niet terstond aan het verlangen der roode tegemoetkomen. Verdachtmakingen und kein Ende Nu blijkt, wat zij hebben gezaaid. Eerbied voor de gekozen rechters vindt men niet, respect voor het recht van verdediging, dat den beklaagde toekomt evenmin. Een partijbestuur, dat mani festen vol holle frasen schrijft, wanneer het de orde bij tegenstanders betreft, maar te «lap is om de orde in de eigen partij te handhaven. Zal de S. I). A. P. nog hieruit leeren, dat hot gomakkelijker is in hot oog van den vreemde een splinter, dan in 't eigen Oog een balk te zien Zoo ja, dan komt uit het slechte zaad toch nog iets goeds voort. Vrij wat erger staat het met de kwestie HugenholtzWijnkoop. De directie der Centrale Arbeiders Verzekering- en De- posito-Bank kortweg Centrale genoemd besloot in December de inspectiën Noordholland en Amsterdam, waar Hu genholtz en Wijnkoop respectievelijk in specteur waren, op te heffen en te Am sterdam een bijkantoor op te richten met Hugenholtz als directeur en Wijnkoop als adjunct-directeur. Laatstgenoemde was minder geschikt gebleken dan Hugenholtz die veel meer posten afsloot. De directie „Centrale” deed dit op grond van het belang der „Centrale”, maar kende .Wijnkoop hetzelfde salaris toe, dat hij vroeger genoot. Wijnkoop was niet content met deze reorganisatie en wilde niet onder Hugen holtz staan. De directie meende hoewel deze reorganisatie zuiver eene zaak der Centrale was de beide in specteurs te moeten uitnoodigen om hunne meoning over de te maken verandering te verklaren. Wijnkoop had bezwaren, wilde zich niet bij de reorganisatie neer leggen, maar deed een beroep op den Raad van commissarissen. Op republi- keinsche wijze uitte hij dit verlangen en de roode Raad kwam bijeen. Hij stelde echter Wijnkoop in ’t ongelijk, waarmee deze niet tevreden was. Er moest een scheidsgerecht komen. De directie liet zich daartoe overhalen en een scheidsgerecht van drie leden werd benoemd, een lid door Wijnkoop, één lid door de directie en het derde lid door de beide anderen. Ook dit college gaf Wijnkoop ongelijk doch andermaal wenschte deze voorman des S. D. A. P. zich niét neer te leggen bij de uitspraak van eén door hemzelf gekozen rechter Hoe, indien hij dan wel voor een aan gewezen rechter had moeten procedeeren „Niet tegenspreken antwoordde Mevrouw Crayford 'met vuur. „Neengy doet erger gy blyft aan je eigen inzicht vasthouden, gy zyt van je eenmaal opgevat gevoelen niet aftebrengen met de courant voor je „Ik geloof aan hetgeen ik van nacht heb gezien.” „Aan hetgeen gy van nacht gezien hebt! Gy, eene beschaafde vrouw, eene verstandige vrouw, zoudt waarde hechten aan een visioen uwer eigen verbeelding niets dan een droom 1 Ik sta verbaasd dat gy jo niet schaamt het te bekennen „Droom of geen droom, zooals ge wilt, Lucy, maar ik heb vroeger meermalen zulke droomen gehad - en ze zyn uitgekomen.” „Jr I” z i mevrouw Crayford, ,’tlsmoge- lyk dat er, een toevallig eens is uitgekomen en dat hebt ge opgemerkt en daaraart denkt gy steeds en daarop grondt ge uw geloof. Kom, Clara, wees oprechtHoeveel malen daarentegen hebt ge u vergist en zyn uwe droomen niet uitgekomen Gylieden, bygeloovige zielen, zyt allen precies het zelfde. Als het in je kraam te pas komt, vergeet gy dat uw droomen en voorgevoe lens ongegrond blyken te zyn. Tracht toch, lieve,” vervolgde zy op zachter, teederder toon, „verstandiger en meer vertrouwend te zyn, zoo niet voor uzelve, dan toeh om mynentwil. Verlies de hoop niet op de toe* De S. D. A. P. treft het niet. Eerst het standje met Troelstra. den polit teken leider, die door zijne niet-benoeming tot redacteur van het Volk voor de helft lam geslagen is in zijne werkkracht voor de partij. In 1903 was gebleken, dat hij als opportunist geen vaste leiding aan het Volk gaf. De orthodoxe marxisten wilden daarom iemand, die steviger in de leer was, aan het hoofd van het blad plaatsen. Het congres benoemde Tak een welwillend goedmoedig middenman, die het. natuurlijk den orthodoxen Gooi- landers evenmin naar den zin maakte. Troelstra zweeg op het laatste congres politieke redenen de verkiezingen stonden voor de deur doch schreef terstond na relehH n iïo. De tfïlgave dezer Courant geschiedt dagelijk met uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nummer» V IJ F CENT E N. Telefoon No. St ADV ER TENTIEN worden gephatst van 1—5 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Inzending van Adverfentiën tot 1 uur des midd. die verkiezing eene serie artikelen in het Volk om zijn opportu nistisch hart te luchten over misstanden in de partij; die voornamelijk hem als leider een doorn in het oog waren. De mannen van de Nieuwe Tijd, de ortho doxe Marxisten moesten het ontgelden. In eene reeks artikelen in hetzelfde blad nam Van der Goes het voor zich en zijne medestanders op. Het ging hard tegen hard en men eindigde met van weerszijden een beroep op het partijbe stuur te, doen. De zaak zou daar dienen en de buitenwereld ’zag met belangstelling uit naar dit proces. Niet alleen om de zaak zelf, maar ook om de wijze van procedeeren. Immers van socialistische zijde had men zoo dikwijls afgegeven op onze rechtspraak, dat men nieuwsgierig was, hoe de roode rechters zouden von nissen. Merkwaardig, maar hier bleek de zoo vaak verkondigde leer glashelder. Her haaldelijk had men onze rbchters en onze procesvoering uitgemaakt voor al wat leelijk is en nu gingen de voormannen der S. D. A. P. aan het zelfde euvel mank. Troelstra .toekende op de hem eigen hef tige wijze protest aan tegen de door hem en zijn wederpartij gekozen rechters en de door dezen bepaalde procesorde. 8

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1906 | | pagina 1