DEL.
IS.
.ar
TRENS,
GOUDA.
AïeMWS- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken»
Maandag 9 April 1906.
No. 9998.
>EN
Agitatie arbeidscontract.
FEUILLETON.
ING.
Samos.
IT,
45ste Jaargang,
Kleinhandel In sterken drank.
Het Dagboek
van den Inspecteur.
■’*1
ui
ratis ge
il detoar
(WtrH ftnolfd).
toepassingeu
•rdi- for-
la. Zjj geven
s niet kunnen
jeen imitatie!
i modellen te
IL
eknipte
plaat.
EU
troon.
H1LÜ-
Dit No. bestaat uit Twee Bladen.
EERSTE BLAD.
.NT ran onre
I.OHNII E 1)1H1VI.
i voegsel.
"komende
TRONEN
p. tegen
krygbaar
aag.
aantal onge-
op aanvraag.
Jb Co.
r«leio. n No. 69.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De ‘prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nontmers VIJF CENTEN.
i-- A
Telefoon Me. M
ADVËRTENTIEN worden geplaatst van
1—5 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. fJroote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS vnn
Gouda, brengen ingevolge art. 12, i0 der Drank*
wet ter openbare kennis:
Dat bij hen is ingekomen het navolgende ver
zoek om verlof voor den vtfftoop van alcohol-
houdenden drank, anderen dan sterken drank
van R van der Kemp, in het benedenvoorver
trek van het perceel in de Stoofsteeg, Wijk A
No. 78.
Binnen 2 weken, nadat deze bekendmaking is
geschied, kan ieder |egen het verleenen van bet
verlof schrifteiijke bezwaren inbrengen.
Gouda, den 7 April 1906,
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
R. L. MARTENS.
De Secretaris,
BROUWER.
30)
„Je bent goed voor duizend, Tom,” xei
iken ik deed niet* enden, den mgn rug
neer bet bord toe te keeren, tot het nog
tweemaal dan bal had doen ronddraaien, en
ik waa twaalf honderd en tachtig francs
waard. Daarop rei er iemand tegen me:
,’t is beter het geld er nu af te nemen,"
zei hij; ,de inxet negenmaal verhoogd, en er
zit geluk in oneven getallen,” zei hg. .Welnu,
dan,” zeg ik, ,er zjjn meer onevene getallen
behalve negen,” zei ik, ,en ik zal het laten
staan waar het is.” „Je zult het verliezen,"
ui hjj. „Wil je er om wedden?” zei ik;
maar vóór hjj besluiten kon het te doen,
kwam er wader rood, en daarmede vgf en
twintig honderd en zestig francs „Ik wil
om vgf honderd francs wedden tegen vijftig,
dat je de volgende keer verliest,” zei hjj.
„Aangenomen!” zei ik, en wjj zetten het
geld open je moest de menigte gezien heb
ben, dia toekeek, sir; en ik houd me over
tuigd, dat ik zooroel weddenschappen had
kunnen aangaan, als ik maar wenschta. Hot
Het spreekwoord zegt: „Al is de
leugen nog zoo snel, de waarheid ach
terhaalt haar wel.” Als men de agitatie
tegen het arbeidscontract nagaat, is er
wel reden er aan te wanhopen, of ook
te dien aanzien het spreekwoord waar
heid bevat.
Het blijkt in ieder geval, dat het nog
altijd niet gelukt is, de oude foutieve
denkbeelden over aard en strekking van
de nieuwe regeling te [verdrijven. Zij
zijn door maandenlange domme en kwaad
aardige oppositie en agitatie zoo vast
geroest, dat het wel schijnt alsof zij on
uitroeibaar zijn geworden. In de Kamer
is die oppositie nu wel geheel van ka
rakter veranderd. De sociaaldemocratische
Kamergroep, die op uitstel der behan
deling aandrong, omdat partijgenoot Tak
zijne „groote” rede bij de algemeene be
raadslagingen nog moest houden, heeft
blijkbaar zelf begrepen, dat diens pres
tige zoo geheel gebroken was, dat hij
letterlijk zoo afgemaakt is geworden, in
de op zijne rede gevolgde discussie, Jat
men hem maar liever niet meer aan Tiet
woord laat komen. De verdediging der
amendementen wordt in hoofdzaak over-
voerd, terwijl dit voorbeeld gemakkelijk
met meerdere zou kunnen worden ver
meerderd. Om in den stijl van Het Volk
te blijven, de heer Vliegen „vergeet" dat
beding van staangeld thans volkomen
wettig en praktisch onbegrensd ia toe
gelaten, terwijl het ontwerp het zeer be
perkt en met waarborgen omgeeft.
De heer Vliegen zegt ook „een pa
troon mag naar willekeur iedere week
van honderden arbeiden boeten heffen
tot een dagloon in de week, zonder rechts
kundig apparaat en zonder hooger be
roep.” Is dat nu eene juiste voorstelling
van het ontwerp of heeft de heer Vliegen
„vergeten” dat de boeteregeling zeer
uitvoerig in bijzonderheden gereglemen
teerd is, en dat tegen elke onrechtmatige
boetehefling, hetzij op grond dat het feit
niet gepleegd is waarvoor boete is opge
legd, hetzij dat het niet in het reglement
is omschreven, hetzij dat er door over
macht uitsluiting van schuld is, etc. be
roep op den rechter met eene gemak
kelijke procedure openstaat? Ik zou hier
willen herinneren aan de uiting van Mr.
Troeletra in de Kamerzitting van 29
Maart j.l. „Het regeeringsartikel (omtrent
de boeten) bevat geen kwaad en het zal
in enkele gevallen eenig goed kunnen
doen.” In gewone taal omgezet beteekent
dit, bet artikel is een groote verbetering
bij den bestaanden toestand en doet ons
in geen enkel opzicht achteruitgaan. Wij
vreêzen dat op den heer Troeletra weder
eens eene censuur voor weifelende hou
ding zal worden toegepast, al zou die
rechtmatig de' gansche sociaal-democra-
tische kamergroep treffen. Immers, deze
meening wordt namens de géheele groep
geuit.
Zegt men de aangehaalde staaltjes zijn
reeds oud (wij leven snel) dan wil ik
eindigen met er op tc wijzen dat dezelfde
„vergissingen” nog voorkomen in het
jongste verweer van het agitatie-comité.
Daar wordt alsof er nog niets over ge
schreven was, opnieuw geleerd dat het
staangeld in de nieuwe wet wordt ge
sanctioneerd, dat opzeggingstermijnen iets
nieuws zijn, te voren onbekend, dat sta-
en knecht. Zoo ik daar in ess of ander
opzicht gelukkig ben, zul jg daarin doelen,
gelijk ik nn het jouwe deel; ofschoon ik,
om de waarheid te zeggen, geloot, dat het
waarschijnlijker is, dat jjj un middel van
bestaan zult vinden, dan ik* want ja. bent
van alle markten thuis, terwijl ik volstrekt
voor niets deug."
„Wat wjj doen, kunnen wij beter te zemen
doen, dan dat ieder van ons het op zich-
zelven doet," antwoordde Tom met blijmoe
dige vertrouwelijkheid. ,H<t is even ge-
makkeljjk geld te verzamelen als het te
verteren, ofschoon bet wellicht In den aanvang
niet zoo snel in komt, als het gaat; maar
daarentegen is het grooter genot tien dollars
te winnen, dan er honderd te verteren. Gjj
moet zoeken geplaatst te worden als secre
taris van eene vereeniging, of als buiten-
landsch klerk bjj eene bank, of misschien
wilt gjj n met de politiek inlaten, en dan
valt er niets van te zeggen, waar gij ein
digen zult. En gfj hebt Amerikaanse!» groote
hanzen genoeg in Europa ontmoet, om u
voldoende op gang te helpen.”
werp I.
dupftia'al
vakbeweging voorshands
geslagen. Men ziet ook hier ontbreken
de „dikke” woorden niet.
Vraagt men nu, wat voert de heer
Vliegen aan, om aan te toonen, dat ook
in het laatste ontwerp gevaar voor de
vakbeweging schuiltdan vindt men naast
de vermelding, dat de opzeggingstermijn
„in het eerste ontwerp" (een) wapen
tegen de vakbeweging was, de opmerking,
in het laatste staan er nog andere
ook.
Genoemd wordt alleen het staangeld,
dat ook hier natuurlijk als een nieuwig
heid wordt voorgesteld, die eerst door
dit ontwerp wordt ingevoerd. Mag ik den
heer VI. en anderen die beweren, dat
thans de arbeiders het „verdraaien” om
staangeld toe te staan en alleen door het
nieuwe ontwerp er toe gedwongen zullen
worden, herinneren aan het feit, dat aan
de Nederlandsche Fabriek van Werktui
gen en Spoorwegmateriaal te Amsterdam
reeds sedert 3 jaren staangeld is inge-
en eenigen hunner hieven een „hoera!” voor
me aan. Dat is m'n lauge geschiedenis,
sir; en, zooals de zaken nu geloopen zjjn,
was da eenige fout, welke ik maakte, dat
ik niet m’n tachtig francs opzette, in plaats
van de vjjf, welke ik in m’n vestzak had."
Tom vertelde zjjne geschiedenis met zoo
veel nadruk en bezieling, dat de uitwerking
onwederstaanbaar was, en Fedovsky, terwijl
bjj naar hem luisterde, bjjna zjjne weder
waardigheden vergat. Toen de bediende
eindigde, stak hjj zjjne handen in zjjne zakken,
en bracht eene menigte banknoten voor den
dag, welke hjj op tafel uitspreidde. „Daar,”
zeide bjj. „Dat is geen millioen, maar bet
is geld, zoover als het strekt; en het zal
ons naar New-York brengen, en ons in staat
stellen iets te beginnen, als we daar aange
komen zjjn. Het is alles van n, sir, ouder
voorwaarde alleen, dat gij me medeneemt,
sir; en ik ben bijl, dat ik de gelegenheid
heb bet n te geven.”
„Goed, Tom,” zeide de graaf, na enkele
minnten gezwegen te hebben, „ik zal het
geld aannemen, niet ter leen, maar als eene
vrjje gift van den éénen man aan den ander.
Ik weet niet, of ik immer in staat zal zjjn
je er iets van terug te geven. Maar we
zullen naar Amerika gaan waar alle men-
achen geljjk zjjn, en we zullen samen vrienden
zjjn het is uit tusschsn ons mat meester
gelaten aan den heer Schaper, wien het
ook zeker gemakkelijker zal afgaan, ver
beteringen voor te stellen dan aan Tak
die buiten de Kamer tot den einde
toe heeft volgehouden, dat dit onverbe
terlijk ontwerp voor de arbeiders onaan
nemelijk was.
Intusschen de pers laat ziet niet uit
het veld slaan. In hetzelfde nummer, dat
het verslag der algemeene beraadslagin
gen bevat (Het Volk van 10 Maart)
wordt lustig op dezelfde wijze voortge
gaan. Daar lezen wij dat „de heer
Drucker argumenteerdewat maakt gij
u toch druk over den opzeggingstermijn
Spiekman heeft zelf verklaard, dat de
kantonrechters thans ook reeds een op
zeggingstermijn erkennen. De brave man
„vergat” dat de rechters „dien thans
alleen erkennen, ten gunste van den ar
beider, doch dat zij dien arbeider vrij
laten om zonder opzeggingstermijn en
zonder schade zijn dienst te verlaten,
terwijl nu het wetsontwerp den opzeg
gingstermijn voor den patroon bevestigt,
maar tevens er een voor den arbeider
invoert. Ziehier tevens een antwoord
op de brutale vraag van den heer Drucker
„wijs mij een punt, rin dit wetsont
werp achteruitgang b rt”.
Over den liefelijken t- m, de laffe in
sinuatie, alsof’ de liepr Drucker tegen
beter weten in eene onjuiste voorstelling
gaf, zullen wij zwijgenDat zijn wij zoo
langzamerhand gewoon gewordem. De
sociaal-democraten maken er nu eenmaal
aanspraak op door hunne tegenstanders
altijd behandeld te worden als te goeder
trouw en naar oprechte overtuiging voor
hunne meeningen uit te komen. Twijfel
daaraan is schandelijke verdachtmaking,
maar zelf tegenstanders op dezelfde wijze
te behandelen, te veronderstellen, dat
men te goeder trouw afwijkende meenin
gen kan hebben, een goed geaard so-
ciaal-democraat, die immers ook in het
enkele bezit der ware wetenschap is
(v. d. Goes) denkt er niet aan.
Behoeven wij nog veel te zeggen over
den hier door ons aangehaalden onzin?
De kantonrechters tot nog toe altijd uit
stond zoo met me geschapen, dat ik niet kon
verliezen, al wilde ik het ook; en toen het
rood de volgende keer weer opkwam, slaakte
de menigte een kreet van verbazing, en er
waa eene vrouw, die dauw viel in haar stoel.
Wat zou ik anders doen, dan de vgf hon
derd, welke ik van den kerel gewonnen bad,
bjj bet overige op het rood zetten, en dat
maakte te zamen vgf duizend zes honderd
en twintig francs, en zei ik beslist, „dat is
m’n laatste inzet, dames en heeren,” zei ik,
„en zoo ik win, zal ik de oneven twee hon
derd en veertig francs aan den beer daar
geven, die den bal doet rollen,” zei ik.
Daarop lachten zg, en de kerel deed den
bal met een eitra stoot rollen, en zjj liep
rond, en wg keken er allen naar, dat de
negen ons nit het hoofd dreigden te springen
en het ding begon langzamer te loepen; en
de kerel, met wien ik wedde, schreeuwde:
,’t is zwart!” zei hg. „Wacht een beetje
tot bjj stil ligt," zei ik; en toen rolde hg
net op het rood en bleef daar liggen. Toen
haalde ik m'n geld naar me toe, en zei ik
„dat is goed genoeg roor me, dames en
heeren, ik ben geen varken; bier is m’n
plaats voor ieder, die ze verlangt in te
nemen.” En ik gaf den ouden croupier de
twee honderd en veertig francs, welke ik
hem beloofd had, en de andere elf duizend
stak ik in mfjne sakken en weg ging ik;
gekreten als sociaal .achterlijk, die geheel
ontbloot zijn van eenig sociaal voelen,
zouden op een dergelijk belangrijk punt
in eens zoo „arbeiterfreundlich” zijn ge
worden, dat zij zelf twee partijen, die
tot nog toe formeel gelijk worden geacht,
in eens zoo ongelijk zouden behandelen.
De kant mrechter van Het Volk is een
voudig een fantastisch mensch. In deze
kamer is hij nog niet ten tooneele ge
voerd en zal er .ook wel niet verschijnen.
De heer Vl.(iegen) maakt het in Het
Volk van 11 Maart al niet veel beter.
Hij begint met de voorstelling, alsof het
ontwerp voor het eerst verscheen in 1903,
daarbij geheel negeerende lo. dat het
wetsontwerp van Prof. Drucker reeds
van 1898 is, 2o. het eerste ontwerp reeds
in 1901 van minister Cort v. d. Linden
was. Natuurlijk heeft hij deze voorstelling
noodig, omdat anders het verband met
de dwangwetten van minister Loeff al te
onmogelijk zou lijken. Nu wordt den le
zers gesuggereerd, dat men natuurlijk
heftig te keer moest gaan tegen het ont-
Loeff, want dat was slechts een
.at-dwangwet, waardoor geheel de
zou „zijn lam-