wij
X
No. looai.
Menu's- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken
Maandag 7 Mei 1006.
I 1
RIJ
Nog eens de organisatie
der ziekteverzekering.
FEUILLETON.
Het Dagboek
van den Inspecteur.
45ste Jaargang.
4
Tusschen patiënt en dokter
ach.
N A Zu
i
Dit No. bestaat uit twee bladen.
EERSTE BLAD.
Ji
rs. Ook
kt 0.75.
Teleto. n No. 83.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers V IJ F CENTEN.
stemming zitten. De opgewondenheid, waarin
hy was geraakt, door de herinneringen,
welke zyn verhaal had gewekt, was nu ge
weken en opgevolgd door een aanval van
neerslachtigheid. Wat was zyn leven jam
merlijk misinkt! En hoe gering scheen de
kans, dat het eens nog beter zon worden.
De inspecteur ging weder zitten. Fe-
dovsky keek op en ontmoette de oogen van
den détective, welke strak op hem gevestigd
waren.
(Jongipensch,” zeide de laatste, „je moet
in staat zijn je weg door de wereld te maken.
Je hebt veel voor. Lichamelijk ben je sterk
en wakker, en je niterlyk neemt iemand voor
je Hl. *Ji bent goed opgevoed en een vol
maakt taalkenner. Je hebt veel onder de
menschen verkeerd en weet iets van de men-
schelyke natuur. Je hebt gereisd en bent
op de hoogte van vreemde landen en zeden.
Wat meer zegt, je bent een man van niet
alledaagsche geestesgaven; je hebt een hel
der verstand, een uitmuntend geheugen, je
bent gewoon op te merken en je bezit veel
natuurlijke scherpzinnigheid en dóórzicht,
wanneer je ze verkiest te gebruiken. Hoe
is het mogelyk, dat een man als jij geen
middel van bestaan zou vinden F”
„Gy kunt vermoedelyk even goed als ik,
heer inspecteur, gissen, waarom niet," her
nam de ander met eene zucht. „Do zaak
de Maatschappij tot bevordering der Ge
neeskunst, dat daaromtrent een geheim
rapport indiende, en ook minister Veegens
heeft zich bereid verklaard de wenschen
der medici omtrent deze aangelegenheid
te vernemen en te overwegen.
Nu is een van de belangrijkste vragen,
waarover de leden van de Maatschappij
tot bevordering der geneeskunst een maand
geleden gedebatteerd hebben, dezeis
het noodzakelijk, dat er alleen districts-
ziekenkassen bestaan? En op 25 Maart
j.l. heeft de vergadering dier medici,
waarin vertegenwoordigd waren 49 afdee-
lingen der genoemde maatschappij, met
overgroote meerderheid die vraag toe
stemmend beantwoord.
Op welke gronden nu is de vergadering
tot dit besluit gekomen?
De hier vergaderde artsen en genees-
heeren hebben de zaak natuurlijk ook
van hun standpunt als belanghebbenden
beschouwd, maar terecht stelde het Hoofd
bestuur op den voorgrond, dat uitgangs
punt moest zijn het opsporen van de
juiste middelen ter bereiking van het doel,
n.l. de voorziening in de behoeften aan
geneeskundige vertorging in den meest
uitgebreiden zin des woords.
„Voor dit doel”, zegt het Hoofdbe
stuur, „is het allerminst gewenscht con-
„currentie van verschillende kassen op
„hetzelfde gebied in het leven te roepen.
„Die concurrentie zal steeds leiden tot
„een wedstrijd van de premie te verlagen,
„met al de nadeelige gevolgen van dien”.
Waarin bestaan nu meer bepaald die
nadeelige gevolgen van de concurrentie
van de erkende met de districtskassen,
en van de erkende ziekenkassen onder
ling zal allicht gevraagd worden. Tegen
verlaging van pretnie, zal men zeggen,
kan toch geen bezwaar zijn. Als de
erkende ziekenkassen het werk goedkoo-
per blijken te kunnen doen, dan is het
een belang voof de geheele maatschappij
om ze in het leven te houden, ook wat
de verplichte verzekering betreft.
Wie zoo oordeelt, bekijkt de zaak echter
al te oppervlakkig. Hij behoort tot die
menschen, die niet vragen of zij ook
goeie reisl”
De twee mannen verlieten elkander, en de
kolonel slenderde de avenne op, terwijl de
graaf in tegenovergestelde richting zjjn weg
vervolgde. Waarom bad by het voorstel van
den kolonel niet aangenomen F Er kan geen
redelyk antwoord op eene dergelyke vraag
gegeven worden. Maar er valt niet aan te
twijfelen, of het plan om zich van het leven
te berooven, eenmaal ernstig opgevat, boeit
den wil en kan alleen op zyde gezet worden
door redenen, welke buiten de macht van
den zelfmoordenaar liggen.
HOOFDSTUK XIV.
Telefoon IVO. 8*
A I) VER TENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
Dc BURGEMEESTER van Gouda brengt bij
deze ter kennis van de belanghebbenden, dat door
den Heer Directeur der Directe Belastingen enz,
te Utrecht op den jen Mei 1906 executoir is
verklaard
Het eerste kwartaals kohier der Personeele be
lasting dienst 1906.
Dat voormelde Kohieren ter invordering is ge
steld in handen van den Heer Ontvanger, dat ieder,
die daarop voorkomt, verplicht is zijnen aanslag
op den bijv de Wet bepaalden voet te voldoen en
dat heden ingaat de termijn van zes weken binnen
welke de reclames behooren te warden ingediend.
GOUDA, den 5 Mei 1906.
De Burgemeester voornoemd,
R. L. MARTENS.
De „Ziekteverzekeringswet 1905” die
het nooit verder dan tot den staat van
ontwerp heeft gebracht, gaf ook ons des
tijds aanleiding tot het stellen van de
vraag, of het uit practich oogpunt geen
aanbeveling zou verdienen, om de te ver
zekeren personen te verplichten, zich aan
te sluiten bij de op te richten districts-
ziekenkassen met uitsluiting van de mo
gelijkheid, om zich te doen inschrijven in
de zoogenaamde erkende en ond'ernemers-
ziekenkassen.
Wij wezen er toen" op, dat het in het
leven houden (onder de noodige voor
waarden) van de bestaande ziekenfondsen
in de praktijk van het verplichte verze
keringswezen aanleiding moet geven tot
omslachtige administratie, bemoeilijking
der controle en daarmede tot verhooging
van de „doode” kosten.
Nu is de verplichte ziekteverzekering
sinds den val van het ministerie-Kuyper
gelukkig geenszins van de lucht, en de
hierboven gestelde vraag is thans in de
Nederlandsche medische wereld van wege
de plannen van minister Veegens wederom
actueel geworden.
Dr. Kuyper had het vóór-ontwerp in
handen gesteld van het Hoofdbestuur van
52} -
„Wat het geld betreft,” Voegde hg, aan de
twee (f 0.05) centen in zyn zak denkende,
er bg, ,ik heb alles, wat ik behoef. Als ik
de overkant bereikt heb, zal ik weer klaar
sgo naar ik hoop.”
hoop ook’ m’n jongen werke
lijk 1 antwoordde de kolonel, opnieuw de
bana van den Bus grypende en zich mis-
een w,el“!g meer °P gemak en
verlicht gevoelende, omdat zijn aanbod van
l*(l>nd!rd” nict aankenomen was. „Ik
wenschte dat je hier bleeft en m’n raad
io wed,r °P streek kont
”e" doverzijde te gaan, zal
dat misschien ten slotte het beste zijn. Je
komt natuurlijk weer terug?”
’’Vu schudde het hoofd en glimlachte
flauw. „Ik denk het niet,” zeide hy.
v„u’.i’“’a ,8> komt hernam de
kolonel, zonder den spookachtigen aard van
zyne voorspelling te vermoeden; ,en in ieder
geval denk ik ook spoedig over te steken.
Nu, vaar intusschen wel ouwe jongen; en
Eene betrekking.
Er waren, gelyk reeds werd opgemorkt,
verscheidene gedeelten in Fedovsky’s ver
baal, waarnaar de inspecteur blykbaar met
meer belangstelling luisterde, dan naar an
dere; en twee of driemaal had by haastig
hst een en ander opgeteekend. Daar hy
thans met zyn verhaal gevorderd was tot
het oogenblik van hat voorval in Nassau-
Street, en er .niets meer te verhalen viel,
stond by op van zyn stoel en liep, zooals
zyne gewoonte was wanneer hy diep nadacht,
zwijgend de kamer op en neder. De jonge
Rus bleef ondertussohen in tamelyk gedrukte
waar voor hun geld krijgen, als het maar
goedkoop is.
Dit geldt vooral de geneeskundige hulp
en de verstrekking van genees- en heel
middelen. De verzekerde wordt, als hij
niet de schadeloosstelling ontvangt, waarop
hij recht heeft, door het ontwerp Kuyper
verwezen naar den burgerlijken rechter,
en al geeft de weg van rechten in ons
land altijd den noodigen of liever onnoo-
digen omslag, op die manier zullen de
erkende ziekenkassen op de uitkperingen
van ziekengeld wellicht niet zoo gemak
kelijk kunnen bezuinigen. Maar waarop
zij dat wel kunnen, en in de praktijk ook
doen, dat is op de honoraria der mede
werkers, dat zijn de geneesheeren en
apothekers. In het buitenland werden
door sommige kassen zelfs natuurgenees
kundigen en homoeopathen aangssteld,
omdat daardoor de kosten der 'genees
kundige hulp verminderd werdenof, als
de wef daar een nauwe opening voor liet,
werd de levering van sommige genees
middelen aan onbevoegden opgedragen.
Vele ziekenfondsen besteden de levering
van geneesmiddelen voor een bepaald
bedrag per hoofd uit, en door de Maat-
schapdij ter bevordering der pharmacie
is reeds herhaalde malen op het verkeerde
hiervan gewezen. „De prijzen der ge
neesmiddelen", zegt de heer J. J. Hofman
in het Pharmaceutisch Weekblad, „zijn
„in de laatste jaren door het gebruik van
„nieuwe preparaten steeds stijgende; van
J,daar ook, dat onder de ziekenfondsen,
„dia thans van geringe contributies moeten
„bestaan, eenige beperking in de keuze
„der geneesmiddelen en verbandstoffen is
„voorgeschreven. Toch moet bij vele dier
„fondsen de apotheker voor eene som
„van f 2.of 2.50 per lid en perjaar
„alles afleveren, wat wordt voorgeschreven
„en draagt hij, inplaats van het fonds,
„het risico, daaraan verbonden. Geen
„wonder, dat een dergelijk stelsel bij de
„zwakkere broeders het plichtsgevoel in
„gevaar brengt en al zijn gelukkig de
„gevallen zeldzaam, toch is verschillende
„malen bewezen, dat tengevolge van dit
„stelsel, de verzekerde niet ontvingen,
is, dat ik niet weet wat aan te vangen Ik
heb geene bijzondere voorliefde voor de eene
of andere zaak. Ik geloof, dat ik in zaken
rontlne-werk zou kunnen doen, maar er zjjn
tal van mannen, die dat evengoed of beter
kunnen dan iken welke bijzondere voor-
deeleu ik moge bezitten, er doet zich geene
gelegenheid voor me op om er gebruik van
te maken. Zoo ik maar de eene of andere
betrekking kon vinden, waarin ik de gaven
en talenten, welke ik bezit, in bare volle
waarde kon gebruiken, dan zou het, geloof
ik, gaan. Maar wat is er F Ik kan niets
bedenken."
„Ik heb over diezelfde vraag nagedacht,"
antwoordde de inspecteur, „en ik weet het
niet, maar ik geloof, dat ik er een antwoord
op zal vinden.”
„Ik zou n hoogst dankbaar zyn, zoo gy
me wildet meedeelen, wat dat is," zeide
Fedovsky.
„Ik stem je toe," ging do ander voort,
„dat de routine der gewone zaken je niet
veel kana geeft vooruit te komen. Je bent
gewoon geraakt aan afwisseling en beweging,
en tot op zekere hoogte aan avonturen. Zoo
je de eene of andere betrekking wist te
krijgen, welke zulk eene levenswijze mee
bracht, zou je kunnen slagen,"
„Dat geloof ik ook: maar
(Wordt vervolgd.)
„wat hun was voorgeschreven”.
Zoo is het dus thans vaak (tengevolge
van de cocurrentie tusschen de bestaande
ziekenfondsen) goedkoop, maai’ slechten
zoo lijkt het, ook van dezen kant be
schouwd, allerminst wenschelijk die con
currentie in het leven te houden.
Inderdaad, het is juist, wat het Hoofd
bestuur der maatschappij tot bevordering
der geneeskunst zegt: „De vraag of de
„wettelijkb regeling rekening moet houden
„met bestaande instellingen Voor zooverre
„deze aan de eischen, welke de wetgever
„ter bereiking van het doel behoort te
„stellen, voldoen moge in theorie wellicht
„bevestigend beantwoord kunnen worden,
„de wetenschap, dat slechts zeer enkele
„ondernemerskassen en particuliere kassen
„hier tp lande aan die eischen naar waar
heid zullen kunnen voldoen, maakt het
„in de praktijk onmogelijk de wettelijke
„regeling op hun bestaan te grond
vesten.”
Bij al deze bezwaren tegen de toelating
van verzekering bij een erkende ziekenkas
komt nog een gewichtige grief der medici
tegen de regeling der zaak, zooals die
is neergelegd in het ontwerp-Kuyper.
Die grief betreft het ontbreken der
zoogenaamde „Vrije artsenkeuze”. Zooals
de toestand nu is, hebben de’ verzekerden
in de groote ziekenfondsen eeif beperkte
keuze van dokter, en in de kleine fondsen
en de ondernemerskassen in het geheel
geen keuze.
Nu brengt de verplichte verzekering
een dwang mede, die alleen zijn rech’a-
grond kan vinden in het algemeen belang,
maar het algemeen belang eischt even
zeer, dat men dien dwang zoo weinig
drukkend maakt, als mogelijk is. Vandaar,
dat de medici er op aandringen, dat aan
de verzekerden een geheel vrije keuze
worde gelaten, bij wien zij zich onder
behandeling willen stellen, wien zij als
dokter voor zich en hun gezin wenschen
te hebben.
ontstaat op den duur een zoo bijzondere
verhouding, dat het een onduldbare dwang
mag genoemd worden, als in dezen aan
de verzekerden niet zooveel mogelijk een
(iOUDSCHE 101R t XT.
3