j
Voorloopigj Balans.
ir.
lamp
iar
Maandag 4 en Qinsdag 5 Juni 1906.
No. 10044.
45ste Jaargang.
Nationale Militie.
4,50
toekomst
FKUllLKfOK.
Inkt
TB»”,
>ON,
Het Dagboek
van den Inspecteur.
van
(Wordt wrvdlgd.)
MAN A Zm.
i. direct op
gen.
rerd en is t«
Onderzoek van de "V ei lofgangen
der MILITIE te Land.
nog onvolledig.’
Hue uce.
„Hj draagt
antwoord.
ZIJN
13.
Dit No. bestaat uit twee bladen.
EERSTE BLAD.
Gasfitter.
iT,
i modellen ta
nstig, ia aeer
i seer zuinig,
o men »lch
n toepassingen
erde
rit. Zjj geven
ra niet knnnen
geen imitatie.
DLLUr
D.
I.lll 1MIIL (MRANT
ïVieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
Feleto n Mo. Hf.
De Uitgave dezer Courant geschiedt <1 agelijk
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs pet drie maanden is 1.25, franco per
jiost 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
aantal onge-
op aanvraag.
JU Co.
Telefoon
A D V ER TENTIEN worden gepltatst
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des inidd.
namiddag, in ditzelfde gebouw een rijken
vreemdeling, die hier pas was aangekomen,
heeft geplunderd en misschien vermoord."
Fedovsky liet zjjn tooneelkijker zakken en
veegde do glazen er van met zijn zakdoek
af. ,Ge vertelt me daar eene merkwaardige
geschiedenis, mijn waarde baron,” zeide hjj.
„Wie was die rake vreemdeling t”
„Er zjjn redenen, welke mo beletten hem
voor het oogenblik te noemen. Alles zal ten
behoorlijken tijde aan bet licht komen.”
„Maar zoo er in dozen schouwburg dezen
namiddag een man werd geplunderd of ver
moord, of beide, dan moesten er bepaajd
eenige sporen van ofcrgebleven
„Juist zoo! En dat is juist het raadsel
achtige van de geschiedenis. Maar de hoofd
zaak is deze De misdadiger, die zich aan
deze gruweldaad beeft schuldig gemankt,
zal van avond op liet tooneel versc’hijnen,
en het zal me benieuwen, of ge hem zult
herkennen Zoo ge hem herkent en hem
in verband knnl brengen met eenige onwettige
handeling in Amerika of elders, zal dit onze
operaties vereenvoudigen,' want ons vermoe
den op hem, ofschoon uit een zedelijk oogpunt
beslist genoeg, is op enkele technische punten
nog onvolledig.”
„Hoe heet de karei?" vroeg de Bus. (J
_t verschillende namen," was het
„Maar ik heb ontdekt, dat zijn
Wegena het Pinksterfeest ver
schijnt de Guutlsche Courant
Maandag niet.
In het nummer van 15 Mei jl. is door
„Het Volk” eene „voorloopige battens"
opgemaakt met betrekking tot het ar
beidscontract.
Deze balans vertoont eenige merkwaar
digheden, die haar van enne behoorlijk
opgemaakte balans ongunstig onderschei
den.
Zij bevat alleen activiteiten, geen pas
siva. Desondanks sluit zij met een gelijk
eindcijfer voor activa en passiva. Einde
lijk is zij opzettelijk of uit onwetendheid
valschelijk opgemaakt.
De balans bevat alleen activiteiten geen
passiva. Er worden alleen voordeelen op
genoemd, die het nieuwe ontwerp boven
den bestaanden toestand aanbiedt, al wor
den die voordeelen niet zeer hoog ge
steld, waarover hieronder nog een enkele
opmerking.
Tot nog toe is geen enkel punt aan
te wijzen, waarbij achteruitgang bij het
bestaande is op te merken. Aan de som
matie om die punten aan te wijzen, is
nog altijd van de zijde der S. 1). A. P.
niet voldaan, ook in dat artikel geschiedt
het niet. De oude stelling dat dit (,n._
werp reactie zou brengen schijnt dug jn
stilte verlaten te zijn. Is men e'I1d<|jj|i
,ge bemerkt in ieder geval, dat ik niet ge
heel onbekend met je bewegingen, zelfs aan
de andere zijde van de oceaan, ben. Nu is
er, zooals onze vriend Mr. Williams ons
gisteren vertelde en geljjk algemeen bekend
is, een troep Ameiikaansche falsarissen hier
aan bet werkmaar het is niet van alge
meens bekendheid, dat hier ook andere per
sonen zjjn, die met dien troep niet in be
trekking staan, maar die desniettegenstaande
op eigene verantwoordelijkheid een gevaar
lijk werk verrichten. Een van deze personen
een r.ngclschrnan of een Amerikaan
bevindt zich o; dit oogenblik in deze stad
we dragen kenuis van eenige zijner oplich
terijen, maar tot hiertoe zjjn we niet in staat
geweest hem te ontdekken Ik vernam even
wel onlangs uit eene bron, welke ik niet
kan noemen, dat deze persoon, die de Duit-
sche taal als een geboren Duitscber spreekt,
zich voor een Saksisch onderdaan heeft
uitgegeven, en op het oogenblik als lid
verbonden is aan het gezelschap, dat in dezen
schouwburg bet drama moet opvoeren."
„Dat is hoogst belangwekkend, baron,"
merkte Fedovsky op, terwijl by langzaam
den tooneelkjjker oplichtte en dien op een
groepje dames in de loge richtte.
„Dat is niet alles,” ging do baron voort.
„Ik heb reden om te gelooven, dat deze
ellendeling, niet langer geleden dan dezen
75)
„Ik herinner me doorgaande m’n vrienden,
zoo ge dat bedoelt,” zeide Fedovsky glim
lachende.
„Ja, en je vijanden ook misschien?”
„Het is een wys man, die z’n vyanden
kent, Baron!”
„Ah, zeer waarMaar om tot de zaak
te kpmen, ge hebt een groot gedeelte van
Europa en Amerika doorreisd en vele men-
schen gezienen zoo ik niet verkeerd ben
ingelicht, besteeddet gg een groot gedeelte
van den tgd, dien ge in New-York door
bracht, om de schaduwzijde van die stad
de schuilplaatsen der dieven zooals men
de achterbuurten noemt, te leeren kennen."
„Ik kan nauwelgks beweren, dat ik dat
gedaan heb, Baron. Ik besteedde een gedeelte
van één avond, om met een gezelschap
hoeren eenige mindere buurten tj, bezoe
ken; maar we zagen niets der vermelding
waardig.”
De baron haalde de schouders op. „Dat
ia al naar men er over denkt,” zeide hg
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van GOUDA brengen ter algemeene kennis,
dat ingevolge art. 126 der Militiewet 1901,
„de Inspectie der Verlofgangers” voor do
Gem ente Gouda is bepaald op Dinsdag den
19u Juni 1906, des morgens ton 9| ure, voor
de lichtingen 1899 en vroegere, en 1900, en
des morgens ten 11 ure voor de lichtingen
1901, 1902, 1903, 1904 en 1905 op de Stads
Timmerwerf aan de Turfmarkt alhier.
Daaraan bebooren deel te nemen al de
„Verlofgangers dor Militie te Land”, die in
het genot gesteld zyn van onbepaald verlof,
ongeacht de lichting, waartoe zjj behooren
alleen zjjn hiervan uitgezonderd de verlof
gangers, genoemd iu de 2e, 3e, 4e en 5e
alinea van art. 99 van het Kon. Besla it van
2 December 1901 (Staatsblad No. 230),
gewjjzigd bjj Kon. Besluit van 17 October
1904 (Staatsblad No. 234), dat zjjn zjj, die
dit jaar onder de wapenen zyn geweest of
moeten komen, alsmede de ingeljjfden bjj
de Militie die krachtens art. 113 der Mili
tiewet 1901 van den werkeljjken dienst zjjn
ontheven of die krachtens art. 114 dier Wet
in het genot zjjn van uitstel van eerste
oefening of van verbljjf onder de wapenen
en bovendien met uitzondering van ben
die in dit jaar bjj de „Landweer” zullen
oyergaan of reeds daarbjj zjjn overgegaan.
Voorts worden de Verlofgangers opmerk
zaam gemaakt:
dat zg, volgens art. 117 der Wet, ter
Inspectie behooren te verschjjnen in Uniform
gekleed en voorzien van de „Kleeding-en
Uitrustingstukken”, hun bjj het vertrek
met verlof medegegeven, van hunne „Zak
boekjes” en hunne „Verlofpassen”;
b. dat zg, volgens art. 117 der Militiewet
1901, worden geacht onder de wapene i te
zjjn, niet alleen gedurende den tjjd, dien
het bedoeld onderzoek duurt, maar in bet
algemeen „wanneer zg in Uniform zjjn
gekleed”, zoodat zjj, die ongeregeldheden
plegen of zich aan misdrjjven schuldig
ware naam Bolan Charles Bolan is.”
Deze medudeeling gaf Fedovsky veel licht.
Zoo Brown en Bolan dezelfde waren, ver
klaarde dit zjjne kennis van den graaf,
welke lig bjj hunne eerste ontmoeting had
geopenbaard, en welke toen w as toegeschre-
ven aan bekendheid .met den denkbeeldigen
Robert Cecil.
Maar iets blmjf nog onopgehelderd, en dat
was, wat aanleiding gegeven had tot het
geruclit, dat er dien namiddag in den schouw
burg iemand was geplunderd en vermoord.
Kon bet gerucht in verband staan met eenig
ander voorval, dan dat, waarin hjj zelf eene
voornimo rol had gespeeld? Het whs ónmo
gelijk dit aan te nemen. En toch, vanwaar
had de Baron zjjne inlichting? Fedovsky
had er volstrekt niets van verteldon het
was voor het minst onwaarschjjnljjk. dat zjjn
tegenstander de aanklager was geworden.
Het is waar, er kon een onzichtbare getuige
van de vechtpartjj geweest zyn; maar hoe
kon een getuige ie duisternis zien, en
waarom had hjj, zoo hjj kon, van zjjne tegen
woordigheid niet doen bljjken?
tot het besef gekomen, hoe opgeschroefd
de oppositie is geweest?
Waar nu, ten minste tot nog toe, niets
dap voordeelen te eonstateeren zijn, zou
mett verwachten, dat v ooralsnog er reden
zou zijn het ontwerp nu ook aan te ne
men. Wie dat verwacht kent de logica
der 8. D. A. P. niet.
De wetenschap der 8. I). A. P. is
immers geen „burgerlijke.” Zoo kan de
logica van „Het Volk” ook niet onze
gewone logica zijn.
Niemand gelooft, volgens „het Volk”,
dat de verdere behandeling ingrijpender
resultaat belooft. „De schaal hangt dus
nog op het doode punt”. Zonderlinge
weegschaal, waarin aan de eene zijde
niets vracht, in de andere zijde een, zij
het ook volgens het oordeel an den we
ger, klein gewicht hangt, en die toch
niet overslaat, maar op het doode punt
blijft staan.
Voorwaar hiermede kunnen zich troos
ten onze medestanders, die wegens hun
„slecht stemmen” gewogen en te licht
zijn bevonden (zie „Volk” van 20 Mei jl.)
Men zal ook hier verzuimd hebben de
juiste schaal of de juiste gewichten t?
gebruiken.
Intusschenhet is al wat gewonnen,
dat „het Volk" thans toegeeft, dat er
voordeelen zijn behaald. Dit is een stap,
die moeite zal hebben gekost, laten wij
hopen dat het slechts de eerste stap is
geweest, die zooveel moeite kostte, en
dat terugkeeren op den goeden weg van
waardeering in het vervolg makkelijker
en vlugger zal gaan.
Of wij er veel vertrouwen op hebben?
Eerlijk gezegd neen, waar wij het verwijt
van eene valsche balans op te „maken,
moeten handhaven. In h.et schatten
der activa mag ieder vrij blijven, onge
oorloofd is het deze activa valschelijk
te omschrijven.
Dit is hier geschied. Wanneer mede
gedeeld wordt de sanctie op het verbod
van gedwongen winkelnering, dan wordt
gezegd dat „de arbeider het in strijd
met het verbod bestede loon nogmaals
maken „bjj het gaan naar de plaats voor
het onderzoek bestemd, gedurende het
onderzoek en bjj het naar huis keuren",
te’ dier zake zullen worden gestraft volgons
het Crimineel Wetboek en het Reglement
van Krijgstucht voor het Krijgsvolk te
Lande, bjj gemeld art. 117 toepasselijk
verklaard
c. dat hjj die door ziekte niet kan ver
schjjuen, een attest van een Geneesheer of
Heelmeester door den Burgemeester ge
viseerd, moet overleggen, en
d. dat degene, die zonder vergunning absent
is, volgens de Wet met arrest zal worden
gestraft.
GOUDA, den 2n Juni 1906.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
R. L. MARTENS.
De Secretaris,
BROUWER.
voor den rechter zal knnnen opeischen;
de rechter zal echter de den arbeider
uit te betalen som naar billijkheid kun
nen verminderen, en mag haar „hoogstens
bepalen” op het bedrag der scba-
d e, die den arbeider geleden
heeft.”
Iu het betrokken artikel staat: niette
min is de rechter bevoegd de veroordee-
ling te beperk e n tot zoodanig bedrag,
als hem met het oog op de omstandig
heden van het geval billijk zal voorko
men, doch u i t e r I ij k tot de som.
waarop de door den arbeider geleden
schade door hem wordt gewaardeerd.
Dus juist het tegenovergestelde. Wat
„Het Volk” maxi m u in acht is inte
gendeel m i n i m u m. Van iemand die de
activa aldus valschelijk opgeeft, zal ook
wel geen juiste schatting der activa
verwacht kunnen worden.
Het artikel, dat mededeeling van het
reglement aan den arbeider vooraf en
depot bij den kantonrechter voorschrijft,
heeft slechts „de bescheiden waarde, dat
het zekerheid schept tegen geheimheid
van reglementen” waartegen een fiksche
vakvereeniging heel w at heter wa
ken kan, dau eene wetsbepaling, die den
patroon niet bestraft als hij de
wetsbepaling overtreedt. Dat de publica
tie der reglementen een preventief wer
kend middel is om draconische bepalingen
door de controle ook van de publieke
opinie te doen vervallen, wordt niet geteld.
Dat het reglement hij niet deponeering
niet geldend is. is bij „Het Volk" on
bekend of tolt ook voor niets. Is hier
zuivere taxatie?
Ten aanzien van het collectief arbeids-
cbntract wordt opgemerkt dat deze thans
evengoed mogelijk en rechtsgeldig
zijn. De wet' verandert niets aan don
bestaanden toestand. Dyt die geldigheid
voor ons geldend recht door velen ont
kend is, wordt, alweder genegeerd. .Zelfs
'aan 'de zekerheid der uitdrukkelijke er
kenning wordt niets gehecht. De door
artikel 1637m van geopende mogelijkheid
van ingrijpen in de in strijd met het
collectief arbeidscontract gesloten over-