HU
RUK te letten
I CACAO.
oox,
OVERWONNEN.
REES,
GOUDA.
IEL.
Drank
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
No. 10003.
Woensdag 27 Juni 1006.
r toekomst
FEUILLETON.
n.
9amos.
sle Cacaolwoien.
IMS alhier.
ÜTIIK’,
Uanip
ZONEN,
K.
45ste Jaargang
NEMAN &Z»
'i
1D
1ULSEB0SCH.
1 0 50
80 Koppen.
Mikroskopisch
an VAN LEI).
ia direct op
engen.
leverd en ia te
IAZIJN
B 13.
Gasfitter
rustig, is zeer
en zeer zuinig,
üoo men zich
(Naar het Noorsch.)
r van onze
im, 25/1 ’06
cheidt zich in
■n gemakkolyke
fijne geur en
tot een eerste
wel iets hooger
1 de voordeeüg-
ainere hoeveel-
oopere soorten.
K.
Niemand mi
en
Art, 85.
Ala een vaartuig naar het oordeel van den
Havenmeester in zinkenden toestand verkeert,
moet het op diens eerste vordering naar de
«door hem aangewezen plaats worden gebracht.
De g'zagvoerder van een gezonken schip
moet onverwijld zooveel mogelijk maatregelen
nemen om het te lichten ep den Havenmeester
waarschuwen.
ertroffen
rs welbekend
iBMLinS
Fabrieksmerk).
3, radicale en
van alle, zelfs
fckige xenu.iv-
ontstaan dooi
eugdigen leeftyd
e zwakte, Bletk
- Hoofdpyu
- Maagpyn
Onvermogen
enz. Uit-
Art. 78.
Het is verboden binnen de bebouwde kom
der gemeen e te zeilen, met de f. k te lenzen,
met uitstekende boegspriet of met ankers voor
den boeg te varen, of zonder vergunning van
d»?n Havenmeester met opgeheschen zeilen te
liggen.
De door stoom of andere werktuigen in be
weging gebrachte vaartuigen moeten binnen
de bebouwde kom met half of klein werk
varen.
voor de
veel meer ontwikkeld. Het was eigenlijk
dwaas van haar geweest geheel met schil-
deren op te honden, nu zij het op die hoogte
had gebracht. Zy had hier een paar jaren
gestudeerd, vóór hare verloving en uit dien
tijd nog enkele vriendinnen die haar met
medelijden als eens afvallige beschouwden.
Als zij nu van tyd tot tyd naar het atelier
ging om die oude kennissen aan den arbeid
te zien, bekroop haar soms de lust om ook
weer te gaan schilderen- Maar zij meende
te hebben opgemerkt dat dit Halfdan niet
aangenaam wezen zou en voor haarzelf was
zij bevreesd, als zij er eenmaal weer aan
begon, zich met te grooten ijver daaraan te
wijden dit zon haar te veel van Halfdan
aftrekken en het samenzijn met hem zou zij
met geen genot van de wereld willen ruilen.
Waar zou bij toch zoo lang blijven
O daar kwam bij aan, warm van den
arbeid.
„Foei!” zuchtte hy, „welk een Jast heeft
men met die „bollenvrouwen”, die nooit
tevreden zijn
Hij viel naast haar op de bank neer.
„Maar zij zijn toch schilderachtig, als zy
daar over de bloembedden gebukt zitten,
met haar koffiebruine handen.”
„Ja zulke blanke handjes als mijn prinses,
hebben zij nietl”
„Koninklijke titels”, lachte zij.
VAN
worden afgeie-
e pakjes van v f
Jn een Ned. one
ran Nommer er.
an nevenstaan
i Wet gedepo-
voering van ge-
nevelende
BIJL,
iRT Lz.
2)
Lilla zoo als de syringen, zacht rood als
de Kaprifoliën, roomwit als de Jasmijnen.
En die verrukkelijke geuren
Een paar jaren later zat Astrid op een
avond in den tuin van haar "hieuw „tehuis”.
Zij waren nu een jaar gehuwd en zij had
het heerlijke buitenleven verwisseld met eene
woning te Kristiania. Gelukkig stond hun
huis even buiten de stad en was zij door
bloemen omringd, waarheen, zij het oog
richtte. Maar baar oude geliefde klaverweide
was toch geheel iets anders dan deze tuin.
Welbeschouwd was alles in de stad ontzet-
tend prozaisch. Zij kon vaak zoo verlangen
weer eens echt buiten te zijnZoo’n
landschap met houten afsluitboomen over den
We81 Die waren zooveel schilderachtiger
dan hier die stijve ijzeren traliehekken.
Daarentegen was hot leven der kunst hier
releto* n No, M2.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is 1,25, franco per
post 1.70.
Atzonderlijke Nommers V IJ F CENT EN.
der openbare orde wordt gelast
Abt.,82.
De gezagvoerders moeten in de havens en
langs de kaden en den wal, voor zoover deze
tot ligplaats mogen dienen, toestaan dat een
vaartuig ter zijde van het hunne kome liggen
en dat dit over het hunne gemeenschap met
den wal hebbe, echter niet om te laden of te
lossen
Telefoon No. 69
ADVBRTENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Inzënding van Advertentiën tot 1 uui- des midd.
Art. 77.
Het is verboden een vlot m de openbare
wateren der gemeente te vervoeren, tenzij het
zoodanig is vastgemaakt en aan de b ide
einden verbonden dat het niet aan de vaart
hinderlijk kan zgn
De gezagvoerder van een vlot is verplicht
het zoodanig te splitsen als naar het oordeel
van den Havenmeester in het belang dervaait
noodig is.
Art 83
Het vaartuig, waarvan de lading of lossing
is afgeloopen, moet dadelijk plaats maken zoo
een ander tir lading of lossing aankomt
Ingeval van gebrek aan ruimte bij gelijktij
dige aankomst van mejrdere vaartuigen hebben
die, welke komen laden, de voorkeur boven
die, welke komen loss-o.
Art. 84.
Indien een vaartuig tengevolge van de zware
vracht, den grond raakt, en het om vlot te
bigven moet worden g licht, behoort dit, op
last van den Havenmeester of, bij afwezigheid
van dezen, van de beambten van politie, on
verwijld door of van wege den gezagvoerder
te geschieden.
Art- 86.
Het is verboden met haken, boomen en an
dere voorweqien in het hout- of metselwerk
of de gordingen der sluizen of bruggen, in de
wallen of kaden of in het daarop staande plant
soen te steken.
Art. 87.
Het is verboden vaartuigen of vlotten vast
te leggen anders dan aan de daartoe bestemde
meerpalen, meerpennen, krnisankers en ringen
Art 88
De gezagvoerders zyn verplicht by het be
varen van dc wateren der gemeente zorg te
dragen dat door hunne vaartuigen of vlotten
"aan de kunstwerken, kaden of wallen geene
schade wordt toegebracht
Art, 89
Geen asch mag geladen of gelost worden
dan op plaatsen door Burgemeester en Wet
houders aan te wyzen.
Art 90.
De gezagvoerders zyn verplicht na het laden
of lossen van steenkolen, turf, puin, zand, asch,
vuilnis, afval, mest, pulp, aardappel moes, hooi,
weiasch, oliën en vetten en dergelyke, voor het
behoorlijke schoonmaken van den wal te zorgen.
Art. 91.
De gezag voerden van stoombooten zyn ver
plicht te zorgen dat tijdens het liggen of varen
Idubbele flesch
'egta, Zaltborniiiu
otterdam.
age.
ICzn. Rotterdam
I.ÜUNII E COlHIVE.
binnen de bebouwde kom der gemeente het
stoken, roeren, of uithalen van vuren buiten
hooge noodzakelijkheid worde vermeden, en
wanneer het geschiedt, zoo min mogelijk rook
verooraake.
Art 02
Buiten het geval van bewezen noodzakelijk
heid of om de wachters van bruggen of slui
zen hnnne nadering te kennen te geven, is
het d-n gezagvoerders van stoombooten binnen
de bebouwde kom verboden te fluiten of te
doen fluiten of stoom te doen ontsnappen.
Art. 93.
Het is verboden tusschon zonsouder- en zons
opgang in de Haven en de Binnen-Gouwe eene
stoomboot te doen liggen, tenzy aan de door
Burgemeester en Wethouders voor die stoom
boot aangewezen vaste ligplaats.
(r Art- 94.
Zoolang eene stoom- of motorboot aan eene
kade of wal der gemeente vastligt mag de schreef
niet werken.
Art. 95
Het is verbaden de Kattensingelgracht met
stoom of motorbooten te bevaren met eene
grootere snelheid dan van 6 K M. par uur
Art. 96.
Het is verboden boomen, balken of ander
hout in de wateren der gemeente te laten lig
gen, zonder vergunning van den Burgemeester.
Art. 97
Het is verboden in openbaar water nsch,
roet, vuilnis, puin en dergelyke to vegen to
wérpen of te doen vallen of iets te plaatsen,
te worpen of te doen vallen, wat de vaart kan
belemmeren Öf beletten of don waterloop kan
stremmen.
Art 98.
Het is verboden in openbaar water iets te
vegen, te werpen, te doen vallen of te doen
loopen, wat schadelyk kan zyn voor de open
bare gezondheid.
Art. 99.
De beheerders van niet by het gemeentebe
stuur in bakeer zynde openbare wateren zgn
verplicht te zorgen, dat, zoodra Ijjken van
dieren en andere voor de gezondhe'd schade
lijke voorwerpen aan de oppervlakte dryven of
op andere wyze zichtbaar worden, deze lyken
en voorwerpen onmiddellyk uit het water ver
wijderd en onschadelyk gemaakt worden.
Art. 100.
Het is verboden zonder vergunning van Bur
gemeester en Wethouders in openbare wateren
te baggeren.
Art, 101.
Het is verboden te baden of te zwemmen
in openbaar water of op van den openbaren
weg zichtbare plaatsen.
Art. 102.
Het is verboden in openbare wateren
lo, zonder of anders dan overeenkomstig de
vergunning van Burgemeester en Wethon-
„Dat behoort zoo in de kunstenaarswe
reld,” plaagde hy terug.
„Kunstenaar! het zon wel aardig zyn
een kunstenaar te worden zonder ooit een
kunstwerk te hebben gewrocht.”
„Dat zal ook wel komen. Ze ziet alles
met den artistenblik. Denk je dat ik het
niet gezien heb hoe je de speling van licht
en duisternis op het grintpad met een echt
kunstenaarsoog volgde, toen ik hier kwam;
en zelfs myne leelyke bollenvrouwen kunt
je niet met gewone menschenoogen aanzien
voor jou worden zy ook „schilderachtig
„Weet je wat, Halfdan, ik geloof dat je
vreeselyk bang bent dat ik eene schilderes
worden zal polste zij.
„Bang—- volstrekt niet. Maar zulk een
weinig artistiek begaafd inensch als ik zou
liever eene alledaagsche vrouw hebben. Bo
vendien de vrouw van een bloemist, die eene
kunstenares wil wezen iets dergelyks is
nooit vertoond.”
„Hoe grappig kan je doen, alsof je er mee
verlegen was een bloemist te zyn toch
schijnt my die betrekking een ideaal te
zynzoo flink vermoeid na lichamelyken
arbeid thuis te komenin den gezonden
warmen zonneschijn, te midden van bloemen
en heesters bezig zyn,”
„Dat klinkt zeker schilderachtig genoeg.”
„En ik verzeker je dat ik nooit zoo razend
Art. 79.
Vaartuigen met vuilnis, mest, beer en in
het algemeen met s ank verspreidende goederen
geladtn, mogen in de bebouwde kom der ge
meente niet blyven stil liggen en moeten op
de eerste aanmaning van den Havenmeester of
de politie doorvaren.
Art. 80.
Het is verboden door het laten liggen van
vaartuigen of vlotten de vaart te belemmeren.
Art 81.
De gezagvoerders of, by hunne afwezigheid,
hunne vervangers, zyn verplicht op de eerste
vordering van den havenmeester, of bij diens
afwezigheid, van de beambten van police, hunne
vaartuigen of vlotten zoodanige plaatst ta,-dóen
innemen als hun door dezen in hev oelang
De BÜBOEMBÉSTEB en Wtfl’llOUDEItS
van GOUDA, doen te weten, dat door den
Raad dier gemeente in zijne vergadering van
1 Juni 1906 is vastgesteld de volgende ver
ordening
Algemeene Politieverordening
gemeente Gouda.
(Vervolg).
Art 75.
Bij de vaart door sluizen en bruggen moeten
de bevelen door de sluis- en brugwachters
gegeven, worden opgevolgJ. Po r hen wordt
by gelyke aankomst de volgorde der vaartuigen
en vlotten geregeld.
By bet schutten verlaten de vaartuigen en
vlotten welke naar den IJsel gaan, de Haven
voordat de uit den IJsel komende daarin va
ren, terwyl die, welke uit de Gouwe komen,
de lianen invaren voordat de naar de Gouwe
gaande deze verlaten.
Art. 76
Zonder v. rgunnibg van den Havenmeester
mogen geen vaartuigen naast elkander vastge
maakt in de openbare wateren der gemeente
varen.
ders gabanen aan te leggen
2o. zonder vergunning van den Burgemeester
a. zoodra het ys de scheepvaart uiet meer
toelaat, het ys op eenige plaats stuk te hakken
of te slaan, anders dan voor by ten aan de kanten
b met tentet), kramen, tafels en dergelgke
op het ys te staan
c. op het ijs de banen, onder lo. bedoeld,
te vegen of daarin bruggen te leggen voor het
publiek toegankelyk.
Art 103.
Het is verboden als een brug geopend is
geweest of wordt, deze te betreden, daarover
te rjjden of vee te dryven, voirdat zij is vast
gelegd.
Het is bovendien verboden daarover te rij
den of vee te dryven, zoolang niet alle gewacht
hebbende voetgangers de brug hebben kunnen
verlaten en door den wachter vergunning is
verleend om door te gaan.
Men mag op de bruggen, behalve op die,
welke van trottoirs zyn voorzien en tusschen
de trottoirs 3 50 M. breed zyn, elkander niet
tegemoet of voorbg rgden; hg die het naast
by do brug is, rydt haar het eerst over.
Over beweegbare bruggen mag niet anders
dan stapvoets worden gereden.
Art. 104.
Op de openbare wateren, de sluizen en de
bruggen, in beheer by het Ryk, by het Pro
vinciaal Bestuur of by Waterschapsbesturen,
zyn niet van toepassing de bepalingen der
artikelen 74, 75, 76, 77, 78, 80» 81. 82, 83.
84,85, 86. 87.88, 91, 92, 97. 99,100, 102 en 103,
Art. J05.
Het is verboden de openbare kade of wal,
waarlangs een vaartuig ligplaats heelt geno
men of verkregen, zonder vergunning van Bur
gemeester en Wethouders langer dan een dag
te bezetten met goederen uit het vaartuig ge
lost of daarin te laden.
Art. 106.
Tot laad- en losplaats voor doorvarende
stoombooten wordt aangewezen het stoomboo-
tenveer aan de Vest.
Het is zonder vergunning van Burgemeester
en Wethouders verboden op eenige andere
plaats in doorvarende stoombooten te laden of
daaruit te lossen.
HOOFDSTUK IV.
Van de kermis en de jaar-, week- en
dagelyksche markten.
Art 107.
lag zonder vergunning van Bur
gemeester en Wethouders ter kermis komen
met spellen, tenten, kramen, toestellen als an
derszins.
Met het opzei ten daarvan mag eerst een
aan vang gemaakt worden op Donderdag voor
de kermis, na afloop der weekmarkt, t.-rwyl
het afbreken moet geschieden op Maandag na
de kermis; de Burgemeester kan de afwyking
van deze bepaling toestaan. Wordt vervolgd).
verliefd op je ben als wanneer ik je geknield
by de bloembedden
„A la bollenvrouw P”
Met handen vol planten en bloem-
aarde, zie. Of als je bezig bent je bloemen
te begieten. Wat is dat liefHet is als een
herdersgezicht van Virgilins.”
„Als ik vragen mag, heb je wel eens
iets van Virgilins gelezen?”
„Zeer lang geleden. Maar ik gevoel dat
jy op de eene of andere wyze een geestver
want van Virgilins wezen moet.”
„Hoor nu zoo’n dwaashoofdje eens door
slaan Ik zal je leeren mij met fabels en
met Virgilins aan boord te komen!”
En hy trok haar overeind en haar arm
in den zynen leggende nam hy haar mede
naar het bloemenveld waar nn al die prach
tige violen in bloei stonden.
„Ja, laat ons daarheen gaan,” zeide zij.
„Violen zyn de eenige bloemen, die ik des
noods „per meter” kan zien geschikt. „Maar
Halfdan” - vervolgde zy met een kluchtig
bedroefd gezichtje, „zoo en zooveel meter
Réséda en Rozen daar kan ik geen vrede
mee hebbenzelfs niet als je op elke vier
kante meter een pittoresk brain bollevronwtje
met een grooten hoed, uit het sprookje
neerzet.”
(Wordt vervolgd).
