I
NTHEE.
4
1
l
laar
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken
No. 10369.
Vrijdag 28 Juni 1907.
Bultenlanflseh Overzicht-
NAAR VEILIGE REEDE.
JJ
0
ogelte.
ZONEN,
t.
1
FEUILLETON.
46ste Jaargang.
DEIN f
handelaar
Verspreide Berichten.
USMAN* Zn.
(Wordt vervolgd.)
f
T
n aantal onge-
op aanvraag.
Ris Jt Co.
ING, Poe ier.
1RDAM.
Teleloi n No.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Zin- en Feestdagen.
De prijs per drie maande i is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
Firma
iNAL
j geknipte
arde plaat.
1KE11
patroon.
CHILD-
rgelijks verscli
Soepkippen,
gemeste Eend-
igels, Fazanten
re, Reevleescii
soncnrreerende
maakt franco
.NT,
en modellen te
roe ing van ge*
3V ende
JL,
RT Lz.
en toepassingen
derde Por-
erts. Zy geven
ers niet kunnen
geen imitatie,
SliK te letten
rAN
worden afgele-
i pakjes van vij?
m een Ned. one
an Nommer en
tn neven 8 taaie
Wet gedepO'
Bijvoegsel.
oorkomende J
’ATRONEN V
p. p. tegen J
verkrijgbaar x
Haag. 1
dubbele flosch
iglo, Zaltbomni
tterdam.
ge.
Czn. Botterdam
e gratis ge- J
j een oogenblik, freule, zegt
iw, terwijl haastig van haar
Nadat Marcelin Albert door de bevolking
van Argeliers zeer koel was ontvangen,
werd gisternacht over hem beraadslaagd en
werd hy veroordeeld zich te Montpellier in
hechtenis te begeven. Men stond hem ter
nauwernood toe rust te nemen tot gisteroch
tend.
Dat hy van minister Clemenceau 100 frcs.
heeft aangenomen, heeft hem ten zeerste
jn de achting der bevolking doen dalen. Als
een apostel, in wien geen vertrouwen meer
wordt gesteld, werd by naar Montpellier
gezonden in een compartiment 2de klasse,
onder toezicht van geheime agenten, maar
tevens van leden van het „Comité de défjnse
viticole”. Hg was zeer ternedergeslagen
laan enkele stations slechts sprak hijeenige
/woorden en werden hem zwakke ovaties
I gebracht.
ertroflen
s welbekend
bï-bliw
F’abriekimerk).
radicale en
van alle, zelfs
kkige zenuw-
ontstaan door
ugdigen leef tg d
zwakte, Bleek
Hoofdpgn
- Maagpyn
n vermogen
enz. Dit-
15)
Het berouwt haar bjjua, aan haar verlan’
gen te hebben voldaan; zü strjjkt met de
hand over het voorhoofd, dan springt «jj op,
schuift de oude vrouw in den leunstoel en
gaat aan haar voeten zitten.
Z(e zoo, moeder Selle, nu is het weer,
als toen ik een klein meisje was en mij door
n sprookjes liet vertellen; toen hadtualtyd
gebraden appelen in den haardzie, ik
leg weder als vroeger mjju hoofd in uw
schoot en vertel u mp nu ook als vroeger.
Ja, kindlief, als ik maar iets wist. Ziet
u, de kleine Dorothea daar beneden in bet
slot plaagt mij ook altjjd, als zjj met haar
vader hier komt, dan is ’t .vertellen, onde
vrouw, Dodo wil vertelsels hoeren.” Dat
heeft haar vader haar zeker wjjs gemaakt
en ik ben toch alles vergeten.
Dorothea heeft het hoofd opgeheven en
ziet de spreekster doodsbleek aan.
Heet het kind Dorothea? vraagt zp
langzaam en aarzelend.
Jal knikt de oude, dat wilde mpnheer
de baron zoo hebben. Uw grootmama heeft
Frankrijk.
Vierhonderd muiters uit Béziers zullen
heden op twee oorlogsschepen naar Afrika
worden gebracht.
Honderd geniesoldaten van het aërostatisch
het kamertje der freule gereed was, geheel
als vroeger.
Een hevige regenvlaag laat zich buiten
boeren en slaat kletterend tegen de ruiten.
Het is onmogeljjk, volstrekt onmogelijk,
dat n gaat, freule! houdt Lise aan. U komt
doornat in het station aan. Neen, ik laat
u niet gaanof ik haal een rijtuig van
Dornfels.
Heb ik n niet verboden mjjn tegen
woordigheid te verraden. Mjjn neef zou daar
door immers dadeljjk van mjjn verblijf on
derricht worden.
Maar mynheer de taron is op reis.
Zoo! zegt Dorothea verlicht en ze legt
haar elegant reismanteltje, dat ze driftig
liad omgeslagen, weer at. Zoozoo! Wan
neer is bij op reis gegaanen voor hoe
lang?
Gisteren is mijnheer vertrokken. Hjj
zal slechts eeltige dagen weg blijven, om de
kidderen, hoewel hjj een vertrouwde dame
bij hen heeft achtergelaten.
Het ,is goed. Ik blijf Ik ga da
delijk naar boven, want ik ben vermoeid.
Goeden nacht; morgen praten wjj verder,
moeder Selle.
Wacht nog
de oude Hdnr, 1
stoel opsfaM
gezegd wordt
„De overeenkomst is geen verbond, noch
een garantieverdrag, noch een aanvulling
van de gesloten tractaten betreffende Ma
rokko. Het is een eenvoudige wisseling van
nota’s tusschen Frankryk en Spanje over de
opvatting van hun politiek. Men mag er
niets meer achter zoeken, want er steekt
niets meer achter
Dit zal voldoende zyn om de zenuwach
tige stemming in Duitschland, die zich uitte
in het Opgewonden artikel van de „Köln.
Ztg.” te doen bedaren.
verkregen is; zy stellen aan alle aangesloten
comités voor dit besluit goed te keuren”.
De Westminster Gazette acht het bezwaar,
tegen het plan van het ministerie in zake/'
het Hoogerhuis, ingebracht, als zou een ref
geering op die manier een wetsontwerp, d®
inderdaad niet op den vasten wil van het
volk berust, door kunnen dryven, overdreven.
„Geen regeering, die niet zelfmoord wil
plegen, zou er op staan een oögewenscbt
voorstel door al die stadia te sleepen, en,
zoo zy het deed, zou men de wet dadelyk
in een volgend Parlement kunnen herroepen.”
Maar van liberaal standpunt, vervolgt het
blad, zjjn er ook bezwaren tegen. „Het plan
zal het een liberaal ministerie nagenoeg
on i ogelyk maken na zyn derde jaar bewind
een gewichtig wetsontwerp, waar verzet
tegen is, in te dienen, en het Hoogerhuis
zou voortdurend de verleiding zyn, in de
eerste drie jaar zyn wettelyke bevoegdheid
ten volle to gebruiken om te maken, dat er
in dat tijdperk zoo min mogelyk uitgericht
wordt.
„Dat bezwaar wordt, van liberaal stand
punt geredeneerd, slechts ten deele wegge
nomen door den Parlementsduur tot vyf jaar
te beperken, want het wordt voor Parle
menten toch al steeds moeilyker om langer
te zitten. Ten slotte is er geen genees
middel voor het gebrek van een tweede
kamer, wanneer een Tory ministerie aan het
bewind is. Wat het plan bewerkt, is dat
een liberale regeering in staat zal wezen
haar wil door te zetten in werkelijk gewich
tige vraagstukken, die het by oen algemeene
verkiezing aan het land ter beslissing heeft
onderworpen.” Maar, eindigt het blad, wan
neer het plan voor de algemeene verkiezing
aan de orde komt, is er gelegenheid het te
wyzigen en verbeteren.
Uit een uitvoeriger verslag van Campbell-
Bannerman’s rede zien wy, dat, wanneer na
twee mislukte bijeenkomsten van een com
missie uit beide Huizen, het wetsontwerp
ten derde male by het Hoogerhuis komt en
dit het nog niet aannoemt, het niet zonder
zyn bekrachtiging wet zal worden, voor en
aleer er op een derde bijeenkomst van de
commissie beproefd is oen vergelijk te
treffen.
Gisteren heeft de Fransche regeering een
Geelboek uitgegeven, bevattende de offi-
cieele stukken over het met Spanje gesloten
verdrag. De overweging van de overeen
komst zegt^Bezield met het verlangen
door alle iriogeïylte middelen by te dragen
tot behoud/van denyrede, en overtuigd dat
het behoud van den tègenwoordigen toestand
te land en van de rechten van Frankryk en
Spanje in de Middeïlandsche Zee en in het
deel van den Atfantischen Oceaan dat de
kusten van Europa en Afrika bespoelt, af
doende zal bijdragen tot bereiking van dit
doel en tevens (bevorderlijk zal zyn voorde
belangen der (beide landen, die reeds dobr
eeuwenoude vriendschapsbanden en door de
gemeenschap van belangen verbonden zyn”.
Dan volgt de overeenkomst, die geen bond
genootschap is, m\ar alleen de vaststelling
van een grondslagvoor de staatkunde der
beide landen. Zy zullhp den thans bestaan-
den toestand in dat gebied, handhaven, en
zyn vast besloten hunne rechten op de
eilanden en kunstbezittingen in di\ streken
krachtig te verdedigen.
Wanneer zich omstandigheden voordoen,
waardoor de tegenwoordige toestand zou
kunnen veranderen, zullen de beide regee-
ringen met elkaar in overleg treden over de
wenschelykheid, om maatregelen te nemen,
en over den aard dier maatregelen.
Uit den thans gepubliceerden tekst blykt,
dat er geen enkele bepaling in de verdragen
voorkomt, die de belangen van eenigen an
deren staat kan benadeelen. En ten over
vloede heeft minister Pichon nog eene ver
klaring aan de publicatie toegevoegd, waarin
Clemenceau heeft oen poging gedaan, om
aan de beroeringen in het Zuiden oen einde
te maken, toen hy Marcelin Albert ontving,
en hem een opdracht gaf. Wat tusschen
hen besproken is, vertelt noch de oen, noch
de ander. Maar in het handige vraag ge
sprek, dat een redacteur den Matin”
in den trein met Marcelin Albert voerde,
liet deze zich wel uit over zQno plannen:
„Er moet een einde aan komen. Wy
kunnen toch niet voortgaan als Franschen
elkaar op die wyze dood te slaan.
„Ik ga nu naar het Zuiden. Van gemeente
tot gemeente, van byeenkomst tot byeen-
komst zal ik gaan, mjjn vrienden en kame
raden, de arme wijnbouwers als ik, de
„gueux” van bet Zuiden vragende, of zjj
willen aannemen„te beloven, te zweren,
.die wanordelijkheden, alle rumoerige be-
tooging, eiken opstand tegen de wet to
staken”.
„Zoo het antwoord bevestigend is zal de
Minister-president alle troepen terugtrekken,
alle gevangenen in vrijheid stellen, alle ver
volgingen staken. De vrede zal terugkeeren,
zonder dat wjj echter, dit staat op den vóór
grond, een onzer economische eischen zullen
opgevenwy zullen echter de verwezen
lijking ervan met vredelievende en wettige
middelen najagen”.
Marcelin Albert hoopt, is zeker, te zullen
slagen. Doch slaagt hjj niet, dan zal hy
zich in arrest stellen, by de andoren, „teleur
gesteld niet te zyn geslaagd, maar trotsch
dat hij zyn plicht heeft gedaan”.
Dadelyk na de aankomst van Marcelin
Albert te Argeliers is een vergadering ge
houden van het „comité de détente viticole”.
In die byeenkomst is na langdurige beraad
slaging deze motie aangenomen
„By de volkomen onvoldoendheid der than
aangenomen wet, en de vaagheid dei beloften
van den Minister-president, besluiten de ver-
eenigde comités de kalme en vreedzame be
weging voort te zetten, totdat voldoening
het u niet meer kunnen vertellen, zy '-derf
immers God geve haar de eeuwige za
ligheid juist toen de geestelijke het „amen”
na den doop had uitgesproken.
Dorothea wenkte als afwerend met de
handdie vreeselyke avond stond h. ar nog
maar al te duidelijk voor den geest.
-A Het tweede kindje, dat juist een jaar
oud is, heet als zyn moeder zaliger, vev-
volgde de oude na de pauze.
Zyn moeder zaliger? Onzin! Die leeft,
immers nogik heb onlangs, door bekenden,
die uit Italië kwamen, van baar gehoord.
Neen, zeide de oude kalm en terecht
wijzend. ik meen de moeder van het kind,
de kleine heet Elise. de
Heilige Godroept Dorothea uit, ter
wijl zy opspringt met een gelaat, bleek van
ontzetting, wat zegt u daar? Elise is dood,
zyn vrouw?En ik
Wist u dat niet? vraagt de oude zeer
verwonderd, ja, mjjn hemel! De jonge baron
Von Dornfels - God moge hem troosten -
is nu reeds bijna elf maanden weduwnaar
de jonge vrouw was altyd zwak en teer
geweest. De kleine was ternauwernood vier
maandeu oud, toen zy aau een borstkwaal
stierf.ach ja, de familie hier beert veel
ongeluk
\Ontzettendzucht het joeg’ meisje
terwijl zij de handen voor het gelaat slaat.
redeneerden dat de benoeming van den jon
geren minister v. Bethmann tot onder-voor-
zitter van het Pruisische ministerie een ach
teruitzetting van v. Rheinbaben, den oudere
in jaren en diensttijd, was. Rheinbaben heette
daarom ook met Billow overhoop te liggen.
De Norddeutsche Allgemeine Zeitung nijpt
het booze gerucht dadelyk den kop in. „Wy
kunnen verzekeren, zegt zy, dat prins Bülow
met baron v. Rheinbaben, dep minister van
financiën, op goeden voet staat?’Rheinbaben
mag het gerucht echter dankbaar zijn, want
hy heeft er vermoedelyk zyne benoeming in
de hooge orde van den Zwarten Adelaar
aan te danken, die gisterenavond bekend is
geworden. En verder wordt uit Berlijn ge
meld dat Bülow gisteren tegeljjkertyd Rhein
baben, Bethmann en dr. Holle, den opvolger
van Studt, by zich heeft ontvangen, om met
Den overleg te houden.
Een officieuze correspondent voegt er nog
by„Ik heb reden om aan te nemen dat de
heer v. Rheinbaben zelf op de benoeming tot
ondervoorzitter van het Pruisische ministerie
niet heeft gerekend, maar veeleer van
meening is dat de benoeming van den heer
v. Bethmann een ei^ph van de omstandig
heden was.”
Op grond van dit alles, kan men het ge
rucht nu wel als een verzinsel beschouwen.
De Chineesche regeering heeft een rond
schrijven gericht tot de ambtenaren, waarin
hun wordt opgedragen het opium-besluit van
20 November 1.1. stipt en streng toe te passen.
Voorts wordt den ambtenaren gelast, vol
ledige gegevens te verzamelen over de uit
gestrektheid gronds, welke, in ieders gebied
wordt gebezigd yoor de opinm-teêlt.
Men zal zieft herinneren, dat het de be
doeling is van ddf dfeineesche regeering, zoo
wel opium-teeh plyopium-gebruik geleidelijk
in te perken,' zoodoende ten slotte te
komen tot vollabige uitroeiing van den opium-
kanker.
In het jongste rondschrijven belooft de
regeering beiooningen aan die ambtenaren,
welke willen meewerken, maar zjj bedreigt
met straffei> allen, die in dezen nalatig moch
ten wezen.
I.OHISUIE IIH IU\T.
Telefoon No.
AD VERTENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
3HE--A
JE --v
Dadelijk nadai bekend was geworden dat
Posadowsky en Studt zouden aftreden, wist
het gerucht te vertellen dat ook Rheinbaben,
de Pruis’sche minister van financiën, op den
chopstoel zat. Dit kwam blykbaar uit deu
koke van al te scherpzinnige menschen, die
Ach, ik had er volstrekt geen ver
moeden van. ik vroeg nooit naar hem, hoe
het hem ging, en niemand zeide het mij
ik vat. het niet, ik begrijp ’t niet, dat ik
niets daarvan boordeo, myn God, hoe
verschrikkelijk!
Langen tijd bleef zy zwijgend in deze
houding, terwyl de oude vrouw haar vol
deelneming gadesloeg.
Eensklaps vroeg zy:
En u zegt., vrouw Selle, dpt hy dik
wijls hier komt?
Ja, kindlief, byna iederen dag als het
weder het toelaat; dan zit hy daarbeneden
op uw lievelingsplek; hy is altyd zoo vrien
delijk, en spreekt dikwijls met my, ook
over u.
Over my! Wat gaat
Dorothea had een bitter wooid op de lip
pen; zy bedacht zich echter en zeide:
Ondei dez.0 omstandigheden kan ik bier
niet bljjVen, moeder Selie.
Waarom niet, freule?
Ik meende, dat het slot geheel verla
ten va». Ik vertrek weder. Uw zoon kan
my mLÏr hef dorp brengenik kom nog tijdig
au 'idL-h^atipn.
Met alt wéér? Daar komt niets van!
riep de oude uit, en Lise, die juist biunep
kwam en hoorde waarvan sprake was, stemde
met uaar schoonmoeder in en vertelde, dat