ITBBE.
-1
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
ZWERVELINGEN.
No. 10418.
Zaterdag 24 Augustus 1007.
8
Bultcnlaiidsch Overzicht.
aap
meer.
KENNISGEVING
46ste Jaargang.
FF I ll./.FTO V.
I
Westro.
ge afdoendo
MAN Zu.
(Wordt vervolgd).
eft het huise-
nen hersteld,
ate en oneer
enslustige en
herschapen
den rechten
gemaakt en
menig jaar
ngeëvenaard
gratis aan
n, een boek
onster. Het
ilkomen on-
ntie in alle
krygbaar in
nd depót, te
et attesten
er aanvraag
atis proeven
It U direct
1
POEDER
jrbaro eigen-
izin tot het
erken dr^nk
lint enz.) by
Het COZA
jgemerkt en
zuster of de
hem toe kan
a, en zonder
t ooit behoeft
ng te danken
41
IK te letten
IN
ZONEN,
'entoon-
imakery
396.
-Appre-
de beate
moeite
r/art en
rygbaar
Galen
en lette
rit
irnhem.
er van het
Coza poe-
atis tooge-
i worden in
telk, Likeur,
ater of in het
lat het noodig
ard er iets van
Inrichtingen welke gevaar, schade of
HINDER KUNNEN VEROORZAKEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
GOUDA.
Gezien art. 8 der HINDERWET;
Doen te weten
Dat zij vergunning hebben verleend aan G. J.
Goedewaagen en zijne rechtverkrijgenden tot het
oprichten van eene suikerballenkokerij in het per
ceel aan de Vischsteeg, wijk I No. 185, Kadastraal
bekend s ctie B No. 890.
GOUDA, den 23 Augustus 1907.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
R. L. MARTENS.
De Secretaris,
BROUWER.
GOlllSIIIE courant:
Telefoi 11 No, 82.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk
met uitzondering van Zin- en Feestdagen.
De prijs per drie maande is 1.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nominers VIJF CENTEN.
icery Lane,
72 Engeland
Reuter seint uit Londen, dd. 22 Aug.
Minister Morley deed in het Lagerhuis
mededeeling van de benoeming van een
koninklijke commissie, aan welke is opge
dragen te onderzoeken of de betrekkingen
van financieelen en administratieven aard
tusschen de hooge regeering van Indië der
provinciale gouvernementen en de lager
geplaatste autoriteiten vereenvoudigd en
verbeterd zouden kannen worden door maat
regelen van decentralisatie, bijv, door* de
uitvoerende macht in nauwere aanraking te
brengen met de plaatselyke omstandigheden,
zonder dat daardoor nadeel wordt toegebracht
aan de bestaande eenheid.
In antwoord op een hem gestelde vraag
deelde minister-president Sir Henry Campbell
Bannerman mede, dat de Schotsche landwet
binnenkort weder by het Lagerhuis zal
worden ingediend, daar vlug worden afge
daan en dan weder naar het Êeogerhuis zal
worden verzonden.
De Hongaarsche regeering streeft er tegen
woordig ernstig naar aan de wenschen der
Kroaten tegemoet te komen.
Er zijn weer twee nieuwe maatregelen
genomen, die de Kroaten wel met groote
vreugde zullen begroeten.
In de eerste plaats is thans de bepaalde
toezegging gedaan, dat op de lijnen der staats
spoorwegen in Kroatië, voorzoover eenigszins
mogelijk is, uitsluitend Kroaten in dienst
zullen worden gesteld. Verder wordt eraan
het Hongaarsche ministerie van landbouw
een afzonderlijke afdeeling voor Kroatië op
gericht.
Deze maatregelen vormen inmiddels, naar
men zegt, nog slechts een voorspel van het
geen komen zal. In den herfst zal een ge-
worden afgeic-
pakjes van v..,>
i een Ned. ons
in Nommer er.
i nevenstaaiu
Wet gedepo
Jering van ge-
r ende
IL,
!T Lz.
Petrol en den vroepjeren agent van Bulgarije
te Konstantinopel Natsjewitsj.
Natsjewitsj, die zijn ambt te Konstantinopel
neerlegde, omdat hjj het met de regeerings-
op vatting van Petrof niet eens was, en vooral
diens uitdagende houding tegen Turkije niet
kon goedkeuren, publiceert nu de volgende
verklaring
tegenover Macedonië een misdaad begaan,
toen zy zich verzet hebben tegen de bepa
lingen van het Murzsteger hervormingspro-
gram, toen zy niet alles deden wat zy kon
den om het ten uitvoer te leggen, doch
voortdurend werkten om het te verijdelen.
„Daardoor vergrootten zy de rampen van
onze broeders in Macedonië, zonder een
enkele verbetering tot stand te brengen. De
misdaad van onze machthebbers zal nog
grooter worden als hun houding tegenover
de te Ischl genomen besluiten toonde, dat
zy zelfs niet in staat zyn, uit de geschie
denis der laatste jaren een les te trekken”.
Deze publicatie toont, waarop de hervor
mingsplannen van Oostenrijk en Rusland nog
meer zyn afgestuit, dan op den onwil en
den passieven tegenstand van Turkye. De
regeeringen, die het hardst riepen om ver
betering van de toestanden voor de ver
drukte Macedonische Christenen, werkten
elke poging tegen om die verbetering tot
stand te brengen, zoo die niet naar haar
wensch was.
Het is te hopen, dat de kloeke daad van
Nassjewitsj eindelijk de oogen zal openen
voor den waren toestand in den Balkan.
President Roosevelt heeft by de steenleg
ging van het gedenkteeken voor de „Pil
grim Fathers” te Provincetown een redevoe
ring gehouden, die in en buiten de Veree-
nigde Staten grooten indruk maken zal.
Hy trok te velde tegen de „Trusts” en „Cor
porations”, tegen de misdadigers met reu
zen vermogend, tegen de „malefactors of great
wealth” dit heeft in de Vereenigde Staten
gerechtvaardigd opzien gewekt.
Roosevelts woorden, zegt de „Westm.
Gazette”, leveren het bewijs, dat de Regee
ring besloten is gedurende de achttien maan
den van Roosevelt’s bewind den stryd tegen
de Trusts voort te zetten, wanneer deze zich
niet onderwerpen aan de wet; en tevens,
dat de Republikeinsche party by de aan
staande presidentsverkiezing aal optreden
met de leuze„Tegen de Trusts, die zich
niet aan de wet houden”.
Dat laatste is ook duidelijk geworden uit
de redevoering die minister Taft, de Repu
blikeinsche candidaat voor het Witte Huis,
Een sterke macht bereden Arabieren
omsingelde Woensdagmorgen Casablanca en
deed een aanval op de Fransche stelling
tegenover het hevige vuur van land- en zee
zijde. De Franschen zonden een kleinen troep
uit, waarop de vyand terugtrokdoch spoedig
daarop verzamelde hy zich weder, en atta-
keerde over het open veld met groote dap
perheid.
De aanval werd echter afgeslagen door
het hevige artillerievuur. Na eenigen tyd
deed een groote troep Arabieren opnieuw
een aanval op de Fransche infanterie in de
vlakte zy reden bijna twee mylen in gesloten
formatie onder het hevige vuur, en kwamen
•Naar het Russisch.
3)
„De Czaar zal lezen hetgeen de banneling
geschreven heeft,” kwam het onhoorbaar
over zijne lippen; „maar de Czaar zal zich
toch nog niet erbarmen over den man, die
de schatten der Amoer aan zijne voeten legt;
de Czaar is onverzoenlyk.”
„Bronsky!” klonk de stem van den gene
raal door de zaal.
De adjudand stond als uit metaal gegoten
voor hem.
»De commissie van ontvangst kan vertrek
ken; verzoek den overigen officieren, hier
te komen.”
„Tot uwe orders!”
Het volgende oogenblik schoof en drong
alles dooreen; de zaal was weldra ledig,
terwijl de door den generaal bedoelde offi
cieren zich naar diens tafel begaven. Er
heersche eene diepe stilte.
.Mijne heer en,” aldus nam generaal Dach
koff het woord, .ik heb u bijeengeroepen,
opdat gmfj zoudt bfjitaan om Zijne Excel-
het vertrek.
De kanonnen dreunden, toen de vior Si
berische paarden de lichto victoria van den
generaal als een blad in den storm achtor
zich lieten voortrollen. Luisterend naar het
vroolyk gelach van dames, dat van de hoo-
gere verdieping weerklonk, barstte Fedor
Orloff, door de goedheid van den ouden
generaal geroerd, in tranen uit.
„Hy waagt het niet, my Ffcdor Fedorowitch
te noemen! Hij is een orthodoxe Rus. en
ik -Orloff zuchtte.
Een uur later was het gebouw vol van
een bont door elkaar woelende menigte.
Daarbuiten liet de regimentskapel de Kei-
zershymne hooren en vermaakte daarna de
gasten met oude Bojarenwjjzen, die door de
aandoénlijke liederen der MosWovietischo
soldaten werden afgewisseld; daarbinnen, in
do Ontvangzaal, vormden oen dozijn pas aan
gekomen jonge officieren het middelpunt van
een kring lachende, zorgelooze jonge dames,
en het courtisseeren en dansen had plaats
op zulk een genoeglijke wijze, als slechts de
kinderen van den Qzaar dat kunnen.
Onderwijl zag Fedor Orloff met sombere
blikken door fie open deur van zyn kamer
naar de levendige tooneeleu in de salons.
zoo tot op vier honderd yardstoen werden
zy gedwongen tot den terugtocht.
Een tweede aanval werd zonder gevolg
ondernomen aan de westzijde.
Do onlusten in Marokko hebben in Zwit
serland grooten indruk gemaakt, voorname
lijk wijl Zwitserland door eenige bepalingen
van do Acte van Algeciras in de Marok-
kaansche quaestie betrokken is.
Zwitserland toch moest den generaalin-
specteur der Marokkaansche politie aanwij
zen, en de Zwitsersche Bondsraad is aan
gewezen als arbiter in alle geschillen over
de Marokkaansche bank.
Nu is de inspecteur der Marokkaansche
politie, kolonel Müller, reeds geruimen tijd
in Zwitserland, en maakt volstrekt geen
aanstalten om naar Marokko te gaan. Hy
antwoordt op de hem daarover gedane
vragen: dat hij niet weet wat hy in Ma
rokko moet doen, want hy kan geen politie
inspecteer^ die er niet is. De Zwitsersche
bladen verdedigen kolonel Müller tegen
verwijten van verschillende zijden de werk
zaamheden van den inspecteur beginnen
eerst als de politie in Marokko is ingesteld
en of kolonel Muller nu al naar Marokko
gaat, hij kan aan de omstandigheden niets
veranderen, noch de invoering der politie
macht bespoedigen.
Maar naast deze opmerkingen worden nog
andere meeningen vernomen; en van meer
dan een zyde wordt er op gewezen, dat de
Zwitsersche regeering verstandig zpu doen
aan de mogendheden te verklarenWyl de
voorwaarden, waaronder Zwitserland de be
noeming van een inspecteur der Marokkaan
sche politie aanvaard heeft, gebleken zyn
niet te worden, of te kunnen worden, nage
komen, wenscht de benoemde inspecteur zich
niet langer te wijden aan een onvervulbare
taak.
De Zwitsersche regeering zit nu eens in
het schuitje zij kan zich moeilijk onttrekken
aan de taak, die zij ter wille van den Euro-
peeschen vrede op zich nam. Maar waar
schijnlijk zal de Bondsraad zoowel als kolo
nel Muller wel eens met weemoedigheid
denken aan de verstandige opvatting door
de Nederlandsche regeering getoond, die
beslist de eervolle taak weigerde, in Marokko
toezicht te gaan houden op een onbestaan
bare politiemacht.
te Ohio gehouden heeft.
Maar tegelijkertijd verklaarde de Presi
dent dat hy niet voornemens is op te treden
tegen de Trusts qua Trusts. „Zaken kunnen
onder de moderne omstandigheden alleen
worden gedaan door bemiddeling van cor
poraties, en onze bedoeling is de corporaties
■pn* u Tj die zich £oed gedragen, van harte te bq-
,Kaisjo retrot en zyn vrienden hebben gunatigen.
En tevens: dat de regeering „geen han
deling gedaan heeft of zal doen, waardoor
onschuldige aandeelhouders of het publiek
als geheel onschuldig schade zouden leiden”.
Deze verzekeringen van den President
werden door de beurs gunstig ontvangen.
V
De kardinaal-staats^ecretaris Merry del
Val heeft aan den vicaris-generaal te Parijs
een brief geschreven, waarin hy hem ver
zocht, met het oog op de anti-clericale be
weging in den lande, de pelgrimstochten
voorloopig achterwege te laten.
Eenige bewoners van Rome hebben nu in
allerijl een verzoekschrift tot den Paus ge
richt, om de pelgrimstochten wel te doen
plaats hebben; tegelijk hebben zy een be
zwaarschrift ingediend hy den minister van
binnenlandsche zaken, waarin zy met weige
ring van het betalen van belasting dreigen.
De beweegreden, die de stellers van ver
zoekschrift en bezwaarschrift leidde, is na-
tjurlyk de schade, die de handeldrijvende
klasse lydt by het achterwege blijven der
pelgrims. Eenigszins voorbarig is intusscben
hun optreden wel, want in den brief van
Merry del Val staat uitdrukkelijk, dat de op
schorting der pelgrimstochten slechts voor
den eersten tyd geldt. Aanleiding om de re
geering dadelijk op hoogen toon de noodigo
dreigementen op haar dak te sturen, is er
dus niet.
Uit Sofia wordt gemeld, dat do door Bul
garije te volgen Macedonische politiek sedert
geruimen tyd tot een ernstig debat aanlei
ding geeft tusschen den oud-ministerpresident
lentie graaf Fersen te ontvangen, die inge
volge eene bijzondere opdracht van den
Keizer hier komt. Vermoedelijk zullen onze
nederzettingen, de toestand onzer garnizoe
nen en strafkolonies het voorwerp zijner
opmerkzaamheid nitmaken. Ik wensch dat
Zyne Excellentie hier alles in den besten toe
stand vindt; om Zyne Majesteit onzen aller-
genadigster. Heer nauwkeurig te kunnen in
lichten, heb ïfc eefr rapport doen samenst^llen,
dat den militairen en den h’uishoudelykep
toestand van het geheele Amoer-district
vermeldt en de vooruitzichten beschrijft, die
dit uitgestrekte gebied opent. De vervaar
diger van dat geschrift, Fedor Orloff, zal
het u voorlezeningeval gy daarop iets hebt
aan te merken, verzoek ik u dat schriftelyk
by mijn adjudant in te dienen. Ik voeg
hieraan toe, dat Zyne Excellentie zijn weg
langs de Amoer stroomopwaarts nemen en
daarna over land naar Petersburg terugkee-
ren zal. Ik hoop dat gy in allen deele uw
plicht zult doen, opdat Zijne Excellentie niets
vindt aan te merken.”
Met den militairen groet en een zwijgende
buiging namen de officieren plaats; een wenk
van den generaal riep Orloff aan zyne zjjde,
de adjudant gaf hem het rapport en hy begon
te lezen. Aanvankelijk met eenigszins be
klemde stem, daarna steeds vrijer, las hy zijn
rapport voor; nevens de militaire aangele.
Telefoon 3lo. 69
ADVERTENTIEN worden geplaatst van
15 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Grot^ letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
genheden had hy den handelspolitieken toe
stand nauwkeurig beschreven en interessante
opmerkingen over de goudvelden en mijnen
der groote, bijna nog onaangeroerde schat
kamer der Boven-Amoer daarin gevlochten.
Een goedkeurend gemompel bewees hem. dat
zyn werk bijval vond.
Intusschen bracht men genei aal Dachkoff
opnieuw rapport. Hy stond op en riep den
adjudant toe: „Laat de rijtuigen voorko
men!” Daarna wendde hy zich tot de overige
Aanwezigen.nMyne heeren, ik verzoek u
uwe opmerkingen nrorgen iqtyds in te die
nen; de stoomboot „Seevöutch” nadert de
landingsplaatsik noodig de heeren uit, mij
naar de kade te vergezellen.”
Reeds weerklonken de signalen voor de
troepen, en de adjudant snelde heen, om op
zyn ros te springen en den strandbatterijen
de orders over te brengen. Toen Dachkoff
den kraag van zyn zeeottermantel vast
maakte, zag hy den veronachtzaamden Or
loff vergeten en alleen bij de tafel staan.
„Blijf Mer, Orloff,” zei de generaal goedig,
want zyn medelijden was opgewekt.
Daarna riep hy zyn bediende: „Maak
het dien jongen man voor den nacht zoo
aangenaam mogelijkgeef hem een eigen
kamer.”
„Ik zal u nog noodig hebben,” voegde hy
Orloff toe en verliet met haastige schreden
s