moiw»
■M3IUIS.
BIT TWEEGEVECHT.
lCo.,
g-
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
No. 10479.
NTIEN
Bultenlandsch Overzicht.
pak.
J
Dinsdag 5 November 1907. 46ste Jaargan
UI LL ETON,
van
handel
Lteln,
eer
eer 1907.
ebruik van
iding en de
rnreel zendt
'ELOOT.
i
I PRO'
AGGI’s
SULKS
en mijn kind
idea heb ik
iten aan to
zoo laag is
ven.
Telelor. n No. S3.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijks
met uitzondering van Z">e- en Feestdagen.
De prijs per drie maande ig 1.25, franco per
jiost 1.70.
Afzonderlijke N emmers VIJF CBN TEN.
tADIJS GOUDA
Roman naar bet Russisch.
ihadelyKste en g»
middel voor Heeren
Klnierechoenwerk;
C. M Müller Ca
4. Men lette goed
tlumtA.—
ekMnwerk,4etaeteriM,
W.aantMiaM. Ank»
Contrale
en den naam
furflAM.
de Hoogste
na.
ware.Je bent een
en physioloog, als je
men met eene vrouw
bet tot achting en vereering
Wanja, Wanja," zei Samoylenko, het
11 j j - j
(Je bent een ond kind en theoreticus,
üoiimiu (iiiiuvr.
Telefoon To. 67
ADV ERTENTIEN worden geplaatst
1 5 regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groofe letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd.
alvast te constateeren en dit is dat de derde
Doema niet de ware vertegenwoordiging van
het volk zal zijnhet zal een regeerings-
doema zijn, doch een volksdoema niet.
Wat deze verkiezingen gebracht hebben,
is een versterking van aotokratie en bureau-
kratie.
In de beraadslagingen der gezanten te
Konstantinopel over het program der entente-
mogendheden nopens de hervorming der jus
titie in Macedonië is een vertraging inge
treden. Een en ander moet een gevolg zijn
van wijzigingsvoorstellen der Engelsche re
geering, terwijl de Engelsche gezant nog
nadere instructiön uit Londen wachtende is.
In den jongsten tijd is de gedachte opge
komen den organen, die met de controle der
financiën in Macedonië belast zjjn, ook de
controle van het rechtswezen op te dragen.
Hierdoor zou de gevoeligheid der Porte ont
zien worden, daar op die manier de benoe
ming van nieuwe controleurs waartegen
de Porte zoozeer bezwaar maakt zou ver
vallen.
ich ten doel om
ige huishoudelijke
)o veel noodig te
ilyk aan minge-
zen te verkoopen.
komt geheelten
ereeniging tAr-
Reuter seint uit Bourges, 2 Nov.
Hedenmiddag had op het oefeningsterrein
der artillerie een ontploffing plaats. Een uit
eenspringende granaat doodde 5 artilleristen
en een burgerbeambte5 andere personen
werden gekwetst, waarvan drie ernstig.
Te Czernova, een plaatsje in Hongarije,
hebben verleden week onlusten plaats gehad,
bü de inwijding van een kerk; Magyaarsche
troepen moesten de politie helpen om de
orde te herstellen. Zij werden met steenen
geworpen en maakten toen van hun vuur
wapen gebruik. Met het gevolg dat 13
Slowakken gedood, 80 min of meer ernstig
gewond werden.
Dit betreurenswaardige feit heeft aanlei
ding gegeven tot een heftige interpellatie in
de Hongaarsche Kamer, door den Slowak-
schen afgevaardigde dr. Hodza, in een zit
ting, die even rumoerig was als het straat
rumoer in Czernova. Want de niet-Magyaar-
sche nationaliteiten maakten van de gele
genheid gebruik, om op krasse wijze te
klagen over de Magyaarsche onderdrukking.
Toen dr. Hodza de gebeurtenissen mede
deelde, doorspekt met hatelijke opmerkingen
over het optreden der Magyaren, werd bij
voortdurend van de zijde der Magyaarsche
afgevaardigden in de rede gevallenen ten
slotte ontaardde de zitting in zulk een ru
moer, dut de president de bijeenkomst moest
schorsen.
Na de heropening der zitting gaven graaf
Andrassy en de minister van justitie een
uiteenzetting van het gebeurde, en zeiden
zjj streng onderzoek en bestraffing der schul
digen toe.
Een der Roemeensche afgevaardigden
stelde voor, dat dr. Hodza door het Parle
ment zou worden gemachtigd, om dat on
derzoek bij te wonen en de Slowaksche be
woners van Czernova gerust te stellen; doch
dr. Wekerle gaf daarop ten antwoord «Dat
is juist wat ik niet wensch”. Waarmede de
Hongaarsche premier klaarblijkelijk bedoelde
dat bij het optreden van dr. Hodza eer na-
deelig dan goed voor de orde in Czernova
achten zou.
Maar niet alleen in de Hongaarsche Ka
mer, ook in den Oostenrijkschen Rijksraad
is deze Czernovaansche episode ter sprake
gebrachten daardoor krijgt zjj een grootere^
beteekenis, als symptoom van de verhouding
die tusschen de beide deelen der Monarchie
gen zal hierin geen verandering brengen. De
toekomstige Doema zal, geljjk men weet,
442 leden tellen en daarvan zullen naar schat
ting drie vierden op de hand der regeering
zijn en een vierde tegen de regeering. In
onderscheiding met vroegere verkiezingen,
waarbij de boeren een hoofdrol speelden, is
dank zy de nieuwe kieswet by deze
verkiezingen het heft in handen der grooto
grondbezitters geweest. Van den beginne af
aan was meer dan de helft der kiesmannen
voor het groot-grondbezit verzekerd en dat
deze kiesmannen uit vrees voor een al
te radicale oplossing der agrarische kwestie
voor de regeering zouden stemmen, liet
zich verwachten.
Een vraag van beteekenis voor de derde
Doema zal zjjn, welke houding de Octobris-
ten zullen aannemen. Men zal met deze
groep moeten rekening houden, daar ze zoo
talrijk is. De Octobristen zijn, zooals onzen
lezers bekend is, zoe genoemd, omdat zij zich
aansluiten, althans zeggen aan te sluiten bij
het bekende October-manifest van 1905,
waarbij aan Rusland een waarlijk constituo-
neel regeerstelsel werd toegezegd. Edoch, na
dat October-manifest zjjn weer zooveel minis
terieels besluiten verschenen, die er brok
voor brok van wegnamen, dat men zich moet
afvragen wat er eigenlijk van over is. Met
de Octobristen nu is het precies zoo gegaan.
Men weet eigenlijk niet, wat er thans nog
van bun oude program over is. In de Rus
sische bladen, vooral die der kadetten, wordt
er bjj voortduring op gewezen, dat men niet
weet wat men aan de Octobristen heeft, dat
men niet weet wat zy tegenwoordig willen.
Ook beerscht er groot verschil van mooning
in den boezem dier partij zelve. Een deel
der Octobristen-partjj schijnt in allen gevalle
meer thuis te hooren onder de monarchisten.
Sommigen rekenen do Octobristen reeds tot
de rechterzijde.
Dat er veel kans is dat de Octobristen
met de regeeringspartyen zullen meedoen,
zou men wei geneigd zijn op te maken uit
hun weigering om een bondgenootschap met
de kadetten aan te gaan. Ware dit gebeurd,
dan zou zich een machtig blok gevormd
hebben, waarmede de Doema zou staan of
vallen. Nu dat niet geschied is, is in de
eerste plaats de invloed der kadetten (die in
de vorige Doema zoo groot was) tot be
scheiden proportiën teruggedrongen en is in
de tweede plaats de combinatie noodig van
de Octobristen met andere groepen.
Hoe de groepen, met de talrijke schakee-
ringen die er zijn, zich zullen formeeren, valt
nog niet te voorzien. Dat is een ingewikkeld
wordings proces, waarvan we den loop zullen
hebben af te wachten, Maar één ding is
ik houd bet voor Nadjeshda Feodorowna
nog geheimverspreek je dus niet tegenover
haar.Eergisteren ontving ik een brief,
wharin stond, dat baar man aan hersenver-
weeking gestorven is.”
«Hemelsche zaligheid!” zuchtte Samoylen
ko. «Waarom houd je dat stil voor haar?”
«Haar den brief toonen zou een uitnoo-
diging zijn om in de kerk te trouwen. Eerst
moet onze verhouding duidelijk zijn. Wan
neer zij overtuigd is, dat wij niet langer kun
nen samenleven, toon ik baar den brief
dan zal er geen gevaar meer zijn, dat zij
mij ten onrechte verdenkt."
«Weet je wat, Wanja?" zei Samoylenko,
terwijl zijn gelaat eensklaps een bezorgde,
smeekende nitdrukking aannam, als bij om
iets liefs wilde vragen en vreesde dat het
hem geweigerd zou worden. «Trouw baar
«Waarom
«Doe je plicht tegenover die schoone
vrouw I Haar man is dood, de Voorzienig
heid zelve toont je op deze wijze, wat je
doen moet!"
«Maar begrijp dan toch wel, dat het on
mogelijk istrouwen zonder liefde is even
slecht en een mensch onwaardig, als de
mis lezen zonder te gelooven."
«Maar je bent bet verplicht!"
«Waarom ben ik dat verplicht?" vroeg
Lajewsky geraakt.
A. Verzijl, 63 j.
1. Nov. J. Peek,
m.
ov, A. Vermeulen
Bbsmw te Mon-
- H. vmm Beek
van Kfreijk te
ruure». A. Lens
streeht. A. J.
n G. Jongerheld.
bestaat.
Terwijl in beide landen aan de Parlementen
een nieuwe concept-overeenkomst is voorge-
legd, waarin tot 31 December 1917 de be
trekkingen tusscb n Oostenrijk en Hongarije
worden geregeld laat geen dier beide
Parlementen de gelegenheid voorbijgaan, om
onvriendelijkheden te zeggen tegen den an
deren staat. Dit toont, boe diep en hoe
ernstig de haat is, die langzamerhand tus
schen de Cisleithaansche en de Translei-
thaansche landen der Monarchie is ontstaan.
En hoewel de Oostenryksche Rijksraad
geen «locus standi” heeft voor de Hongaar*
sebe zaken, werd toch door een tweetal
Tsjechische afgevaardigden een interpellatie
ingediend over het gebeurde te Czernova.
Directe vragen stellen konden zij nietzij
vroegen daaromOf met het oog op de
hangende onderhandelingen met Hongarije de
regeering in Oostenrijk, hetzij rechtstreeks,
hetzij door tusschenkomst van den gemeen*
schappelyken minister van buitenlandscbe
zaken een onderzoek zou willen instellen
Haar het gebeurde, voornamelijk naar de
vraag of de ware schuldigen waren opge
spoord en gestraft? Zij zetten daarbij uiteen
dat de houding van de Tsjechen tegenover
de ontwerp-Overeenkomst grootendeels zon
afhangen van de mededeelingen over de ge
beurtenissen te Czernova.
De voorlezing van deze aanvraag tot in
terpellatie gaf aanleiding tot heel wat ru
moer. Een der Tsjechische afgevaardigden
vroeg, of aan het besluit van het Hub, leed
wezen uitsprekende met de slachtoffers der
aardbeving in Calabrië niet kon worden toe
gevoegd „met de ongelukkige slachtoffers
van Czernova, en met de niet-Magyaarsche
volken zuchtend onder het juk der Mag
yaren’’.
De president van den Rijksraad, dr. Weiss-
kirchner, zette uiteen, dat de beide aan
vragen buiten de orde waren, maar voegde
er aan toe: „Persoonlijk heb ik de grootste
sympathie met de slachtoffers van de ramp”.
Er zijn totdusver 343 uitkomsten van ver
kiezingen in Rusland bekend. De cijfers zjjn
thans166 leden der rechterzijde en monar
chisten, 103 Octobristen en gematigden, 3
leden yan de partjj der vreedzame vernieu
wing, 26 kadetten, 9 Poolsche nationalisten,
6 Mahomedanen, 9 sociaal-democraten, 20
leden der linkerzijde en één wilde.
De resultaten der verkiezingen zooals
ze tot heden loopen laten al duidelijk zien,
dat de derde Doema een meerderheid zal
hebben, die der regeering vriendschappelijk
gezind is. Wat er nog komt van verkiezin-
op het bleeke met zweet bedekte gezicht, de
ingevallen slapen, de afgebeten nagels, de
pantoffel, die van den hiel neerhing en een
slecht gestopte kons liet ziqn, en vroeg, ter
wijl Lajewsky hem aan een hulpeloos kind
deed denken, vol medelijden
.Leeft je moeder nog?”
„Ja, maar we honden geene briefwisseling.
Zjj kon mij deze relatie niet vergeven.”
Samoylenko hield van zijn vriend. Hjj zag
in hem den braven borst, den geleerde, den
mensch met wien men drinken, lachen en
naar hartelust babbelen kon. Hetgeen bij
van hem begreep, mishaagde hem zeer, La-
jewsky dronk veel, en te ontfdspeelde
i kaart, veronachtzaamde zijn dienst, bezigde
dikwijls ongepaste uitdrukkingen, leefde bo
ren zijne middelen, liep op pantoffels op straat
en kibbelde in het bijzijn van anderen met
Nadjeshda Feodorowno.
Dat kon Samoylenko niet goedkeuren;
maar dat Lajewsky in de philosophische fa
culteit geweest was, dat hg twee dikke boek
doelen geschreven had, dat hg dikwijls zoo
verstandig sprak dat slechts weinigen hem
verstonden, en dat bjj met een schrandere
vronw leefde dat begreep Samoylenko
niet, maar het beviel hemhjj stelde Lajewsky
boven zich zelf en achtte hem.
„Nog een omstandigheid," zei Lajewsky,
het hoofd schuddende. .Het blijft onder ons
4) -
Om ze te verbergen rekte hjj zich, zonder
o? te staan, om lucifers van een ander tafeltje
te nemen.
■Ik ben al in geen achttien jaar in Rus
land geweest,” zei Samoylenko. ,Ik weet
niet meer, hoe bet daar is; ik denk, dat er
geen schoener land is dan de Kankasns.”
.Er is eene schilderij van Wjereschtscha-
gon: op den bodem van een zeer diepe bron
smachten ter dood veroordeelden. Juist zoo
als die bron schijnt mg je prachtige Kauka-
Wanneer men mij het voorstel deed,
ol schoorsteenveger in Petersburg, óf hier
vorst te zijn en, onder een plataan rustend,
een gevangene Lesghische te beschouwen,
dan zou ik de plaats van schoorsteenveger
kiezen. En de Circassischen, welk een
onzin in werkelijkheid 1"
■Zeg dat nietl”
Lajewsky ging zitten peinzen. Samoylenko
keek naar diens gebogen gestalte, naar de
«ogen, die strak op hetzelfde punt staarden,
De „Times” verneemt eenige bijzonder
heden over de onderhandelingen betreffende
de neutraal-verklaring van Noorwegen. Aan
het City.blad wordt uit Christiania geschre
ven, dat de hangende onderhandelingen over
het waarborgen dier neutraliteit langer zul
len dnren dan verwacht word, omdat ook
Zweden gaarne bet desbetreffende tractaat
zou willen onderteekenen, waartegen Noor
wegen echter bezwaren heeft.
Noorwegen acht het strijdig met zijne
waardigheid als staat, dat Zweden zou ge
rekend worden onder de groote mogendhe
den, die de waarborgen voor de neutrali
teit zonden mede-onderteekenen. Maar Zwe
den rekent dit tractaat als beslist tegen
zich zelf gericht, tenzjj het, door mede-on-
derteekening, instemming ermede betuigt.
De mogendheden, die het neutraliteits-ver-
drug onderteekenen moeten, z(jn tengevolge
van dien Zweedscben eisch in een eenigs-
zing zonderlinge positie gekomen; zjj willen
Zweden niet voor het hoofd stoeten, en
kunnen toch niet in een tractaat, dat be
doeld is als een vriendelijkheid voor Noor
wegen, een artikel brengen, waardoor dit
land zich gegriefd zou kunnen achten.
Zjj zoeken dus naar de oplossing, om de
kool en de geit te sparen, en meenen, dat
die alleen gevonden kan worden door di
recte besprekingen tusschen Zweden en
Noorwegen.
Naar de „Times” verneemt, zal Noorwegen
„Omdat je haar aan haar man ontroofd
en daarmede de verantwoordelijkheid voor
haar overgenomen hebt.*
„Maar ik zeg je op z’n Russisch ik be
min haar niet I*
„Welnu, bemin dan niet, maar acht,
haar
„Acht eer...* bouwde Lajewsky hem
„Alsof ze een abdis -
slecht psycholoog en
denkt dat, wanneer
leeft, men 1
brengen kan.*
„Wanja, Wanja"
hoofd schuddende.
„Je bent een oud kmu en theoreticus, en
ik ben een jonge grijsaard en prachticus
we zullen elkander nooit begrijpen. Laat
ons dit gesprek liever afbrek' n. Mus-
taplia," riep Lajewsky den kellner toe,
„hoeveel krijg j» van ons
„Neen, neen,* zei de dokter verschrikt,
Lajewsky bjj den arm grgpend. „Dat betaal
ik ik heb bet besteld. Schrijf het op
mijne rekening!* riep hjj Mustapbe toe.
De vrienden stonden op en gingen zwij
gend heen. Aan het begin van den Boule
vard bleven ze staan en drukten elkander
de hand tot afscheid.
(Wordt vervolgd.)