KEN OVERTOCHT. aar ;ao Meuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. Buitenlandse!) Overzicht. IEMAX (glijders HITS. No. 10575. Vrijdag 28 Februari 1908. 46ste Jaargang. ltscll enmagazljo, E 30. rer FH1LLETOX. 6 - jrken l 1.17 (NKMANAZs (Wordt vorrolgd.) n a aantal onge- op aanvraag Tb Jb Co. werkelijke bol i 1.44 1.08 VEER 1 JLLANtS en toepassingen tierde Por- orte. Zjj geven ars niet kunnen geen imitatie, eten werk. NT, en modellen te Teletoi n Ho. 89. De Uitgave dezer Courant geschiedt d a g e 1 ij k-s niet uitzondering van Zon- en Feestdagen. De prijs per drie maanden is 1.25, franco per post 1.70. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. WüDSCHE COURANT Ie Kleiwegsteeg IG 'antoffels NEN. IIJGBOTTINES 1LLAAKZEN, over 1907 15 millioen mk. belooptn. Over invoering van het electrische bedrijf op de Pruisische spoorwegen is men nog doende. Het eerst zal daar waarschijnlijk de Berlijnsche stadsspoor voor in aanmerking komen. Volgens den minister, zal het electrisehe bedrijf alleen bruikbaar zijn voor druk ver keer op grooten afstand en voor het verkeer met de voorsteden van groote steden. 16) Bij den valreep aan stuurboord evenwel stond het Fransche echtpaar met de kame nier. Koffers en hoededoozen lagen tusschen hen opgestapeld. Alles was tot een snel vertrek gereed en dit had ook met de grootste vlugheid plaats. Nauwelijks was de anker ketting uitgeloopen en de valreep neergela ten, of de markies reikte alle bagage over aan de roeiers der eerste boot de beste, die langszijde van het schip aanlegde. De mar kiezin hielp met een, voor zulk een aristo cratische dame ongepasten ijver, en weldra waren de drie Fransche passagiers op weg naar de kade. Kapitein Scott keek van zpne commando brug de vertrekkenden lang en opmerkzaam na. Hunne haast kwam hem eenigszins be denkelijk voor; maar de biljetten en de re kening van den steward waren betaald, en inwendig was hjj tevreden, dat hij die Fran sche onruststokers kwijt was. „Die vrou wenboel, foei!" Een tamelijk groote hoeveel heid tabakssap kwam, over de verschansing, briefkaart wordt ^gezonden door altbommel. Ik zie niet in, dat onze binnenlabdsche politiek op de een of andere wijze zou moe ten afhangen van het buitenland. Wij wil len een rechtvaardige, kalme buitenland- sche politiek voeren, die ons de achting van andere volken verzekert en ons gelegenheid geeft mede te werken aan den beschavings arbeid. Wp moeten ons er aan gewennen, grootere onverschilligheid te betoonen te genover lof en afkeuring. De regeering ziet in de besluiten, van de commissie geen verbetering van het ontwerp. Met het daar bij toegestane wapen kan de zege in den strijd om den bodem van de „Ostmarken” niet bevochten worden. Het is verkeerd het voorstel zoo te verzwakken, dat het odium blijft, maar het succes ver te zoeken raakt. Hoe Bismarck over het voorstel gedacht zou hebben, kan op bet oogenblik niemand met zekerheid uitmaken, ik echter geloof, dat hij aan het ontwerp zjjn goedkeuring niet zou onthouden. Onder algeheele goedkeu ring van de Kroon en in overeenstemming met het Huis van Afgevaardigden, verzoek ik het gevraagde niet te weigeren en het voorstel aan te nemen. Graaf Hfiseler en graaf Schulenburg ver klaren zich eveneens tegen onteigening. De minister van financiën Von Rheinba- ben komt op tegen verschillende beweringen van vorige sprekers en w(jst er op, dat met het ontwerp geen eerste stap kan worden gedaan. Het ontwerp is slechts een uitzon deringsmaatregel onder bijzondere omstan digheden. Ook voor de „Oostmarken” zal eens het uur des vredes slaan, maar alleen dan, wanneer er consequent wordt gehan deld en ernstig gestreefd naar het voorge stelde doel. Daarna wordt de vergadering verdaagd tot morgen. en verscheen in een nankin slaapkostuum, toen hij zijne onverwachte gasten boven aan de breede trap ontving, die naar zijn bun galow voerde. Dubbins was verrukt, zjjn ouden vriend Blunder weer te zien; zijne vreugde werd evenwel door het ernstige gezicht van zjjn vriend en de aanwezigheid van zulk een aristocratisch persoon als lord Bloomsberry in bedwang gehouden. De reden tot dit onverwacht bezoek was dan ook eigenlijk een zeer ernstige; niettemin kwam de den majoor aangeboren levenslust telkens weder boven bij den ernst, tot welken bij zich beleefdheidshalve verplicht achtte. De drie heeren zetten zich om een kleine, ronde tafel op de open veranda, die uitzicht gaf op den tuin en de zonnige, spiegelgladde bocht; daar werd alles besproken. De ma joor verklaarde zich bereid, als secondant van den lord op te treden, doch achtte het even wel noodig, zijne groote, principieele bezwa ren te kennen te geven. „Het duel is door den duivel en de Fran- schen uitgevonden,” meende hij. „Wij En- gelschen zijn te goed voor dat soort van hum bug vergeef mij deze vrije uiting, lord Bloomsberry. Maar, hel en duivel, we zitten hier met een droge keel!” En de majoor trok zijn pantoffel uit en klopte daarmede op de tafel. vallen de Bondsstaten gelegenheid te geven vóór het indienen van voorstellen daarmede kennis te maken, en daarover besprekingen te houden. Op dit schrijven was van den kanselier nog geen antwoord ontvangen. Deze mededeeling bracht in de Kamer van Koophandel groote verbazing teweeg. De voorzitter meende, dat de regeering maat regelen moest nemen, om aan dien toestand een einde te maken. Hij zou, van zijn zijde, de zaak op den Duitschen handelsdag ter sprake brengen. Andere sprekers verklaar den verbaasd te zyn, dat de regeeringen van Bondsstaten op die wijze door de Rjjksre- geering werden behandeld. Het zou wel van belang zjjn te vernemen of ook de regeeringen van andere Bonds staten reden hebben zich over zulk een be handeling te beklagen? Minister Breitenbach heeft gisteren in de begrootingscommissie uit het Pruisische Huis van Afgevaardigden eenige mededeelingen gedaan over de werking van liet nieuwe spoorwegtarief, de reisbelasting en zijne plannen tot verbetering van het rollend ma terieel. De herziening van het tarief voor reizi gers (waarmee afschaffing van de retourbil- jetten van langen duur gepaard is gegaan) heeft, zeide de minister, voor een deel van de reizigers het reizen goedjcooper gemaakt, voor 5060 pct. van hen geen verandering gebracht en voor de overigen de reiskosten verhoogd. Indien de reisbelasting niet tege lijkertijd ingevoerd ware, zou de kritiek op de herziening niet zoo sterk zjjn geweest. Het spoorwegbestuur doet al zjjn best, om aan rechtmatige klachten tegemoet te komen. De sneltreinen zullen weldra alle in D-treinen veranderd worden en dan zal alleen nog maar voor deze soort een bjjslag geheven worden. Het aantal D-rijtuigen bedroeg in 1907 504, het zal in 1908 ongeveer 1100 worden en in 1909 om en bjj de 1400. De geldigheidsduur van enkele-reisbiljet- ten zal tot vier dagen verlengd worden, zoodat men zoo lang van het begin- tot het eindpunt van zjjne reis onderweg kan blijven. Met de bagage zal men het zoo regelen, dat het afbreken van de reis geen meerdere kosten veroorzaakt. Bjj het nemen van rondreisbiljetten zal niet meer als voorwaarde gesteld worden, dat het begin- en het eind punt der reis hetzelfde is. De reisbelasting heeft ten gevolge gehad, dat vele reizigers naar lagere klassen zjjn overgegaan. De vermindering van de ont vangsten, ten gevolge van de invoering der reisbelasting en van het nieuwe tarief, heeft Dinsdag is er in Hooger- en Lagerhuis van Engeland over Macedonië gesproken. Het geschiedde in het Lagerhuis naar aan leiding van een besluit, voorgesteld door den afgevaardigde Hardy en de regeering uitnoodigende aan te dringen op de instelling van een aan de mogendheden verantwoor delijke uitvoerende macht in Macedonië. De afgevaardigde Gooch gaf daarbjj den raad, met Dnitschland in zake den Bagdad-spoor- weg een vergelijk te treffen. Misschien zou dat de manier wezen om de vijandigheid van Duitscbland in de Macedonische kwestie te overwinnen. Percy vond 't daarentegen verkeerd, dat Engeland met voorstellen aan hield die de mogendheden toch verwerpen, en daardoor de Macedoniërs in den waan brengt, dat het te hunnen bate in zal grjjpen. Vervolgens kwam minister Grey aan het woord en sprak ongeveer als volgt: Geen mogendheid heeft zooveel voor Ma cedonië zijn best gedaan als Engeland. Maar ’t moet nu niet op eigen hand gaan bandelen. Vergeet niet, dat de kwestie van Macedonië aan de kwestie van Turkije raakt, en de kwestie van Turkije grenst aan oorlog. Daar is geen gevaar voor zoolang de mogendheden samenwerken, maar zoodra die uiteenvalleu weet men niet wat er gebeuren kan. De Engelsche regeering zal niet op baar voor stel betreffende de gendarmerie in Macedonië aandringen, nu de mogendheden er tegen zijn. Maar zij betreurt, dat de mogendhe den er niet aan willen. Er is gevaar dat de samenwerking uitgeput raakt door gebrek aan levenskracht. Twee jaar lang is er een reeks mislukkingen geweest. Met Engelands voorstel door te zetten zou er weer levens kracht in de samenwerking komen, en bljjft men Macedonië verwaarloozen, dan gebeurt er vandaag of morgen nog een ramp. De financieels commissie en de gendarmerie heb ben daar veel meer goed gedaan dan men algemeen wel weet, maar overtroffen wordt het door bet kwaad dat er bjj is gekomen. De mogendheden moeten bjj Griekenland, Bulgarije en Servië bljjven aandringen, dat zij zorgen dat er niet buiten Macedonië ben den worden gevormd. Maar die aandrang Het plotseling, snel vertrek van het Fran sche echtpaar had daartoe natuurlijk niet weinig bijgedragen. De bakboordpartij zegevierde, en de laatste rest der Franschen welke nu uit mrs. Tipps, het ABC en de dames O’Reill bestond streed een laatsten strijd voor de afwezige vrienden, die naar hare meening schandelijk behandeld waren. Van het ophanden zijnde duel wist men in elk geval niets, en het trok daarom ook niet de aandacht, toen zes, als sportsman gekleede heeren, onder voorwendsel van een jachtpartij, 6° dames in den steek lieten en in twee booten aan land gingen. Overste Blunder begeleidde lord Blooms berry en had een bedenkeljjk nitziend maho- nihouten kistje onder den arm. De overste zag er zeer plechtig uit, en zjjn door den wijn gekleurd, gladgeschoren gelaat had een ernstige uitdrukking. Hjj en de lord roei den in de eerste boot naar land, namen een rijtuig en reden naar het fort. De oude vriend en kameraad van overste Blunder, majoor Dubbins, was tweede-commandant van de in het fort liggende troepen en, volgens den overste, een duivelsche kerel, die voor alles te gebruiken was. De bewuste majoor deed zich voor als een klein kaalhoofdig man, met een gezicht als een bnlhond en een vuurrooden stompen neus. Hjj was blijkbaar juist uit zijn bed gekomen, f 0.60 0.72 0.80 0.99 0.72 1.35 0.99 0.72 1.08 1.08 Ün Ön 1.80 0.99 0.90 1-44 In een vergadering van de Oldenburgsche Kamer van Koophandel klaagde de verte- tegenwoordiger der Oldenburgsche regeering, de geheime opperregeeringsraad dr. Driver, dat de Bondsraad somtijds zeer zonderling oraspringt met de bondsstaten. De Olden burgsche regeering kreeg vaak geen vooraf gaande kennis van de voorstellen, die in den Bondsraad zouden worden behandeld, en dikwijls gebeurde het, dat zij die voor het eerst zag, als zij door den Bondsraad werden gepubliceerd. Dit heeft in den laat sten tjjd onder meer plaats gehad met de wetsontwerpen tot wijziging der „Gewerbe- ordnung”, met de wet op de Kamers van Arbeid en andere ontwerpen. Dr. Driver deelde mede, dat de regeering den rjjkskanselier had verzocht, in alle ge- op het hoofd van een Hindoekoopman neer, die, geen kwaad vermoedend, met zijne koop waar in een boot naast het schip zat. Na deze krachtsontwikkeling begaf Scott zich in kalme majesteit van de brug naar den val reep, op welke in hetzelfde oogenblik de pgent der White-Star-line verscheen, gevolgd door een Chineeschen bediende met den postzak. „Alles wel aan boord, kapitein Scott P” „Alles wel, mr. Johnson.” „Hebt u de post uit Indië medegebracht?" „Neen; die was nog niet in Singapore, toen we vertrokken.” „Dan moet u wachten om die mede te nemen. De Messageries-boot brengt die van daag nog wel.” „Wel vervloekt! Dan kom ik vandaag niet meer weg.” „Neen, u moet in elk geval tot morgen wachten. Ik heb de stelligste orders, u de post mede te geven.” Dit was reden genoeg om den eersten machinist bevel te geven de vuren te dooven, en de passagiers maakten zich gereed tot een bezoek aan Colombo. De stemming in de eerste kajuit was dien morgen zeer opgewonden. Hoewel de deel nemers aan het hazardspel hun best hadden gedaan om het voorgevallene geheim te hou den, kwamen er toch geruchten in omloop. Telefoon No. 89 ADVERTENTIEN worden gepllatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Inzending van Advertentiën tot 1 uur des midd. Reuter seint uit Berlijn, 26 Fe1)r. In behandeling komt de zoogenaamde „Ostmarkenvorlage”. De zitting wordt bijge woond door den kroonprins. De minister van landbouw, de heer Von Arnim, wijst nog eens in algemeene trek ken op het Poolsche gevaar, hij stelt in bet licht, dat een politiek van verzoening tegenover Polen nooit op succes heeft kun nen bogen, daar de Polen de Duitschers trachten te verdringen en daarin schuilt het eigenlijke gevaar, dat alleen door Duit- sebe kolonisatie kan worden afgewend. Het valt natuurlijk hard, dat men zijn toevlucht moet nemen tot zulk een scherpen maatre gel als de onteigening, voornamelijk omdat men toch een zekeren eerbied moet koesteren voor het Poolsche nationale gevoel. Daarna bespreekt de minister de wijzigingen, door het Hoerenhuis gebracht in den door de Kamer van Afgevaardigden vastgestelden tekst en verklaart hy, dat de regeering nog steeds van meening is, dat de door haar voorgestelde maatregelen het meest doeltreffend zijn, maar dat zij hoopt het voorgestelde doel te bereiken met de 70,000 H.A.^ door de Kamer van Afgevaardigden toegestaan. De minister eindigt zjjn rede met de volgende woorden„Wjj staan voor een harde noodzakelijkheid, wij moeten om te zegevieren toonen, dat wij willen over winnen. De regeering verzoekt u de beslui ten, door de Kamer van Afgevaardigden goedgekeurd, aan te nemen, want al zjjn deze niet het meest welkome middel ter bestrijding van het Poolsche gevaar, zij wor den toch voldoende geacht”. Graaf Mirbach wijst er daarna op welk een kreet van verontwaardiging er in het land zou opgaan, wanneer de Russische re geering eens de goederen van de Duitschers en de baronnen aan de Oostzee zou willen onteigenen. Spreker acht versterking van het Duitsche bezit in de bedreigde streken hetbeste middel ter bestrijding van het Poolsche gevaar. Hij kan in deze met Von Billow’s staatkunde niet medegaan en stelt voor de onteigening te verwerpen en ove rigens het ontwerp aan te nemen. Oberbürgemeister Wilms (Posen) brengt der regeering dank voor het ontwerp, maar erkent tevens, dat het beginsel van onteige ning aan ernstige bedenkingen onderhevig is. Baron Lncius heeft dezelfde bezwaren tegen de onteigening als graaf Mirbach. Daarna verklaart minister-president Von Bülow „Er is gewezen op don indrnk, dien het ontwerp in het buitenland zou maken. >r) ntant. A: OSTADE.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1908 | | pagina 1