ndel.
IHT
j THEE.
jllK te letten
Pk
Maandag 22 Juni 1908.
No. 10669.
DB ACTRICE.
HTS.
47ste Jaargang.
Meuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
FEUILLETON.
Wettelijke regeling der
Winkelsluiting.
ZONEN,
dat in geheel
I Q Lstr.kSt.1^1
en kurkbrand.
II. -
!tcn werk.
KHEH
CRS
50 cis,75 cis
Drogisten
IEROAM.
R, Apotheker
ven 198 en bij
1UI-
uur
Jenever
tcap
1PPE.
ar bjj
RS Jz.
30.
Klriwegsteeg.
- HET^k
L
k doen en
nn? B
erkclljk het B
ed trekken. 1
en bederft I
nden noch
il tusschen
te zeep en
eep. K
AH
L.
worden afgele-
pakjt‘8 van »z
n een JVed. om
»n Nommer er.
n nevenataan
Wet gedepo
oe ing van
v eiule
IL,
IT Lx.
elykate en
lei voor Heeree
lerachocnwerk,
M MHItor fc Ca
Men lette <o«!
serie.—
■werk, lateMeoea
■iAmum, AtMm
jaAl» ik sulks zjjn wildé.
Hnberti!* riep lemend alt hot lévendIge
groepje op den achtergrond. .Een nieuwtje
De toonoelspeler vergat zjjn woede en snelde
been.
.Goddank I* mompelde do légisseur.
.Graal Lelde,dort duelleert om Potoky,*
riep.,een collega den liefhebber van een
nieawtje toe, om toch meur geen woord ven
het’interessanle nieuw» te laten verloren
gaan, dat een jong meisje, neer haar een
voudige kleeren te oordeelen een tlgnranle,
bracht; zjj w»s reeds van alle kanten om
ringd.
.Daar liet We gek net naar uitEu do
andere gok f’lvroeg Hnberti.
.HoydenHoyden I Z to leis!* antwoordde
da kleine. .Zjj hebben elkander bjj het
souper dat do officieren van lij^ dorde regi
ment huzaren aanboden, ontmA."
.Het dorde regimentf ZoKzoo! Ge
schijnt goed op do hoogte te zjn," lei Hu-
berti lachend. .Doel is oen goede reclame!
Dat ontbrak baar juist nog! Amerika, doel,
nu nog een kleine zelfmoord, en xl) is on
genaakbaar."
.Als het haar geen nadeel berokkent, de
kuische Diana,* merkte een bejaarde dame,
de markiezin Von Mondecar, op. -
(Wordt Vervolgd.)
zelf tegen deze toestanden verzet is ge
komen. Zoowel patroons als bedienden
hebben zich afgevraagd of het dan bepaald
noodzakelijk is, de winkels zoolang open
te houden en daarmede zich zelven een
arbeidsdag te bezorgen, die schade toe
brengt aan hunne gezondheid, hun de
gelegenheid beneemt zich te ontspannen
en te ontwikkelen en voor het gezinsleven
nauwelijks tijd laat.
En deze ontevredenheid met den be-
staanden toestand heeft aanleiding gege
ven tot verschillende pogingen om door
middel van onderling overleg te komen
tot, een vroegere sluiting der winkels.
Deze pogingen hebben echter ten slotte
geen van alle eenig resultaat opgeleverd.
Een enkele onwillige bleek steeds weer
in staat om de goede zaak der bij onder
linge afspraak vervroegde sluiting der
winkels te doen vervallen, en steeds
bleken er enkele winkeliers te zijn, die
in het later openhouden van hunne winkels
een voordeeltje zagen, dat zij niet wensch-
ten prijs te geven, vooral niet, wanneer
hunne concurrenten zoo goed waren om
eerder dan zij te gaan sluiten.
Zoo kon hier een uiterst kleine min
derheid telkens weer een beweging doen
verloopen, waarvan het nut voor ieder
der betrokkenen toch duidelijk moest zijn.
En het is dan ook niet te verwonderen,
dat na het mislukken dezer pogingen de
overtuigde voorstanders van vervroegde
winkelsluiting enkel heil gingdn zien in
wettelijke regeling.
Die wetteljjke regeling kan men zich
denken in verschillenden vorm.
Wegens het verschil in plaatselijke
toestanden ligt het voor de hand, dat de
wetgever in deze materie steeds geneigd
zal zijn om hij de regeling daarvan aan
de plaatselijke besturen de noodige vrij
heid van beweging te laten.
Maar nu doet zich ten onzent, waar
de wetgever zich de zaak nog niet heeft
aangetrokken, de vraag voor of de ge
meentebesturen bevoegd zijn zelfstandig
eene verordening op de vervroegde.win
kelsluiting in het leven te roepen.
Laat ons hier echter bijvoegin, dat
zulk eene gemeentelijke verordenit^, hoe
wenschelijk ook op zich zelve, tonder
beperking van den arbeidsduur vin het
winkelpersoneel, welke alleen doot den
wetgever kan gegeven worden, oni toe
schijnt slechts een voorloopige maatregel
te kunnen zijn.
Maar afgescheiden daarvan, zou de
zaak der vervroegde winkelsluiting leeds
een stap nader tot hare oplossing ge.
vermetels, den lust om den strijd met den
man dien by zooeven verlaten had, aan te
binden. Plotseling kreeg hjj weder zjjn. ge
wone kalmte terug, hjj was weer de oude
Von der Heyden.
Daarna liep hjj vlug de straat uil, zonder
om te zien.
Dwaas die hjj was! Naar Grtlnan, naar
buiten, naar bet bosch. Een tooneelspeelster
als gebiedster van Grllnau! Osthoff had
volkomen geljjk, dat hjj lachte, en dan
haar moeder!
bracht kunnen worden, wanneer een onzer
groote gemeenten, ook na de verwerping
van de Amsterdamsche voorstellen, over
ging tot in het leven roepen van een
verordening op de vervroegde sluiting van
winkels en de daarbij behoorende kantoren
en magazijnen.
Dat de gemeentebesturen daartoe de
bevoegdheid hebben, staat naar ons oor
deel vast, maar al mocht men daar om
trent twijfelen, de zaak is het waard,
om haar aan het oordeel der Regeering
te onderwerpen. Volgt namelijk vernieti
ging °p grond dat de gemeenteraad niet
bevoegd was zulk een verordening vast
te stellen, dan kan met des te meer klem
bij den wetgever op eene regeling voor
het geheele Rijk aangedrongen worden.
Of nu de kans groot is, dat na de
Amsterdamsche mislukking eene andere
gemeente de zaak met meer succes ter
hand zal nemen, zij hier in het midden
gelaten. Zulks te eer, daar wij ons in
beginsel zouden wenschen aan te sluiten
bij de conclusie, aangenomen op het Na
tionaal Congres voor den handeldrijvende!)
Middenstand van het jaar 1903, waarin
verlangd wordt een regeling „door eene
Rijkswet, die de nadere regeling aan de
gemeenten zal opdragen".
Een dergelijke wet bestaat reeds onder
meer in Engeland en in Duitschland. In
Engeland heeft de wetgever de plaatse
lijke besturen gemachtigd om bij veror
dening een sluitingsuur voor winkels vast
te stellen. Van deze bevoegdheid hebben
slechts zeer weinig locale besturen gebruik
gemaakt, ten gevolge waarvan thans wordt
overwogen om die besturen daartoe de
verplichting op te leggen.
In Duitschland daarentegen werd door
den wetgever vastgesteld dat de winkels
in het geheele Rijk van 9 uur 's avonds
tot 5 uur ’s ochtends gesloten moeten
zijn, terwijl voor-do winkelbedienden be
halve een miduag-rusttijd ook nog een
onafgebroken rust van 19 u. per etmaal
is voorgeschreven. Bovendien kan de duur
der winkelsluiting waar twee derden der
betrokken winkeliers ter plaatse zich
daarvoor verklaren, verlengd worden van
8 uur 's avonds tot 7 uur ’s morgens
en van deze bevoegdheid was vijf jaar na
het tot standkomen der wettelijke rege
ling in 228 gemeenten in meer of minder
uitgebreide mate gebruik gemaakt.
De geschiedenis der Duitsche bepalingen
op de vervroegde winkelsluiting Is inder
daad leerzaam,; en zulks vooral voor hen,
die huiverig mochten zijn om den wet
gever te dóen ingrijpen zoolang er zich
.Dat is enkel en alleen uw schold. Na
tuurlijk, de groote tooneelspeelster mag zich
zoo iets wel veroorloven! Wjj zjjn bier ech
ter niet in Amerika, in bet onbeschaafde
Westen, doch in een holschonwburg,* begon
plotseling de jonge toonoelspeler. Winkel-
mahn zuchtte diep, en zjjn passen werden
nog kleiner, nog gejaagder. .Als de anderen
zich zulks laten welgevallen ik niet*.
Hnberti wierp den regisseur een woedenden
blik toe en zette zjjh stormeebtigen gang
voorthet zwjjgen van den laatste bracht
hem nog meer uit zjjn bmnenr. Plotseling
bleef hjj staan en haalde zjjn horloge te
voorschijn. .Als zjj binnen vjjf minuten niet
komt, ga ik heen, of ik kan van avond niet
spelen, ik bon schor, wat o maar bot lief
ste is 1*
.Maar, waarde beer Hnberti, de eerste
acte ging juist iets vlugger dan anders. Bjj
uw voorgangers was men gewoon, alias
twee- of driemaal te repetoeren. Een klein
oponthoud zjj is anders de nauwgezetheid
zelve
.De nauwgezetheid, do onschuld zelve,
de grootheid zelve, de laatdunkendheid zelve*,
antwoordde Hnberti met een opgewonden
gebaar.
Winkelmaan staakte zjjn getrippel en bleef
Voor hem staan. „U overdrijft!"
„Bedoelt r. misschien mjj f Laatdunkend,
Op den hoek der straat scheidden rich
hunne wegen.
.Tot wedorziens, mjjnheer de graafhet
«I my een waar genoegen zjjn, als u eene
een bezoek op Grllnau brengt een jacht
op patrjjzen misschien F”
.Zeer vereerend 1 Ik ben echter een slecht
jager; misschien bjj Potoky bet zal o
niet berouwenAdieu, mjjnheer Von der
Heyden 1”
Deze wachtte, tot graaf Maxime den boek
1 daarna wendde hjj zich vlug om
•o ging denzelfden weg dien beiden geloo-
pen hadden, terug, Elsa’s woning voorbjj.
ow bewoog zich op de door een
mat Hebt beschenen gordijnen Elsa’s moe
dor stond Juist op van het gebed voor haar
KlOu.
Laag keek hij naar boven. De champagne
was hem naar het hoofd gestegen, een hem
reeds lang vreemd gevoel maakte zich van
hem meester, zoo iota als een jeugdige harte-
|Ooht; hjj gevoelde zich in staat tot iets
GOIIDSCHE HI I II i VI
Reeds ettelijke jaren wordt in ons land
aangedrongen op eene regeling van het
sluitingsuur van winkels en de daarbij
behoorende kantoren en magazijnen.
Men gaat bij dien aandrang uit van
de overtuiging, dat de zoo dringend
noodige verkorting van den arbeidsduur
in het winkelbedrijf niet afdoende te be
reiken is enkel door wettelijke beperking
van de arbeidstijden van het personeel.
Toen dan ook in het ontwerp-arbeids-
wet 1904 werd voorgesteld den arbeidstijd
van in een winkel werkzame jongens,
meisjes en vrouwen te bepalen op 11
uren per dag en bij dat zelfde wetsont
werp aan de gemeenteraden de bevoegd
heid werd gegeven om den arbeidsduur
van volwassen mannelijke winkelbedienden
al dan niet te regelen en te beperken,
werd in bet voorloopig Verslag terecht
de opmerking gemaakt, dat het voor eene
behoorlijke regeling van deze materie
niet voldoende is den arbeidsduur van
het personeel te beperken. „De uitdruk
kelijke bepaling, dat na een zeker uur
de winkels zullen moeten zijn gesloten,
kan (zoo luidt het in het voorloopig
Verslag) niet worden gemist”.
Een regeling en beperking van den
arbeidsduur der winkelbedienden alleen
zou namelijk de winkeliers zelven geheel
onbeschermd laten, en het is maar »1 te
duideljjk, dat in dezen de patroons be
scherming al evenzeer noodig hebben als
de bedienden.
Inderdaad is de arbeidstijd in het
winkelbedrijf zelfs in normale omstandig
heden zeer lang. Regel is dat de winkel
des morgens ten 8 of 9 ure wordt ge
opend en dat vóór 10 uur des avonds
over sluiten niet wordt gedacht.
Des Zaterdagsavonds en in drukke
tijden valt het sluitingsuur doorgaans heel
wat later.
Onder dezen langen arbeidsdag nu
lijden niet alleen de bedienden, maar in
het algemeen evenzeer de patroons.
Het spreekt van zelf, dat winkeliers,
die zonder bedienden werken, den geheelen
dag aan hunne zaken gebonden zijn, maar
ook voor de winkeliers die met een min
of meer uitgebreid personeel werken,
eindigt de arbeidsdag, willen zij hunne
zaken goed behartigen, zeker niet voordat
de tijd van sluiting daar is.
Nu is het een verblijdend verschijnsel
dat uit de kringen der belanghebbenden
:k ré
S
f
nog een betrekkehjk sterke tegenstand
openbaart bij elke poging om te komen
tot een regeling der winkelsluiting.
De Duitsche regeling is ingehiid door
een voorstel van de Rijkscoramissie voor
de Arbeidersstatistiek, die in 1896
drong op een winkelsluiting van 8
’s avonds tot 5 's morgens, zulks met
de noodige uitzonderingen. Tegen dit
voorstel kwam heftige oppositie, die zulk
een indruk op de Ryksregeering maakte,
dat zij de zaak over den anderen boeg
wierp en in 1899 kwam met een wets
ontwerp, dat den arbeidstijd in winkel»
wilde regelen en waarbij de winkelsluiting
was achterwege gelaten op grond dat de
afkeer daartegen nog zoo sterk was, dat
het de voorkeur verdiende om voor de
regeling der arbeidstijden in winkels een
weg te zoeken, die minder diep in het
verkeersleven zon ingrijpen en daarbij
toch den bedienden en den arbeiders de
hun billijker wijze toekomende rust eu
ontspanning zou verzekeren. Derhalve werd
enkel voorgesteld het voorschrijven van
een behoorlijke middagpauze,) en' een
onafgebroken rust van minstens 10 .uren
na afloop van den dagelijkschen arbeidstijd.
Verrassend genoeg bracht de Rijksdag
zelf daarop de negenuur sluiting in de
wet en zoo trad dan op 1 October 1900
de bepaling in werking, dat in geheel
Duitschland de winkels om 9 's avonds
moeten gesloten zijn. I
Natuurlijk dat de oppositie niet naliet
sombere tafereelen op te hangen van de
vermoedelijke werking der wet. Benadee-
ling van duizenden, aanranding van de
vrijheid van arbeid, onnoodige voogdij
enz. waren de termen, waarin een deel
der pers stemming maakte tegen de zoo
juist aangenomen bepalingen. Maar reed»
het volgende jaar kon de staats-secretari»,
von Posadowsky, in den Rijksdag ver
klaren, dat de geweldige agitatie tegen
de negenuursluiting op niets was uitge-
loopen, en een jaar later werd in de
„Soziale Praxis" geconstateerd, dat alle
betrokkenen zich verrassend snel in de
nW.nwe regeling hadden geschikt, dat het
publiek er zich aan had gewend zijne
inkoopen vroeger te doen en dat patroons
en bedienden met gelijke tevredenheid
genoten van den verlengden tijd van rust.
Waar zoo de zaken staan, behoeft, naar
wij meenen, de Nederlandsche wetgever
niet al te angstvallig te zijn.
Met een enkel verleenen van de be
voegdheid tot regeling der zaak aan de
gemeentebesturen komen wij er niet.
Zoo niet op het voorbeeld van Duitsch-
De repetitie van .Don Carlos* was op tien
aar bepaaldna was bet elf uur en Potoky
was er nog niet. Men moest pauze bonden,
daar men bjj bet optreden van Eboli geko
men was.
Mjjnheer Hnberti, Don Carlos, de geriirde
lieveling der dames, ging met ongedallige
schreden en op elkaar geperste lippen op bet
tooneel heen en weer, terwjjl de overige
hoeren en dames bet oponthoud wat Heitor
opnamen en zich uitstekend schenen te ui-
seeren. Een klein, oud heer met een mart
flaweelen kapje op den kalen schedel, trip
pelde met zichtbare onnut, telkens op de
klok kijkende, met korte schreden heen on
weer de regisseur Winkolmann.