van
ON.
I
HET DORPSKIND.
F
F'
1.70.
yV/eww#- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken»
No. 10841.
Dinsdag 12 Januari 1909.
47ste Jaargang.
Buitenlandsch, Overzicht.
FEUILLETON.
IT
De Vosaiscbo Zeitung verneemt nit Bern,
,'t Is goed. Zeg dat ik
Roman van G«o|bo H abt wig.
Uit bet Duitsch vertaald.
CiOÜDSCHE (MRANT.
Een Renter-telegram nit Weenen meldt,
dal in diplomatieke kringen groote ontroe
ring heerscht over een artikel in de Weener
„Zeil”, waarin de volgende zinsneden voor
komen
„Wjj gevoelen ons te meer gerust op den
vriendschappelyken steun der Duitscbe regee-
ring, daar, ondanks de schijnbare noodzake
lijkheid voor ons om gesteund te worden,
niet wb het zyn op het oogenblik die bij het
bondgenootschap voordeel hebben, maar wel
Duitschland. Want werkelijk, niet tegen ons
is de onophoudelijke staatkunde van inslui-.
ling gericht, die gevolgd wordt door Enge
land, maar wel tegen den gevreesden Dnit-
schen concurrent. De conferentie te Reval
had ten doel in de Oostenrijksch Hongaarsche
monarchie elke trouw aan het Drievoudig
Verbond te vernietigen, en alle vijandelijk
heden die de annexatie van Bosnië van de
zijde van Europa ondervinden zouden ver
dwijnen, zoo wjj ons genegen toonden van
dat bondgenootschap afstand te doen.
„Zoo Duitschland ons op het oogenblik in
den steek liet, zouden niet wü morgen ge
ïsoleerd staan, maar wel Duitschland".
Dat deze uiting ontroering wekt is wel te
begrypen. Tot dusver onthielden de Oosten-
ryksche bladen zich van onvriendelijke op
merkingen aan het adres van den Dnitscben
bondgenoot. De opmerkingen van de „Zeil”,
die slechls een bevestiging zyn van de be
kende verhalen over de Engelache inslui
tingspolitiek, zouden zeker niet zulk een
indruk hebben teweeggebracht, wanneer niet
een zinsnede daarin voorkwam, die tot na
denken stemt. Het is die over de samenkomst
Feletot n No. 99.
De Uitgave dezer Courant geschiedt dagelijk
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
De prijs per drie maanden is ï.25, franco per
post 1.70.
Afzonderlijke Nommers V IJ F C EN T F. N.
63)
„Dit plekje aarde blijft aan u,“ zei hg. „We
zullen er dikwijls heengaan, maar voor heden
is het genoeg.*
Zij hield de lippen op elkaar geperst en
keek hem niet aan, maar toch stond zy op
en volgde hem. By een kromming van het
pad bleef ze staan en wendde zichom alsof
ze terugkeeren wilde, maar Olaf nam baar
weer onder den arm en zei nogmaals „*t Is
nu voor vandaag genoeg, mevrouwtje.*
Onderweg wisselden zy geen woord en by
haar huis nam bjj afscheid.
„Morgen om dezen tjjd kom ik u vaarwel
zeggen.*
„Ik zal a verwachten.*
Boven gekomen kwam Katarina baar te
gemoet en zei„Er is een heer binnen, die
skh niet ai liet wijzen. Hjj zegt, dat bjj n
noodzakelyk spreken moet.*
Greta bedwong haar misnoegen over deze
stoornis en zei
komen zal.*
Zy ontdeed zich van hoed en mantel en
ging naar de ontvangkamer. By haar bin
nenkomen verhief zich de gedoken gestalte
van een man langzaam uit een stoel.
„Ik verzoek excuus, mevrouw, als ik u
stoor,* zei de vreemde in gebroken Duitscb,
een bewonderenden blik op haar werpend.
„Ik ben zoo vrjj my voor te stellen: Mar
kies Raoul de Beauremont.*
„Al weer dien naam 1“ riep Greta, onaan
genaam aangedaan. „Hoe durft u bet wa
gen, dien naam in mjjn byzyn te noemen!*
Zijn donkere blik verduisterde nog meer
toen hy sprak: „U kont dien naam niet
meer haat toedragen, dan ik zelf, mevrouw.
Behalve den naam van uw man, die den weg
naar de millioeneu mijns broeders zoo goed
wist te vinden, ken ik geen man, die meer
aan mijn leven knaagt dan dien van Ines de
Beauremont.*
Daar hij haar zwijgen voor instemming
hield, ging by verder voort: „Mevrouw, ik
kom om u mijn deelneming te betuigen, en
tevens een vraag te doen, die niemand anders
mij beantwoorden kan dan o. Ik ben na
tuurlijk in de veronderstel ling, dat u, ah
zijnde de zuster van Frits Ehlers, over den
laatsten tgd zijns levens wel onderricbt zult
zjju, beter althans dan de politiebeambten en
Men zal zich herinneren dat Lord Roberts
korten tgd geleden in het Hougerhnis een
zeer pessimistische beschouwing gaf over
het Engelscbe leger en daarbij °- de vrees
uitsprak, dat een Dnitsch leger ter sterkte
van 20Ü.000 man plotseling een landing in
Engeland zou beproeven en dat Engeland
dan aan den indringer overgeleverd zou zyn.
In een rede, die de minister van oorlog,
Haldane dezer dagen te Gullanu (district
East Lothian in Zuid Schotland) hield,
trachtte hy het betoog van den gryzen veld
maarschalk te ontzenuwen eu verklaarde hy
o. m. dat Engeland met de reserve mede
een leger bezit van 320,000 man, dat beter
gedisciplineerd is dan eunig ander. Enge
land kan, volgens den minister, binnen den
kortst mogelyken tyd vier divisies mobili
seeren en beschikt bovendien over wapens,
manschappen enz., noodig* ter mobiliseeriug
van 6 divisies of meer. Met het territoriale
leger mede kan Hogelaod by een mogelyken
overval beschikken over 527,000 man. En
dit alles in aanmerking genomen, maakte
de minister zich over de verdediging van
Engeland in het minst niet ongerust.
i
I
De aardbeving in Italië.
Aan de dagbladen is de onderstaande cir
culaire verzonden:
De berichten ons geworden omtrent de
inderdaad byna onmelelyke ellende welke de
jongste aardbevingen over de bevolking van
Znid-Italië gebracht hebben, kunnen niet an
ders dan ook alom in Nederland een gevoel
van het diepste medelijden hebben opgewekt.
De verschrikkelijke toestanden aldaar door
de elementen in bet leven geroepen, moeten
een ieder in ons midden met angst en beving
doen denken aan de helaas bjj tienduizenden
te tellen ongelukkigen die zich niet alleen
van have en goed, maar voor het meeren-
deel eveneens van hen die hun dierbaar wa
ren, beroofd zien. Door geheel de wereld,
heeft een kreet van ontzetting geklonken
en op beide halfronden is deze omgezet ge
worden in een stroom van milde gaven, die
naar de getroffen streken toevloeit.
Ook Nederland slaakt dien kreet en gevoelt
daarnevens in zich de behoefte om daaraan
een vorm te geven, die aan de slachtoffers
zal ten goede komen, en bet tevens behoedt
tegen het verwjjt als zoude bet door te veel
onder den indruk te verkeeren van eigen
nooddruft, zyne oogen sluiten voor eens an
ders leed.
De ondergeteekenden, overtuigd dat by ver
standige leiding ook het Nederlandsch aandeel
in dien wereldstroom der weldadigheid aan
'het diep beklagenswaardig Italië niet onbe
langrijke hulp en verlichting kan toevoeren,
meenen dat de schoone taak dier leiding aan
geen orgaan in ons maatschappelijk en staat
kundig leven beter en met grooter vooruit
zichten op goeden uitslag kan worden toe-
venrouwd dan aan de Nederlandsche pers
in haar geheel, die door haar pen zoo krach
tig en met bekwamen spoed uitdrukking weet
te geven aan hetgeen in haar omgaat.
Zij doen daarom by dezen een beroep op
die Vaderlandsche pers en vragen ook van
U dat van Uw blad een opwekkend woord
uitga aan Uwe lezers om eene gave, groot
of klein, U te doen toekomen tot leniging
van het naamiooze leed dat de bevolkingen
der geteisterde gewesten thans ondergaan.
Met eene overmaking der U toegevloeide
gelden aan den Italiaanscben Gezant te
Rotterdam, zal de eerstonderteekende zich
gaarne belasten.
’s-Gravenhage, 9 Januari 1909.
Jhr. Mr. R. de Marees van Swinderen,
Minister van Buitenlandsche Zaken.
J. E. N. baron Schimmelpenninck van
der Oye van Hoevelaken, Voorzitter
van de Eerste Kamer der Staten*
Generaal.
dag haalde, „ik moet u de verzekering fe-
ven, dat uw broeder zich zelf om ’l leven
gebracht beeft.*
Zij uitte een kreet en wankelde.
„Ik kan uw gevoel niet sparen,* ging hy
onverbiddelijk voort. „U zjjt de «enig over
geblevene van uw familie, en door uw be
trekking tol den geliefden vriend der mar
kiezin de Beauremont, is u verplicht deze
aangelegenheid geheel te doorzien. Toen de
markiezin, Ines de Beauremont, nu den dood
myns broeders, Genève verliet, dal is nu
ongeveer vijf jaar geleden, liet zjj baar huis
eu inboedel onder den hamer brengen. Het
ia my gehikt den kooper van haar schrijf
bureau op te sporen en dat meubelstuk nauw
keurig na te zien. Het is een veel gebruikt,
ouderwetscb stuk, met geheime landjes en
vakjes.
Nu was bet van een vrouw als deze mar
kiezin wel te verwachten, dat zjj haar maat
regelen goed genomen en de grootst mogeljjke
voorzichtigheid betracht had, maareen
klein verzuim, een nietig verlies, een onge
duldige beweging
Hy bad onderwijl een klein stukje papier
uit zyn portefeuille gezocht, dat bjj glad
streek en Greta voorhield doch niet uil zjjn
banden gaf.
(Wordt vervolgd.)
te Reval. Daarin ligt een verklaring opge
sloten, welke reeds geruimen tyd in Oosten
rijk werd gevoeld, maar die nog niet open
lijk werd uitgesproken.
Het is bekend, dat men in Oostenrijk alle
moeilijkheden, die de annexatie van Bosnië
in Europa ondervindt, toeschrjjft aan in
vloed vaiji Engeland. De „Zeil" spreekt dit
thans openlyk uit, maar voegt erbydie
moeiliikheden zouden onmiddelljjk eindigen,
nis Oostenrijk zich afkeerde van zyn Duit-
schen bondgenoot. Reeds te Reval tydens
de samenkomst van kouing Edward met den
Tsaar werd beproefd in Oostenrijk de trouw
aan het Drievoudig Verbond aan 'l wanke
len te brengen. Dat Oostenrijk zich niet,
als Italië, heeft laten ompraten door Rus
land en Engeland, is winst voor Duiscbhuid
en een bewijs, dat Oostenryk niet de bevoor
deelde is in bet bondgenootschap, maar
Duitschland.
De liberale Engelscbe afgevaardigde
Lynch zet in een artikel in de Neue Freie
Presse uiteen dal Engeland bjj zyn optre
den in de Balkan-quaestie niet wordt ge
leid door overwegingen tegen bet Drievou
dig Verbond, of de Monarchie, maar alleen
door den wensch om de nieuwe toestanden
in Turkye niet te laten bemoeileken door
de Europeescbe stalen.
Reuter seint uit Parys, d.d. 9 Jan.
Men seint uit Rome aan de „Liberté"
Het gerucht loopt, dat alle weezen uit Sici
lië, wier identiteit niet kan worden vastge
steld, tot kinderen van den staat zullen
worden verklaard en onderhouden zuilen
worden tot aan hunne meerderjarigheid.
{leuter seint uit Boekarest, d.d. 9 Jan.
Wegens zjjn ziekelyken toestand heeft de
president van den ministerraad Stoerdza
ontslag gevraagd. De Koning nam dit ont
slag aan. De leden van de regeering en de
presidenten van Senaat en Kamer hebben
eenparig aan den Koning den minister van
binnenlandscbe zaken, Bratiano, ad interim
met builenlandsche zaken belast, voor bet
presidentschap van den ministerraad voor
gedragen.
De Koning beeft bet besluit tot zyn be
noeming geteekend.
Alle ministers behouden hunne portefeuilles.
Reuter seint uit Parys, d.d. 9 Jan.
Uit Triëst wordt aan de „Liberté" ge
seind 40 stoomschepen, die hunne lading
in Turksche havens niet konden lossen, zyn
naar de vrybaven teruggekeerd. De directie
van de algemeene magazijnen moest de poor
ten van de entrepots sluiten en weigerden
nog meer waren op te slaan. De directies
der spoorwegen hebben eveneens hel goede
renvervoer naar Triëst gestaakt.
Jhr. Mr. J. Röell, Voorzitter van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal.
Mr. A. E. J. baron van Voorst tot Voorst,
Commissaris der Koningin in de Pro
vincie Noord-Brabant.
Mr. J. G. Patyn, Staatsraad in buiten
gewonen dienst. Commissaris der Ko
ningin in de Provincie Zuid-Holland.
Mr. G. van Tienhoven, Commissaris der
Koningin in de Provincie Noord-
Holland.
Mr. H. J. Djjckmeesler, Commissaris der
Koningin in de Provincie Zeeland.
Mr. F. D. graaf Schimmelpenninck, Com
missaris der Koningin in de Provincie
Utrecht.
Mr. B. Pb. baron van Harinxma thoo
Slooten, Staatsraad in buitengewonen
dienst. Commissaris der Koningin in
de Provincie Friesland.
P. Lycklama 4 Nyeholt, Commissaris der
Koningin in de Provincie Ovorysel.
Mr. C. C. Geertsema, Commissaris der
Koningin in de Provincie Groningen.
Mr. J. Linthorst Homan, Commissaris
der Koningin in de Provincie Drenthe.
Jhr. Mr. G. L. M. H. Boys de Beeren-
brouck, Staatsraad in buitengewonen
dienst. Commissaris der Koningin in
de Provincie Limburg.
Gaarne voldoen wjj aan den wensch, in
bovenstaande circulaire uilgedrukt, en mek
ken wy onze lezers op, om, zonder zich aau
leniging van den nood in eigen laud te ont
trekken, naar hun vermogen mede te werken
om de materieele gevolgen van de vreeselyke
ramp, die Italië heeft getroffen, te helpen
lenigen. Vele woorden’ daarover zyn thans
niet meer noodigieder kent deu ontzetten
den omvang der ramp.
De administratie van deze Courant is
gaarne bereid giften in ontvangst te nemen.
organen, welke ik bezoldigde, waarmee*,
voegde hy er bitter lachend by, „bjjoa ge
heel myn inkomen heen ging.*
„Mjjn broeder
Greta was, onder ’t spreken van den
markies, stap voor stap terug geweken, als
voor een boozen geest, die haar in verzoe
king wilde brengen. Zenuwacbtig van angst
en spanning vroeg ze bevend„Spreekt u
van myn broeder Frits P Wat beeft de po
litie met hem te maken, en wat uP Weet
u niet dat by al lang dood is P*
„Ik weet dat maar al te goed,* antwoordde
de markies, „en herinner my nog dagelyks
de zeldzame raadselen, die dat sterfgeval
omgaven, en juist daarom kwam ik bier, by
zijn zuster.*
„Eu wat wilt u van my weten P* ging ze
steeds meer opgewonden voort. „Myn arme,
edele broeder Tranen verstikten haar
stem.
De Beauremont voelde zich bewogen. Hy
dacht aan zyn zoon, die daar ginder, aan
gene zyde van den Oceaan, in de wereldstad
- volop kennis maakte met de ellende der
wereld^JHaar juist deye weekheid, die dê
herinnering in hem opwekte,'deed den haat
tegen den erfgename zyns broeders weer
ontwaken.
„Mevrouw,* zei bjj hard, zonder haar te
ontsien, terwjjl bjj zjjn portefeuille voorden
Telefoon No. 99
AD VER TEN TIEN worden g*epkaUt van.
1o regels a 50 Centen; iedere regel meer
10 Centen. Groote letters worden berekend
naar plaatsruimte.
Inzending van Advertentien tot 1 uur des midd.