i ANT TS, indel. '9. it HIS /erk EDELE ÏÏAKTENl No. 1148®. 49e Jaargang. I Buitenlandse^ Nieuws. KEVXISGIAIXG. Sxiiten land. EixxxxexxlQ.zxd„ 1 le Shoe. men zorg RM HUIS. ITS, FEUILLETOX XTxexx’TXT'S-exLu^k.d.-Trextexxtxelolsuca.TrocxG-oxxd.©- ©xx Oxxxstxelkxexx. Verschijnt dagelijks behalve Zon- en Feestdagen. f Woensdag 15 Februari 1911. 4 Telefoon Inters. 82. t- *1 den Senaat Dat i” n.m. 2 uur, HANNA. en (Wordt vervolgd.) had I PARADIJS zich ten doel ■n overtollige n welke ook, pareeren, en Egoeden voor rkoopen. De komt geheel lie Vereeni- eer U te be- •eedtt thidt alt tolled Schaakbord”, leesters. naak” Voor in Heer Henri Genoegen”, 8 Lucifer door aeel”* loegen”, Zaal iring Vereen. TWEEDE KAMER. Strafgevangenis te Scheveningen. Ingediend is een wetsontwerp ter oi” antwoordde hart die broeder- weleer, maar vindt De Tweede Kamer is hedenmorgen te 11 uur bijeengekomen. 8, GOUDA. emeten werk. tkarij IN. Gouda. en Woning- •aat, 2 uur. tandscommis- d/2 uur, Café Vergadering, ïederlandsche sbond. /2 uur, Ver ia Kon. Ned. erofficieren. uur. Uitvoe- sche Tooneel mie.” 8 uur. Open- ar S. D. A. P. E. W. Duys. jeregeld tijdig ntvahgen van vermakelijk- dan in onze GOHISIHE COUR AVI. Wij vernemen, dat jonkvrouwe S. O.® A. Elout van Soeterwoude, direc trice van de diaconesseninrichting aan de Laan van Méordervoort, ernstig ongesteld is en dat haar toestand zeer zorgerlijk is. Alle afdeelingen van do Tweede Kamer zijn nu gereed met het onder zoek der ontwerpen-Radon wet on -Ziektewet. De Haagscho correspon dent van de Tijd meldt, dat in alle afdeelingen deze beide ontworpen van Minister Talma ongunstig ontvangen De BURGEMEESTER van GOUDA brengt bij deze ter kennis van de belang hebbenden, dat door den Heer Directeur der Directe Belastingen enz. te Utrecht qp den nen Februari 1911 executoir is ver klaard Het Kohier No. 7 der Belasting op Be- drijfs- en andere inkomsten dienst 1910/11. Dat voormeld Kohier ter invordering is gesteld in handen van den Heer Ontvanger, dat ieder, die daarop voorkomt, verplicpt is zijnen aanslag op den bij de Wet be paalden voet te voldoen on dat heden in gaat de termijn van zes weken binnen welke de reclames behooren te worden ingedienii. Gouda, den 150 Februari 1911. De Burgemeester voornoemd, K. L. MARTENS. Den volgenden morgen stond ik zeer vroeg op en begaf mg haastig naar den tuin. Het was een prachtige morgende bedauwde bloemen glin sterden en geurden in de stralen van VWT_,de ochtendzon. Ik richtte mij naar madame d’Yves en van patèr den wgngaard, want mgn hart zeide mij, dat ik Hanna daar zou aantref fen. Ik had intusschen te vlug gehoor gegeven aan het vermoeden mijns harten, want Hanna was er niet. Eerst na het ontbijt had ik gelegen heid, met haar alleen te zijn, en kon ik haar vragen, of zij lust gevoelde, wat in den tnin te gaan wandelen. Zij stemde gaarne hiermede in en liep naar haar kamer om aanstonds terug te keeren met een stroohoed op het hoofd, die haar voorhoofd en oogen overschaduwde, en een parasol in de hand. Zij glimlachte tegen mij van onder haar hoed alsof zij wilde zeg gen „Kijk eens, hoe mooi hij mij staat!” Daarna gingen wij den tuin in. Ik sloeg den weg naar den wijn gaard in, en dacht er onder het wan delen over na, op welke wüze ik wel het best een gesprek met Hanna zou kunnen aanknoopen, want ik gevoelde zeer goed, dat zij, die hiertoe het best in staat was, zich in mijne verlegen heid verlustigde en mij niet te hulp zou komen. Ik wandelde^ zwijgend naast haar en sloeg zoo lang met mijn rijzweep naar de bloemen die op de perken langs den weg bloeiden, dat zij mij eindelijk vastgreep en zeide; „Maar, meester Henryk, wat hebben dié bloemen u toch gedaan „Ach, Hanna, die bloemen zijn ’t niet, maar ik kan met u in het geheel 28) Het jonge meisje legde in den om gang met mij veel meer vastheid aan den dag da^ ikook het overwicht, dat ik als jofige meester en voogd had gehad, was mij ontvallen hqe, weet ik niet. Onderweg had ik mij reeds geheel en al voorgesteld, hoe ik Hanna zou begroeten en met haar spreken, met hoeveel goedheid en op lettendheid ik haar zou behandelep, en nu waren al mgn plannen als zeep bellen vervlogen j er had een omme keer plaats gehad in onze verhoudin gen niet ik was goedig tegenovpr haar, maar zij scheen het jegens mij Ik kon er mij echter niet aanstonds rekenschap van geven; aanvankelijk gevoelde ik het meer, dan dat ikhpt begreep. Het was mgn plan geweekt, haar ,te vragen, wat zij leerde en.gp- leerd hpd., hoe zij haar tijd doorbracht, of zij zich de tevredenheid verworven had van r*’ - zijn verder hervormingswerk een ge- duchten tegenstand zou ondervinden. De Cortes, de Spaansche Tweede Ka mer, de echte volksvertegenwoordiging mocht aan zijn plannen al haar volle goedkeuring geven, van een demo- cratischen wetgeving kan geen sprake zijn bij de tegenwoordige samenstelling van den Senaat, krachtens zijn samen stelling reeds is zij reactionnair. Zit ting toch hehben de meerderjarige zoons van den Koning, de troonop volger, de „grandes” met minstens 300.000 gulden jaar inkomen aan rente, de aartsbisschoppen, de hoogste offi cieren van leger en vloot, een aantal hoogwaardigheidsbekleeders en eenige door den Koning te benoemen leden; gekozen worden slechts een betrekkelijk gering aantal leden, en dan nog niet eens rechtstreeks, door het volk. In het geheel mogen er niet meer dan 360 senatoren zijn. Canalejas schijnt begrepen te hebben dat er met een dergelijk Hoogerhuis geen hervorming van beteekenis is te krijgen. De Spaansche bladen weten “ten minste mede te deelen, dat er in de samen stelling en de bevoegdheid van dit huis een belangrijke wijziging gebracht zal worden. De minister-president schijnt voornemens het aantal van deze Eerste Kamerleden te beperken en tegelijk uitbreiding te geven aan het getal Senatoren door de Regeering te noemen. Het is te hopen dat Spanje weldra verlost zal zijn van zijn erfelijk Hoogerhuis. Sedert Turkije een grondwettelijk regime heeft, schijnt het aan het spel letje van alle groote mogendheden te willen meedoen. De hervorming die in Turkije op den voorgrond treedt, is de hervorming van leger en vloot. Nu weer heeft de Turksche minister van marine een ontwerp voor vloot- bouw aan den ministerraad voorgelegd. Het ontwerp berust op voorstellen van de bekje Engelsche officieren Gamble en Williams. Het vraagt binnen den tijd van 10 jaren 6 Dreadnoughts, 20 torpedojagers en 6 onderzeebooten. De artilleriecommissie is naar Frankrijk vertrokken en'zal daarna ook Engel sche en Duitsche, misschien ook Ame- rikaansche fabrieken bezoeken. Een andere hervorming dan van leger en vloot schijnt voor de Jong-Turksche regeering niet te bestaan. 5 Thans heeft ook minister Talma zijn bijdrage voor de Carnegie-hulde aan de directie van den Larenschen Kunsthandel doen toekomen, zoodat nu alle Ministers hebben bijgedragen. Morgen is do laatste dag van de inschrijving. Uit alle deelen van het land en van alle standen kwamen bij dragen in. Eenvoudige dienstboden zonden zoo goed haar penning als ministers en andere hooggeplaatsten. Tot de deel nemers aan dit vredeswerk behooren o. m. een oud-secrotaris-goneraal van het Departement van Oorlog en een oud-referendaris van het Departement van Marine. Den Haag staat met zijn bijdrage vooraan. Dan volgen Amsterdam en Rotterdam en do provinciale hoofd steden. Mocht het gemis aan belang stelling voor de hulde aan Cargenie als maatstaf gelden, dan zou Utrecht een zeer oorlogszuchtige bevolking bezitten. Lodewgk, en zoo voorts nu was zij het echter, die mij met haar gewoon lachje» om den mond vroeg, wat ik gedaan en geleerd had en wat ik van plan was in de toekomst te doen. Hoe wonderlijk, dat alles zoo geheel anders liep, dan ik mij voorgesteld had Nadat wij ongeveer een uyr met elkander gekeuveld hadden, begaven wij ons allen ter ruste. Nadenkend gestemd, half verrast, half teleurge steld, en ook min of meer bedroefd, trok ik mij in mijn kamer terug, maai de opnieuw opvlammende liefde door drong mijn hart en wischte die in drukken volkomen uit. Hanna’s jonk vrouwelijke, bekoorlijke gestalte, die, nog door slaap bevangen, met haar blanke handjes het wanordelijk over haar boezem geslagen kleed samen hield, terwijl de gouden vlechten los over haar rug hingen, s’tond levendig voor mijn ziel, en met haar beeld voor oogen sliep ik in. ZESDE HOOFDSTUK. DuitSöïiland. Nederland schijnt voor vele Duit- schers nog steeds het beloofde land te zijn, waar millioenen schatten aan nalatenschappen op de rechthebbenden liggen te wachten. Uit den T^unus komt nu weer het volgende verhaal: Op 1 Maart 1719 werd ’n Oberjosbach, een dorp in den Taunus, Johann Christoph Kilp gebo ren, die later naar Nederland trok. Hier redde hij een rijken Nederland- schen graaf het leven en uit dank baarheid benoemde deze hem tot zijn universeelen erfgenaam. Kilp is onge trouwd gestorven en heeft zijn groote vermogen aan een liefdadige instel ling te Amsterdam vermaakt, met de bepaling, dat die instelling honderd jaar lang het vruchtgebruik Van het kapitaal zou genieten en na dien tijd het kapitaal onder zijne nakomelingen verdeeld moest worden. Omtrent 1860 moeten de honderd jaar verstreken geweest zijn en vijf jaar lang zouden de rechthebbenden opgeroepen zijn. De nalatenschap moet thans tot 96 millioen gulden zijn aangegroeid In do laatste jaren pas hebben som mige erfgenamen zich om de zaak bekommerd en op eigen hand een on derzoek ingesteld, dst echter nog geen stellige uitkomst heeft opgeleverd. Uit Nederland werd hun medegedeeld, dat zij voor een nauwkeurig onderzoek bij de overheid daar geld beschikbaar moesten stellen. Daarop zijn do recht hebbenden opgeroepen voor een ver gadering, die Zondagmiddag in het Taunus-stadje Kelkhoim gehouden is en waarin ongeveer 250 menschen aanwezig waren. Er waren erfgena men uit 52 plaatsen vertegenwoordigd. Na een langdurige beraadslaging is een commissie van 17 leden gekozen, aan het hoofd Waarvan als onpartijdig man de advokaat dr. Hosbach, uit Rödelheim bij Frankfort a/d M. staat. Deze commissie zal verdere nasporin- gen doen. De vergadering heeft voor de eerste loopende onkosten een groote som beschikbaar gesteld. De Engelsche regeering schijnt zqo spoedig mogelijk een oplossing te willen in den strijd tegen het Hooger huis. De minister-president Asquith heeft ten minste Maandag in het Ep- gelsche Lagerhuis een belangrijke mededeeling gedaan. Hij hoopte dat het debat over het adres van antwoofd op de troonrede vandaag zou eindigen. Morgen zou dan de regeering reeds een resolutie voorstellen om alle zit tingen van het Huis tot Paschen toe te besteden aan de regeeringsvoorsta len. Maandag a.s. zou dan de regee ring het ontwerp tot ontneming van het veto-recht aan het Hoogerhuis iridienen. Terwijl dus in Engeland de strijd tegen de reactionaire lordsvej- gadering met alle kracht zal gestreden worden, is men ook in Italië bezjg met de hervorming van en eveneens in Spanje. Canalejas, de Spaansche minister president, die de politieke erfenis van Moret en Maura heeft overgenomep, heeft bg zijn hervormingsplan te kam pen met den reactionairen Spaanschen Senaat. Toen hij onlangs zijn plan tot invoering van een algemeene pro gressieve inkomstenbelasting had ip- gediend, waardoor de draagkrachtige zwaarder en de mingegoeden lichter belastingdruk zouden ondervinden, was het de Senaat die hem in zijn plan zooveel mogelijk tegenwerkte. Wiel gelukte het hem een deel van zijn voorgestelde hervorming door te drij ven, maar toen reeds bleek, dat hij bij geworden is. U zult het wel te War schau bij een of ander gelukkig hartjot. achtergelaten hebben. Dat is niet moeilijk te radon Ik keek haar diep in de oogenik wist zelf niet, of zij mij slechts wilde uithooren, dan wel of zij, pochend op don indruk, dien zij den vorigen avond op mij gemaakt had, den spot met mij dreef. Plotseling beving mij weder die geest van verzet, en tegelijkertijd het bewustzijn, dat ik mij belachelijk maakte, wanneer ik haar zóó met den blik van een smachtend minnaar aan staarde ik beheersehte de gevoelens, die mijn ziel bestormden, en ant woordde „En als dit werkelijk zoo eens was I” Een nauwelijks merkbare uitdruk king van verbazing en ontevreden heid gleed over Hanna’s opgeruimd gezichtje. „Nu, als het werkelijk zoo is,” antwoordde zij, „dan is u ver anderd en ik niet Bij deze woorden kwam er zekere zwaarmoedigheid in hare trekken en eenige minuten liep zij zwijgend en in diepe mijmeringen verzonken naast mij. Ik trachtte de vreugde, die haar woorden in mij opgewekt hadden, te verbergen. PRIJS VAN HET ABONNEMENT: PRIJS DER ADVERTENTIEN: Per kwartaal f 1.25 Van 1 -5 gewone regels met bewijsnummer f 0.55 Idem franco per post- 1.50 CXklF flwM Eik» regel meer- 0.10 Met Geïllustreerd Zondagsblad 1.50 Bij drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend. Idem franco per post 1,90 'll Dienstaanbiedingen per plaatsing van 1—5 regels f 0.35 bij vooruit- Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauLanoe W betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames f 0.25 per regel.' Tibndkweo 64, bij onze Ageiften, den Boekhandel en de Postkantoren. Groote letters on randen njar plaatsruimte. Telefoon Interc. 82.Uitgevers A. BRINKMAN EM ZOON. niet meer in gesprek komengij zijt zoo veranderd, Hanna „Veronderstellen wij eens, dat dit zoo is; zijt ge daar dan boos over?” „Dat wil ik nu juist niet beweren,” antwoordde ik op droevigen toon, „maar ik kan het mij nog niet ver klaren het komt mij voor, alsof gij en de kleine Hanna van weleer twee geheel verschillende wezens zijt van de laatste zijn al mijn herinneringen doorweven zij is mij dierbaar als een zuster, als een zuster, Hanna, en daarom „En daarom is deze andere” hierbij wees zij met haar vinger op zich zelve „voor u een vreemde linge? Is het zoo niet?” vroeg zij zachtjes. Hanna, HanïiaHoe kunt ge zoo iets denken „Dat is zeer natuurlijk, al is het misschien niet prettig,” antwoordde zij. „U zoekt in uw hart die broeder lijke gevoelens van ze niet terugziedaar alles „Neen, neen, in mijn hart behoef ik de Hanna van vroeger niet eerst te zoeken zij is er altijd in geweest; maar juist in u zelve zoek ik haar tevergeefs en wat het hart betreft.” „Wat uw hart betreft,” viel zij mij vroolijk in de rede, „kan ik mij ge- makkelijk voorstellen, wat daarvan bepaling van de bestemming van do strafgevangenis to Scheveningen. De bouw van de bijzondere strafgevange nis voor mannen te ’s Gravenhage (Scheveningen), waarvoor de middelen bij verschillende wetten werden toogo- staan, is thans zoover gevorderd, dat dit gesticht, behoudens bijzondere om standigheden, reeds op 1 October 1911 voor iiibruikneming geschikt zal kun nen zijn en derhalve eerlang in dienst kan worden gesteld. Alvorens daartoe echter over te kunnen gaan, zal do bestemming van het gesticht bij de wet dienen te worden aangewezen. Daartoe strekt het wetsontwerp, waarbij tevens de bijzondere strafge vangenis te ’s Hertogenbosch wordt opgeheven. De juiste datum voor de indienst- stelling van het nieuwe gesticht zal nader bij Kon. Besluit worden bepaald. Do quaestie van den invoer van Ne- derlandscho Cheshire-kaas in Engeland is nog altijd niet van de baan, ondanks de verklaring, van den minister van landbouw, dat onderhandel! ngen met Nederland zijn aangeknoopt, die waar schijnlijk zullen leiden tot oen over eenkomst omtrent hot stempelen van Nederlandsche kaas van hot Cheshire- type. Het blijft immers mogelijk, dat ge- wetenlooze kooplieden het Engelsche publiek willens en wetens bedriegen of althans verzuimen hot over de herkomst van de kaas in te lichten, waardoor dan den Nederlanders na tuurlijk geen verwijt kan treffen. Maar er is, zooals een snugger lid van den „County Concilu van Chester opmerkte, nog een ander gevaar te duchten, n.l. dat de Nederlanders zulk een uitste kend product tor markt gaan brengen dat het Engelsche er door verdrongen wordt. En dit moet, zegt de Man chester Guardian verhinderd worden, door de boeren wetenschappelijk voor te lichten en door organisatie, zoodat de Cheshire-kaas voor geen ander ge lijksoortig product behoeft te wijken. Dan zou de Nederlandsche concurren tie geen schade meer kunnen doen. Naar de „N. R. Ct.“ vernoemt, staat hot nu vast, dat hot wetsontwerp tot wijziging der militiowot aan het oind van deze maand bij de Kamer zal inkomen. H. M. de Koningin heeft naar wij vernemen oen schilderij aangekocht van don bekenden Haagschen zee schilder Christiaan Dommelshuizen, voorstellende hot bezoek aan een ge deelte der Nederlandsche vloot op het IJ voor Amsterdam door de Konin gin, den Prins der Nederlanden, den Koning en do Koningin der Belgen op 17 September 1910. Hot schilderij dat dit moment teruggeeft vormt een pendant voor het schilderij van den tocht langs Rotterdam van de Konin gin en do Koningin-Moedor, oênige jaren geleden door 11. M. van dezen zelfden kunstschilder aangekocht.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1911 | | pagina 1